De stem uit België

1559 0
02 November 1917
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1917, 02 November. De stem uit België. Seen on 29 March 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/f76639m10c/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Rureel : 21, RUSSELL SQUARE, LONDON, W.C Téléphoné : Muséum 2 6 7. Abonnement : 2sh. voor 3 maanden. Subscription : 2sh. for 3 months. Voor de Vereenigde Staten : 50 cts. Voor Holland . 1 fl. Voor Frankrijk : 2.50 fr. Voor de soldaten : lsh. of 1.50 fr 4de Jaargang-, Nr. 7. (Blz. *1683-1690.) Oplage: 11,200. VRIJDAG, NOVEMBER 2, 1917. Registercd at g.p.o as a Newspaper. 8 blz. i^d. NOTA VAN DEN UITCEVER—Klachten over te laat toekomen zijn ons deze week niet meer geworden, tenzij uit het leger. Wie in Engeiand het nummer niet voor Zondag ontvangen zou, gelieve ons aanstonds te verwittigen, en bij ontvangst den band te bewaren, opdat wij ailes in regel brengen. Omirent bediéning onzer abonnenten in het leger hebben wij, na wat gesukkel, gelukkig goed nieuws j? te melden. De Cenbuur-na-den-druk is veranderd in g gewone Censuur, zooals voor de bladen in Frankrijk. Dank aan deze regeling hopen we dat nu ons blad regelmatig zal toekomen, en wel 's Maandags of 's Dinsdags. - De vorige censuur-maatregelen hebben ons eene zware schade berokkend. Dat is de reden waarom we heden niet op 12 b'z. «itkomen zooals wij het verhoopti;n. Rekenend op al!e onze vrienden. beleg-gen we echter reeds een heel aanstaande verschijnen op 12 blz. & Wij danken hier ccrb-'.dig de Çensuvr om hare 5 welwillendheid in deze. De nieuwe regeling houdt echter ook in dat onze legerphotos en teekeningen niet alleen vu à la censure moeten dragen, hetge.n ze nu hadden. maar daaren-boven moeten toelat ng voor publicatie hebben van ; het Ministerie van Oorlog. Dat is de reden waarom dit voorhanden nummer zoo wat excentrisch geiilus-treerd is. en sommige, vwwachte, portretten zijn moeten uitgesteld worden. Een bladzijde uit het boek der zedeliike oorlogsellende. MISTROUWP Het is een kille, vocbtige, regenzweepende dionkere Manchesteravond. Enkel wie nie leven ban, zonder kinema of theater, waag zich op straat. Het doet deugd te zitten bi die stoof in een hoekske met een boekske, va van de wereld en haren schrikkelijken doodis reutel. Men beït, en in de spreekkamer staa een forsche jonge kerel, glad geschoren. Aaa dieu zwarten vilten hoed, dien rossen maccin tosih, die gele schoenen, erken ik seffens eei munitiewerker. Ik groet stil, genegen, maa: een beetje wautrouwig, verwachtend d( klachtgeschiedenis van een nieuwe lavens ellnde, want blijdschap jaagt geen mensct door zulk hondenweêr, en de avond is bes gemaakit voor H uitspreken van droeflheidis geheimen. "Pater, ik zou willen dat gij mi helpt. Ik ben toch zoo ongelukkig," zef mijn bezoeker: en hij schreit lijk een kleii kind. Een groot mensch zien weenen is hard maar 't is ook schoon, want 't is een bewij: dat er iets buigt of breekit i'n een taaien man nehkop. Ik laat hem verder spreken. "'1 Ben een gereformeerd soldaat. % Heb Luik Antwerpen en den IJzer medegemaakt. '1 Ware er beter gesmeuveld, want mijn leven i; nu toch kapot. Met den oorlog was ik weêr-om een christelijke jongen geworden. 'k Werd gewond en verzorgd in een Engelsch ho&pi-taal. 'k Werd er betroeteld en 'k ben getrouwd met een meisje wiens familie mij veel aantirt>k. Ja, alleene zijn, en jong zijn en verzot op liefde. Gij weet wel wat een soldaat is." 