De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk

1265 0
close

Warum möchten Sie diesen Inhalt melden?

Bemerkungen

senden
s.n. 1918, 17 August. De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk. Konsultiert 28 März 2024, https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/de/pid/610vq2tq38/
Text zeigen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

* Derde Jaargang, : Nr 32. — 17 Augustus 1918. Prijs : 10 centiemen. Derde Jaargang, Nr 32. — 17 Augustus 1918. DE EENDRACHT Prijs per Jaargang fr. 5.20 » » drie maanden » i.3o Postchekrekening Nr 86. Weekblad voor het Vlaamsche Volk Redaktie en Bureel : Lange Nieuwstraat, 108, ANTWERPEN. Unionistische Organisatie Er bestaan in de aktivistische bewe-ging een aantal organisaties die de aan-hangers van bepaalde richtingen groe_ peeren:Jong-Vlaanderen, Vrij-Vlaanderen, Nieuw-Vlaanderen, enz. enz. Eene unionistische partijorganisatie bestond toi heden niet. Dit is eene 1 se m te en eene zwakte. Want dit gebrek aan inrichting belet eene stelselmatige propageering der unionistische beginselen in aktivistische mid-dens en staat de aansluking der goed-gezinde passieven bij deze meest gema-tigden onder de aktivistische stroomingen in den weg. Wij kunnen onze lezers mededeelen, dat op dit oogenblik door de unionistische voormannen van Arctwerpen --de stad w'âar deze richting het sterkst vertegcnwoordigd is — een plan van or-ganisatie uitgewerkt wordt. Het voor-nemen bestaat deze groepeering bepaald als Vlaamsche nationale parti; te grond-vesten en haar met plaatselijke groe-peeringen over heel Vlaanderen in te richten. Het programma dezer parti), waar-van het opstellen in ontwerp aan eene kommissie opgedragen werd, is ons nog niet bekend. Naar onze opvatting zou het de volgende grondgedachten bevat-ten : 1° de grootst mogelijke zelfstandigheid voor Vlaanderen ; 2° deze grootst mogelijke zelfstandigheid wordt betracht binnen de grenzen eener statenverbinding met Wallonie (reëele of personeele unie), met of zon-der behoud van den naam België. 3° de statenverbinding Vlaanderen-Wallonië komt tôt stand met door de Vredeskonferentie gewaarborgde volle-dige onathankelijkheid en onzijdigheid. 4° Vlaanderen en Wallonie hebben eigen wetgevende, uitvoerende en rech-terlijke macht voor aile inwendige aan-gelegenheden.5° de statenverbinding Vlaanderen-Wallonië regelt hare buitenlandsche ekonomische betrekkingen volgens hare natuurlijke ligging en noodwendighe-den (geen ekonomische naoorlog). Dit programma moet zoo breed mo-gelijk opgevat worden, opdat het nie-mand uitsluite die rechtzinnig uitkomt voor Vlaanderen's bevrijding van het Belgische juk en van aile vreemde in-menging. Het moet de hoeksteen worden eener breed opgezette Vlaamsch-, Nationale partij, een ware eendracht-partij. Want zoo het ons om realpo-litische overwegingen nuttig voorkomt ons vast te leggen op de mogelijkheid eener unie met Wallonie, van veel meer praktisch belang is het toch dat unie kome onder aile Vlaamschgezin-den in den fcreedsten zin, want zonder unie onder de Vlamingen, zijn toch al ons streven en al de tijdens de bezet-ting zoo moeizaam opgetimmerde her-vormingen ten doode opgeschreven. De unionistische partijorganisatie weze dus geen middel om de meeningsver-schillen onder de aktivististen verder uit te diepen, maar eene echte unie-partij die stilaan aile afwijkende mee- ningen moge overbruggen. * * * « De Eendracht » heeit tôt heden het unionistisch standpunt verdedigd ; imnier streefde ons blad jnaar eendracïït onder de aktivisten en toenadering der passieven. In de verwachting dat de nieuwe partij dezelfde gedragslijn zal volgen, stellen wij haar gaarne onze medewer-king ten dienste. Toch zal ons blad niet optreden als haar orgaan, maar stelt zich voor in voile onaihankelijk-heid zijne tôt nu gevolgde houding in de Vlaamsche politiek te blijven vol-houden.Trouwens, een speciaal partijorgaan schijnt ons voor de unionistische partij tamelijk overbodig, wijl meest aile be-staande Vlaamsche bladen van nu af of op den duur haar standpunt toch zullen verdedigen. WILFRIED. VRIJE MEENINGEN Geestelijk verzet II. Maar alhoewel de hoogere geestelijke macht zich schrap zet tegen aile activisme, wordt er niet alleen