De legerbode

1726 0
close

Warum möchten Sie diesen Inhalt melden?

Bemerkungen

senden
s.n. 1918, 24 September. De legerbode. Konsultiert 25 April 2024, https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/de/pid/057cr5nt9d/
Text zeigen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

DE LEGERBODE den Dinsdag èn Zaterdag verschîjnende — ...I ^ Il l— l»H —III ni» «II. ■ I - ■■ - — Dit blad is VOOR DE BELGISCHE SOLDATEN beslemd ; iedere compagnie, esçadron of batterij ontvangt tien of vijftieï| Fransclie en Nederlaiidsahe exemplaren. * Op het Belgisch Front Âanval ap eenen Post Men heeft gesproken over de jongste aanval-len, waarin onze.troepen e.ens te meer hnunen steeds levendigen strijdiust toonden. Het zij mij toe^elaten een feit aan te halen, dat de taaihefd van ons ras bewijst en het weerstandsvermogen van het hândvol mannen die sinds bij de vieï jaren, in regen, în koude. onder kanongeschut, de wacht houden op den Yser, met de voeten in 't slijk en 't wapen in de haud. în den post van Kloostërmôlen, sedert enkele dagen aan de moffen ontwrongen, waakt adjudant Ide, van !}et ... linie, met eçnige soldaten. De S,eptèmbernacht is "frisch en neveîachtig. De vuurpijlen werpen geen klaarte in den me!k-kleurigen mist en vruchteioos doorvorschen de loerders de ruimte. Eeneterugkeerende patroelje heeft het nadcrea van vijandeljjke groepen ge-meld.Opeens.valt de verwackta storlvlaag brutaal neer en omringt den post met eenen go nid van ■vuur. M en krijgt den indruk dat.de nacht brandt en huiit. De granaten spoeden zich en vliegen elkaar.voorbij, met eengesis als van woedende adders. Langs aile kanten ziagen de seherven, springen terug op het béton der dekfcing en ma-ken een dof geluid bij 't neerploffen, in de aarde der borstwering. Van uit de. naburige posten vliegen vuurpijien op, dolle goudbijen, weldra verzwonden in den mist, door de gassen der granaten verdikt. De mausers knetteren, worden heet in de handea der schulters. Het geweer-mi-traljeur spuwt zijne kogels uit zijnen vlaminen-den mond. De granaten ontsnappen uit de don-derbussen.Gedaanten springen in den ij z.erdraad : De moffeu ! Met krachtige hand, trekken de grenadiers de pinnen der handgranaten los; hun gehaar komt zwart uit op de vlammenzee, en de ont-plûCingen striemen den aanvaller als met ëeaen zweepslag. De adjudant beft zijne pistool op, en de alarmvuurpijl stijgt, lijk een druppel bloeds, in den mist. En, in het geflikker der granaten en handgranaten, midden het grijazen der ma-chiengeweren, bieden deze mannen gedurende twintig mïnuten weerstand en hunne wilskracht houdt den vijand terug, vôôr de borstwering. De twee mannen van den luisterpost zijn om-singeld. Een hunher, gekwet'st, zëgt aan den andere : « Steek met nwe bajonet! » De gewe-ren, granaatwerpers, schicten van vlak bij... Een plotse schok schijnt den post om te werpen : Eene granaat komt een geweer-mitraljeur in stukken te slaan en de drie soldaten die het bediende.n- De Duitsehers werpen zich door de bres, ovjîrweldigen dç verdedigers. De adjudant, dé keel toegeknepen, doodt den mof met een revolvçrschot. Een ontwapende soldaat maakt zich los met schopslagen. Geen granaten meer in de kisten. «En retraite, mannen ! » roeptde adjudant. Hij zelf trekt laatst weg. Door het afsluitingsvuur, over het omg.e-woeld terrein, onder de ontploffingen, trekken de Qvei-levenden naar hunne liniën terug, van den eenen trechter in den anderen springend. Adjudant Ide- brengt negen duivels weer, met geschearde uniformen, zwart van 't buskruit, 't slijk en 't zweet, half verstikt door de gassen. Hij zelf is overal gekneusd, het bloed loopt van zijn voorhoofd. De vijand zal den Kloostermolen niet lang bewaren. De dag breekt aan in den"opgehelder-den mist. Om il ure begint de tegenaanval, geleid door dezelfde compagnie; onder de beve-ifen van adjudant Tihnant, kruipen onze mannen 'ririe uren lang in de granaatholen, langs de waterplassen, door de prikdraadnetten en over de balken met ijzerén punten, springen in den post, dooden den scliildwacht en nemen de overige bezetters gevangen. Ziedaar eenen nacht