De witte kaproen: Vlaamsch strijdblad

632 0
close

Warum möchten Sie diesen Inhalt melden?

Bemerkungen

senden
s.n. 1918, 15 Dezember. De witte kaproen: Vlaamsch strijdblad. Konsultiert 29 März 2024, https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/de/pid/qn5z60dd7t/
Text zeigen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Vierde Jaargang Per nummer : 10 centiemen. 15 December 1918 DE WITTE KAPROEN Ylaamsch Weekblad. — Verschijnende elken Zondag Aile artikels, mededeelingen, geldelijke bijdragen, uitsluitend aan den bestuurder te sturen. Aankondigingen volgens overeen-komst. , Bestuurier-Eigenaar : ALFONS SEVENS Sfeurstraat, 7, Gent. ; Abonnement van l6ten December 1918 tôt lsten April 1919: 2 Frank. Die ganze Welt ist miser Feld door Alfons SEVENS Nadruk Verboden Dikke boeken werden reeds geschreven ea nog dikkere zullen geschreven worden, om de oorzaken van den werelbrand op te sporen en uit te leggen. Allerhande pro-fessors, met of zonder brilglazen, zullen snuisteren in ecKte of valsche briefwisse-lingen van gevallen vorsten, zullen diplo-matische stukken uitpluizen en heele kar-revrachten wetenschap over onze hoofden uitgieten. Hoe klonken de strophen van dat ge-leerd liedje weer in Duitschland? Hier luidde het dat de Czaar, om zijn waggelenden troon te stutten, een oorlog noodig had en daarom de Serviërs ophitste. Daar beweerde men, dat de Franschen, om hun revanchelust te koe-len, Rusland gewapend en aangemoedigd hadden. Verder sprak men van de ijzeren koord, die de verschillende natiën uit nijd rond Duitschland gespannen hadden, en waarin ze het vredelievend Duitschland zochten te wurgen. En natuurlijk schreeuwde en huilde men tegen het ka-pitalismus, dat den oorlog gezocht en ge-wenscht had, om zijn coffre-forts te vullen ten bate van stroomen bloed en millioenen lijken. * * * Van het weinige doorzicht, dat profes-sors somtijds hebben in 's werelds gedoe en in de ziel der volkeren, getuige deze kleine geschiedenis. Op Zondag, 1 Augustus 1914, terugkee-rende uit Zwitserland over Pontarlier en Parijs, stapte op onzen trein te Waere-ghem een professor in geschiedenis bij de Gentsche Hoogeschool. Zijn meening was, dat België in den komenden oorlog zou gespaard blijven. Frankrijk zou zich bepalen met zijn Oostergrens te bezetten; Duitschland zou ondertusschen Rusland een aderlating geven, hetgeen deugd zou doen aan de beschaving; en een paar we-ken later zou de Europeesche hemel er weer helderblauw uitzien ! Dien nacht, om 12 uren, zond Duitschland zijn ultimatum aan België en 48 uren later vielen de eerste Belgen te Visé, en weerklonk voor de eerste maal den Vlaam-schen Leeuw de Duitschers in de ooren. 'k Moet zeggen, dat die Gentsche professor, alhoewel franskiljon, doordron-gen is van de theorieën van den Duit-schen historicus Lamprecht, - de on-vermijdelijke versmelting of beter de on-vermijdelijke opslorping der kleine volkeren door de groote, - en dat diezelfde professor, al is Lamprecht dood, Duitschland kapot en het zelfbestemmingsrecht dervol-keren definitief op de charta der volkeren-gemeenschap geschreven, nog immer door Lamprecht zweert. * * Aïs men eenigen tijd in Duitsche gevangenschap verbleven heeft, en de gelegenheïd had met Duitschers van aile slach in betrekking te komen, dan wint men alras de overtuiging, dat er maar één enkele oorzaak van den wereldoorlog is, en eenvoudig de volgende : Gansch het Duitsche volk, van den geringste tôt den grootste, had de leus, die op de vanen van de Noord-Duitsche Lloyd prijkte, in wiiiiiaiii mamMMBcaaaBMisaflHiMi iiibi au m iiiumihi^ zijn geest geschreven en in zijn ha-' geprent : Die ganze Welt ist unser Fela Zij zongen niet, zooals de lustig: Gentenaars, als ze een glas te veel heb ben : 't Is hier allemaal 't onze! Maar z. dachten en droomden slechts een droon meer : De gansche wereld aan Duitsch land te onderwerpen. Het is niet, zooals Buis eens schreef Le rêve de la domination universelle es un rêve latin : de droom der wereldheer schappij is een Latijnsche droom. Neen, ook Duitschland heeft diej droom gedroomd. Duischlands school meesters hebben er de hersenen de kinderen mee verkracht ; Duitschland dichters hebben