De legerbode

1165 0
close

Warum möchten Sie diesen Inhalt melden?

Bemerkungen

senden
s.n. 1914, 12 Dezember. De legerbode. Konsultiert 20 April 2024, https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/de/pid/h41jh3dp0q/
Text zeigen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

den Dinsdag, Donderdag en Zaterdag verschijnemde " ' 1 '■ m. . ... H. Dit blad is YOOR DE SOLDATEN bestemd ; ieclere compagnie, escadron of batterij ontvangt tien Fransche en tien Nederlandsche exemplaren. Strenge Recliîers De Duitsche soldaten hébben onze hûizen verbrand, onze kerken en kunstwerken ver-nield : zij hebben de burgerlijke bevolking vermoord, tôt selfs vrouwen en kinderen hebben zij gedood; hunne afschuwelijke wanbe-drijven zijn door hel vuur en het zwaard op den bodem en op de praalgeboiuven van ons çaderland neergeschreven. Men heeft soms beweercl dat dit slechts al-leenstaande, iiitzonderlijke gevallen waren, die men op rekening van den oorlogswaanzin stellen moest en dat het onrechtvaardig zou zijn daarvoor het Duitsche leger of vooral het Duitsche volkverantwoordelijk te stelien. Neen, het zijn geene alleenstaande gevallen, maar ontelbare feiten die deel uitmaken van gansch ern stelsel dat ten doel heeft de bevolking vrees aan tejagen, door de over--■ten aangeprezen en bevolen, koelbloedig door de troepen uitgevoerd en op pedante wijze door somm/ge intellectueelen gerecht-vaardigd.Heeft men niet een Duitsch afgevaardigde, een geestelijke nog wel, wien men verzocht had zijne meening te zeggen over de oor-logsfeiten welke door de arme onbekenden zoo ah wij met de Duitsche « Kultur » a/s misdaden worden aanzien, misprijzend hoo-ren antwoorden dat wij niets begrepen van den werkelijken geest des Christendoms. Maar lees dan wat de generalen von Bu-low en von der Gùlz pacha schrijven in de proclamaties aangeplakt op de muren der Belgische steden die door de Duitschers bezet zijn en die het Belgisch gouvernement heeft openbaar gemaakt in het zesde verslag van de onderzoekscommissie over de schending der krijgswetten. Op 22» Augastus spreekt von Bulow, in eene dezer proclamaties, over de noodzake-lijkheid waarin hij zich bevond, och arme ! om de welbekende wreedheid der inwoners van Andenne te beteugelen. « Het is met mijne toelating,» schrijft hij, <( dat de opperbevelhebber lieel de gémeentc heeft doen afbranden en dat ongeveer hon-derd personen werclen neergeschoten. » Hel zijn geene honderd doch meer dan twcc honderd burgers die te Andenne werden gedood, en dat in bijzonder wreede omstan-digheden, zonder dat de bandieten de minste vijandelijke daad vanwege de bevolking konden aanhalen als verontsehuldiging voor hunne misdaden. Te Namen, bij het in bezit nemen van de stad, vaardigt de militaire overheid uit dat er in ieclere straat gijzelaars zullen geno-men en dat a zij zullen worden neergeschoten zoo er in die straat een aanslag plaats grijpt ». In eene proclamatie die te Hassell werd aangeplakt wordt er gezegd : « In geval de bewoners op de soldaten zouden schieten, zal er een derde deel der bevolking door de wapens worden afge-maakt. » De stad Waver wordt veroordeeld lot het betalen van drie miljoen — ontzaglijke som voor eene kleine gemeente ■— omdat een Duitsch soldaat er werd gewoncl. Gewond door wie? Het onderzoek brengt aan het licht dat het door eenen duitschen kogel ■ was. Het doet niets ; de stad moet belalen of zal verwoest