Het tooneel

1649 0
close

Warum möchten Sie diesen Inhalt melden?

Bemerkungen

senden
s.n. 1918, 26 Oktober. Het tooneel. Konsultiert 24 April 2024, https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/de/pid/n29p26r35r/
Text zeigen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Het Tooneel 4e Jaargang Nr 7 — 26 Oktober 1918 Reheer en Redactie : Handelslei, 139, Antwerpe 15 Centiem _ Fé DERICKX l i i—i Julius J. B. SCHREY • LJ Régisseur van de Vlaamsche Opéra ' —I I I Orkestleider van de Vlaamsche Opéra ■ Kon. NecL Schouwburg "Dolle Hans„ Majoor De Weert is éen van de enkele oversten uit het 0. I. leger, die de Sienjo's als beesten be-handelt, en zijn zoon is nu bij toeval getrouwd met een vrouw, die een Sienjo kent'uit haar kinderja-ren in Holland en toen met hem dweepte. In Indië • echter verloor hij vôor liaar zijn aaiitrekkelijk-heid, hij blijft simpel vriend van den huize,koes-tert nochtans een diepe liefde voor haar, maar weet die te bedwingen met een zelfbeîïeersching, zooals slechts alleen een Oosterling bezit. Doch de jeugdherinnering begint hij liàar opnieuw tç spoken en ze vindt ailes in hém, wat ze graag in haar ambtenaars-lamme man zou hebben gevon-den. / Hans is een driftkop, en zijn drift is zijn nood-lot. Ze gaf al eens aanleiding tôt straf — doet thans het konflikt uitbarstèn, waarin de 'majoor wordt belee<ligd bji de wederzijdsche, onderdriikt© liefde aan 't licht komt, en wordt oorzaak van zijn ondergang. ' ^ Fabricius is een «knap» tooneelschrijver, dat wil zeggen — hij kan de menschen roeren, pak-ken en doen huilen. Maar om dat doel te bereiken is een onwaarschijnlijkheid geen hinderpaal. Zoo is tamelijk aanneembaar uitgelegd waarom Jolanthe destijds Hans niet als man nam maar dan kijken we toch raar op, als wé vernemen, dat ze juist in een and^r uiterste viel en *al haar hartstochten ten offer ge'oracht aan de kalme, on-noozele goedheid van een liaitslachtigen Does, te-meer daar ze toch van hém eiseht, wat ze in Hans aanbidt. 't Ging hier natuurlijk om 't kontrast. Dit voor dé psychologie. En nu voor de l'eiten. Hoe komt het dat Hans, die zoo spoken kan op de regeering, op haar tyranie jegens de uitlanders, op haar onvergeeflijke bestuursfouten, — hij, die zich voor ailes mensch voelt, die mec* begrijpt en lijdt — dat maakt die figuur juist zoo beminnelijk en diep-echt — eerst zoo kordaat dien inlandschen vorst verdedigt, — maar bij 'het eerste bevel van die geliate regeering, met de meeste geestdrift wil uitdrukken, om zijn half broeders te lielpen tucliti-gen tegen het goede recht in — nadat liij zich eerst door een spioen op de' lioogte heeft laten stellen? Maar 't ging hier om een schakeering — en nog wel één van de mooiste in lieel 't vérloop — tus-schen Hans' en Does' karakter. Hans, namelijk, zou «de koppen gaan afbijten» — opdat Does daar-na heel gerust en kalmpies zou kunnen onderhan-delen.En doet het niet gek aan te. moeten hooren uit deu mond van den sympathieken helcl een spreuk als: «Verdeel en heersch»? Druischt dat nietrecht-6treeks in tegen zijn loyaliteit en reclitvaardig-heidszin, waarmep de •autour hem elders zoo mild bedeelt. Maar natuurlijk, de auteur moest hier een lesje geven aan de 0. I. bureauRraten — en als dat dan komt uit den mond van een lialf in-lander-zelf loopt het wel kans om diep in teslaan. En — last not least — berust het slot of op een moedwilige verdraaiing van de logika terwille van een scenisch effekt. Trots aile mogèlijke smeek-schriften en verzoeken om genade, tôt zelfs van den aanklager toe, troteyliet hoopvolle teeken, dat ligt in het feit, dat de cuxxlstraf telkens werd om-gezet, wordt Hans toch geiusilleerd. Dat gebeurde slechts met boeven en misdadigers, wordt er be-weerd. Is dan het Hollandsch bestuur niet in staat een" onderscheid te maken tusschen deze uitschot-typen en reclitzinnige trouwe soldaten ? Die belich-*titig van de feiten en van de betrokken persconlijk-heden is toch wat àl te eenz-ijdig. Vaart hierdpor niet een beetje pessimistifichen... Multatuli-geest? Fabricius heldeh zijn altijd primitieve men-schen-van-gévoel, eenvoudige psychologische ver-schijningen. Heel hun leven wordt beheerscht door een enkel overwegenden, sterk uitgesproken harts-toch t voor het onderwerp van hun verlangen — hun idèaal, mensch of zaak. Hun noodlot drijft lien daar naartoe, het wordt hun eenigste hekom-mernis, en in hun simpel geloof zien ze den af-grond niet, die zich soms plotseling voor lien open-spalkt (Wilko de Hond). Of als zij er van bewust worden zullen ze geen moeite doen om hem te over-bruggen. Ze berustén in het onvermijdelijke en wachteri geduldig en gelaten het verloop van de dingen af. (Hans, Does). Hun teekening doet soms denken aan schuchteren, klassieken eenwud ; met een enkel plastisclién trek is een karakter vastge-legd, maar op en top menschen van onzèn tijd, ze-nuwachtige, twintigeeuwsche