De legerbode

1221 0
close

Warum möchten Sie diesen Inhalt melden?

Bemerkungen

senden
s.n. 1917, 20 November. De legerbode. Konsultiert 29 März 2024, https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/de/pid/ms3jw87c1w/
Text zeigen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

DE LEGERBODE den Dinsdag, Donderdag en Zaterdag verschijnende pit blad is VOOR. DE BELGISCHE SOLDATEN bestemd ; iedere compagnie, escadron of batterij ontvangt tien of vijftien Fransclie en Nederlandsche exemplaren. 's Konings Naamfeest -Sntwoord van den Koning aan de Belgische Regeering Als antwoord op het telegram van de Belgische jhinisters aan Koning Albert, bij de gelegenheid Van zijn feest, heeft Zijne Majesteit geantwoord : « Ik ben zeer getroffen door uw gevoelens en bedank er u over dat gij ze mij zoo warm liebt uitgedrukt. Ik treed uw protest bij tegen de in-menging van den vijand in onze binnenlandsche zaken, die bet uitsluitelijk gebied van de nationale soevereiniteit zijn. Laat het ons steeds met een zelfde toewijding en een zelfde zelfver-loochening ten dienste van het land ter harte hebben om die onverbreekbare eendracht, die alleen het lot van een voorspoedig en sterk va-derland kan verzekeren, steeds meer en meer te ievestigen. « Albert. » Antwoord van den Koning op de Heilwenschen van het Senaat De heer minister graaf Goblet d'Alviella, hondervoorzitter van het Senaat, heeft het vol-gcnd telegram van Z. M. den Koning ontvan-gen, als antwoord op de heilwenschen van het Senaat : « Ik bedank de leden van het Senaat hartelijk voor de vaderlandsche wenschen waarvan uw telegram mij de uitdrukking brengt en waarover ik diep werd ontroerd. <t Albert. ï * * ■» TE PARUS De in Frankrijk verblijvende Belgen hebben met groote plechtigheid 's Konings naamfeest ge-vierd. De ceremonie was op touw gezet door de )« Association générale belge» te Parijs, ten bate van hare oorlogswerken. Eene groote volksmenigte verdrong zich in de ruime zaal van den Trocadero. Op de eerste rijen bevonden zich tal van notabelen van België en van de verbonden landen. Men weet dat voormelde bond onder de hoogere bescherming staat van baron de Broque-ville, voorzitter van den Raad en minister van buitenlandsche zaken ; minister graaf Goblet d'Alviella, lid van het Kabinet ; Z. E. baron de Gaiffier d'Hestroy, Belgische gezant te Parijs ; >en A. Dalimier, vertegenwoordiger van de Fransche Regeering. Kamerlid Neven, die de vergadering voorzat, heeft baron de Broqueville verontschuldigd, die Wegens gezondheidsreden belet was naar Parijs over te komen, maar die zich had doen vertegen-woordigen door den voorzitter van « Le Souvenir de Belgique ». De heer Neven, in zijne hoedanigheid van voorzitter van de « Association générale belge », heeft vervolgens onderstaande redevoering uit-gesproken.Redevoering van den heer Paul Neven. Ter gelegenheid van het naamfeest onzer Vorsten, is het mij, te midden van'slands rouw, undermaal gegeven u mijn broederlijken groet te richten. Met diepe aandoening, komt mij dezen dag andermaal voor den geest, zooals de drie voor-gaande jaren, met al onze taaie heldhaftigheid en met al ons ontzeggelijk lijden en wee. Op het ioogenblik dat voor onze oogen, en voor ons hart onze wonderbare driekleur aan de hoogste top-punten wappert, hoor ik ginds verre, aan de Doorden van den heiligen stroom, het gekletter onzer wapens, en nog verder aan gene zijde, de stem onzer landgenooten-martelaars, die, even als onze soldaten, den vijand toonen dat Vrij België nog steeds leeft. De jaren verzwinden. Nog steeds laat de Duit-scîier zijne kanonnen in de vlakten van ons Vlaanderen bulderen, maar immer ook staat ons 'léger, trots aide geplengde ofFers, daar pal, valt [den vijand onverschokken aan, en bewijst dat ons volk mqer dan ooit recht staat. Aan onze xvakkere helden, die in den modder en het stil-staand water van het front onvervaard te weer staan en met hun bloed 's lands ziele doen gedijen, bied ik namens u aU^n mijn eerste en fSejbiedyolle hulde Meteen stuur ik mijn groet aan onze arme maar heerlijke