er de vuige begeerlijkheic der massa mee geprikkeld ; Duitschland: philosophen hebben er het geweten de denkende menschen mee bezwaard ; ei de Duitsche geestelijkheid, zoo goed d< katholieke priesters als de protestantisch dominées, hebben dien gekken, misdadigei droom als een roeping voor het Duitsch volk door de goddelijke Voorzienigheii geheiligd. * * In de gevangenis te Cassel-Wehlheidei hadden we een aufseher, die zich al hevige socialist uitgaf, Het was op he einde van 1915. De Duitschers beleefde hun tweeden grooten overwinningsroes Mackensen en Hindenburg hadden d Russen geslagen en ze ver over Pôle weggejaagd. De Bulgaren waren in he strijdperk getreden en de dappere Sei viërs, bezwijkende onder de overmacht werden uitgemoord en verdreven. He eerste groote offensief der Franschen lie na een paar dagen vast. Van dag tôt dag gluurden de oogen va onzen gevangenbewaker-socialist overmoe diger. Bijna elken morgen kwam hij de ce binnen, om te zien, of mijn vloer geboen was tôt hij blonk, of mijn emmerken e mijn vuilblek gewreven waren tôt zij glom men, en natuurlijk om te vertellen, hoe veel Serviërs er gevangen en hoeveel ste den er verbrand waren. « Duitschland zoekt de wereldheer schappij », snauwde ik hem zekeren da toe. « En waarom niet! » riep hij uit. «Ita lië, Spanje, Oostenrijk, Frankrijk zij meester geweest in Europa. Nu is he onze beurt. Wij zijn het krachtigste, he ontwikkeldste, hetzedelijkste volk der we reld. Wie met ons is, zal aan een goed ge dekte tafel zitten. Wie tegen ons is, zul len we verpletteren. ». «Dat is juist niet socialistisch! » bract ik in. « Ik weet, » riep hij opgewonden, «de de socialisten uit de andere landen on aanvallen, met Vandervelde aan 't hoofd Maar met het Duitsche zwaard » - en h hief zijn twee armen op, als wilde hij he hoofd der gansche wereld afkappen, « zullen wij hen leeren gehoorzamen e ons eerbiedigen. » * * * Te AHendorf leefde ik eenigen tijd i een wirthschaft, waarvan de jongste zoo Kurt, ongeveer negen jaar telde. In Januari 1916, met keizers-geboorte dag, zou de Jugendwelr op het school plein den bespottelijken parademarsc uitvoeren. en Kurt speelde gansche dage in de herberg parademarsch. « Maar, Kurt, » zei ik zekeren dag « als ge de parademarsch doet, waaror stampt ge dan zoo? « ■I ■ Il III——Il« Mil H1I ■!■!! !■ I III Ml Bill I — Il I II BiM t Hij bekeek me een oogenblik, lachte hoogmoedig, en antwoordde : : « De bodem moet sidderen. » * • * * j Is de droom der wereldheerschappij nu i definitief uit de geesten der Duitschers verzwondsn? Wij gelooven het niet. Heeft de keizer hun de wereldheer-t schappij niet kunnen brengen, velen van hen richten hun oogen naar de nieuwe macht : Het socialisme. Zij hopen een soort van internationale 1 in Europa te kunnen verwekken, waarvan r Duitschland - aïs bakermat van het s wetenschappelijk socialisme, - verwacht de leiding te nemen, en waaraan de s andere volkeren en hoofdzakelijk de r kleine, een soort van dienstbaarheid, of î zooniet van samenhoorigheid, zouden be-: tuigen. Allah is dood, maar Mahomet is zijn i profeet. De keizer is weg, maar de geest van i Marx zal de ziel der nieuwe wereldheerschappij vormen. j Aile droomen van internationalisme I leiden tôt verdrukking der kleine volkeren, fr iot oproer en omwenteling, tôt dictatuur. t Wij hebben geen lust in de plaats van de a dictatuur van keizers en koningen, de dictatuur van 't proletariaat te zien e ontstaan. n In de volledige eerbiediging der per-t soonlijke vrijheid.in de vaste bescherming der familie, in den vollen opbloei van elk volk, in het programma van Wilson, ligt t de ware kern van het echte internationa-P lisme, van den blijvenden vrede besloten. Niet één natie heeft het recht te zeggen: jj Die ganze Welt ist unser Feld. Maar ieder volk moet kunnen uitroepen : Het .j plekjegrond, waar de Voorzienigheid ons j geplaatst heeft, is het onze. Daar kunnen n we gansch onze werkzaamheid ontplooien. . En van den vadergrond zullen we trach-„ ten te maken door noesten vlijt en krach-, tigen arbeid het beste plekje der wereld. VRIJE HANDEL. We plukken in Gent de eerste vruchten 11 van den vrijen handel. Sedert een paar * weken hebben