intellekt-produkten kunnen we ze niet noemen. IDe Weert is een koppig majoor. Jolanthe een hartstochtelijke vrouw, met de eeuwig vrouwelijke behoefte om te aanbidden. Does een trouwe re- Igeeringsslaaf. En zelfs de hoofdpersoon, Hans Hartmann, is met al zijn rechtschapenheid en met ■ al de bewondering die hij afdwingt,toch maar zoet- jes naief geteekend.IIij «moet» de mooie roi spelen, sympathie en médelijden verwekken en dat wordt soms zoo sterk gesuggeroerd. dat het onwillekeu-rig, wantroxiwend wenkbrauw-fronsen doetf Het schrijven van den brief à la Cyrano, zijn parti j op-neming door Does, het kwaadsprekerij beletten ten koste van den majoor, het weerstaan aan de ver-leiding om te vluchten, het preekje tegen den majoor en dat vergiffeni6 schenken, als deze voortaan heel liefjes tegen de Indo's zal doen, wat deze met een tranerig knikje belooft. Die motiefjes geven aan Hans' verschijning iets romantiekerig-senti-menteels, wat de teekening verfijnt en polijst ten koste van de grootheid van lijn. Want in III voelen we wel, dat Hans niet be-doeld is als Hans Hartmann alleen. Daaruit blijkt duidelijk wààr de auteur feitelijk heenwou, maar waar hij niet is kunnen geraken. Hij wou de in-karnatie toonen van heel , het Sienjo-martelaar- schap, en dat' begrip zal hem wel bewogen hebben om zijn held als slachtoffer te doen vallen. Maar in I en II heeft hij zich te veellàten leiden door het familie-voorvalletje. Slechts in die enkele luiiselijke konflikten heeft hij den Indo bestu-deerd en xji^t in de maatschappij. En we voelen dan -ook hoegenaamd geen nu-delijden. Int^en-deel, dat gaat naar den armen Does. Hans wordt bewonderd voor zijn durf en zijn moed, waartegen al de onbeschaamdheid en de tyranié van den koi>-pigen,hardvochtigen,Europeaanschen majoor maai sctiipbreuk lijden. Zijn lioofd blijft, rechtop. Wij beklagen hem niet, doch bemerken integendeel met de grootste voldoening, dat hij sterk genoeg is, om zicli over al de ellende heen te zetten. Met zijn sterke moraal is hij onverwoestbaar. De mensch in hem zal nooit ten onder gaan. Maar in III; tegen den majoor liooren we wat van den. Sienjo-lijdensweg. Maar dat verliaal daar is louter tendenz, omdat het niets met Hans' per sopnlijkheid heeft te maken. Die klimt daar ma<ai eventjes op het gestoelte, om de wereld van hel onmenschelijk onrecht kond te doen. De auteur is er niet in gelukt, dat lijden recht atreeks te doen' voelen — een Sienjo to teekenen, die heel zijn klasse vertegenwoordigt, inkarnatie van het lijden-zelf. Thans is Hans geen verschijning. gegroeid uit het onrecht, wier bestaan en lever reeds éen aanklacht is. Wat we hier bijwonei: bliji't een gebeurtenis tusschen enkele i>ersonen We zièn in hem slechts den man, die Jolanthe be-mint, en niet het slachtoffer van maatschappelijl vooroordeel. De auteur is bij een persoonlijklieic gebleven, en is niet kunnen geraken tôt de uitbeel ding van het almenschelijk psychisch verscliijnsel waarvan in III nochtans zwakjes' de kiem wordi gevoeld. Maar dat liad ook van «Dolle Hans» eei tragedie gemaakt, terwijl het'nu slechts een feit is gebleven. In struktuur, bijeenbrengen vaii toestanden,, uit werken van konflikten, teekenen van karaktert brengt Fabricius niets nieuws. Enkel het.miliev verschilt. Maar heusche, lndische atmosfeer werc slechts in één stuk gevoeld van de drie, die we hie: te zien kregen — in «Sonna» namelijk.In «de Recli te Lijn» ontbrak ze geheel. In «Dolle Hans» hang' er slechts een zweempje. Voor 't overige is zijn too neél-patroon gesneden op Fransch model en Du mas, Augier en Sardou zal hij wel onder zijn leer meesters tellen. Van de drie bedrijven is het tweede voorzeke: het knapste. Het eerste is een kalme, droge uit eenzetting van de feiten, dat eindigt met Jolan the's eerste ontgoocheHng. Het derde is een aan eenrijging van tranerige tooneeltjes, los van lie mooie geheel, dat de twee eerste bedrijven vormen maar dat eindigt met een aangrijpend,lialf pathe tisch, half melo-dramatis^li slot. Doch in het twëede vinden we den auteur opziji best — én kranig tooneelman én fijn lev'ensvoeler Het is een koncentratie van roerende en pakkend» toestanden, die elkaar zoo snel opvolgen — som: wel een beetje geforceerd zelfs — dat geen verade mi ng mogelijk is, waarbij de machtige, dramati sclie greep van den auteur zwaar wordt gevoeld Fabricius heeft in overvloed, wat we hier déstijd noemden : intuitief drama-gevoel. Hij is geborei tooneelschrijver, hij kan roeren en schokken,docl meer oppervlakkig-geweldig dan fel doordringend want zijn werk leeit niet lang na, dit r- omdat ziji menschen een diep psychischen ondergrond missen Wat we bij een heriieming wel mogen eischen dit is: 't gemakkelijk, vlug-van-stapel-loopen il een juist bestudeerxl1 tempo, mistten we Zaterdaj 1.1. grootendeels. Vooral het eerste bedrijf werc effenaf lam gespeeld door gebrek aan innigheid