onzer mannen, die éénen regel zal beslaan in het legerbericht. Sinds vier jaren dat zij de tragische moerassen van den Ysèr bewaken, heeft niets den moçd dezer sol-daten terneergeslagen : Noch de eentonigheïd der beproevingen, noch de ellende, noch de Jxoeiheid vau het heimwee, noch de Jballing-i - _ schap die den oorlog harder maa,kt. Niet alleen slaan hunne woeste aanvallen den vijand met verwondering, maar gedurende de lange nach-ten, van het een tôt het ander einde van den Yser, gelukte dezelfde steeds vernieuwde angst er niet in hunnen moed te verzv/akken. Men beelde zich de eindelooze uren wacht in, den regen, den mist, de duisternis, ternauwer-nood door eenen vuurpijl doxirflikkerd, de oogen vermoeid va"n in het donke.r te zoeken, de door.vreemde geruchten gebrokene stilte... En dan, wanneer het afgematte lijf rust eischt, waaneer de oplettendheid met, het aanbreken vau den dag verminde'rt, opeens de aanval, het gënàdeloos gevecht. En deze mannen, die geene eqrbewijzen te verwaçhten hebben, vinden zon-der moeite, in huune ziel, waarvan zij den rijk-dom niet kenden, de kracht van een oud volk da.t de vrijheid waard is, de ingeborène « fùria » van een fier ras dat men ' niet ketent en dat, indien het sterveij raoet, al rechtstaande oterft. Robert Vivier. Eene Belgîscîie Eskaûrielje eervol Ijîj Lsgerdagoi'der vermeld De 0° vliegerseskadrieije komt. in de v'olgende bewoordingen eervol vermeld te worden bij Legerdagorder : Merkwaardïge jachteskaclrielje, heeft in aile omstand'igheden de schoonsie voorbeelaen ge'ge-çen ean een bea>onderenswaardig plichtsbesef en van eenen gsest van volstrekte zelf op off eri ng. Gaj slee/Ls, tijdens de lachtgevechten, blijken van uitzonderlijke eigenschappen van behendig-heid en strijdiust. Behaaïde, tôt den i September XQiS, 52 ofii-ciasl ingesclireven overwinningen. Eaa OsalaÉali, Viij an Ssuvsrain Balais Geïntervieweerd door een Fransch blad, heeft de heer Gooreman, voorzitter van den Raad, zinspelend op de vredesvoôrstellen van Duitsch-land, gezegd : « «Dénkeiijk gelooft Duitschland dat de Bel-gische regeering niet klaa'rin zijne inzichtenziet. « Wat het alsoogenblikkelijkgevolg ver wacht, is de verwarrirjg te werpen in den geest der Belgische bevolking, en terzelvertijd de voort-zetting van den oorlog te verrechtvaardigen in de oogen van zijn eigen volk. Misschien zal het er in geluklten zijn volk te bedriegen, maar wat de Belgische bevolking aangaat, geplaatst, al-s het is, tusschen de onmenscheïijkheid dér feiten en zeemzoete woorden, is zij te realistisch om er zich te laten aan beetnemen, te vaderlandslie-vend om zich te vergissen, te fier om te buigen. • « De Duitschers hebben schoon te zeggen dat de Beigische regeering de onderdaan is geworden van Frankrijk en Engeland ; ons volk zal ant-woorden dat de Belgên en hunne regeering niemandâ léenmannen zijn, en dat zij uit al hunne wilskracht eisclien dat België machtig blijve, onafhànkelijk, vrij en souverein, terwijl het volstrekt getrouw en onberispelijk eerlijk zal blijven ten opzichte der bevriendenatiën, die voor dezelfde zaak van rechtvaardigheid en van beschaving strijden. v Ter Gedachtenis lier in België gesneuvelde lleiden Eene roerende plechtigheid vergader.de over enkele dagen eene groote menigte, "in de kerk van Wygmael (Brabant). Men vierde er eenen verjaringsdienst voor de Belgische soldaten, gesii.eu.vold op het grond'gebied der gemeen'ie. Al de burgemeesterg der naburige gemeenten wai'ën er tegenwoordig, alsaok veel aanzienlijke personen uit Brussel, Luik en Leuven. De Belgische vjag lag. over den katafalk en het was een treffend oogenblik wanneer na den dienst eene trillende Brabançonne werd ge-speeld.Mgr Mercier liet zich vertegenwoordigen bij deze plechtigheid. Bloemen en kronen werden neergelegd op het graf onzer heiden. De Bedevaarders van den Yser Binnen enkele jaren zal de Yser met zijn zacht wiegend water en zijne glorierijke golven ohtei-bare bedevaarders, van eene vrijgemaakte en betere wereld, vol liefde, aan zijne boorden zien verschijnen. En gij allen, mijne makkers,zult ter bedevaart komen. Beter