'k Peisde bij mij zelf : 't is 't geval met velen, maar zij weten niet wat liefde is, en dat men de ware liefde maar opbou-wen kan op de puinen van veel kleine, zotte, leelijke liefdjes en dat dit moet 's jongeldngs levensfierheid zijn. "En waar zijt gij ge-trouwd, mijn jongen?" "Ziet, dat meisje was protestant, of beter niemendialle. 'k Ben getrouwd in een .protesteuntsche kierk. De katholieke .priester is een keer gekomen om te zeggen dat ik dat niet- mocht doen, maar 'k heb hem doorgezonden. 'k Heb hem ge-zegd, dat"iik geen geloof had, maar 'k heb er —thuis waren wij ail en- heel ohristelijk—en ziet dat huwelijk gaat niet. Wij komen iniet overeen, zij kent niets van 't huishouden : 'k ben ik voor 't profijt en 'k werk hard, en zij wil geen kinders. Ik houd ik veel van kinders, we zijn tooh daarvoor getrouwd, en te huis zijn er ook veel kinders, maar wij komen niet overee-n, 1t is een onmogelijke vrouw, 'en 'k ben ik een keer tôt bij u gekomen, ze zeggen dat gij veel kunt, om diat huwelijk te doen breken." Ik stond paf geslagen. "Maar jongen toch, weet gij wel wat gij mij vraagt?" "'k Ben ik voor de Kerk niet getrouwd', dus niet geldig getrouwd." "Gij weet dat toch nog, ge hebt toch nog niet heel uw catechismus vergeten? " "Ieder Belg weet dat, Pater. Ik weet het, 'k heb als katholiek grootelijks gezondigd en al de Belgen waar ik werk, vele zijn zelf niet beter, maar toch zij schijnen mij vreemd te bekijken. 'k Wil ailes doen, ailes, als ik er maar van af ben." "Ja> voor uw con-scientie zoudt ge de zaken moeten regelen door een geldig huwelijk, of door er van ai te scheiden, maar de Engelsche wet, de Belgi-sche wet, en denfct gij dat uw vrouw u zoo maar losLaten zal?" Hij zat met zijn aange-zicht in zijn handen. Het hondje van de pastorij sloop binnen, keek een keer droevig naar hem en naar mij en 't drendelde weêr buiten. Wij zwegen beiden : ik zat te wikken en te wegen hoe zulk een gewetensgeval op te lossen. Hij peisde alleen op zijn ongeluk en vermoedde niet dat dit een geval was van strijd tiusschen een persoonlijke gewetens-plicht en trargerl'ijke wettelijkheid tusschen 't onaantastbaar redht der ziel en het wetltelijk reoht des huwelijks. Ik wendde en keerde den toesitand allerwegen, vischte en hengelde, door ondervragingen, niaar den zielkundigen ondergrond van het geval en Tj bood hem vaarwel tôt binnen enkele dagen. "Ailes wat gij wilt, Pater, zal ik doen, als ik er maar van af geraak," siiikte hij, "mijn leven is nu toch kapot. Ware 't niet van moeder ! " Op den dtremper van de deur spraken wij nog wat vaai moeder, de bewaarengel van 't ruwste kind in 't bitterste ongeluk, en 't verzoette zijn gemoed en hij trok heên door den regen, nu niet meer alleen met zijn ongeluk, en 'k dacht op zooveel anderen—ook iemands kindleren, helden van den IJzer— ont'held en oinitheiligd, heliaas ! door een vroeg-rijpe, lichtzinnige, liefde in 't land der vreem-d'elingschap, en die nu, getrouwd, of mis-trouvvd, in diezen kouden 'nattigen winter-avond, zich zitten stom te kijken op den uit-gedoofden aschhaard van hun ontgoocheîde liefde. 'k Heb dàen avond niet meer gelezen in mijn boek. EENE IIERSTELLING. Een jufvrouw van vooraan in de twintig, met bleek aangezicht, als van iemand die een lange ziekite beeft gedaan, en twee pinke-lende blauwe oogen die zwemmen in verre tranen. Zij is gekleed in nette armoede, afge-sleten maar zorgvnldig geborsteld en gerei-nigd'. 't Arme meisje moet veel geleden heb- wildet g:j dat een beetje doen voor ons. 