Gazette van Gent

1260 0
16 November 1914
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1914, 16 November. Gazette van Gent. Seen on 24 April 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/kk9474b52p/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

247* JAAR, - N' 263, — B. 5 CENTIEMES MAANDAG, 16 NOVEMBER 1914 GAZETTE VAN GENT irJSCHBIJVINGSPRIJS : VOOR GENT s YOOR GEHEEL BELGIE Î Een jaar ...... fr. 12-00 Een jaar fr. 15-00 6 maanden ..... > 6-50 maandei » 7-75 3 maanden » 3-50 3 maandei » 4-00 Voor Rolland : F fran. pe: maanden. Voor de andere lande , : fr. 7-50 pe. S maanden. NIEUWS-, HANDELS- EN ANNONCENBLAD Gssticht in 1667 BliJSTIJiO'SS KM I!li!>A€TI15 VELDSTRAÂT, 60, GENT TBLSFOON Nr 710 /Jg hureelen zijn opoi van 7 ure s inorgcnds tôt 5 uve s avonds Deinschrijvers bu>.len dp stac! Gi'n! moeleii hun abonnement nemen teu postkantoocé huiinér woonplaats. DE EUROPEESCHE OORLOG De oorlog aan de Fransch-Betgische grens DUITSCHE MEDEDEELINGEN, DOOR DE KOMMANDANTUR TE GENT AANGE= PLAKT. Berlijn, (Wolff). — Bij Ieperen: Geweldige tegenaanvallen der Engelschen werden afge-slagen ea de vijandelijke voorpostea licht te-ruggedrongen.Kopenhagea, 11 november. — Een blai meldt uit Parijs: In de laatste vier dagen verbood de censuur het uitdragen der Skandi-navische dagbladen. Londen, 11 november. — Den 3 november kwam in Plymouth een stoomschip binnen met 17 koppen der bemanning, van het Hollandsch stoornschip "Marie", dat door den Duitschen kruiser "Karlsruhe" in den grond geboord werd ; het schip had 23,000 quarterons tarwe aan boord, in bestemming voor Belfast. Maassluis, 10 november. — De lichte r "149" liep heden den nieuwen Waterweg binnen. Het schip had aan boord de uit 19 koppen bestaan-de bemanning, een passagier en twee meisjes, van den Noorweegschen stoomer "Pluton", die graan van Londen naar Christiania voerde. De stoomer stootte op eene mijn en zonk. Amsterdam, 11 november. — Het "Utrecht-sche Dagblad" bevat een artikel van professor de Louter, waarin deze schiijft: De Engelsche verklaring, de Noordzee als imilitair gebied uitroepeade, is in tegenspraak met de grondslagen der vrijheid van de opene zeeën, zooals de Noordzee, die open werd ver-klaard bij verdrag van 14 april 1908. Die maatregel is zonder voorgaande. De on-zijdige handel wordt er door in het hart ge-troffen ,allereerst deze -van Nederland met Denemarken en Noorwegen, en ook deze der Amerikaansche Staten. De schrijver vraagt of de onzijdige Staten eich niet tôt een nadrukkelijk protest zullen vereenigen, en of de Yereenigde Staten de be-scherming'srol der onzijdigen niet zouden kun-nen op zich nemen. Londen, 11 november. — Het boerencomman-do dat zich te Zoutmansdrift bevond, weid meer Noordwaarts gevangen genomen. OP ZEE ENGELSCHE KANONNEERBOOT VER-LOREN.De Engelsche admiraliteit maakt bekend, dat de torpedo-kanonneerboot "Niger" don-derdag ter hoogte van Dover door een onder-eeeër getorpilleerd werd. De "Niger" lag voor Deal (ten Noord-Oosten van Dover) voor anker en de ontplof-fing werd van de kust af gezien. Het meeren-deel van de bemanning was beneden aan het eten, toea plotseling van de brug de kreet klonk om de waterdichte schotten te sluiten. Eenige manschappen snelden naar boven en zagen nog het spoor van den torpédo in het water.Daarop werd de "Niger" getroffen ; 20 minuten later was het vaartuig gezonken. De Jbooten werden gestreken, vele mannen spron-gen in