Jong Antwerpen: strijdend Vlaamschgezind studentenblad der stad Antwerpen

550 0
close

Warum möchten Sie diesen Inhalt melden?

Bemerkungen

senden
s.n. 1914, 17 Mai. Jong Antwerpen: strijdend Vlaamschgezind studentenblad der stad Antwerpen. Konsultiert 28 März 2024, https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/de/pid/9z90864012/
Text zeigen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Nummer 5. — 17 Mei 1914. A. V. V. 4- V. V. K. 20e Jaargang. JONG AKTWEBPEH Strijdend Vlaamschgezind Maandblad voor Studenten Tolk der Vlaamsche Katholieke Gilde «EIGEN TAAL, EIGEN ZEDEN» - Antwerpen Inschrijvingsprijs 2 fr. postvrij. Studenten 1 fr. — Bijdragen te zenden : Bureel «Jong Antwerpen», Dambruggestraat, 241. — Volstrekte geheimhouding. IN MEMORIAM Een goede werker voor den \ laamsch Ka-tholieken Studentenstrijd is Vlaanderen ont-vallen.Onder eenen overgrooten toeloop van vrien-■den, werden de stoffelijke overblijfselen vai> ADVOCAAT ARTHUR DE VOS, Bijgevoegd rechter, Voorzitter van het Comiteit der Pa-rochiale Scholen van St-Walburgis, MedestLch-ter en Oud-Voorzitter der VI. Kath. Hooge-schooluitbreiding, Voorzitter van den VI. K. Oud-Hoogstudentenbond der gouw Antwerpen, -op Maandag, 4 Mei 1.1., ter aarde besteld. De goede Jezus ontvange genadevol z'ijne ziel. Hierondér de lijkre.de die namens onze gilde. bij het geopende graf werd uitgesproken : _ Qildohrs^dsr?, Miiiio ÎÎ6çrcn, Het vroegtijdige afsterven van onzen geaeh-ten en beminden Gildebroeder, Advokaat A. De Vos, heeft 011s diep en pijnlijk getroffen. Een gansch verleden van daden verbond immers '7. inen naam aan den naam onzer geliefde gilde "Eigen Taal Eigen Zeden". Als jong stu-dent aan O. D. Vrouw-Collegie, trad hij in onze vereeniging en deed er zioh aanstonds opmerken door z:jne werkzaamheid en zijne -verkleefdheid aan onze Vlaatnsch krislene ge-dac-hten. Niet lang na zijne intrede in "Eigen Taal Eigen Zeden", werd hij lid van den Stude/itenbond en O'psteller aan "Jong Antwerpen", het orgaan onzer Gilde. Later werd hij Onderdeken der Oud-Studentenafdeeling en toen het gepaste oogenblik hem scheen geko-inen te z 'n, stichtte hij de afdeeling der IIoo-geschoolstudenten, wanrin in 1^9^, door sa-menwerking met eenige der ieverigste leden, door ons.en geliefden afgestorvene, de Katholieke Vlaamsche Hoogeschoohiitbreiding werd tôt stand gebracht. U hier schetsen al wat hij gedurende meer dan twintig jaren deed en verriohtte in den schoot onzer Gilde, ware een onmogelijk iets. Ilet volsta mij hier te zeggen, dat geene enkele werking van onze Gilde uitging, waar hij niet een ijverig en werkzaam deel aan nam. Hij was de man van den goeden raad, de man van "de handen aan 'twerk", de man die door zijne vroolijke inborst en zijn pittig woord en door z'jne optimistische en geestdriftige gemoedelijkheid, dààr eenen weg wist te banen waar anderen de armen zi.u-den laten hangen hebben. Ook alhoewel hij om reden zijner menig-vuldige ambts- en andere bezigheden, in de laatste jaren als werkend lid was afgetreden en het èerelidmaatschap had aanvaard, toch bleef hij steeds zooveel het hem gegund was door tijd en omstandigheden, de werkzaam-hoden van de Gilde volgen, toch was hij de •onverhoopte redder daar waar een redenaar ons in den steek liet, en was hij de raad-gever met onverhoopte uitzichten, toen moei-lijkheden kwamen opdagen. Ook stond zijn naam diep gegrift in het dankbaar herte van aile onze leden, doch vooral bij de ouderen, die van over ettelijke jaren zjn onverpoosd werken voor onze Vlaamsche Ghristene idealen hebben kunnen nagaan ; met fierheid wezen wij op hem, als op een man van vooruitgang en van toe-komst, die zijne Vlaamsche opleiding in den schoot onzer dierbare Giide genoten had ; met. blijdschap zagen wij dat ailes hem toe-lachte en dat eene toekomst, rijk aan daden, voor hem was voorbestemd. En zie, de Meester van leven en dood had er anders over beslist. In de jeugd zijner loopbaan, midden de prachtigste vooruitzich-ten, wordt hij door de 1 onverbiddelijke dood nedergeveld. Waar zulkej slagen nedervallen, daar helpt geen menschelij'ke troost, daar kunnen wij enkel met de dood in 't harte, het hoofd buigen voor <len Heerç. en zeggen: Uw wil is geschied. En een innig gebed is in ons midden opgegaan, ter ziellafenis van onzen dierbaren en diepbetreurden vriend Arthur. En de troostvolle woorden van