gezwegen over de schadelijke en onkristelijke gevolgen, die het met zich sleepen zou, men weigert zelfs zich uit te sprelcen over de kern der zaak, over het onge-oorlooide van aile aktivisme van —huis— uit, fluistert men wel t'allen kant, men bespreekt en verkettert onze rechtsop-vatting luid genoeg in kleine cenakels, in het openbaar geen woord en geen daad. Het is hoog tijd nochtans, meer dan tijd voorwaar, dat de kerkelijke overheid hier te lande 'n beslissend woord zou spreken aangaande de stroomingen die Vlaanderen verdeelen, zoo beweren de katho-lieke aktivisten sinds lang ; daarvan zijn vele geloovige passieven innigst over-tuigd. Voor deze laatsten ook volstaat het niet meer eenvoudig beroep te doen op het gezag met een klakkeloos : ipse dixit. In de bonté verwarring der be-grippen, die in zake natuurrecht en staatsplicht, volkerenrecht en burger-plicht dooreen werden gehaspeld, moch-ten die passieven graag 'n stevig richt-snoer uit de handen van hun kerkelijke voormannen ontvangen, om beslister hun eigen weg te gaan, de wankelenden weer naar zich toe te halen, de afvalli-gen uit den tempel te drijven hunner godsdienstig-vaderlandsche vereering.Dat dit reddend woord niet weerklinkt, be-treuren vele doôrdenkende passieven, want hunne gelederen vallen uiteen, en van de schreeuweri onder hen, die zonder overtuiging meeloopen — zoolang als de stoet uitgaat — mochten ze liefst worden bevrijd. Waarom dus, spreekt de overheid niet in klaar eu bondig verzet ? Ze kan niet ! zeggen vele passieven, het vrije woord in Vlaanderen wordt niet meer geduld. Och kom ! Duitsche burgers mogen zeggen en schrijven dat heel de aktivistische beweging een « all-deutsche Mâche .) is, die op geen grond-slagen voet heeft, en dat enkel 'n groepje ellendige plaatskensjagers te Brussel, Gent en Antwerpen lawaai maakt. Zal dan hier het kerkelijk gezag, op voor-name wijze, niet uiteen mogen zetten welke de ethische princiepen zijn, die door deze bent van rabiate belangheb-benden roekeloos onder de voeten worden getreden in hun jacht naar zelf-verrijking en vereering ? Men verliezen niet uit het oog wat hier op het spel staat. Het kerkelijk gezag heeft nu toch herhaaldelijk gezegd, dat de aktivisten zich niet langer bewegen op politisch terrein alleen, maar dat hun opvatting en handelwijze het kristelijk domein heeft gedwarsd, en in strijd staat met godsdienslige plichten. Daaienboven nie-mand kan meer loochenen dat deze 413 « snoode omwenteiaars » veld winnen dag en nacht, en dat de bestormde burcht van het Belgicisme, waarop bisschoppen en overheden de evangelie-vaan hebben geplant nevens de Brabant-sche driekleur, al heviger dreunt onder hun slagen ; is het dan geen tijd en heeft men dan niet den plicht openlijk tegen de aanvallers op te treden, met scherp geschut van woorden en daden? Is het geen plicht, wat ook de gevolgen er mogen van wezen ! Gelukkig, het verleden heeft geleerd dat men in de vervulling van.dien plicht zich geen martelaarskronen kan beloven. In déze Belgische zaak is Duitschlands eer vol-strekt niet,en Duitschlands macht slechts heel onrechtstreek? beti'okken. Het kerkelijk protestbetoo|| zal zelfs bij de overrijnsçhe socialisten en anderen ge-leerige ooren vinden en vullen ; Haase zal ook eens mee|raten over katholieke staatsplichtenleer, om den dôôr-katho-lieken Hertling van zijn stuk te bren-gen in zake annexjonistenpartij, die bij ons de le us zou tcepassen van : divide ut imperes. In vele andere niée zoo noodzakende en hachelijke kwe.ties, toen er zelts geen mogelijkheid van overtuiging, ja verstandhouding be-tond, heeft ons epis-kopaat wél gesproljen, beslist en luid genoeg. Hier gaat i.ef nu om het leven van een Staat, den hunnen, den onzen, over de plichten vç'i miljoenen verleide of waanheidzoek'iiic'À'-aad A" > tens. Beschuldingéil ïTiet van de poes werden aan onze vijanden gôricht, koel en zelfs ietwat vermetel ; waarom nu niet aan eigen landgenooten gezegd, bedaard en besuisd, wat ze dienen te weten, wat ze te vernemen verlangen. Men kan toch wel ten minste 'n blokjesmede-werker bij nu hoog aangeschreven hol-landsche logebladen inlichtcn, en hem doen vertolken wat men dan zelf niet graag in het licht zendt. Binnen en buiten de grens worden