zee. Allen droegen de nieuwe zwemkra-gen. Sleep- en torpedobooten kwamen hulp verleenen. De oude torpedo-kanonneerboot "Niger" is het derde schip.dat door Duitsche onderzeeërs in de straat van Dover in den grond geboord werd. De twee andere schepen waren de Fransche stoomer "Amiral Ganteaume" en het Britsche aeroplaan-depotschip " Hermes". De "Niger" mat 810 ton en liep in 1892 van stapel. Ziehier enkele bijzonderheden over het tôt zinken brengen van den "Niger", door een Duitschen onderzeeër. Te Deal werd gedurende den ochtead hevig kanonvuur waargenomen en dit had aan de kust veel volk doen samenstroomen. Rond den mid-dag werd de luide losbarsting van eene ontploffing gehoord, en men beimerkte dat kolom-men zwarten rook opstegen van den "Niger", die twee mijlen ten voorhoofde van de pier lag. Men zag tevens dat de kanonneerboot aan het zinken raakte en onmiddellijk togen eene massa booten naar het schip ; aldus werden reddingssloepea uitgezet, en de schepen, in de haven liggend, streken roeibooten. Een sterke wind blies en de zee stond zeer hol. De reddingsbooten konden nogal spoedig de xinkende kanonneerboot naderen en tal van koppen der bemanning redden. Twintig minuten na de ontploffing zette het schip zich rechtstandig in de lucht, de stoomketels spron-gen en de "Niger" verdween in de golven. De overlevenden werden door de reddingssloepen te Deal aan wal gezet en met ambu-lancie-autos naar het gasthuis overgebracht. Een logger bracht te Ramisgate dertien man aan. De bemanning van den " Niger" bestond uit 95 koppen, en er ontbreken nog slechts acht 5 men hoopt dat deze ook gered werden. Drie der matrozen werden door de ontploffing verwond, een zelfs zeer zwaar aan het hoofd. Deze drie bleven ter verzorging in het gasthuis, dat de andere koppen der bemanning verlieten, van zoodra ze wat verzorgd waren en droge kleederen aan hadden. De gezagvoerder van het schip en de officie-ren werden gered. De luitenant-bevelvoerder Muir verklaart, dat de torpédo de kanonneerboot juist achter den voormast trof. Een lid der bemanning zegt dat hij, kort na de ontploffing van de torpedoboot, op geringen af stand van den "Niger" de grijze romp van een onderzeeër boven water zag opdoetnen, aan zeezijde van de kanonneerboot. Torpedobooten zijn onmiddellijk uitgezonden geworden, maar hebben niet het minist meeij van den Duitschen onderzeeër kunnen ont-dekken.De Wereîdoorlog De " Observer" geeft volgende cijfers be-betrekkelijk de oorlogvoerende volkeren op de oppervlakte der landen aanduidend in vier-kantimijlen, waarbij dient aajigemerkt dat zulke vierkant-mijl gelijk staat met 2.6 vierk. kilometer. Oppervlakte in vierk. 1* groep mijlen Zielental. Britsche werëldrijk 12,0001,000 453.000.000 Fiankrijk (en koloniën) 3.430.000 65.000.000 Rusland. 8.660.000 149.000^.000 Belgie (en koloniën) 920.000 22.000.000 Servie 18.000 2.750.000 Monténégro 18.800 230.000 Japan 173.000 52.000.000 Totaal 25.205.000 743.980.000 2* groep. Duitschland (en kol.) 1.215.000 72.00.000 Oostenrijk-Hongarie 260.000 47.000.00C' Turkije (en ondei'hoorig gebied) 710.000 21.000.000 Totaal 2.185.000 140.600.000 De wereld heeft eene oppervlakte van on-geveer 136.500.000 kilometers, met ongeveer 1.800.000.000) zielen, waarvan 73.390.200 vierk. kilometers met 899.580.000 zielen bij dezen oorlog betrokken zijn. Vlootveriiezen Onderstaande lijst der schepen, welke 0 vloten der oorlogvoerende mogendheden te hiertoe