we versche visch, hoofd- * zakelijk platjes en lekkere sprot. De platjes, die eerst fr. 4,50 het kgr. ver- " kocht werden, krijgt men nu reeds aan fr, 2,50. Zoo zorgt de vrije handel on-middellijk voor degelijk, gezond, en gezien * de tijdsomstandigheden, gezien hoofdzakelijk het allerellendigste spoorwegverkeer * met Gent, voor goedkoop eten. De vischkooplieden hebben niet gewacht tôt de treinen regelmatig liepen, en zij [J vreezen niet zelfs 's nachts te rijden en te * rotsen, als er, na de lange gedwongen " werkloosheid, een stuiver te verdienen n valt. Ook de groenten, nu de Duitschers het grootste deel niet meer opeischen, worden ti koopelijk. n 't Is maar in de comiteiten, dat het ge-sukkel voortgaat : het brood slechter, de - melkdoozen niet te krijgen, de doozen - plata aan 3 fr. en de suiker ongelooflijk k duur. n Ongetwijfeld komen de heeren bestuur-ders en bedienden zoo regelmatig als ten , tijde der bezetting naar hun bureel ; zij i discuteeren veel en beraadslagen lang en trekken op tijd hun wedde. 't Zal maar beteren, aïs de advokaten, in plaats van op de Lakenhalle, weer op 't paleis van justitie zullen zitten, als de fabrikanten weer op hun fabriek zullen zijn, de schoolmeesters zich met scholen of met het trekken van hun pensioen zullen bepalen, en de employés op hun weder-zijdsche bureelen zullen werkzaam zijn. Als elk zijn eigen stiel doet, zal elk zich eindelijk bezig houden met zaken, die hij kent. Schoenmaker, blijf bij uw Ieest, zie-daar een spreekwoord, dat de oorlog ons heeft leeren waardeeren. Hoe eer de vrije handel daar is, en de comiteiten naar den duivel, hoe beter voor onzen porte-monnaie en onzen buik. /M\ 4l\ /ÎA5\ /tt\ /Vt\ /#K /Tt\ /ft, /M\ /M\ /IK\ /1N\ /H\ GEVLOEKT ! Gevloekt zijt gij, Germaansche Vorst, Die gansch een volk in oorlog bracht ; — Gevloekt, gij die het wagen dorst De onzijdigheid zoo laf te schenden Van het gastvrije Belgenland, Aan wien ge uw eeden hadt verpand, Gevloekt, gevloekt ! van elk veracht, Barbaar, met gansch uw rooversbende. Gevloekt door al de dappre helden, Gevallen door het moordend schroot, Die have en goed ten pande stelden, Hun recht bekochten met den dood.., Gevloekt door vaders, moeders, weezen, Gevloekt door 't Belgisch nageslacht, Dat gij laaghartig hebt geprezen, — En op wiens val gij waart bedacht. Uw straf, o snoode eedverbreker, Zal u op aarde niet ontgaan ! Europa gansch, staat op als wreker Voor 't goede recht, voor 't volksbestaan. Vereende legers, vlag in top, Ze komen !.. En met leeuwenmoed Verplettren u en uw gebroed, Den gluiperigen ad'laarskop ! Wee u, schijnheilig Godaanbidder, Die zegen vroeg voor laffe daad, En eere stelde in vuig verraad ! Hoogmoedig roofdier, wee u, sidder! Weg moet gij van ons vadergrond, Gij, en uw broeinest van spionnen... Men sla u neer, steke aan de lont, Verniele uw moordende kanonnen, Verguize gansch uw keizerrijk !... Verzink, o beul, in 't bloedig slijk, En wees gevloekt, vermaledijd, Gansch uw geslacht in de eeuwigheid ! Laf. De Neef. Nota. Onze goede vriend De Neef bracht ons dit krachtig gedicht einde September 1914. Wij wezen hem op het gevaar, in geval Gent door de Duitschers bezet werd, met zulke huldezangen H aan keizer Willem op zak te loopen. Het is ons een waar genoegen, nu de profetie van den dichter zich ten voile verwezentlijkt heeft, dit prachtig stuk, waar gansch de ziel van den knappen tooneelartist in zindert, aan onze lezers en lezeressen te kunnen aanbieden. mSmmmmrnmmMm STEUN Verbetering. In 't laatste nummer staatA.O.fr.l.OO. 't Moet zijn A. D. fr. 100. Nieuwe steun L. H. fr. 0,50; R. D. S. fr. 2. Ten einde aan de talrijke aanvragen om onze vrienden van buiten Gent te voldoen, zal De Witte Kaproen voortaan te Gent den Vrijdag morgen, van af negen uur in de aubetten te bekomen zijn. Postabonnementen worden den Vrijdag met de eerste llchting thuis besteld,

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dieses Dokument ist eine Ausgabe mit dem Titel De witte kaproen: Vlaamsch strijdblad gehört zu der Kategorie Vlaamsgezinde pers, veröffentlicht in Gent von 1910 bis 1921.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Zufügen an Sammlung

Ort

Zeiträume