De stem uit België

2435 0
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1916, 19 May. De stem uit België. Seen on 20 April 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/kk94748m1g/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Registcred at the General Post Office as a Newspaper. Telepfioon: Muséum 2 6 7. 30e Stem 0o* en vad ^°° . v utt JOelqte Bureel: 21, Russell Square, W.C. Abonnement : is. 6d, voor drie maanden. Subscription : îs, 6d, for three months, 2de Jaargang. Nr. 35. Oplage : 14,600. VRIJDAG, MEI 19, 1916. Abonnement voor de Vereenigde Staten, 40 cts. ; T") * 1 A voor Holland, 1 fr. ; voor Prankrijk, 2 fr I HCC JLU. CASEMENT-PROCES. GREY OVER OORLOG EN VRËDE. ACHT BLADZIJDEN. Onze stock papier, formaat van 12 bladzijden, is op. Rit dwingt ons vandaag op acht bladzijden te verschijnen, en vele belangrijke documentatie te moeten terzijde laten. Spijtig want voorzeker houden onze lezers aan volledigheid. Wij doen dan ook ons best om volgende week weer op 12 bladzijden te verschijnen. ondanks de vermeerdering van onkosten die het meebrengt. Wij verzoeken dan al onze vrienden ons te helpen door geldelijke ondersteuning en best van al door geregelde abonnementen van ls. 6d. Werf abonnementen aan ! Mannenadel. "Schrijft ong, over 'Mannenadel,' zoo nood. seinen mij onze lieve jongens op het front.' Wij hebben het recht, meer dan de vluchte. lingen, om uw troetelkinderen te zijn. Wi loopen zoo moederziel alleen, verdwaald er verzeild, midden deze wondere oorlogsmaat schappij, met onze groote begeerten, wij zier zooveel, wij hooren zooveel, wij beleven zoo veel, en wij zijn allen geen helden, in zede lijke kracht. Wij denken zooveel, en ja, heef de oorlog ons verruwd en verwilderd, on: hart is goed, want wij zijn de jongens ui 't Vlaamsche volk." Aan zulk een smeekenden oproep weerstaa men niet, wanneer men eenmaal den arbeic voos de jeugd heeft aangevat met de idealis tische spreuk : "Schoon is de jeugd in onzei ■ schooi en tiJd " ; wanneer men verder ziend< dan over dezen schrikkelijken oorlog, lanj nadenkt op de toekomst van 't Vlaamschi volk. Het schijnt me dat te veel onzer volks fèiders te starblikken op het tegenwoordij oorlogsverloop, op het afwisselen der kanseï van de loopgravengevechten, op het mate rieele oorlogsgedoe en niet genoeg bekommen zijn met de ziel van het volk, die eeuwig i: en eeuwig voortleeft, die groeit of verzwakt en het kapitaal der toekomst vermeerdert o vermindert. Een lichaam dat sterft vergele ken bij een ziel die bezwijkt, is niets, voo wie nog een zin heeft voor de geestelijki waarden Welke het leven van een volk en eei land moeten beheerschen, wil dat volk en da land op ware en blijvende schoonheid ei grootheid bogen en pralen. Uit het oorlogs verloop kan elke onpartijdige toeschouwe klaarduidelijk lezen dat België, in het aange zicht der wereld en in het aangezicht van dei vijand, eene zedelijke zegepraal heeft be haald, lijk Cardinaal Mercier het onlang zegde, welke ook in finantieel, maatschappe lijk, wederlandsch en huishoudkundig oog purit, als een zegen moet nawerken over onz bevolking. Er is meer. Niemand die nie inziet, dat van nu af, hoe Duitschland oo: aan onzen grond zich vastklampe, als aa de spil waarop gansch de oorlog draait, oJ schoon zijn brutale veroveringvingers brar den van 't onrecht, niemand die niet inzie dat van nu af het zeker is dat België's onal hankelijkheid een afgedane zaak is,— wat d oorlog verder bewerken zal, voor ons, kunne wij niet met zekerheid zeggen. Hetgee waarvoor onze jongens vochten en stierven i gewonnen : de vrijheid van ons land, en w: hebben daarbij door dezen oorlog aangewo: ven de stalen daadkracht om zoo gauw