geleden hebben ,is niet volledig. -Onder andere ontbreken de laa,tst vemield schepen er op. — Maar toch kan di lijst reeds een donkbeeld van den gang de verliezen geven. DUITSCHLAND. "York", pantserkruiser, geb. 1904, 9050 toi "Emden", kruiser " 1905 , 3600 " "Kônigsberg", " (opgesl.) " 1905, 3400 " "Geier" " (geïntern.) " 1894, 1639 " "Magdeburg" kleine kruis. " 1911, 4550 " "Ariadne" " " " 1900, 2660 " "Koln" " " " 1909, 4350 " "Mainz" " " " 1900, 4350 " " Hela" " " " 1895, 2040 " S 115, 116, 117, 118, 119. torpedojagers " 1902, 420 " Een torpedoboot (naam onbekend) Y 187, torpedojager " 1911, 650 " " Carmania", hulpkruiser. " Kaiser Wilhelm d. Grosse" hulpkruiser. "Kônigin Luise", mijnenlegger. OOSTENRIJK. "Zenta", kleine kruiser, geb. 1897, 2300 ton " Kaiserin Elizabeth", " 1890, 4600 " "Ternes, Donau", monitor. ENGELAND. "Oressy", kruiser geb. 1899, 12,000 ton "Hogue", " " 1900, 12,000 " " Hawke", " " 1900, 12,000 " "Monanouth", " " 1901, 9800 " "Good Hope", " " 1901, 14,100 " " Glasgow", lichte kruiser " 1909, . 4800 " (geïnterneerd) "Amphion", lichte kruis. " 1911, 3440 " " Pathfinder", " " " 1904, 2940 " "Hernies" " " " 1898 , 5600 " "Hawke", oude kruiser " 1891, 7350 " " Bullfinch", torpedojager " 1897, 335 " D 5, E 3, onderzeeërs. RUSLAND. " Pallado" pantserkruiser geb. 1906, 7775 ton " Schemtschung", kruiser " 1903, 3050 " "Goubadetz", kanonneerb. " 1887. FRANKRIJK. "Mousquet", torpedojager, geb. 1904, 303 ton JAPAN. "Takachilio", lichte kruis., geb. 1885, 3700 ton. . eurrENLANu, NEDERLAND. VERKEER MET BELGIE. Het treinenverkeer van Roosendaal naai Antwerpen is andermaal gewijzigd. Van Roo sendaai vertrekken er nu naar Antwerper slechts drie treinen. Er zullen te Roosendaa ook drie treinen van Antwerpen aankomen. VERBOD VAN UITVOER. In afwaohting van het koninklijk besluit be treffende den uitvoer van talrijke artikelen heeft de hoofdbevelhebber van het leger'aller uitvoer verboden van gerookt, gedroogd of ge zouten spek. HANDEL EN OORLOGSMOKKEL. De Nederlandsche Handelscommissie verga-derde in Den Haag, waarbij talrijke vertegen !fa^CT»MMMM«B«irr»rrinrwMaBa»M^»irriti rnri«aayK^r*r»M^nr.ii>«Mrr«mH woordigers van Vervoermaaitschappijen aan-wezig waren. De commissie is er in gelukt talrijke gemak-e ken voor de scheepvaart en den handel te ba it komen. De grootste moeilijkheid folijft het - wantrouwen der strijdende natiën op het punt e van te weten, of er geene koopwaren van oor-e logscontrabande over de Hollandsche grens r komen. De commissie heeft zich in betrekking ge-steld met de verbonden regeeringen en met de Duitsche regeering. Zij hoopt dat de voort-brengselen, die tihans in de Nederlandsche In-L diën op hoopen liggen, weldra naar Holland zullen mogen versoheept worden. DAGBLADBRIEFWISSELAARS. Men bericht uit Amsterdam dat de krijgs-overheid aan al de vreemde dagbladbriefwis-selaars aangezegd heeft, dat zij de provincie Zeeland moeten verlaten. Tegen de uitwijking. — De werkersbevol-king wordt gewaarschuwd tegen de uitwijking naar Oost-Afrika, zonder inlichtingen te vra-gen aan het algemeen consulaat, over de werkvoorwaarden in die streek. De Belgen, die tijdelijk in Holland verblij-ven, zullen goed doen, zich die aanbeveling te nutte te maken. FRANKRIJK. EEN NIEUWE BOM. De Fransche luchtvaartafdeeling heeft thans een nieuwe bom in gebruik genomen. Een hiohtvlieger, die het springtuig reeds beproefde, zegt er het volgende over : " Ik heb reeds de