dan dat : Gij zult leiders der bedevaarC zijn. Daags na 'onzen zegepralen-den tei'ugkeer, zult gij met fierheid tôt gids die--nen uwsr beminde iamilieleden, tijdens hun be-zoek aan de oevers van dezen grooten getuige van uwen heldenmoed ; latër, de hand in de uwè, zal uwe geliefde verl'oofde in het water van den stroom hai'e mooie ontroèrdë oogen komen spie-gelen; latër nogzult gij, met geestdriftig woord en met eenen stok den gezichteinder te "vlerckera en te St.eenstraete aantoonend, aan uwe zonen en dochtërs de geschiedenis vân den slag verha-len, die n misschien een stuk uit het lijf heeit gekost. , Maar gij zelf, vriend Yser, zeg wat uwe aan-staande cimgeving zal zijn? Zal iâen uwe flanken weer vrijmaken? Na de vrijheid te hebben ge-red, zpud.t gîj slaaf worden ? 1k geloof dat . men n den schoonen manlel van uwe groene weiden, van uwe ijverige hoeven en van uwe VlaamscKo dorpen zal terugschenken ; en dat onze nationale vroomheid, met eerbied uwe onsterfelijke loop-graven en uwe gedenkwsardige puinen op de roemri]kste punten behouden zal. Het zal noodig zijn, Yser, eenige uwer prachtige wonden open te laten. Zooniet, wat âouden de volksmenigten komen zien ? Ja, de menigten zullen toestroomen.Waardige Brusselsche c chochetés », fanfaren uit Gent of uit Luik, Gookkaravanen en luidruchtige kolle-gie-studenten, ondei'z.oekende Japanners, droo-merige Slavisehe studentinnen, gekke snobs, arme rakkers, — oude soldaten die u opnieuw • willen zien, — weduwen en weezen die bidden komen, toerislen en bedevaarders, al dit volk zal van Nieuwpoort naar Yper en van Yper naar Nieuwpoort gaan en keçren, langs den Boyau de la Mort en het kruispunt Bec-de-gaz, de laan der Kleine-Prinsen, de Villa Amon-nos-Autes, en de Klokke-Roelandburg, het slachthuis der Moffen en de rattenkweekerij. Natuurlijk zal men in dit bontgekleurd gedrang banale praatjes hooren en onbevallige gebaren te zien kfljgehi; maar wij zullen hooghartig blijven. Indien Tartarin zijnen naam, zijne voorna-men en zijn bëroep op eén hoekje der dekking komt schi'ijven; waar wij tijdens een hevig bombardement, kalmweg, met de punt onzer bajonet, onze naamletters graveerden, laat ons daarom Tartarin niet kapot maken. Wanneer Miss Johnson en Miss Brown de zaltjes wegnemen die wij, gedurende de tragische nachten met vaderland-schen grond vulden, laat ons hunne daad aàn« zien als eene hulde aan onze dapperheid. En wanneer een tijdens den oorlog schatrijkgewor-deae neutraal, van goud droomend, met den buik vooruit in eenen granaattrechter komt rollen, zullen wij hem er beleefd uitkelpen, denkende dat eer hooger staat dan geld. Maar niemand bedurve het van den Yser een handelszaalcje te maken. In het heilig gebied willen wij geen hôtels met drie verdiepen en eene terras café-concert; geene garagen, die er uitzien lijk zeppelinloodsen ; geen half petrolie-tank, half muziektent soortig monster, waarin ëlkeen wordt binnengeduwd om 't panorama van den Yser te aanjjchouwen,versierd met pop-pen in uniform. De goade oude foorkramen, nederig en be-scheiden, zullen worden tôegelaten. Haast u, amateurs van herinneringen, verzamelaars, nieuwsgierigen. Komt en maakt, uwen keus. Allerhande granaatscherven, ontstekingsbuizen, « die bijna een belangrijk hoofd hebben verplet-terd », kopergroane knopp.en, gescheurde kapoten, gebx-okene lemmers, verwrongene geweren, punthelmen met ingèdeu'kten bodem, veelkleu-rige ringen, projektielbodems om losse papieren " bijeen te houden, horlogestanders, cigarenkisten-mandolines, trillende clichés, en wat nog meer liggen voor uwe verwonderde oogen uitgèstald. Vreest niet de waren uit te putten : Eene hàlve dozijn f'abrieken (laat ons hopen dat het geene Duîtsche zullen zijn) hebben hêt op zich genomen te zorgen dat er nooit oorlogsrelikwieaa te kort 2A September 1918 Numraer 013

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dieses Dokument ist eine Ausgabe mit dem Titel De legerbode gehört zu der Kategorie Oorlogspers, veröffentlicht in Antwerpen von 1914 bis 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Zufügen an Sammlung

Ort

Themen

Zeiträume