ei warmte... en to,ewijding ook wel, want er lag eei roerende onverschilligheid over het spel van di acteurs, waarbij een bijna algemeen oppervlakkig< ^rolkennis wel 't liare zal toe bijgedragen hebben In II en III Avas 't beter in orde en daar kregen Wi soms degelijk en prettig samenspel te zien. «Dolle Hans» is voor hr Bertrijn zeker een vai zijn beste eh dankbaarste rollen. Er is gelegenheic in voor geweldig liartstochtelijk spel en toch ool voor uit/.ingen van innig teer gevoel. Die verschil lende schakeeringen heeft hr Bertrijn met bestu deerd plastisch spel zeer mooi weergegeven.Hij wa: van heel 't ensemble best op dreef en zijn bijzon der levendig spel in I heeft veel van dit bedrijf ge red. In II was hij één gloed; aangrijpend in ziji verontjvaardiging, overweldigend bij zijn aanva op den majoor. 'n Opendoekje verraadde den mach tigen indruk, die zijn spel op de toelioorders hac gemaakt. In III vonden we hem minder gelukkif — maar een groot deel daarvan komt op de schou dors' van ejen auteur, die daar een heel anderei Hans toont dan in de eerste twee bedrijven. Die ge latenheid d^ar was wel wat onnatuurlijk gemaakt J^e toomeloos ingehouden drift, die er wel kan ziji ' — werd echter te fel gevoeld. De Sienjo was hier t< veel... zenuwachtig Europeaan. Mevr. Bertrijn leverde verleden jaar heel wa' beter spel. De hartstocht was nu bepaald gemaakt Hoe onrustig Was haar spel toch in I, en hoe onbe weeglijk. masker-strak toch de uitdrukking var haar gelaat in II. bij die geweldige 6lot-scène! 'i Meest door haar hebben we den inûruk gekregen dat een paar herhalingen meer hoegenaamd nie' zouden geschaad hebben. Ook als hij voor eer oogenblik buiten den cîialoog staatN mag een ak teur niet vergeten, dat hij «meelevèn» moet, hel 6pel van de anderen volledigen en afwerken dooi een mimisch aqhtergrond-spel, dat een spiegel moel zijn van 't geen op 't voorplan gesclfted. Jui6t er enkel daardoor ontstaat die moeilijk te bereiker eenheid, dié nochtans de toets is voor de artistiekc ' waardeschatting van een ensemble.Dergelijke fijnc schakeeringen zullen we niet verlangen bij eer dilettanten-vertooning,maair die moeten we eischer van ons Vlaamsch gezelschap. In liaar samenspel het hr Janssens en Cauwen-berg in I en II was ze lief en knus gezellig en leefde heel innig mee, en gr-aag vestigen we aandaclit op haar binnentreden in III, laarbij een aangrijpend beeld gaf van innerlijk lijclen Piet Janssens gaf een goeden majoor De Wee was tamelijk rolvast en kon zich daardoor wat ten gaan, vooral in II. In I leed zijn spel we door zijn gewone zonde, maar in III gaf hij e mooi beeld van heusch berouw. Zijn houding u eclit militai r — het stugge daarin werd heel go gevoeld. Ook zijn typeering was goed gezien. De ondankbare roi van Does was in goede hf den, d.w.z. in die van hr.Cauwenberg. - Het kalm-gelatene, het staan buiten de siteer v aktie, wat hijz'elf zoo -goed uitdrukt in: «J lie kende mékaar, ik ben er maar als derde biji komen» — werd in een mooi, maar misschien to wat al te sober spel — langs schakeeringen v vermoeden, vertrouwen en wanlioop, met fijn ; tistiek gevoel vastgelegd. Hr Van de Putte, die een kranige Ivees de W te gaf, hr Gheubens, die, in vervanging van ,d hr Gorlé, het naieve l'olletje van sergeant T mersma met een beetje te gemaakte gemoedeli. heid vertolkte, en de H.II. Angenot en Thees vol digden het ffeheel op zeer voldôende Avijze. Tusschen het publiek was niet heel veel enthe siasme, Wat daarom niet belet dat na het twee bedrijf vooral toen hr Bertrijn met. blQemen we gehuldigd, duclitig werd toegejiiicht. Vooraf ging: «Zij wil niet trouwen», een lev de-rideau-tje, dat We, al sclii j ht het van heel ver komen, toch maar onbenullig moeten vinden. I heel lief maar toch wat geaffekteerd spel van m Bertrijn heeft veel vergoed. Do hr W. CaUwi bergli hebben we graag zien dobyteeren in een van wat meer gewicht. - AJs de stof, die in hi zit, nog wat clegelijker bewerkt wordt — meest scliap over gebaar en stem b.v. — mogen we m schien wel liopen uit hem een evenbeeld' te zi gr6eien van zijn talentvollen vadei'. — In dat m poppig salonnetje en naast zoo'n heel koket teervlinderig verschijnseltje deed lnj_^ waarach nog een beetje onhandig-zwaar. WILLY : Vlaamsche Opéra Martha De eerste opvoering van « Martha. » kon op Zat dag 19 dezer doorgaan, dank zij de bereidwilligh van den Ileer Van Aert, die met de partituur de hand de rôl van Plumkett op verdiens^eli; wijze zong. Hoezeer het publiek zijn pogen op pi stelde en zijn eerste optreden met vreugde groette, werd hem door mrlde. toejuichingen l bijzondere wijze getoond. De Heer Van Aert een zanger met een môoie ronde baritonstem, ? hij met het uiterste gemak te leiden weet. Hij > daarbij een artiest, die «spelen» kan. Het is c ook aànnemelijk, dat het Antwerpsch publ •dezen zanger genegen is en zich tevreden toont v de heer