verklaringen verwacht en gevergd. Men heeft nu lang genoeg georakeld dat de aktivisten zich bezondigen aan allerlei kwaad van verraderij en opstanderij, men zegge nu eindelijk eens bondig en scherp aan welk en waarom ! Men zal toch niet voorwenden, dat men de goede inzichten van eerbare personen in binnen- en buitenland wel wil verschoonen ; meewa-righeid komt hier trouwens tenonpas. Indien het toch een heilige overtuiging is bij hen die de reinheid der leer hebben te bcwaren tegen afbreuk en schennis, dat wij aktivisten geen katholieken meer zijn, dan is het toch hun plicht dit te zeggen, er kome wat wil. We staan hier niet enkel in een kultuurkamp, het is een geloofskamp. Wij flaminganten hebben zulks wel ge-gedaan, d. i. gesproken en gehandeld, voor den oorlog, toen het al even- of nog gevaarlijker was luidop onze mee-ning te zeggen en te houden staan ; wij hebben de gevolgen er kloek van ge-dragen, wij doen dat ailes nu riog, en we vreezen geen kogels, wij doodgewone menschen, die enkel uit overtuiging en niet uit gezagsplicht ons recht verdedigen tegen verdrukkers van binnen en be-dreigers van buiten Hoe dit betoog, om een gezagheb-bende verklaring van wege de geestelijke overheid in zake aktivisme uit te lokken, ook klemmend schijnen moge, spreken zal men niet. Daarin is ons Belgisch episcopaat zoo Belgisch als de vroegere regeeringen sedert 1830. Tegen-over elken Vlaamschen eisch bleven ze hardnekkig zwijgen in Egyptische-sfinks-vertoon, dat ietwat van onevangelische pratheid getuigt, of beloofden ze een eigen en degelijke vaderlandsche oplos-sing voor later, of verdaagden ze ailes tôt betere tijden, of stuurden ons met een kluitje in 't riet, of deden een 454 beroep op allerlei zeer vage bijhoorige princiepen en gebeurlijkheden ; maar noch in Kamer noch Senaat noch dio-cesane noch interdiocesane konferentie... werd, ik zal maar zeggen, de stier bij de horens gevat, echter wel... bij den staart, zoodat men in hoogen nood de vertrouwenskwestie stelde sm aan de opgeruide maar goede gemeente diets te maken, dat het niet zou, omdat het niet kon ! In dat zwijgen is het kerkelijk gezag passiever dan de passieven. Velen onder dezen, omdat ze indoor beseffen hoe de godsdienstzin onzer Vlaamsche be-volking niet alleen in aile standen veel afbreuk heelt geleden door de langdurige oorlogskatastrophe, die ontzenuwend en verwarrend inwerkt op rerstand en ge-moed, door de profeterij van vroeger nog nerveuzer geworden, verheiden een uitspraak. 't Is alsof ze in den strijd dien ze nu ingaan, want de passieven krijgen het kwaad, zich omwendeb naar het kerkelijk gezag in wiens naam ze optraden, om het woord te hooren dat hen sterken zal, den tegenstander ver-lammen moet, — maar men zwijgt. Aan terrein en gehalte verliest het kerkelijk gezag onzeggelijk veel bij aile klassen, en bij de besten, dat is de jeugd en de intellektueelen het meest ; dat weten de passieve katholiektn zoo goed als de katholieke aktieven ; dit schijnt men in hoogere geestelijke krin- men zwijgt. Men zwijgt omdat zwijgen Belgisch is, juist aïs zekere protesten door en door Belgisch waren, niet katholiek, niet kerkelijk vooreerst. Er zijn dui-zenden menschen, die onder die om-standigheden de kluts kwijt geraken, en verwarring, besluiteloosheid, oneenig-heid te stichten onder hen, die men niet openlijk aandurft, is Belgische taktiek. Men wekt argwaan en vrees door on-of rechtstreeksche daden en gezegden, die men niet duidelijk formuleert noch omlijnt, of die men enkel aan een paar vertrouwelingen uiteenzet, wel we-tend hoe dezen ze zullen draaien en belichten. Zulk gedrag is onvlaamsch. Eerst was het langen tijd één kerkvoogd alleen die het tegen de aktivisten scheen op te nemen ; dezen dachten en zeiden goeds genoag van de anderen ; nu dat de eerste in verscheidene opzichten be-suisder schijnt geworden, heet het weer dat een tweede beslist tegenstander is van aile Vlaamsche eischen, zelf bestuur-lijke scheiding en tegen de Gentsche Hoogeschool zich uitliet omdat ze komt « van den Duitsch » en nu heeft hij de aktivistische doodzonde weer leven in-geblazen.Het kerkelijk gezag weet wel, waarom vele Vlaamcchgezinde jonge en oudere priesters van aile « onkerkelijk » optreden zich ver zullen houdan ; dit gebrek aan karakter wil men nog door een gebrek aan doorzicht vergrooten ; dan zijn die, voorzeker. onschadelijk ge-maakt. Niet dat het kerkelijk gezag niet zou weten dat in zekere arrondissements-bonden het aktivistisch komiteit tôt der-tig priesters telt, maar dat moet stiekem gebeuren. Daarover verontrust lier kerkelijk beheer zich niet bovenmatig, want door dit geheime juist, is hun werking doodgeboren, men kan ze houden « lig-gen » : ze doen iets wat niet mag of niet past. Sprak men, dan zouden velen, velen, na innerlijken kamp, tegenspre-ken en handelen te gaar. Vele onzer flaminganten priesters zijn geen opstan-dige helden ('t zijn de Jezuiten niet, die als 'n oudemansslok of 'n doed lichaam het meest zich behandelen laten) en hoe langer men ze in hun niet-heldhaftig zijn dwingt voort te leven, hoe meer aile fut in hen verslenst en te niet gaat. Sprak men, niet alleen de geestelijkheid 455 zou post vatten voor of tegen, maar de uitspraak zou bestand moeten zijn tegen kritiek en verweer. En het verleden heeit geleerd dat dit best werd vermeden. Daarom zwijgt men ! want ten laat-ste ! Men vreest wellicht dat het kerkelijk gezag als dusdanig niet zooveel toch in te brengen heeft, noch tegen het doel van het aktivisme noch tegen zijn middelen, rechtstreeksche of on-rechtstreeksche, Vlaamsche en Duitsche. In het trouwens zeer degelijke handboek van een pater Jezuit, nog voor den oorlog verschenen, zijn er willicht wa-penen genoeg voorhanden om al de drog-redens te weerleggen waarmee de hand-langers van het kerkelijk gezagaankomen, als ze onze doeleinden en /niddelen. aan de kaak willen stellen. Wij weten wel wat men ons voorleggen zal aan heilige schriftteksten, princiepen en stel-lingen uit zedeleer en staatsleer, maar de hoogste geestelijkheid weet niet en heeft liever niet te weten, welke de grondslagen zijn van ons-recht waarop onze eischen zich stutten. Ik herinner me, hoe een der hooge kerkelijke hee-ren uit het Antwerpsche, nadatikhem had laten opsommen wat al rechten de Belgische Regeering in de Belgische katholieke kerk had om ons tôt lamme toezienerij te verdoemen, hoe hij 'n open mond van verbazing zette, toen ik hem doodbedaard en doodbeslist zei : s-_ u a ci- redeneerd in theorie, maar daartegen-over stel ik de onverbiddelijke praxis en het onverzettelijke, ailes overheer-schende natuurrecht. En deze twee din-gen schijnt de geestelijheid niet te willen begrijpen : wij Vlaamsche katholieken willen het vroegere België niet meer, omdat het ons stervensziek heeft ge-maakt en ons in korte den doodslag zou geven ; wij katholieke Vlamingen willen het vroegere België niet meer, omdat het onze krachten steeds heeft verminkt en ons in korte den kwijndood of een strijd op leven en dood zou brengen waarvoor we te zwak zijn, door Belgié's schuld. Wie diende dat beter te weten dan de Vlaamsche geestelijkheid zelve ? Maar die is Belgisch eerst en vooral. P. V. Tot Opwekking Kreeg ik den grijzen winter weg En goud op woud en akker ! Kreeg ik den meidoorn op de heg, En uw hart, uw harte wakker. Want schoon gij staande en gaande zijt Gij glimlacht als in sluimer. Ik wil uw oogen sterk en wijd En aile heemlen ruimer. Merk dan hoe hoog de leeuwerik schiet ; Nog hooger wil ik dringen, Terwijl in mijn gevleugeld lied, De zon, de zôn zal zingen. RENÉ DE CLERCQ. Il je l'norts In het vijfde OoFlogsjaar Keati pacinci ! (Evanj;. Math. V. 9) « Bij aile andere wezens, bij de die-ren zou zoo een tegen natutirlijkhèid onmogelijk zijn, dat men tegen zijn eigen ras en geslacht gezind is, maar de mensch vermag in wanordelijkheid en domheid oneindig meer dan 'f dier ! n Deze zin uit den « Catechismus der Vlaamsche beweging 9 in de eerste bro-chuur van de IJzerreeks over de geboren Vlamingen die Franschgezind zijn, kunnen we ook wel toepassen op het éene groote menschengeslacht, dat sedert meer dan vier jaren zich zelf uilmoordt. Ver- C»TC\T^i

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dieses Dokument ist eine Ausgabe mit dem Titel De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk gehört zu der Kategorie Oorlogspers, veröffentlicht in Antwerpen von 1916 bis 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Zufügen an Sammlung

Ort

Zeiträume