'k Zou nooit naar ons moeder durven teruggaan lijk nu. Had ik dat maar vroeger geweten ! En mijn man zal ook blij zijn." En zij toonde mij het medaillonportret dat zij rond den nek droeg, en opend'e den brief dien zij met ongedu'ld' tusschen haar vingers hieild. Het stond er in, zwajt op wit, dat hij een goê katholieken jongen van zijn compagnie ge-toetst had—hij durfde zelf naar den almoeze-nier niet gaan, 't was wel een beste man, maar d'at ging lijk niet om hem alleen aan te spreken—ien dat die jongen gezegd had, dat hij zijn huwelijk moest in regel zetten met de Kerk en dat het zoo best ware, "want sedert dat ik getrouwd ben, 'k ben lijk altijd ongerust, 'k heb lijk geen herte meer om te oorlogen, en toe, Mietje, spreekt daar een keer van aan een priester, en als ik op verlof kom dan klinken wij dat effen." 't Was lijk een schuld- en geloofsbelijdenis. 't Ziet er wel inenschelijk uit en weinig bovennatuur-lijk geloofsbewust. Maar wie onze fongens kent, weet ook dat zij zoo spreken, omdiat zij DE GEBROEDERS VAN RAEMDONCK. (Naar de kunstteekening van Joe English. ben, veel opgekroptt, en 't zal wel te fier geweest zijn om iemand iets te vragen. Het staat daar voor mij, met een kihakizakdoekje in de eene handi, en met de vingers van de andere hand wribbelt het zenuwachtig een strookje papier. Zij is een typisch beeld van de Bel'gische vtuchtelinge, plots geworpen in een vreemde wijde wereld, nergens te huis, te wreed onthuisd1 uit moeders zorg, blij omdat zij nog leeft, al moet ze ook voor 't leven scharten en klauwieren, maar met de dage-lijksche hoop geaureoold diat 't nu toch zoo lang niet meer duren zal. " Pater, 'k zou willen verleggen van werk ; weet gij soms geen werk voor mij, ials winfeeldochter?..." Ik zwijg en peis rond en zij spreekt voort : "Ziet mijn man is op "t front ; ziet, 'k ben getrouwd over eenige maanden." Dat kwam er zoo schielijk uit en tocih zoo schuchtevachtig en ze keetk staal in mijn oogen : en 'k zag hpe ze met haar khakizâkdoekje een traantje af-droogdie. Koortsachtiger wribbelde zij het strookje papier en ze wachtte op mijn vraag, want 't lag 'een pak op haar hart. Ik ver-stond. "En in welke kerk zijt gij getrouwd?" "In geen. kerk, Pater, 't is eigenlijk daarvoor dat ik gekomen ben. We zijn getrouwd op den registnar. Ze zeiden dat wij in geen kerke kondten trouw'en." Dat laatste zei zij er zefcer seffens bij omdat zij bang was dat ik streng zou spreken. 'k Verpinkte niet. Och, we zijn zoo koelbloedig-diep gewordten en hebben zuïk een medelijden met die arme slooren van ziwervend'e menschen, die eenmaal buiten, hun gewone huiselijke omgeving, geen houvast meer hebben, die niet durven zijn wat zij zijn, en toch in.wendig zoo geweldig lijden, omdat zij zoowel weten1 dat zij dioen wat zij niet mogen dtoen. En wie zendt er lichtstralen op hun dtonkere wegen? De bur-gerlijke besturen bekommeren zich om geen zielen en de priester staat soms zoo ver van zijn voile, staat voor dat volk zoo hoogheilig en majestatisch in zijn kerkelijke bediening, dat de simpele mensch uit het volk bijna niet naderen durft. "Zoo, we zullen dan uw huwelijk kerkelijk moeten rechtzetten !" "Och, niet kunnen, noch durvôn spreken over een groot gevoel, een groote deugd, een groot geloof. Zij d'enken, diat zij zich daarmede zouden verkleinien. Dat is pijnlijke jammer-lijkheid van hunne onizelfstandigheid. En Mietje was maar al te blij. de zondierlingiheid der nieuwigheid waren nu over. Er bleef mu maar enkel over de gedachltie aan God en aan moeders opvoeding. Wij regelden ailes voor dat huwelijk en een gezonde blos glom op Mietjes bleek gelaat, wanneer het henentrok, en zegde : "'k Weet ik niog van andere menschen die'hun huwelijk zouden willen in orde zetten. Mag ik ze bij u brengen?" " Ja, zeker, dat moqgt ge, er loopen er hier en daar. Maar ze zullen allen weêrkeeren tôt hun plicht. Dat zit in hun bloed, en 't bloed bedriegt niet. EEN DOOP. 