Over deze tekst
Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.
w
Vierde Jaargang
Per nummer : JT"� centiemen.
Juni 1914.
Wij eisclien de
v�rvla�niscking
der Gentsche
Hooseschool
Kli���
Vlaamscli strijdblad. � Verschijnende den 15dM van elke maand.
Wij eischen de
ver vlaamsehing
der Gentsche
Hoogeschool.
Alle artikels, mededelingen, geldelijke
bijdragen, uitsluitend aan den uitgever te
sturen. Aankondigingen volgens overeen-
komst.
Verantwoordelijke uitgever :
ALFONS SEVENS
Sieurstraat, 7, Cent.
Abonnement fr. 1,10 's jaars. Men kan
zich abonneeren in alle poatkantooren en bij
alle postboden van het land.
VLAANDEREN NMft ��NT !�
"� DE RUBENS-CANTATE. ...
Alzoo, we krijgen de Rubens-Cantate te hooren ! Aanstaande maand zal weer
gansch het Vlaamsche volk samenstroom en naar Antwerpen en naar Gent om
daar, evenals de Grieken op hunne groote feestplechtigheden, de stem te hooren
weerklinken van onze eigene groote kunst.
Het is de wensch van Peter Benoit die stilaan wordt verwezenlijkt; het is de
verbroedering van alle, alle Vlamingen, het opgaan in hoogste kunstuiting die ��n
wordt met ons nationaal gevoel. i^
Als ooit een werk geschikt is geweest voor zulk een reuzen-uitvoering, dan is
het wel de Rubens-Cantate. Alles is er grootsch aan, de lijnen nog breeder en
forscher geborsteld dan bij welk ander werk van Benoit ook; alles kolossale fresco-
schildering, groote kontrasten van koorraassas en trompetten en s&ijkorkest. Maar
gansch dat reusachtigzware klankenmateriaal, Benoit weet het met een vurige
bezieling in gang te brengen, rhythmus erin te doen golven, losheid en zwier en
rrissche kracht in alle grootschheid.
Dat is het wonder der Rubens-Cantate.. Nog meer dan de Schelde, meer
dan eenig ander werk ter wereld, sleept de Rubens-Gantate den toehoorder mee
reeds van de eerste maal dat hij de uitvoering bijwoont.
Wij durven het zeggen : de begeestering zal ongelooflijk zijn; wie de Rubens-
Cantate heeft gehoord voelt zooveel nieuwe, zooveel sterke verrukking, dat hij zou
willen juichen hartstochtelijk en schreien.
De*ftvoering van de Rubens-Cantate moet een feestdag zijn, gewijd aan bet
vereeren, aan het veredelen van ons nationaliteitsgevoel.
Wij willen trachten, d��r een korte ontledingver toe bij te dragen den indruk
dieper en inniger te maken.
? * *
� Vlaanderens Kunstroem �, (anders gezegd, De Rubenscantate) is in _diie .
groote deelen verdeei�&T I. DeTnTeidrng ; lofzang aan "de Oudheid "2. "VTaande-
ren's bloei in de Middeleeuwen. 3. De Toekomst.
Men moet zich voorstellen dat vrij te Antwerpen zijn, en dat de zustersteden
en werelddeelen Vlaanderens kunst vorst in komen begroeten en hulde brengen.
� Vurig en opgetogen �, met blij ge schal van trompetten en bazuinen, een
echte feestelijke muziek, vangt de Cantate aan. We zullen het aanvangsmotief, de
'acht eerste noten die men hoort, het feestmotief noemen.
Afwisselend met het feestmotief, het koor der zustersteden. Zeer eigenaardig
is het dat De Geyter (die den tekst maakte) schrijft : � Zustersteden uit Belgi� en
Nederland .� � Belgi� � beteekent hier natuurlijk � Vlaanderen � zooals bij al
onze Vlaamsche schrijvers rond 1830-1870. Dus : Vlaanderen en Nederland; denkt
men niet onwillekeurig aan het einde vaii �de Schelde)) : ((gezegend Nederland))}
De gedachte van ons groot vaderland, Groot-Nederland, leeft hier; die ge-
dachte, welke de eerste Vlaamschgezinden nog niet goed kenden, en die eerst nu
ons in al haar schoonheid duidelijk wordt, De Geyter heeft ze vqprzien !