dynamietbom en de bom van nieuwe samenstelling beproefd. Beiden gelijken sterk op elkander, zoo van grootte, uitzicht en gewicht, doch het uitwerk-sel verschilt hemelsbreed. Wanneer een dynamietbom op of in een groep mannen ploft, kan men ze in het luchtruim zien optillen. Het is net het uitwerksel eener kleine vulkanische uitbarsting. Wanneer de nieuwe bom barst, slaat ailes uiteen door de geweldige luchtverplaat-sing der ontploffing, Mannen worden als ke-gels omgeworpen, sterke gebouwen vallen als kaartenhuisjes ineen, kanonnen worden als door een onzichtbare liand onderste boven ge-worpenDe ontploffing stoot ibovendien geen rook uit ; alleen de aarde, waar zij treft, wordt wat opgezweept. Op het oogenblik der ontploffing ontwikkelt zich een hevige koude, zoo hevig zelfs dat ik ze zelf gewaar werd, toen ik mijn eerste bom wierp van eene hoogte van 800 voet. Ik vloog zoo laag om het uitwerksel van het springtuig goed na te gaan. De bom viel in een Duitsch bivak, op een veld. Ik schat dat, in de sfeer der ontploffing, dertig manschappen gedood werden, door de allergewel-digste koude of schok. De samenstelling der bom is zeer eenvoudig". De Fransche luchtvliegers bezitt-en thans vijf vreeslijke vernielingswapens : 1. de stalen pijl-tjes, eene on s zwaar, in eene doos vervat en waarvan er 1000 in eens tijdens de vluoht kunnen uitgeworpen worden ; 2. het snelvurend luohtvliegkanon, dat op tal van monoplaan.; en op twee biplaans opgesteld is, en dat ge bezigd wordt tôt het neerschieten van vij;:a 1 delijke vliegmachien ; 3. De shrapnell-pistool l yoorbehouden voor een optreden tegen de Zep-pelin's; 4. de dynamietbom, voor het opfola^ zen van bruggen, enz. ; 5 de nieuwe bom. ^ BELG1SCHE CONGO. - IN CONGO. Officieele mededeeling (Reuter). De Fransche troepen, aangevoerd door gene-raal Aymerich, zijn erin geslaagd de Duit-schers te Terdrijven, uit het grootste gedeelte van het grondgebied, dat zij verkregen had den bij het Duitsch-Fransch verdrag van, 4 november 1911. De Duitsche stellingen Nzimen, werden genomen tusschen den 26 en den 29 october, na, een verwoed gevecht, dat twee dagen duurde. De Belgische Congo had aan den Franschen den stoomer " Luxeirùburg" en 150 manschappen geleverd. Den 22 october heeft eene kolom, aangevoerd door kolonel Hulin, Nola genomen. Duitsche officieren en artilleurs werden ge-| vangen genomen ; 4 mitrailleuzen, een kanon en veel munitie werden vermeesterd. De Duit-schers leden groote verliezen. Door deze krijgsverrichtingen is op bepaalde wijze bezit genomen van den Beneden Sangha, in de streek van Ubanghi. gîXîsÊLÂND BEZOEK AAN DE GEKWETSTEN. Prias Leopold heeft te Folkestone de ge-kwetsten bezocht. EEN WITBOEK. Londen, 11 november. (Reuter). — Nadat la het Witboek, haadeleade over de' gebeurtenis-sea welke geleid hebben tôt de breuk met Turkije, medegedeeld is, dat Enver Pacha s invloed tegen het midden vaa october over-heerschend was geworden en de regeering, .p Enver Pacha na, tôt einde october tijd zocht te winnen, leest men, dat de kuiperijen in het bijzonder tegen Egypte gericht waren. Yoorts dat de Engelsche zaakgelastigde te Constan-tinopel den 12 augusti mededeelde, dat de mi-nister van oorlog reeds zijne maatregelen nam, doch dat de minister van marine den 14 augusti toezegde de "Gôben" en de "Breslau" aaa de Engelsche marine-missie over te geven. Twee dagen later was evenwel de^ Engelsche missie vervangen door Turksche officieren. Den 18 augusti betreurde de grootvizier de schending van de opzijdigheid. Den 22 augusti deelde Engeland aan Turkije mede, dat indien het beloofde de bemanning en de officieren der Duitsche schepen terug te sturen en zijn onzijdigheid te handhaven, de bondgenooten er in zouden toestemmen rte capitulaties af te schaffen en zij de onafhan-kelijkheid van Turkije zoudea waarborgen.