't lis lijk een regimenlt dat komt afgestormd. Van op mijn kamer hoor ik ze klabetteren en snaterén Vlaamsch van "somiewhere in Flan-ders." Ze staan eerst wat ,te ritsepeeuwen aan d'e deur en trekken aan die bel alsof het de blok ware van Gyv,erinckihove. De Iersche meid koinit op de deur van mijn kamer tok-ken : "Father, tbere are a lot of your folks with a baby, a lovely baby." Echt Engelsch, of b'eter echt lersch, Mijn bezoekers zitten te tateren, juist gel i j k te huis, 't Zijin ' brave lieden, elkendeen mag ho-oren wat zij zeggen:. Zij voelen zich te huis en gelukkig gezeten in 's pri esters huis. Hij is immeTs hun vriend en zij zeggen het aan al de Enigelschen van hun gebuurte. En als ze een keer naar stad komien van uit hun landstreek, 't is tooh niet om stil te ziïten lijk p'impermeeskens. Ze komen ten andere voor of beter met iets heel bijzond'ers vandaag, en daar moet van "ge-kout " zijn. 't Is moeder Stephanie met drie van haar tien kinders, en tante Godelieve met twee kinders van madam van 't komiteit, en een Iersche vriendin, die ook geern meêkwam, en een jonge vrouw met een kindteke op ha.roi arm. 't Kind was in 't witlte, al zijde ei satijn en 't wreef met zijn. vuistjes zijn lodder oogskens wakker. Een feestelijke gil'an straalt uit dat groepje en moeder Stephanie': malsche, ronde kin lekkerbekt v.an zalige vo' daanheid. De jonge vrouw, met het kind alleen staat wat beteuteit en stuur. "Wel Pater, zegt moeder Stephanie, de generaa van t regiment, we zijn wij gekomen om da» kind te laten doopen." Ik lach snaaksch : "Zijn haar is al volgroeid." "Jamaar, 't if al 10 maanden oud, en 't werdi gedoopt in de protestantsche kerk." Ik keek verbaasd : moeder Stephanie sitootte de moeder van 't kind bij den arm. "Wel, Melanie, zegt het nu maar een keer al aan den l'ater.". "'k Had dat nooit mogen laten doen, zei Melanie, maar 'k kreeg ik veel van 't protestàntsch komiteit en 'k peisde: 't een plezier is 't andere waard." Dat was wat fiel en 'k zegde : "Tut, tut, tut, die protestanten hebben u vxij gelaten ; zij zijn veel te veel gentlemen diaar-voor. Dat is uw schuld. Zeg het een keer rechtuiit. ' Moeder Stephanie ziette den hoed recht van een harer meisjes en had er haar deugd in dat die nalatige moeder haar zante zou meêkrijgen. "Mijn vent was een socia-list," zoo ging Melanie voort. Ik peisde: dat is echt Belgisch : Een socialist, een man zonder geloof (bestaat dat onder 't werkvolk?) laat zijn kind doopen. in een protestantsche kerk. "Maar mijn vent is nu geheel-en gansch omgekeerd en hij durfde zelf niet meêkomen, en hij heeft gevraagd aan Stephanie en Godelieve. of zij wilden meêkomen." '"k Zal het ik over de vo'rute houden, anderbrak Stephanie, 'k heb er nu al zoo veehovergehouden "— "en m-ijn yent heeft gevraagd dat gij wellicht een keer zoudt komen, hij houdt veel van u, hij zegt dat gij voor den aime juist zijt gelijk voor dien ri j ke, en 'k zal ik koffie maken en we zullen dan al fie samea den doop vieren, en 't zal dan al vergeten zijn " Och, 't zijn al geen wonderlijke menschen. 