Fontaine hem aahwierf. In de VI. Op ; is heer R. Van Aert op zijn plaats. Hij kan z l tôt een onzer beste zangers van lichte opéra o i wikkelen. Dit toonde hij reeds Zaterdag, al 1 hij dan zeker niet'de voile maat van zijn kunr l geven. Eens, dat hij de roi Tjan Plumkett, eigenlijk voor een baszanger geechreven werd, gi zal beh'eerschen, kunnen w van hem ,een go , vertolking verwachten. Het lied ter vexmeerlijk i van het Porterbier bij den aanvang van III w> in ieder geval reeds op zeer verdienstelijke wi l voorgedragen. i Even veel goeds kunnen we ook van de over i artiesten zeggen... ' Mej. Mia Sylva (Lady Henriette) en Mej. ? Christiane (.Nancy) hebben in « Martha » op gel kige wijze geclebuteerd. De eerste heeft een gi * geleide, nog jonge sopraanstem en beweegt z ongedwongen voor 't voetlicht. Met gevoel en me 1 stem droeg ze het bekende Iersche volkslied uit voor. Mej. Christiane beschikt over een moi buigzame mezzo-stem, met donker-getinte diept Haar uitspraak is verzorgd en ook haar spel bl ongedwongen. Ook van heur verwachten we ] veel goeds.. Lyonel was Heer Dognies — een oude kennis v de getrouwe bezoekers van ons Nederlandsch ! 1 riscli Tooneel. Ook hij heeft, vooral in III met ^ aria « Mag de Hemel U vergeven », een welverdi • den bij val ingeoogst. Wel was er in zijn vertolki ^ voor wat het zanggedeelte betreft, hier en d; < een zwakheid, die hij als plankenvast zanger g< Wist te verduiken. Soms is zijn spel ook wel a 1 conventioiineel, zijn handgebaar wat gedwong Ondanks die kleine tekortkomingen heeft de te: Dognies in ruimè mate bijgedragen tôt het suc 1 vaii den avond. ! Lord Tristan werd goed vertolkt door Bern; Naurdy, — nog een oude kennis. De diepo basno : drongen niet altijd door tôt in de zaal. Zijn tyi ring was gelukkig en zijn spel steeds smaaki Andere stukken zullen ons zeker de gelegenh geven liet mooie médium van Naurdy te wa : deeren. Heer Fé Derickx Jr was een vermakelijke.re ' ter van Richmond. Met smaak zong hij zijnekle partij. Frisch, opgewekt en juist klonken de goed ge« leerde koren. Alleen in het slotkoor van III z gen, op deze eerste voorstelling, enkele mani wel wat te*schel. Er zat beweging in die massa's, welke leven aan de ^ctie deelnamen.* Schier onvoorwaardelijk dient het orkest, r zijn kundigen leider J. J. B. Schrey, geloofd. werd mooi, verzorgd werk geleverd. Op Schrey, een kalm, gewetensvol dirigent is, kunnen de z gers — we hebben het meermaals opgemorkt vertrouwen. Hij kan kleine feilen, die bij i eerste vertooning als deze, waarbij een libofd moet vervangen worden, nagenoeg onvermi]deli]k zijn, heel behendig over'winnen. lvleurig en smaakvol was de tooneelschikking. Dit is niet enkel te danken aan de mooie décors waarover de Opéra beschikt, maar vopral aan de kundigheid van Fé Derickx. welke de bewegingen van 't koor op voortreffelijke wijze te'regelen weet. We meenen te mogen verzekeren, dat de eerste vertooning van « Martha » een aangenamen in- Idruk bij 't publiek naliet. Het is een goede ge-dachte van don Heer Fontaine zijn repertoriun: af te wisselen door oj) een zangspel van hoogei vlucht en grooter artistieke beteekenis, een opere van lichteren opzot te laten volgen, vooral wan-neer dit werk een eigenaardig specimen ,is van eei kunst, die vroeger in eere was en thans nog veler bekoren kan. CALIBAN. * * * 2° VERTOONING VAN «MARTHA». Het was een aangename verrassing voor de be zoekc rs van de Vlaamsche Opéra verledeïi Zondag toen de regisseur hr Fé Derickx, voor den aanvant I der vertooning de toegevendheid van het geach I™ publiek kwam inroepen voor... don heer Bogaer: die, alhoewel niet •heelemaal liersteld, toch zou op treclen. De belangstelling was dus wel groot ei gespannen. Laat ons maar onmiddellijk, met vee go.noegen bekennon : zij werd niet beschaamd, geei ; enkel oogenblik. Heer Bogaers is een flinke figuur, met. eer sclioon geschoolde, genereuze stem, die warmt heoft en buigzàamheid. Hij staat goed op de plan K ken,-los, voornaam en toch zwierig, zonder over dreven gcbaron, met een zeer goede, expressieyi I mimrek. Daarbij valt zijn dictie voorzek^r te prij H zen. B Wij kunnen lietzelfde zeggen van den bijval de M o" vertooning als onze medewerker Caliban over d I eerste. Mej. Sylva, die zichtbaar erg verkoudei B was, heoft nochtans Iraar uiterste best gedaan ei B de zwaro titelrol van Martha zeer verdienstelijl H uitgebeold. De totaal-indruk was recht gelukkig ei I de traditie van de Vlaamsche Opéra : een goei I a.rtistiek ensemble te verkiezen boven hetdoe>vuit j blinken van eene ster van oersto grootte, gibus; rijk voortgezet. Dit is de goede, de beste weg. Ook de vertooning van Donderdag mag geroenn B worden. Do Heer Bogaers voldeed ten zeerste i fn Plumkett. Om haar mooie uitspraak verdient Mej ■■ Christiane geprezen te worden. Al het goede, cla we van de eerste opvoering zegden, zouden we hie a kunnen