me gelijk ons land herop te tillen in zijn rijk stoffelijke beschaving, want zijn we arme geworden aan struische en kloeke lichame van jonge mannen, wij zijn rijker geworde aan zielen : en zielen zijn meer levenbaren dan lichamen. Maar laat het ons vrij uit verklaren—'t : immers een zaak van dringend en openbai menschelijkheid—de onzedehjkheid dreigt de mannenadel onzer jongens te verkankerer Door gezaghebbende mannen, door legerdol tors en priesters, werden de sporen ontdekt o het tôt nog toe maagdelijk en in martelaar: bloed liefderood-geverfde kleed van onze Vlaamschen mannenadel, en waar dat gevaa dreigt moeten wij het op de daken roepen, e elke politieke gedachte, elk persoonlijk oo; deel, elke nationale hoogmoed moet wijker omdat het gaat over de zuiverheid van ee volk over de levensbronnen, over de to< komst van ons geslacht. Zwijgen is schoo en verdedigbaar, zoolang een minder kwaa moet worden door de vingers gezien 01 een grooter te voorkomen. _ Wij weten d; we leven in een noodzakelïjk onvolmaakt maatschappij, waar kwaad en goed doc elkander groeien, en de zielkundigste de ^edeleeraren, de heilige Augustinus en de he liçe Thomas onderwijzen, dat het met c ?■ 1 . • .1 „«11o omrplpn +P vnn komen, maar wel deze euvelen die he bestaan, en het doel der maatschappij onder mijnen of in gevaar brengen. Nogmaals, het ware onbillijk als een don kere pessimist de wereid slechter te waner dan zij vroeger was, of de slechtheid van d< wereld als het monopolie van een of ande: land te beschouwen. Elke natie kijke naa zichzelf, werpe geen steenen naar het hoofe der andere. De onzedehjkheid, verdoken o gekcord ligt in den bodem van elke mensche lijke ziel en er zijn omstandigheden lijk dez< oorlog waarop zij naar boven vlot. en in di Photo welwille/id door M. de Dorlodot, meegedeeld. Een "Monument" door de Duitschers opgericht, ter herinnering aan den slag van Charleroi (Aug. 1914 werd onthuld op 22 Aug. 1915. Gelegen langs den weg van Couillet naar Châtelet, niet ver van he gehucht der Festiaux. massa als straffeloos werkt. Maar die oor-logsmassa valt uiteen den dag der vrede en wat dan, als elk individu een stuk onzedehjkheid van die oorlogsmassa medeneemt naar het huis, naar het dorp en de stad, waar het vreedzaam leven wordt herbegonnen? Deze oorlog heeft zoo wreedaardig de les gespeld aan de theorie en de praktijk der kinderbeperking, die toch maar de slotsom is van veel persoonlijke onzedelijkheid, in woord, gedacht, gevoel en daad, dat ik niet inzien kan waarom hij, die deze theorieën rondspreidt, minder als een volksverrader zou worden begrandmerkt, dan hij die 't loopgrachtenleven beu, geweer en uniform wegwerpt. En weêr moet mij die bedenking van het hart : onze kleingeestige politieke twis'ten hebben belemmerd dat, lijk voor de drankplaag, en de maatschappelijke verbete-ring doordringende maatregelen werden ge-troffen voor de openbare zedelijkheid, wanneer het hier nochtans gaat, over zaken die met persoonlijke politielc geen uitstaans heb-I ben, dewijl zij het gemeengoed der natie betreffen, en dewijl er nooit te veel natuur-lijke en bovennatuurlijke middelen kunnen aangewend worden om het monster der onzedelijkheid, ten minste als een openbaar gevaar en een aanstekelijkheid schadeloos te maken. Onwillekeurig denk* ik aan onze moeders van Vlaanderen—aan onze lieve, eenvoudige, groothartige Vlaamsche vrouwen—voor welke onze jongens vechten in de eerste plaats, want dit is een vaderlandsliefde die zij verstaan en voelen—ik denk op hen en op de tranen dje zij schreiden wanneer hun kinders henen-I trokken naar de onbekende stad voor het t kazerneleven. Die tranen werden gestort om t den angst der moeders voor de