'k Herdoopte het kind en. gaf aan heel mijn groepje een lange les over vrijheid en zelfstandigheid, over opvoeding en geloof, en 't prêeken ging gemakkelijk, want moeder Stephanie en tante Godelieve preekten rnede, en ge hadt ze moeten hooren over hun moeder zaliger, met al de ruizeluitigheid van Vlaanderen. Schoone menschen toch, fluisterde ik binnansmonds als 't negiment vertrok. De Iersche meid was nog een keer komen kijken aan de deur naar "the love.ly baby." Ik zegde haar dat ik het kind herdoopt had. "God is good, zegde zij. Tt is just the same with our Irisih folks when they go abroad, but they ail corne back some day, that's the faith of the Irish." LIEFDEZEGEPRAAL. Jef zit te wachten op mij, zwaar vast op de stoelzate, met zijn eMiebogen op zijn beenen, en zijn hoed zwingelend tusschen zijn knieên. Onze nieuwsgierige hond lig.t voor zijn voeten te kwispelstaarten. Jef is een gereformeerdte soldaat, een fiinke boerejongen van vijf en twintig jaar, met schoon blond krulhaar, en een blonde, donszachte snor: een volbloe-dige Sas. Hij is een rechte ziel, zonder om-slag noch bealag, d'eugdelijk lijk tarwegraan en de blijmoedigheid van. zijn inborst, straalt schalksch uit 't vreedizaam bruin van zijn oogen. Hij is een van die jongens die hier hun pfl'ichten doen .gielijk te huis, hij is mi'et verfijnd op zijn nieuwerwietsch, maar hij is doorkmeed van gezond verstand ; hij wordt door iedereen giraag gezien, hij kan goed lachen maar niemaaid diurft zijn plichtge-tronwheid belàchen, want hij heeft twee kloeke Vlaamsche vuisten en hij houdt van geen gezeever; kortom een van die jongens wiens arm ge vastneemt en dien ge meedoet naar uw kamer om een pijpe te rooken en wat te klappen, niet O'Ver regen en wind, maa-over de wereld en 't leven. "Pater, 'k zou u ne keer willtan spreken. 'k Geloove dat ik iemand geern zie, en 'k zou nog wel kunnen trouwen. Ons moeder zei altijdi; 'Jongens, als er iets scheelt daar in uw hartje, ge moet dat zeggen aan den ondbrpastoor en hem raad vragen. Die menschen weten meer dan wij, en gij, l'ater, zijt nog meer dan een onder-pasioor.' " Kosltbaar Vlaamsch ! "'t Is toch met geen Engelsche, Jef?" vroeg ik. "Gij kunt d'at wel gaan peizen, antwoordde Jef, en hij maakte een verontwaardigingsgebaar met zijn effiieboog, wat zou ik met een van die Engelsche springerken® gaan doen. We zijn wij alzoo niet o-pgebracht." Eens te meer inerkte ik op hoe ons goed volk altijd in t meervo'Ud spreekt, en bewust is van de Vlaamsche samenhoorigheidi en de Vlaamsche overlevering. "Och ja, zoo ging Jef voort, als ik in Frankrijk in 't hospitaal was, daar krielde 't van dat meisjesluizegoed dat aan de onnoozele en alleenslenterende soldaten "un peu d'amour" venkoopt voor een halve frank. 'k Weet en-an mijn maats die 't zitten hebben. en zij zoudlen nu wel hun haar uit hun kop trekken van spijt. Hier in Engeiand heb ik 'k weet niet hoelang met refugees geteefd van een Brusselsch zwane-paadje. Dat was me een nestje : een wijf hield aan met een getrouwden vent—haar zuster was dag en naicht op de zwier—een van haar dtochters sdhreef liefdtebrieven naar vijf soldaten, en dîe hekse wilde mij nog die dochter ten huwelijke opviizelen. Waar een mensch toch in doolt. 'k Heb veel traantjes geschreid als ik aan on.s moeder dacht ; 'k wist niet dat de wereld zoo slecht was. Als ik kon werken, ben ik op een munitiefabriek

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
This item is a publication of the title De stem uit België belonging to the category Oorlogspers, published in Londen from 1914 to 1916.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Add to collection

Location

Subjects

Periods