herhalen. We willen er enkol op wijzer J hoe een mooi samenspel deze voorstelling waarde vol maakte. C. — In en om de Schouwburgei [•t, «HET SCHANDAAL» van. Bataille zal voo a- , 't eerst op Vrijdag (Allerheiligen) worden opgc er voerd. De rolverdeeling is als volgt samengesteld en Charlotte Férioul, Mevr. II. Bertrijn; De oud as mevrouw Férioul, Mevr. Ch. Noterman ; Martlio ed en Riqiiet, Charlottes kiiideren, Mej. L. Van Goc on de jonge heer Noterman; Margaridou, Mevr. C il- Hens; Jufvrouw Blanquette, Mej. M. Bertrijn Miss, Mevr. I. Thees; De dame met den blauwe an ' hoecl, Mej. Van Frachen; De dame met den roode il- lioéd, Mej. J. Janssens; Maurice Férioul, Hr I je- Bertrijn; Art.anezzo, Hr G. Cauwenberg; Parizo ch Hr F. Gheubens; Jeannetie, Hr Van de Putte an De Prefekt, Hr Angenot; Gaston de Berieux, H ir- J. Schmitz; Gruz, Hr F.Van Gool; Jean,chauffeu: Hr F. Thees. «AAN FLARDEN». — Men is volop met d herhalingen bezig van « Aan Flairden », het mooi stuk van Top Naeff. lèl «DE SABIJNSCHE MAAGDENROOF » is, te gevolge der ongesteldheid van Hr Gorlé, moete ,\1_ " verdaagd worden. de Hr EDWARD GORLÉ. — De toestand vaii d rd zen voortreffelijken acteur is fel verbetercl; liij zj nogtlians nog een paar weken moeten rusten, alv< ?r- rens zich terug op het tooneel te wagen. te VLAAMSCHE OPERA. — De vertooningen zij [et als volgt vastgesteld : Zaterdag 26 en Zondag l ej. Oktober: «Prinses Zonneschijn»; Donderdag 3 m- Oktober: «De Vliege'nde Hollandeor»; Vrijdag 1 November (Allorheiligen), bij opschorsing van al îm alxmnement : «Martha» ; Zaterdag 2 en Zondag sr-, November : «De Vliegende Hollander». is" «DE VLIEGENDE HOLLANDER» zal diene en als clebuut van Mej. Van Herck. Mej. Van Ooste Ku en Hr Robert Van Aert. «ORPHEUS» van Gliick wordt volgens hi " speelplan onmiddelijk na «De Vliegende Hollai der» opgevoerd.Zieliier de rolverdeeling: Orpheu: — Mej. Montfort; Euridice: Mej. Lauwers of me Van Herck; Amor: mej. Mia Sylva; De zaliç schim : mej. Sion. , DE HERHALINGEN VAN «ORPHEUS» zij ver gevorTTerd en laten een volledig succès voo zien. « Orpheus » staat op het speelplan aa-ng wezen voor 7, 9 en 10 November. PAUL SCAPUS. — Binnen enkele dagen zulle er wij beslist kunnen melden in welk 6tuk en wai îid neer deze voortreffelijke ténor zal debuteéren i in de Vlaamsche Opéra. ke « DON J U AN », « De Bruid der Zee » en «Faus ijs zullen in deze volgorde worden opgevoerd. be- OOK « HOFFMANN'S VERTELLINGEN °.P wordt voor 't oogenblik ingestudeerd. ROUWBEKLAG. — Wij vernemen het schielii •g afsterven te Mont s/Meuse (Namen) van Hei an Henry Fontaine, junior, de eenige zoon van de iek sympathieken bestuurder der Vlaamsche Oper .jjj Hr Fontaine was slechts 31 jaar oud. ?ra Wij bieden aan den diepbeproefden vader en a£ de familie Fontaine, ons innig rouwbeklag. nt- « VÉRONIQUE », het lieve zangspel van Mess :on wordt a.s. Donderdag voor 't eerst in de Vari len tés gegeven.,Zooals wij reeds meldden«zullen He iie Georges Villier en Mej. H.elena Krinkels de rollc >ed van Florestan en Hélène vervuiren. îde VRIJDAG a.s. (Allerheiligen) wordt « Vér ng niciue » in dagvertooning gegeven. Aan volk zal h 'rd zekeir niet ontbreken. ize « CZARDASVORSTIN » wordt in de Scala c Donderdag 31 Oktober hernomen. Hr Eug. Dev lge zal de roi van Majoor Frittchoff vervullon. He Manaul deze van Endrey en Hr G. Van den Hoe< R- • deze van Feri. De andere vertolkers b'elioudc ik- hunne vroegere rollen. ;etl «DE ZWALU W EN ». — De Bestuurder v! l. Eden heeft zich het ireclit voorbehouden voor h °3® alleen vertoonen der wereldberoemde op'erette « 1 Zwaluwen » (Les Hirondelles). ^n- Mandolienlessen - Appclmansstraat, 2 ;ek ; 1—j lM} Lode Monteyne iet Maurits Sabbe en zijn werk en- Qg, Lode Monteyne is nog jong, maar op hem is voc iar zeker het 6preekwoord toepasselijk : «La valei jed n'attend pas le nombre des années! » Na den vet rat bètovende eersteling « Geerten Basse », kwam « 3 en. Tweede Lente van Mijnheer Quistwater» dat e< ïor schoon succès mocht beleven en nu zal weldra ces druk verschijnen «In de Haven», den. nieuwen i man waarvan de primeur van het eerste'hoofdsti Lrd voorbehouden was aan de lezers van «Het Tooneel ten gunst waarvoor wij onzen uitstekenden me<lewe ,ee- ker onzen besten dank betuigen. Tusschen al d ol. scheppingswerk in heeft Lode Monteyne nog d< eid tijd gevonclen om werk van zuiver belletrie te le'v ar- ren : eerst loregen wij van hem «Lode Baekelma en zijn Werk», dat reeds blijken gaf van Monte èh- ne's critisch talent, daarna « Charles De Coster, « Lne mensch en de kunstenaar», de studie over d< Fraii6chen-Belgisclien literairen kunstenaar, coi ty- pleét en volledig, zooals er niet éene bestaat in i 3ii- Fransclie taal zelf. En nu zendt hij wederom e< ten andere critische studie de wereld in : «Maurits Sa be en zijn Werk». Niet bevreesd om eene géijk iig uitdrukking te gebruiken mogen wij gerust