landgenooten die, in de overwel-digde gewesten gebleven, den verwaanden Teu-toon trotseeren. Ja ! zij ook, zijn soldaten ! Aan hen dienen wij te denken, gestadig te denken, en ze niet in de schaduw te laten. Zij zeggen ons dat trots ailes, trots de gruwelen waarin zij leven en sterven. zij als onze jongens van den Yser zullen stand houden. Naast de vuurlinie, te midden van hen die on-verstoord en vastberaden, te midden van het lawaai van geweer- en kanonvuur onze eer ver-dedigen, leven sinds meer dan drie jaar twee edele en reine wezens,'welke tôt de legende zijn overgegaan. Heden is het hun feestdag, èn be-vestigen wij hun onze onvergankelijks vader-landsliefde.Zij zijn onze Koning, onze Koningin, onze Roem, en zooals zij het gezworen hadden, de trouwe dienaars van den Plicht geweest. Laat mij u hier nog ons voor oogen brengen de plechtige vergadering onzer beide landka-mers, van 4 Augustus 1914, waarop het Hootd der natie deze gemoedelijke en opzweepende woorden sprak : « lk heb vertrouwen in onze lotsbestemming; een land dat zich verdedigt dwingt aller eerbied af : Dit land kan niet vergaan. » Het lot heeft deze manhaftige woorden van vertrouwen niet beschaamd. België leeft, en weldra zal het de schitterende doeleinden kennen, welke wij met vurige en oïiwankelbare vaderlandsliefde beoogen. Ja, de Koning was zijn volk waardig en wanneer men de geschiedenis van dezen krijg doorloopt, be-merkt men zijn heerlijk werk, hoe hij met vaste hand het leger op het slagveld leidt, en hoe hij vastberaden en beslist slechts een doel : 's Lands onaf hankelijkheid, den nationalen zege,nastreeft. Naast hem staat zijne edele gade, Koningin Elisabeth, die aile lijden en wee weet te lenigen. De gasthuizen bezoekend, zich over de sponde der gekwetsten neigend, de stoere jongens in de loopgraven toesprekend, dwingt zij eenieders genegenheid af, en blijft die bewonderenswaar-dige vrouwe voor ons het zinnebeeld van het Vaderland. Naar dit vrome, edele vorstenpaar gaan al onze lof en dank op dezen feestdag —■' welken ongetwijfeld onze landgenooten ook met geest-driftig gemoed vieren, ginds op het tijdelijk bezet grondgebied, — feestviering waarbij onze betooging slechts de heel zwakke uiting is van onze diepe erkentelijkheid. Leve de Koning ! Leve de Koningin ! Leve België I Redevoering van Graaf Goblet d'Alviella De vergadering van vandaag, waarbij wij voor de vierde maal 's Konings naamfeest op vreemdenbodem vieren, is bijzonderlijk bestemd om getuigenis te geven van onze gevoelens van trouw en verknochtheid aan eenen Vorst, wier heerlijke hoedanigheden van rechtschapenheid, moed en toewijding aan het Land tijdens dezes wereldkrijg op den voorgrond traden. Onze gedachten gaan onverwijld naar wat België was voor vier jaar, toen wij voor de jongste maal dien feestdag op eigen bodem hebben ge-vierd. Toen was ons land vreedzaam, voorspoedig, betrouwensvol in zijne door al zijn naburen gewaarborgde onzijdigheid, en vol zorgen om zijne vrij heden te betrachten en meteen zijne internationale verplichtingen te eerbiedigen. Het zou overbodig zijn akelige en al te diep in 't geheugen liggende herinneringen hier andermaal op te halen. Maar zoo wij al ons lijden en wee, beproevingen en rouw niet kunnen verge-ten, hebben wij ook herinneringen waarover België fier mag bogen. En vooreerst de eenpa-righeid, de spoed, de krachtdadigheid waar-mede Vorst, regeering en volk den ongelijken strijd aanvaardden, ter wille van hun eer. » * * Voorzeker kan het oorlogstoeval aan de Bond-genooten, vooraleer de krijg ten einde loopt, onaangename verrassingen en hachelijke stonden bezorgen. Maar zooals, voor enkele dagen, een Britsch minister verklaarde, zou zelfs een vol-komen afvalligheid van Rusland weldra ve^goed . zijn door het ojjtrede» der Amerikanen in het strijdperk. Deze bieden ons zoo edelmoedig hun bloed en hun goud opdat onze gemeenschappe- ' lijke betrachtingen kunnen triomfeeren. Voorzeker heeft Italie deze jongste dagen, op enkele uren de provinciën verloren, welke het dank zij eenen twee-jaarlange reuzenstrijd op