Chris-tus beurden ons weer op : " 1k ben de ver-rijizenis en het leven. Hij die in mij gelooft, zelfs al ware hij dood, zal leven en al wie leeft en in mij gelooft, zal in der eeuwig-heid niet sterven. " Neen, goede, gemoedelijke, ijverige vriend Arthur, gij leeît thans voor eeuwig, dànr waar ieder voor z:ine goede daden beloond wordt, dààr waar zuchten noch tranen meer zijn, en in het midden uwer vrienden van "E'gen Taal", blijft gij ook voortleven in de herinnering aan al het goede dat gij daar hebt teweeg gebracht. Zacht rus'e uw stoffelijk overschot in den schoot der Vlaamsche moederaarde, geniete uwe 1er waarheid strevende ziel de Eeuwige Waarheid aan hare oneindige bronnen ?el\e; wij roepen U, met de tranen in het bai te, den christenen afscbeidsgt'ict : Tôt ^eer-zfien. dierbare vriend Arthur, tôt weerziens hierboven ! Gildebroeders, nu hij niet meer tiisschen ons is, bidt voor hem ! * * * Tôt zielelafenis van den duurbaren afgestorvene, zal er op Zondag, 17 Mei e. k., om 11 1/2 ure, in de Sint-Caroluskerk, (Cons-cienoeplein) , eene plechtige zielmis gelezen worden. Het Hoofdbestuur der VI. Katholiekei Gilde "Eigen Taal Eigen Zeden", noodigt al de werkende- en de eereteden, zoowel als de talrijke vrienden van den aflijvige uit, dààr den Allerhoogste te komen smeeken om de zielsgenade van hem die ons zoo duurbaar was. NOODKREET UST DE KEMPEN Wij stonden op den eenzamen heiweg, en beschouwden de donkere fabrieksgebouwen, waaruit een dof geroezemoes opsteeg. Don-ker was hier ailes in dit oord van opkomen-de nijverheid. De fabriek zag zwart, de lucht grauw van den rook door een bosch van schoorsteenen uitgespogen, de heide lag zon-der leven in hare zwart-grijze eentonigheid. - En zeggen, sprak mijn vriend, dat dit de toekomst is der heerlijke Kempen, zeggen dat binnen 25 jaren onze dichterlijke heiden, allen zullen "bezet zijn met fabrieken, die er naast de koolmijnen zullen opriizen ! Daar is de Kempen van voorheen, met hare wij de heigronden, hare dennebosschen, hare diehterlijk eenvoudige huizekens, met hare heiboerkens. Hier is de Kempen der toekomst, zwarte fabrieken, aschgrauwe, ver-peste lucht, steedsche woningen. Gansch Kempenland zal aldra herschapen zijn in een nijverheidsoord. Daar waar vroe-ger de iandman zijn stuksken heidegrond be-wroette, zal hij nu naar de lcoolmijn en de fabriek trekken. Op louter economisch gebied, is het voor do Kempen en voor België eene groote wel-daad vanwege God, daar Hij koollagen legde' in den schoot onzer barre heiden. Doch als wij het indringen der nijverheid beschouwen op maatschappelijk en zedelijk oogpunt, dan loopt onze Vlaamsche bevolking der Kempen een zeer groot gevaar. Voorheen leefde er in onze grouwe sleclits een element : 't was de Kempische boer, door en daor Vlaïamsch, door en dobr Kristen. De pastor was zijn beste vriend, dewijl deze hem over landbouwbedrijf kon spreken, over zijn eigen Kempische boerenleven. De Kempenaar leefde gelulckig met het weinige dat hij verdiende. Zijn leven was God's vrije natuur, zijn werken was voor zijn huisge-zin. En wordt hij we! eens bestempeld als zijnde een halfbeschaafd, ruw mensch, dan kunnen wij antwoorden en -zeggen dat hij is Kristen en Vlaamsch van aard en van ziel, ruw wij! hij in de barre natuur leeft, maar wT:ij mogen er gerust bijvoegen dat hij eene goede Vlaamsche inborst heeft, die hem verre boven zijne bespotters stelt. Aan dat ras van echte Kristenen, van echté Vlamingen, voegt zich nu langzamerhand een vreemd element, gevormd door het uitschot der maatschappij, voor het meerendeel, ver-bannen rondzwervers, die van God noch ge-bod afweten. Reeds nu begint het voorbeeld der vree,m-delingen te werken op onze Kempische bevolking. Reeds nu begint de zedeloosheid, en met liaar, de goddeloosheid plaats te vinden in het hart onzer jongere Kempenaren.Reeds nu beginnen zij stilaan hnn Vlaamsch-zijn te verliezen ! Zal onze Kempen het voorbeeld van Hol-landsch-Limburg en van het Duitsche R«er-bekken volgen ? Zal onze Kempische bevol^

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dieses Dokument ist eine Ausgabe mit dem Titel Jong Antwerpen: strijdend Vlaamschgezind studentenblad der stad Antwerpen gehört zu der Kategorie Culturele bladen, veröffentlicht in Antwerpen von 1890 bis 1914.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Zufügen an Sammlung

Ort

Zeiträume