ze gen, dat hij onzein fraaie letteren met een nieu iet werk van aanzienlijke waarde verrijkt heeft. Er Lode Monteyne heeft als motto aan zijn boi iie gegeven, de woorden van Ernest Hello: «La cri' in-• que est la Conscience de l'Art». Dit motto dui' — voldoende aan dat de beoordeelaar zich met ha ^n en ziel heeft toegelegcl om het. werk van Sabbe zi roi gewetensvol, zoo eerlijk en on partij dig mogelijk beoortieelen, eut werk clan nog gezien aoor net oog en overwogen in het brèin van een kunstenaar zelf, die zijn métier kent en weet hoe de conceptie van . een werk gebeurt e*i wat de gestatie ervan is. Wij beschikken helaas! niet over de noodige plaats om menige prachtige brok \iij: de schoone studie weer te geven. Men leert er Sabbe heelemaal in kennen.en zelfs zij die al tle werken van tien auteur van den «Filosoof var. .'t Sasliuis», van «Bietje» en van «Caritate» gelezen hebben — en vie heeft dat niet? — zullen versteld staan bij de lezing van de grondige analyse van het werk van den Brugschen meestef. *En het behadgt ov.s te verklareri dat wij, die uit lust en ook door ambtsplicht zoo menige critische studio ingestudeo.cl hebben, nog zelden zoo'geiïo-ten hebben als bij de lezing van dit nieuwe boek. Lode Monteyne heeft thans een plaats veroverd die hem gelïjk stelt met de allerbeste critiekers van heel Nederland. Zijn zinnen en perioden zijn stovig van bouw en sierlijk ineengezet. Zij hebben niet de Fransclie bondigheid maar missen geluk-kiglijk de Hollandsche langdradigheid. Zijn be-toog is sober, klaar eh volledig. Hij kent zijn taal tôt in de geringste brjxonderheden, maar vervalt in geen pedanterigheid, noçh aanstellerij. Ailes is -zoo eclit, natuurlijk, vloeiend en van zelfsprekend. Hij heeft zijn eigen, zeer persoonlijken stijl, het kenmerk van iecleren echten en gedistingeerden 1 woordkunstenaar. Men geraakt bij de lezing hoele-maal'oiider de bekoring van Monteyne's siorlijken, boeierden en gemoedelijken betoogtrant. Hij doet niet supérieur, ziet niet van uit do lioogte op zijn onderwerp, maar staat er sympathiek tegenover. * Hij is om zoo te zeggen in éenklank met Sabbe, den zacht-gevooisden zanger en verteller van het Brugsche leven. De atmosfeer in Sabbe's werk doorvoelt men in dit van Monteyne Een van do, zijden .van het mooie talent van 1 Sabbe heeft do criticus echter niet aangeraakt ; zijn ! grootfe gave als 'redenaar. De eerste maal dat wij het geluk hadden den raskunstenaar die Sabbe on-^ getwijfeld is, te hooren, was bij gelegenheid van I de Buysse-viering. En toen hacl Sabbe het îviet on-;der de markt. Op het banket dat de vierihg besloot moest hij spreken namens de Vereeniging van Letterkuncligen van Zuid-Nederland, na Louis Simons, 3en gekonden en hooggeschatten uitgever j van de Wereldbibliotheek, die heel goed de pen hanteert maar als recîenaar heelemaal in de sclia-duw staat van den schrijvet Deze hèer difr bo-^ loofd hacl lieel kort te wezen, scheen zijn belofte r in den loop van zijn feestrede heelemaal vergeten wat voor gevolg hacl dat de dischgenooten met eclit ' Vlaamsche vrijmoedigheid de onlooclienbaarste* blijken gaven van vervelerij en van ergernis.Toen kwam Sabbe aan de beurt. En weldra was heel do vergadering — die voor enkele oogenblikken nog al woelig was — onder de bekoring van Sabbe's scliit-|5 terende redevoering, naar vorm en inhoud.een echt meesterstuk. Wij allen stondeii verbluft! Bij het r slot viel hem een ovatie te beurt van de beste ver-tegenwoordigers van de kunstwereld uit Noord- en Zuid. Later hoorden wij hem nog bij de vipring e van schepen Frans Van Kuyck en toen was het suc-n ces niet minder groot! Dit verzuim zal Monteyne ,1 wel goed maken in een tweede uitgave die niet lang z^l uitblijven. . «Maurits Sabbe en zijn Werk» is gedrukt met iJ ' fraaie létter door de firma Kauch voor rekening ,i van den boekhandel Flandria, Kathelijmevest' 3. Zij die zich het werk wenschen aan te schaffen, moeten zich haasten want de oplage is bijna uitgeput. N" r *+++- e Kon. Ned. Schouwburg e. «MAGDA» (Het Ouderlijk Huis) II Zaterdag 26, Zondag 27 (dag- en avonclvertoo-11 lîîng). Maaiiàag 28 en Donderdag 31 Oktober 1918, opvoering van « Magda » (Het Ouderlijk Huis), 1_ tooneelspel in 4 bedçjjven van H. Sudermaifci. ll ' VEKDEELING : Schwartze, gepens. overste ... Hr P. Janssens Magda ) docliters uit een Mevr. M. Dilis Marie ) eerste huwelijk Mej. M. Bertrijn ~ Auguste, geb. von Wendlowski, 1 zijhe tweede vrouw Mevr. Noterman I Franciska v.Wendlowski, hare e zuster » Ruysbroeck Max von Wendlowski, luite- nant, haar neef Hr Gheubens n Heffterdingk, dominé » L. Bertrijn n Dr von Relier, rrjksraad » Cauwenberg Professor Beckmann » V. d. Putte von Ivlebs, gep. generaal ' » Angenot Mevrouw von Ivlebs Mevr. L. Hens ;. Mevrouw Ellrich * » F. Thees j Mevrouw Schumann Mej. V. cl. Eynde Therese, dienstnu'isje » Janssens Het stuk s'peeltrin onzen tijd. in