Oostenrijk had bemachtigd, en wordt zijn grondgebied door den vijand overweldigd. Maarreeds hebt gij ook kunnen zien hoe eensgezind en ras het Italiaansch volk terug op verhaal kwam en hoe vlug de Bondgenooten Italie zijn ter hulp gesneld. Een der droevigste herinneringen van mijn leven, was het treurig tafereel van het ons na den val van Antwerpen, zeewaarts wijkend leger. Het waren afgescheiden groepen van havelooze, afgetobde, ontinoedigde soldaten, zich slepend langs de banen. Welnu, pas had de Koning dezen zijn vurigen oproep gericht, of dit leger kwam weder bijeen, sloot zijne gelederen dichter aan en ving in het slijk van den Yser die roemvolle verdediging van drie jaar aan, welke, eerlang gaat veranderen in een zegerijken voor-uitgang en de bevrijding van Vlaanderen's bodem, in afwachting van den zegevierenden terug-tocht in de straten onzer hoofdstad. Dit stralend vooruitzicht voor oogen hebben-de, laat me toe hulde te brengen aan de pi'âchlige houding onzer verdrukte bevolking, aan die zeven miljoen Belgen.die, den dag der verrijzenis verbeidend, onverstoorbaar blijven, trots 's vijands bedreigingen, trots de kuiperijen van hunne tijdelijke meesters. Wat een heerlijk voorbeeld voor ons, half-miljoen Belgen, die op vreemden bodem het uur van den terugkeer naar hun land en naar hunno haardsteden afwachten. **# Voorzeker snakken wij allen naar den vrede. Zooals het een staatsman der Entente verklaarde, zou het misdadig zijn den oorlog al ware het maar één uur te verlengen, wanneer de vrede mogebjk zal wezen. Maar deze mogelijke vrede zal zich slechts aanbieden den dag waarop het Duitsch militarisme in duigen zal liggen, en wij onzen tegenstrever, niet eenen vrede van weder-vergelding, maar eenen vrede van bevrijding en herstelling zullen kunnen opdringen. Zoudt gij eenen vrede willen, welke Duitsch-land zou toelaten uw binnenlandsche en buitenlandsche politiek alsmede uwe œconomische betrekkingen te beheerschen? Zoudt gij eenen vrede aanvaarden welke Duitschland zou toelaten de rijkdommen te behouden welke het u heeft geroofd, terwijl het in ruiling de puinen zou achterlaten, waarmede zij uw bodem heeft bed^jit, ( alsmede de graven uwer soldaten en uwen gèfusiljeerde broeders, de aan bloedar-moede lijdende ongelukkige landgenooten, die de ontberingen, de mishandelingen en de snoode ontvoering hebben overleefd ? Zoudt gij eenen vrede aannemen, die over uw hoofd de bedreiging zou laten hangen van eene nieuwe overweldiging, zoodra Duitschland er in geslaagd zal zijn zijne legers opnieuw samen te stellen ? Welnu dit zou onvermijdelijk gebeuren zoo wij het oor moesten leenen aan zekere beunha-zerij welke zich in de formule <t Vrede zonder inpalming en zonder schadeloosstelling » samen-vat, welke blijkbaar van Duitsch fabrikaat is. Tegen die bedriegelijke formule, zet ik zonder aarzeling er een andere namelijk die van « de vrede met gerechtelijkheid, herstelling en waar-borg ». Alleen die formule is voor ons aannemelijk, vooreerst daar wij Belgen zijn, en zij alleen ons kan terugbezorgen niet helaas ! wat wij verloren hebben, maar het evenwaardige en wellicht meer. Dan nog is zij de enkele formule welke in Europa een duurzaam evenwicht kan verwezen-lijken en voorgoed den vrede kan handhaven, zoo deze, zooals overigens uit de verklaringen van al de staatslieden der Entente blijkt, moet berusten op het recht der nationaliteiten op vrije beschikking over zich zelf. Wij hebben het recht de volledige herstelling van onze staatkundige en œconomische onaf-hankelijkheid door de drijven, alsmede die van onze nationale eenheid, welke de Duitschers, ondanks het klucktspel der bestuurlijke schei-ding, welke overigens hunne neerlaag niet zal overleven en hunnen nicdeplichtigen duur zal QO NovernBar ^ ^ TWwwilr 5OS

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dieses Dokument ist eine Ausgabe mit dem Titel De legerbode gehört zu der Kategorie Oorlogspers, veröffentlicht in Antwerpen von 1914 bis 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Zufügen an Sammlung

Ort

Themen

Zeiträume