zedelijkheid ; hunner jongens. Krijgsmannen en rnilitaris-ten spotten daarmede, ik weet het. Zij ver-dedigen de theorie dat pacifisme onzin is, en volontarisme, een gémis aan politiek vooruit-zicht, dat om den vrede te verzekeren tus-schen de imperialistische naties men altijd op oorlogsvoet -hoeft ingericht te zijn. En hun krachtdadigste bewijs is dat zoo de Bondgenooten militaristisch waren ingericht geweest, Duitschland België niet zou ten vuur en ten zwaarde verpletterd hebben. Mijn antwoord luidt dat deze oorlog en elke oorlog een gruwel is en een schande voor onze twintig-eeuwsche beschaving, dat er we-zenlijk een pacifisme is dat ligt in de ziel van de démocratie, in de christelijke leering en ook in het socialisme, en dat zoo na dezen oorlog niet de moordsteek wordt toegebracht aan het militarisme, door de menschelijke en goddelijke wetten, dat de Europeesche beschaving heeft uitgediend en dat het leven onuitstaanbaar is. Niet om elkander te beoorlogen heeft God de natiën geschapen, maar om eensgezind, en door wederzijdsche mededinging, de schatten der schepping te laten ten goede komen aan den mensch, den Koning der schepping, opdat deze op zijn beurt des te beter zijn Schepper diene. Wanneer Duitschland het militarisme hanteert als zijn vredewapen, dan vergrijpt het iich aan de beschaving en "vernietigt zelf roekeloos door overbeschaving zijne jarenlang opge-stapelde heerlijke beschaving en zijn zede-lijken beschavingsinvloed in de wereld. Ja onze Vlaamsche moeders voelden de werkelijkheid en zij wisten wel dat hunne blozende jongens, terugkeerende uit hët kazerneleven dikwijls niet meer den zuiveren blik van hun moeder durfden in cle oogen zien, omdat hun oog te veel andere dingen had bezien en hun hart niet meer zoo fel klopte van kinderlijke liefde. Beste jongens, een andere naam wiî niet uit mijn pen, beste jongens, want in dit woord straalt liefde en 'k heb ons volk zien juichen en schreien, bij 't uitspreken van dit woord, onze jongens, onze broeders, bloed van ons bloed, ik zeg het u en gij weet het, gij droomt er van, uwe moeders staan te wachten op u, en bidden voor u, uwe vrouwen, uwe kinderen, uwe zusters, uwe geliefden bidden voor u, zij schrobben het huis net elken dag omdat zij elken dag verwacht zijt, zorgt er toch voor dat gij onder hunne oogen moogt verschijnen en onder hunne liefde, gelijk gij ze verlaten hebt, en dat de kus van het wederzien niet Judasachtig brande op die wangen die zich in houwetrouwe liefde hebben nat geschreid, Want wie zich eenmaal aan slechte liefde heeft bezondigd, kan het niet wegduiken voor moeders reinen blik. Moeder zal zich troos-ten in vaderlandsche fierheid en christelijke zelfopoffering zoo zij verneemt dat gij met maagdelijk? liefde voor het vaderland gesneu- * veld zijt. Moeder zal fier zijn op uw wonden maar voor de sporen van slechte ziekten zou . zij gruwen. En wanneer ik zoo spreek van moeder dan is het omdat ik weet dat geen oorlogsruwheid in het hart onzer jongens ooit het beeld van moeder wegwisschen kan, omdat ik weet dat de Vlaamsche inborst klin-kend metaal is en tarwebrood. Ik verneem soms dat brieve'n uit 't bezette land gezonden aan onze jongens verhalen van ontrouw van vrouwen, zusters en geliefden en van medeheulen met de vermoorder^ vanv ons volk. Onnoozele sletten, en trouMrelo»-> zen zijn er autijd en ik versta de verontwaar-digde wraakwoorden van onze jongens in hun gefolterde liefde. Maar weest gij zelf fier genoeg om niet van anderen te eischen wat gij zelf niet zijn zoudt, een zuivere ziel in een zuiver lichaam. Zuiverheid is eerbied voor het lichaam uit eerbied voor de ziel. Mannenadel is eerbied voor de vrouw uit eerbied voor uw