eene groote pro-, vinciestad. Korte inhoud. — Overste Schwartze, die voor de tweede maal getrouwd is heeft twee docliters, Magda en Maria. De eerste is eene onafhankelijke, kunst vol aangelegde natuur. II Schwartze heeft liaar willen doen trouwen met Dôminee Hefterdingk ; zij weigerde en werd ^laar- 11 om uit het .ouderlijk huis verstooten. Zij is naar Berlijn gevlucht waar zif lia>re stem ^eoefend heeft :» en aan de Opéra is gegaan. Zij heeft claar kennis gemaakt met rijksraad von Keller; liefdesbetrek-}> kingen ontstaan, doch von Keller, die het meisje niet opreclit beminde, verdwijnt op zekeren dag. , zonder te weten dat Magda hem een kind heeft geboren. ' Twaalf jaren verloopen. Magda,is eene beroemde 11 kunstenares geworden en komt in hare geboorte-plaats zingen. Zij wordt herkend, en tante Franciska komt met 11 het groote nieuws naar huis. Schwartze echter blijft onverbidclelijk, tôt dominee Héfterdingk or i- tusschen komt en eene toenadering tusschen Mag-é- da en haar vader tôt stand brengt. Magda komt îr weer in het ouderlijk lyuis. Doch liaar vader zoekt 11 liaar weer "bnder zijn ouderlijk gezag te krijgen. Hij dringt aan om te weten wat. Magda gedaan o- heeft, tijdens hare lange afwezigheid. von IÇeller. ît nu een- vroom mensch geworden, is ook daar, sid-derend bij de gedachte, dat men zijn vroegeren (p omgang kon vernemen, en ontstelt, als hij ver-■ neemt dat hij vader is. Ailes spant samen om Mag-?r da weer onder de tuclit van bet ouderlijk hûis te brengen, doch haar onafhankelijkheidszin. haar |n weerzin voor kleingeestigheid en kleinzieligheid doen haar in opstand komen. Zij weigert vooral von Keller als opgedrongen echtgenoot te aan-11 vaàrden, omdat men niet weet of hij wel de eeni-Y" ge was, met wien zij kennis hacl. Schwartze wil liaar dooden, doch eene beroerte treft hem en hij sterft. 6 Het orkest, onder leiding van toolidicîhter Karel — Candael zal uitvoeren-. Voor het eerste bedrijf: «Athalia», marscli, F. Mendelsohn. — Voor het tweede bedrijf: «Romanzo», viool-solo hr V. Van Heuvel, Svendsen. — Voor het derde bedrijf: «Athalia»,' ope'ningstuk, F. Mendelsohn. — Voor het vierde bedrijf: «Romanzo», celle-solo hr Hyp. Everaei;t6, Hyp. Rabaud. , ■ IK KOOP nog altijd Diamanten en ,n Brillanten, alsook HorlogTën aan de hoogste prijzen [n 5, Oude Stecnwcg, 5, nevens den hoek der o- St-Jansplaats. Huis van occasi©juwee>len Lk r- Vlaamsche Opéra >n « PRINSES ZONNESCH UN ». e- Zaterdag 26 October, Zondag 27 October, telkens is om 8 T.U., « Prinses Zonneschijn »/ sprookjesspel y- in 4 bedrijven. G-edicht van PoldeMont. Muziek le van Paul Gilson. Dirigent J. M. Schrey. Regisseur mi Fé Derickx. n- VERDEELING : le Prinses Zonneschijn Mej. J. Lauwers ■n Koning Ajoboud, haar vader Hr II. Caspeele b- Walpra, geliefde van Koning Mej. J. Montfort te Hagen, Ajoboud's broeder g- Tjalda, haar zoon Hr Paul De Blaër w Eerste skald » Marcely Tweede skald » Van Haelewyck >k Derde -skald » J.^Heirsferate ;i- Spin- en naaimeisjes, jagers, dienaars, hoorn- It blazers, schildknapen, houtraapsters, kinderen. rt Land van bergen en wouden. Germaansche voor- >o tijd. te * * * Aifons DARDEN Knmisohe roi on repisseur van de Variétés / Korte inhoud. — I.: In een ouden germaanschen burg leeft de broederinoorder Ajoboud met zijn dochter Zonneschijn. Niet verre van daar, buiten zijn wete, schuilt Walpra, de vrouw van den ver-moorde,■die wraakzuçht koestert,.met haar zoontje Tjalda. dat zij in*een wild hert heeft omgetoo-verd. De koning scliiet dit hert en laat het in zijn paleis brengen. Walpra verschijnt en werpt, met hare toover-niacht, xlen. slaap over lieel het slot. 's Ivonings dochter zal alleen uit clien slaap opgewekt worden door de man die het. tooverwoord uitspreken zal dat zij, Walpra, alleen kent. II.: Walpra maakt haar zoon terug mensch. Zij wil den zachten jongeling oproepen tôt de wraak, en veropenbaart hem den moord op zijn vader. Do,ch Tjalda heoft' het gelieim van de prinses ver-iiomen ' en. besluit den betooverden .burg op te zoeken. III.: In het derde bedrijf zien ,wij Tjalda en zijn vrienden op den top van een dichtbewassen heuvel. Terwijl zijn vrienden in diepen slaap verzinken,. vecdiept hij zich in bespiegelingen over het ailes beheerschend gevoel. Zoekende n'aar het woord dat hem het tooverslct zal doen zien, spreekt hij, op eëns, de woorden uit: « Dood verzoene, wat min niet kan. verzoenen: » En zie, daar sclieurt het bosch open en verrijst, blakend in de lentezon, met toren en tinnon, de sluimerburg. Juichend, zingend snelt hij er heen... IV.: In liot vierde bedrijf zien wij Tjalda ge-volgcl door zijn makkers, de ingesluimerde prinses opwekken na het uitspreken van het gelieim tooverwoord.* * * «DE VlllEGENDE HOLLANDER» Donderdag 31 Oktober, Zaterdag 2 en Zondag 3 November, «De Vliegende Hollander », zangspel in 4 bedrijven van Richard Wagner. Verdeeling: Da-land, Hr Caspeele; Senta/ zij ne dochter, Mej. E. Van Herck; Do Hollander, Hr R. Van Aert; Erick, Hr Paul De Blaër; Mary, Mej. Van Oosten ; de stuurman, Hr Marcelly. 