worden. Te Grivegnée eischt de Duitsche majoor Dickmann, dat de burgers de Duitsche officier en zullen groeten.... « Hij die niet zal gehoorzamen moet zich er aan verwachten dat de Duitsche militairen zich door aile piiddelen zullen doen eerbiedigen. » De proclamatie van majoor Dickmann eindigt met deze woorden : « Allen welkclanigen weersland tegen deze bevelen zal met de dood gestraft worden. » « Al wie zich verdacht (!) toont loopt de kans onmiddellijk te worden neergeschoten.d En ziehiernu veldmaarschalkvon der Golz zelf die, wanneer hij nog gouverneur gene-raal van België was, het volgende op de muren van Brassel doel aanplakken, naar aanleiding van de vernieling eener spoorlijn : « Yoortaan zullen degemeenten, het dichtst in de nabijheid van de plaats waar derge-lijke feiten zijn voor gevallen, — zij mogen dan pliehtig zijn al dan niet, — zonder ge-nade gestraft worden. Te di.cn einde werden er gijzelaars genomcji uit al de gemeenten in de nabijheid van de spoorwegen welke door dergelijke aanvallen worden bedreigd. en bij de minste poging om de spoorwegen. de telegraaf- of de telefoonlijnen le vernie-len, zullen zij onmiddellijk neergeschoten worden. En de Belgische bevolking weet, door eene pijnlijke en reeds langdurige ondervinding, dat de bedreigingen van von Bulow en Dici:-mann geene ijdele woorden zijn. Met welke aitdrukkingen moet men dergelijke handelingen brandmerken, welke slechts van een minderwaardig menschen-soort, van primitieve barbaren schijnen uit te gaan ? Zijn er dan in Duitschland ten minste niet eenige intellectueelen om dergelijke afschuwelijke misdaden, bedreven vol-gens een syslecm van men wcet niet welke wilde leer, le veroordeelen ? Jawel, er zijn er ; het zijn zelf s de hoofden van het Duitsche leger. Gij iwijjelt er aan ? Ten onrechte. Ziehier bijvoorbeeld, wat gcneraal Letz-mann, een der vurigste inrichters van die vaderlandslievende maatschappijen welke de verovering van de wereld door Duitschland droomen, denkl van wat hij noeml : De ridder-soldaat : « Hij is ridderlijk, » schrijft hij in de Deutsche Revue, << die het onvereenigbaar met zijn eergevoel oordeelt de weerlooze personen aan te randen, die zich met bezorgdheid bezig houdt met de gevangene, gewoncle of zieke vijanden, en de bevolking van het bezelte grondgebied onder zijne bescherming neeint. » Dezelfde generaal Letzmcinn oordeelt dat « deoorlog lasschen beschaafcle voilier en, niet op de wijze van een gevecht tusschen tijgers moet geleverd worden. Een volk dat oorlog voert met afschuwelijke middelen, levert daardoor zelf een bewi/s van zijn gebrek aan Kultuur. En de generaal beroepl zich op het oordeel der openbare meening. « Men zou,» zoo besluit hij,« door aile mo-gelijke middelen de algemeene openbare meening er moeten toe brengén aile natie die den oorlog zoo schandelijk voert, te aanzien als eerloos en haar onwaardig van het gemeênschap der beschaafde volkeren ver-klaren. )) Generaal von Bernhardi, wiens militaire bevoegdheid door de geheele wereld wordt erkend, is al even streng. Hij schrijft in dezelfde Deutsche Revue • « De moorcl van weerlooze bevolkingen, de plundering en het brandstichten in de bezet-te landen, cle wandaden op de gewonden bedreven, dat ailes brandmerkt voor eeawig de volkeren die ze bedreven. » Welnu, wat zegi gij daarvan ? Is de schandvlekking diep en krachtig genoeg ? ■Ta, ongetwijfeld, doch wij hebben eene