Antwerpen beantwoordt den blijden groet harer zuster met een glimlach van
verrukking; de violen drukken dit uit met een zangerig thema, bij den aanhef van
dit koor (� Ik zag er komen >>).
En dan de beroemde Rubens-marscr^. het echte rustige vooruitschrijden van
massas teekenend, den rhythmus van de stappen, en hier en daar het feestgejubel.
De Werelddeelen doen hunnen intocht. Buiten den zang van Europa worden de
koren der andere werelddeelen steeds begeleid door het altijd-doorstappend
marschthema, soms iets gewijzigd (voor America b. V.) maar steeds met - den
zelfden rhythmus, en aan het slot steeds hoog op weer stijgend in volle pracht.
De lofzang op de Oudheid schijnt misschien nogal zonderling hier op zijn
plaats te Zrjn. Maar men verget� het niet : Benoit wilde van de Vlamingen � De
Grieken � maken der moderne wereld, in wie de kunstroem der oudheid met.
nieuwen luister zou herboren worden. Eerbied dus voor de oudheid, voor onze
geestelijke voorouders, wier eeuwige kunst nog heden onsterfelijk glanst !
Die lofzang is in soberen toon gehouden, eer deklamatorisch; naar het einde
toe wordt de melodie breeder (� rein als de zon die uit zee stijgt �) en eindigt weer
met kernachtige, vaste klanken.
Het tweede deel is, in den aanhef, werkelijk ontzettend. Een ontzaglijke tegen-
stelling met de f eestklanken van daareven treft ons; de basviolen en cellos geven
een eindeloos lang tremolo op de diepe snaren, de bazuinen en trompetten houden
dezelfde akkoorden aan, en het koor herhaalt keer op keer, als windgefluit door
�ohweerslucht : � Welk een nacht ! Welk een nacht ! �
Het is de eeuwenlange nacht die na de Oudheid de wereld bedekte. Als een
eeuwigheid in 't klein (!) bruist die nachtschildering voorbij.
En dan plots de stralende zon :
� Waar blonk het eerste licht der blijheid ? � Het feestmotief schettert in de
trompetten, en het koor der werelddeelen barst los : � In Vlaanderen ! In Vlaan-
deren ! �
De wereld gaat ontwaken. Eerst komen de Kerels, rhythmisch en met ge-
druisch; en tevens de Dichters, in heerlijk kontras* ingetogen, innerlijk rijk (koor-
zang gedurende enkele maten zonder begeleiding). Een lange triller en tremolo
van de violen en hooge houten blaasinstrumenten,'de violencellen pizz. en de
hoorn lang aangehouden noten... het licht schittert in de verte, meer en meer
aangroeiend....; de Vlaamsche Gemeenten zijn daar, het heropleven der bescha-
ving, het bloeien van kunst en levensschoonheid !
� Het gedeelte dat dan begint, en het tweede deel sluit is buitengewoon zangerig
vien.rijk aan melodie : � En toen ge u zelf h�dt verlost uit den dwang, 't Gezucht
had. verkeerd in gejuich en gezang �; zeer machtig is het invallen der bassen, hier
en daar; en dan de plotselinge wendingen der tonaliteit, die den i�idr�k g�venv�h
een beerlijk goudschj^terend tafereel achtereenvolgens rood of purper of helder-
blauw licht bestraald. Prachtig vpoxat de stroph� : � Als rijkdo�h hief vloeide *als
een zilveren stroom � en het vers j.(tCJ, laat onze vrijheid paleizen bewonen! �
(met de typische twee laatste noten, echfe Benoit-stijl). ^�
.* 'Rijker en rijker en schitterender stijgt de-tonengolf, en als het hoogtepunt
bereikt is valt plotseling, met cimbel- en triangelgeluiden, het knapenkoor juichend
in : � Dan mocht de beiaard spelen ! � wijl de beiaardpartij zilveren noten uit-
strooit over het f eesttafereel.
Het voorspel van het derde deel is het interessantste, hoewel zeer kort. Voor-
eerst, in de trompetten, het jeestmotief; dan het motief der verruiming; en ten slotte
��n enkele maat, een heerlijke vluchtige herinnering aan'het beiaardlied (
Over deze tekst
Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.
Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Over deze tekst
Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.
Er is geen OCR tekst voor deze krant.