mannelijkheid. Liefde hebben is zichzelf geven, geheel, voor het welzijn van anderen, is zichzelf verlooehenen voor anderen.En gij die elken dag bereid zijt, om uw leven te geven voor het vaderland, is het tôt u dat wi j moeten zeggen uw eigenzelF en uw driften te verlooehenen, uit genegenheid voor IT\oe(^€rî uw yrouw, uw kinderen, uw gehefde? Tôt u die elken dag naar den slae: trekt, geen cent meer om uw fëven geeft som~-tijds, de dood elken oogenblik nabij u ziet, tôt u moeten wij niet zeggen : "zorgt er voor dat uw lichaam door geen geslachtsziekte worde aangetast." Dat ware u vernederen, uwe manmoedigheid, uw zelfeerbied, uw per-soonsfierheid verkleinen en mistrouwen. Tôt u die vecht voor uwe moeder die u als kind heeft gedragen, gebaard en gekweekt, voor u die vecht voor uwe kinderen, de-kroezelkop-kens van uw weelde, voor u die in de geliefde de toekomst mint.van den blijden kinderlach, tôt u moeten wij niet zeggen: "gelooft niet wat boekjes en blaadjes over kinderbeperking als nieuwe wijsheid aanprediken, of zwate-laars uit groote steden, met een t'intje levens-ondervinding, ''met een reujke aan," u wijs maken. Gij die wel weet dat de toekomst ligt na den oorlog met de talrijke huisgezin-nen, en verstand hebt gekregen in die zware oorlogsbeproeving, houdt de bronnen des levens rein in u opdat Vlaanderen toch geen kinderlooze woestijn of een zieketienge kin-derkamer worde. Vlaamsche jongens, het loopt er gruisdik van van bestweters in dezen oorlogstijd, die een reisje naar Parijs of Londen hebben gemaakt, die overhoop gesme-ten zijn met duizende wangedachten. en die praatziek hun groot verstand willen verkoopen aan de simpelen van Vlaanderens dorpen, aan hen de schachten die nog van niets weten, luistert niet naar hen : uw gezond boeren-verstand en het licht uwer opvoeding in moeders keuken zijn veilige wegwijzers. "'t Is oorlog," is de leuze van hen die denken zich te moeten uitleven, trappen over al het hoogheilige en het reine. Ja, 't is oorlog, en we verwenschen den oorlog uit gansch ons hart. We strijden met de hoop dat zulk een oorlog nimmer onze kinderen moge treffen. Maar de leskens der christelijke zedeleer blijven dezelfde. Er is geen verschillende zedeleer in oorlogstijd en in vredetijd. Het is de christelijke leering slecht verklaren zoo maar te gaan denken dat de dood voor het vaderland, gelijk staat met een martelaarschap dat zonder biecht, of be-rouw, den mensch van uit de doodzonde, ver-heft tôt den staat van gratie. Hier ook mer-ken wij het op hoe men geneigd is de katho-lieke leering te verwateren en te verweeken, en eigen menschelijke opinie in Gods wetten binnen te schuiven. Wij zijn het niet die zoo maar ailes tôt een doodzonde zullen aandik-ken—de vereischten voor een doodzonde zijn vele en strenge—maar we mogen ook niet ge-doogen dat men het bindend gezag der katho-lieke zedeleer onderscheppe. Onze jongens missen fel het familieleven. Zij hebben een hart dat jong is, en voelen al den aandrang van de liefde. Liefde hebben zij noodig, goede liefde, ofwel zij wenden zwak over naar slechte liefde. Daarom late men ze komen zooveel mogelijk in vrienden-familiën, op verlof waar zij zich kunnen op. frisschen en opvroolijken. Daarom bijzon-derlijk moeten zij uitzien voor goede kamera-den, daar ligt de redding. want het is een jongen van twintig jaar niet goed alleen te zijn, en alleen moeten zij, zoo zij geen helden

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
This item is a publication of the title De stem uit België belonging to the category Oorlogspers, published in Londen from 1916 to 1919.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Add to collection

Location

Subjects

Periods