kleine bijzonderheid vergeien. Gcneraal Lelzmann en generaal Bern hardi schreven deze wrekende regels in arti-kels van de Deutsche Revue, verschenen in de maanden Oclober en November igi3. negen maanden vôôr den huidigen oorlog. Het waren de Duitsche wreedheden niet welke zij met zoo'n deugdzame verontwaardiging vercardeelclen, het waren die van de Bulga-ren ! Herinneren zij zich daar nog van ? In hunne lampe onbeschaamdheid, nemen zij het ironische latijnsche spreekwoord mis-se/lien letterlijk op als het zcgl : Dat wat aan Jupiter— en dus aan zijn gelijke den Kaiser — toegelaten is. is het niet aan de een-voudige kudde mindere volkeren. Roemrijke Daden Leopoldsorde. Benoeming'. ALBERT, Koning der Belgen, Aan allen tegenwoordigen en toekomenden, He;l. Yv illende bij een blijk Onzov hooge welwillend-heid de dapperheid en koelbloedigheid erkennen. aan den dag gelegd door den luitenant Radisson, vliegenier van het Fransch leger. 1° Met tegen regen en rukvvind in de luehl te stijgen, voor eene gewiehtige verkenning, den 29 September laatsllcden te Antwerpen en dat spijts het mislukken van verscheidene andere pogingen tôt verlrek ; 2° Met volkomen zijn zending te vervullen in weerwil van al de hinderpalen. Op voordracht van On zen Minister van Oorlog; Wij hebben besloten en Wij besluiten : Art. 1. Het kruis van ridder in de Leopoldsorde is verleend aan den luitenant-vliegenier Radisson, van het Fransch leger. Benoeming- De tweede kapitein Tasnier, L.-P.-J,, van Iiet 2e régiment jagers te voet, is benoemd tôt kapitein commandant, naar aanleiding van het moedig gedrag dat hij onoplioudend sinds den aanvang van den oorlog heeft aan den dag gelegd. De hulpapotheker Severin, werkzaam bij het 2e regiment karabiniers, is benoemd tôt reserve-apotheker der 4® klasse, ter belooning van zijn dapperheid en zelf'opofl'ering. De eerwaarde lieer Geens, vrijwilligè aalmoe-zenier, -werkzaam bij de 1° legerdivisie, is benoemd tôt krijgsaalmoezenier, ter belooning va a zijn uitstekend gedrag te Sintc-Margriet-Hautem. Herstelling in werkelijken dienst Bij koninklijk besluit van 1 November 1914, wordt de kapitein commandant Guillemyn, J.-F., van het vervoerkorps der 1® legerdivisie, op. wachtgeld, in werkelijken dienst hersteld. Reserve-Offîcier. Het koninklijk besluit van 2G October 1914, waarbij reserve-luitenant Stouthuysen, G.-L., van het 5e regiment jagers te voet. opgehouden heeft deel te maken van het reserve-kadèr, wordt bij koninklijk besluit van 30 November 1914 ingetrokken. Berooving' van g-raad. ALBERT, Koning der BeJgen, Aan allen tegenwoordigen en toekomenden, Heil. Op voordracht van Onzen Minister van Oorlog,1 Wij hebben besloten en Wij besluiten : Art. 1. Reserve-generaal-majoor Lauwers, H -L.-W., wordt beroofd van den graad dien hij in het leger bekleedt, om zonder noodzakelijkheid de standplaats van zijn commando te hebben verlaten allioewel hij zieh niet rechtstreeks in 's vijands tegenwoordigheid bevond, en zonder toelating eenheden te hebben geleid naar plaat-sen die door de bevoegde militaire pverlieid niet I waren aanaewezen. 12 December 19:14 INiiminer izsma,

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dieses Dokument ist eine Ausgabe mit dem Titel De legerbode gehört zu der Kategorie Oorlogspers, veröffentlicht in Antwerpen von 1914 bis 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Zufügen an Sammlung

Ort

Themen

Zeiträume