^ Den 25 augusti verklaarde de grootvizier, dat Turkije niet van plan was een inval in Egypte te doen, doch uit de correspondencie blijkt, dat in dezen tijd reeds Turksche ge-zanten naar Egypte waren gezonden. Den 8 septemiber bracht de Engelsche ge-zant een bezoek aan den minister van binnen-landsche zaken en wees hem op de gevolgen van een militair avontuur voor Turkije. De minister deelde daarop aan den gezant mede, dat Turkije bereid was de twee oorlog-schepen aan Engeland te verkoopen, o-mdat het land groo>t gebrek aan geld had en de toe-stand wanhopig was. De gezant deelde in het begin vaa october mede, dat Turkije's schatkist leeg was, doch hij twijfelde er aaa, of de Turksche regeeriag wel ia staat zou zija te belettea, dat de Duit-schers geheel de overhaad kregea. LUCHTVLIEGERS IN ZEE VERDWENEN. De secretaris der Admiraliteit meldt dat men van den luitenant-luchtvlieger Charles-François Beever en den onderluitenant Earl Annesley, die donderdag, 5 november over het Kanaal gevlogen zijn, tôt hiertoe geen nieuws ontvangen heeft. Aile opzoekingen ia zee door luchtvliegers ea schepea blevea vruchteloos. DUlTSCNLAMB, OVERLEDEN. Dé "Frankfurter Zeituag" verneemt uit Belgie, dat de held van dea bekenden roman van Gustav Frenssea, "Peter Moor's Fahrt aach Sùdwest", Dr Heinz Michaelsea, uit Berlijn, in de laatste gevechten gesneuveld is. Toen hij nog een jong student was, heeft hij als "Ein-jâhriger" in het marine-bataljon deelgenomea aaa de gevechtea ia ZuidwestnAfrika tegen de 31 Feuilleton der GAZETTE VAN GENT. 1 DE LICHTENDE STAD ROMAN UIT DE KAAP. Samen begoanen wij de steenen los te maken. Het ontbijt van de arme Sanna werd koud ; niemand dacht er aan en wij verge-noegden ons met stukjes gedroogd vleesch. De morgendschaduwen waren al korter ea kor-ter. De middag aaderde, ea wij werkten maar voort, warm en vermoeid. De eeae steea aa de anderen had losgelaten. Langzaam maakten wij ze met puntige stokken en brokjes ijzer, die ons in de handen kwamen los ,en namen ze weg, totdat wij eindelijk moestea uitrusten en iets eten. Een groot stuk van den zijwand der grot was weg, en door deze opening zagen wij niets dan diepe duisternis ! Blijkbaar was hier vroeger een doorgang geweest, die om de eene of andere reden was dicht gemet-eeld en met leem bestreken. Dit was zeker reeds teng geleden, want toen ik er later Boschjesmannen naar vroeg bemerkte ik, dat geen hunner iets van zulk een opening wist. Zoo werden de grotten aan dezen kant goed afgesloten, en zooals wij later ontdekten, werden zij aan de aadere zijde bewaakt. Het bij-geloof vaa de Boschjesmannen verbood hun, zulk een plek te betreden uit vrees dat de groote dimos hen zouden aanvallen. Wat wij des middags vonden was bijna even belangrijk. Wij zagen toen, dat er achter de opengebroken plek een breede ongelijke gang lag, v.iuiwaar een trap naar onbekeade diep- ;en voerde. Indertijd werd deze trap zeker /eol gebruikt, want toen Stoffel met een srandend stuk hout in de diepte lichtte, warea le tredea in het midden afgesleten, glad