1 : Variétés - Schouwburg « WALSDROOM ». Zooals trouwens te voor zien was is «Walsd'room» merkelijk beter door het publiek onthaald geworden dan « De G'vootliertogin van Gerolstcin », die wel een beetje «vieux-jeu» was. De talrijke op-komst was hiervan het beste bewijs. « Walsdroom » bezit overigens heel soliede kwali-téiten, eene zeer mélodieuze muziek die soms ontroeren kan, en toestanden die insgélijks éene zachte emotie te weeg brengen. Eene nieuwe recensie over de vertooning van Donderdag zullen wij niet geven, daar wij onver-mijdélijk in- herhalingen zouden moeten vervallen. Zeggen wij enkel dat er zeer goed samenspel werd geleverd en de enkele opmerkingen die wij na do « première » "deden, nu niet meer van kracht zijn, claar de betrokken artisten er de gegrondheid hebben van ingezien, en in dien zin hunne interpre-tatie hebben verbeterd1. Onnoodig te zeggen dat de'bij val zeer groot was, vooral na het « Piccolo-duet » en de finaal van II. • ** Voor de vertooning werd het Concerto-gedeelte ingeleid cloor « Othello », ouverture, dat het orkest met veel brio uitvo,erde. Daarna zong Heer Midler ■ ons met zij ne genereuze stem de «Ballade» van « Rigoletto » en verwierf warmen bijval. In het aria van «Les Têcheurs de Perles» vond Mej. Dèrèze — eene débutante — gelegenheid om haar welgestoffeerd orgaan te laten hooren, liaar succès was groot en verdiend. Mej. Derèze werd met twee groote bloemstukken bedacht. Om te eindigon zong de sympathieke bestuurder Hr Georges Villier, een aria uit « Le Pardon de Ploërmel », dat op uitbun- dig applaus werd onthaald. C. W. * * * Zaterdag 26, Zondag 27 (dag- en avondvertoo-ning), en Maand'ag 28 Oktober, telkens om 8 T. U., opvoering van *« Walsclro'om »,'operette in 3 bedrijven van Ose. Strauss. VERDEELING : Joachim XIII Hr Alfons Darden Prinses Helena Mej H. Krinkels Lothario Hr Fabry Niki » Varnier Monci » d'Alency Freelerika Mevr. V. cl. Héyden Wendolin Hr G. Dils Sigismond » Darlys Franci Mevr. J. Didier Fifi Mej. ZitaRutten Antje » Franchie Meubelen van het huis P. Marx. Korte inhoud. — Eerste bedrijf : De jonge en levenslustige luitenant Niki, gezantschapsraad heeft op een bai kennis gemaakt met, zooals hij dacht, de nicht van den grootliertog Joachim en haar ook een paar malen flink jfezoend. Tôt zijn groote verwondering verneemt hij dan ook later, dat het niet de nicht van den grootliertog was, maar wel clezes doclrter prinses Helena."'De grootliertog heeft in luitenant Niki een geschikten schoonzoon gevonden en weet het dan ook zoo ver te brengen, dat deze Helena huwt. Het huwelijk is wel ietwat met tegenzin gebeurd, daar Niki zijn aanstaande niet erg aangenaam, zijn roi als prins erfgenaam weinig aanlokkend, maar vooral zijn nieuw- vaderland erg vervelend vindt. Hoe zal hij weldra zijn gezelschap Uetreuren! Zijn bezoeken1 aan het Casino! 0 die lieve tziganen... en hunne hartroerende walsen ! Dat ailes is hem te sterk en den avond van zijn huwelijk, verlaat hij incogni-' to, in gezelschap van zijn vriend lui tenant het paleis en begeeft zich recht naar het Casino, om nog eenmaal te genieten vaii al die overheerlijke walsen van het damenorkest... maar vooral ook om nog eenmaal d'e schoone Franzi te zien. Tweede bedrijf : Zoo schoon en bedwelmend de walsen van F.ranzi, zoo ontvlambaar ook is haar liartje... Het is dan niet te verwonderen, dat ze het spoedig eens is met den flinken officier. In het paleis is de vlucht van den bruidegom ontdekt. Bruid, schoonvadër, heel de familie komen ophet onverwacht in het Casino.aan. De meeslepende walsen van Franzi doen spoedig aan allen vergeten waarvoor zij gekomen zijn en ze dansen'er weldra lustig op los. De menigte herkent het jonge paar, en te midden van de toejuichingen van het volk, verlaten Niki en de zijnen het Caéino. Franzi blijft gebroken achter...Haar geluk was van korten duur. Derde bedrijf : Terug in het paleis... maar een ganscli vervormd paleis. De jonge bruid heeft ras gemerkt wat haar den echtgenoot kon doen win-nen... heeft ra$ begrepen wat Niki kan behagen. Dank den goeden raad van Franzi gelukt zij er , weldra in zich geheel van het hart van haren echtgenoot meester te maken... hij, die reeds aan de echtscheiding dacht. Wanneer dan eindelijk de twee elkander voor goed gevonden fiebben. verlaat de arme Franzi, bij het spelen van een harer-schoonste en meeslependste walsen, het paleis...Nu i6 hàa.r droom, zoo schoon begonnen, ganscli ten ' einde.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dieses Dokument ist eine Ausgabe mit dem Titel Het tooneel gehört zu der Kategorie Culturele bladen, veröffentlicht in Antwerpen von 1915 bis 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Zufügen an Sammlung

Ort

Zeiträume