en jlimmend als glas.Welk eea aaatal aaakte voe jea moest hier op- en afgegaan zijn, om die ;reden te kunnen uitslijten en gladmaken ! En voorzichtig gingen wij naar beneden. De ucht was droog en benauwend. De spookach-;ige omgeving drukte ons. Stoffel zijn hand aeefde en het stuk hout viel. Toen zagen wij, iat de treden naar een groot onderaardsch gewelf voerden ,waar zich in twee richtingen sfangen schenen te openen. Toen onze fakkel nitdoofde, klauterden wij bij het roode schija-sel haastig weer aaar boven. Het was vreemd, maar toen onze moeilijke arbeid volbracht was, en de gemaakte opening ons aangaapte, verdween al onze geestdrift. Wij voeldea eea sterkea tegeazia, eea oaver-klaaj-barea afschuw van de geheele zaak. Mis-schien kwam- het door de groote vermoeid-heid of wellicht door de reusachtige vleermui-zen, die wij haddea opgejaagd, en die nu door de opening kwamen vliegen en met hun vleu-gels langs ons gezicht streken. Doch hoe het zij, ik kon van Stoffel niet gedaaa krijgea, dat hij eea nieuwen fakkel aanstak en met mij de trap weer afging, terwijl ik, hoewel boos en geergerd, het in mijn hart niet zoo heel naar vond, dat hij mij niet wilde gehoorza-men.Neen, Inkosi, zegde hij plechtig, het is niet goed, lichtzinnig aan de geheimen te rakea. Een goede nachtrust zal ons hoofd verhelde-ren en ons, zoo God wil, een wenk ge.ven, hoe te handelea. Des avoads, bij het vuur, hielden wij ons bezig met de vraag hoe wij een kaars of fakkel konden maken, om de gewelven voldoen da te verlichten. Een tijd lang viel ons niets in. Stoffel stelde voor fakkels te maken van brandbare planten, of andere stoffen vaa diea aard. Hij maakte ook werkelijk zoo iets, dat, ofschoon het te snel opbrandde en dus te vaak vemieuwd moest worden, ons prachtige diens-ten heeft bewezen. Zoolang wij eehter aiets beters haddea, koadea wij, bij gebrek aan licht, niet veel beginnen. XVIII. Na een nacht vol woeste droomen en een versterkend ontbijt, begoanen, wij in allen ern&t de oaderaardsche geweven te pnderzoeken. Qp Stoffel's voor&tel zou Sanna in dien tijd zoo-veel levensmiddelen in de grot brengen als -ij maar kon vinden. Heel bedaard moest z.ij groieaten en hout verzamelen. Wij besloten ook, ons zelf op rantsoen te stellen, en een groot gedeelte te bewaren van de eieren, vruchten, gedroogd vleesch en meel, die de Bosjesmanaen ons iederea avoad brachten. Hij meende, dat indien wij in de noodzakelijkheid m oc ht en komen, om Ummàsi openlijk den oorlog te verklarea, het wel eens uit kon zijn met het brengen van voorraad, en wij in de grot zelf belegerd zouden worden. De uitslag be-wees, dat hij goed gezien had. Ook zijn voorstel om eea nacht te rusten, bleek verstandig te zijn. Het is opmerkelijk, hoe slaap "de ziel ver&terkt". Wij gaan liggen, van ailes walgead, oatmoedigd, uitgeput aaar ziel ea lichaam, doch dea volgeaden morgend ontwaken wij als nieuwe menschen, bezield door den ijver, die het leven levenswaard maakt! Verward en verbijsterd leggen wij ons aeder ; wij ontwaken met eea helder hoofd, en zien een beter pad voor ons, dan gisteren. Zoo giag het den ouden Basoeto en mij. Wij namen onze toortsen — Stoffel had fer e<en aaatal gemaakt, want de "kaersbosch" en an dere harsachtige planten groeiden in grooten overvloed rondom onze grot —• ea met goeden moed daalden wij af in den afgrond. Zeven treden brachten ons tôt op den bo-dem, die vol sporen was van jakhalzea en rooi-kats .Blijkbaar waren er nog eenige andere uitgaagea behalve deze trap. Wij merktea ook op, dat er op verschilleade puaten licht bia-neakwam, hetzij door eea opening in de zol-dering of door scheuren in de rots. Wij warea aiet zoo geheel van de fakkels afhankelijk, als wij gedacht hadden. Wij staken ze dan ook alleen aan, wanneer wij door volkomen duisternis omringd warea. Stoffel wist heel handig den tak gloeiend te houden, ea wij koadea oas best redden. Soms was het schemerlicht wel heel flauw, maar wij koadea toch zien, en toen onze oogen eeamaal aan de duisternis ge-wend waren, werden zij heel scherp. De kelder waar de trap in uitkwam was groot en hoog, doch zonder iets opmerkelijks, ten minste Voor een toevallig bezoeker. Er kwam licht binnen door een opeaing aaa den kaat, maar niet geaoeg om eea oaderzoek in te stellen. Een opeaiag rechts scheea te voe-rea aaar eea helleade gaag, waar het stikdoa-ker was. Deze gaag, bewaardea wij voor later. Voor oas lag de grootste gaag, eea ruwe voortzetting van het gewelf, die zich bijna rechtuit uiitstrekte. Wij gingen er een heel eind in,wat Stoffel twee of drie fakkels kostte. Doch eindelijk kwamen wij in een tweede groote grot, flauw van bovenaf verlicht en hier vonden wij veel, wat ons belangstelling inboezemde .Hier was de grond bedekt met de beenderen van verschillende geslachten van wilde dieren. Het was een eigeaaardig gewelf ,met faatastisehe stalactietea versierd.In een van de hoeken hadden zij zich schijnbaar gevormd tôt een orgel, en in het schemerige lidht van omhoog konden wij ons voorstellen dat daar v66r ons spookachtige zangers waren, en zelfs een rij van biddende monniken 1 Zware pilaren vaa verschilleade kleur schenen de zoldering te steuaen, ofschoon zij er in werkelijkheid van afhingen ; en aan aile kan-tea, tegea de murea opgestapeld, ea over dea groad verspreid, la,gen zoaderlinge herinae-ringen uit het verleden — schedels en ribben en slagtaaden en zelfs geheele geraamten van uitgestorven dieren. Vooral ia de geweldige slagtaadea stelde Stoffel belang. Hij had ze wel willen medenemen, doch in onzen toe-stand zou dat dwaasheid geweest zija. De oude man was eea beetje bang. Het is hier een god-delooze plaats, mompelde hij, blijkbaar den-kend, dat hier tooverij in het spel was geweest. Met de hulp van verstand en bîjgeloof was het niet moeilijk hem te overhalen, om ailes te laten liggen. Toch moesten wij al die vreemde dingen eens wat nauwkeuriger bekijken, en daar de grond droog was, en er overal droog hout lag, zoeh-ten wij een hoop daarvan bij elkaar ea staken dat ia brand. Het gaf een prachtige vlam, en waarschijnlijk voor de eerste maal sinds haar ontstaan, was het in de onderaarsdche katne-draal dag-helder. De onmiddellijke uitwer-king was zeer eigenaardig. Een menigte vleer-muizea, ia oaze oatstelde verbeeldiag zoo groot als vampiers, waarvan Indische reizi-gers vertellen, kwamen uit hun schuilhoeken te voorschijn, en vlogea bliadeliags tegen ons aan. Blijkbaar waren zij geheel verbijsterd en piepten en schreeuwden. Zij vielen in het vuur en verwarden zich in onze haren. Zij vochten als duivels, en als wij ze beetpakten om ze van ons af te werpen, beten zij naar ons en zo-gen het bloed op. De oude Stoffel liet nu zijn vrees den vrijen teugel. Ik heb nooit i&mand zoo ontzeauwd gezien. (Word* Toort«pw.«<> >

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Add to collection

Location

Periods