Ons Vlaanderen

2014 0
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1917, 18 March. Ons Vlaanderen. Seen on 20 April 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/348gf0nx96/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Derde Jaar. — Nr 4. Prijs : 10 Centiemen per Nummer. Zondag, 18 Maart 1917 ONS VLAANDEREN VERSGHIJNT ELKEN ZATERDAG] ABONNEMENTSPRIJS : || Voor België en Frankrijk: : Voor een jaar. frs. 4.25 « Voor zes maand » c. '5 ] Voor drij maand .... » 1.25 Buiten Frankrijk : Voor een jaar » 6.25 - 1 1)0011 EENDRACHT STERK . ^ ■■ ■ ^ .m'jli ..i .«» u^uwmi BUREELEN : TE GENT : 24, Wellinckstraat. TE PARUS 181, Rue de Charonne. De Moins! ûHzor Soldats» Onder deze hoofding gaf ik in Ons Vlaan-deren van 2 April 1916 een artikel in het-welk de toestand der soldat en, onmiddelijk na den oorlog, onderzocht werd. De toestand van veel soldaten na bijna drij jaar strijd zal zeker niet rooskleurig zijn. Velen immers lieten handel en bedrijf varen bij d'eerste bedreiging om als mili-tiaan hun korps te vervoegen of als vrijwil-liger op 's konings woord het leger te ver-sterken.Werklieden die door taaie wilskracht en noestig werken hun toestand dagelijks zagen verbeteren, weten dat de vrouw tôt de laatste spaarspenning heeft moeten ver-teren voor het onderhoud van het huishou-den. In een woord, aile soldaten die de toekomst met 'n klaren blik te gemoet zagen, hebben deze geslachtofferd aan hunne vaderlandsliefde en vragen zich nu af : « Wat zal er van ons geworden na den oorlog ? » De staat zal veel moeten doen voor zijn verdedigers ; voor aile officieele betrekkin-gen zal de voorkeur moeten gegeven wor-den aan oud-soldaten of wezen van gesneu-velde helden, nochtans ware het best niet te veel van de staat te verwachten en daar waar het mogclijk is, maatregelen te tref-fen die onze strijders behulpzaam zijn zon-der dat de Iast op de regeering ligge. Fransche volksvrienden hebben dit begre-pen en legden er zich op toe nu reeds deze hulpinstellingen tôt stand te roepen Heel belangwekkend in dien zin, is het ini-tiatief genomen door de » Ligue des Patriotes » vonr doel hebbend een « Nationale leening aan de Soldaten » tôt stand te brengen. Het is madame Colette Yver, die aan onze franschlezende lezeressen niet onbe-kend is, die het gedacht opvatte en Maurice Barrés voorzitter der L. d. P. zette het doel en de instelling uiteen in eene reeks merk-waardige artikelen verschenen in « L'Echo de Paris ». Het princiep is het volgende : Eens dat de soldaat in zijne haardsteden terugge-zonden wordt na den oorlog moet hem geld geleend worden, opdat hij zijne zaken kun-ne heropbeuren en rechte brengen. M. Barrés onderzoekt de vier volgende punten die gansch de instelling redderen : 1°) Welke vorm moet men aan de instelling geven ? Deze mag geen gouvernementswerk zijn, want te gemakkelijk zouden de leeningen een politiek werktuig worden. Ook mag zij geen, liefdadigheidswerk zijn, 'want anders zouden de soldaten-ontleenders in hunne eer zich gekrenkt achten en zouden de begoede personen min gemakkelijk aan de instelling hun fondsen toevertrouwen. Ook wordt aan de instelling den vorm gegeven van eone handelsmaatschappij en daar de fransche wet op de handelsvennoot-schappen te eng is om toe te laten van miljoenrijke samenwerkende maatschappijen te stichten moest de nieuwe inrichting den vorm aannemen van eene naamlooze maatschappij. De acties zijn van 100 fk. De maatschappij wordt bestuurd door eerders benoemd door de aandeelhouders. 2 ) Hoe zal men zich de noodige kapitalen verschajfen ? oor de inschrijvingen van de aandeel-ou ers, de toelagen van den staat, de de-partementen en de gemeenten. De aandeelhouders zouden niet meer dan o 0/o kroos ontvangen. warden°6 beschikkinS gesteld Onder vorm van intrestgevende leeningen. Wanneer hij geen waarborgen kan leveren, zal de uitleener twee peters moeten aandui-den die voor hem beantvvoorden . Het bedrag van ieder leening zou de 3000 franken niet mogen overscbreiden en zoude moeten terugbetaald worden na 10 of 15 jaar met jaarlijksche stflossingen be-vattende een deel van 't kapitaal en de intre^t van 5 % . 4) Aan wien zal het geld geleend worden ? Aan de oud-soldaten die vôôr den oorlog hoogere studiën gedaan hadden, aan de handelaars, en al dezen die eene landbouw-of nijverheidonderneming uitbaten, aan de weduwen en kinderen van de gesneuvelde soldaten indien deze weduwen en kinderen het bedrijf van den vader voortzetten. Al de uitleeners moeten zich verbindtn hei geleend geld enkel te gebruiken voor het heroprichten van de zaak of het beroep met het uitbreken van den oorlog uitgeoe-fend.* * * Ik wilde dit fransche initiatief aan onze lezers bekend maken. Heel zeker zal bij ons iets dergelijks ingericht worden. Dit moet. Nochtans zal het noodig zijn het fiansch ontwerp in eenen anderen en mis chien wel een weinig breederen zin te veranderen . Het princiep van eene maatschappij die een handelsvorm aanneemt is goed, maar het beperken van de leeningen aan de burgerij en de kleine burgerij is wel een weinig laakbaar. Het werkvolk, daar het min bezat, heeft min ver-loren, maar 't weinige dat het bezat heeft eene betrekkelijk grootere waarde. Daarom zag ik graag, nevens deze eerste maatschappij voor de burgerij, eene andere tôt stand komen, die kleinere leeningen zou doen aan de werklieden, aan voorwaarden die nog meer voordeel opltveren, want bij zijne tehuiskomst, zal de werkman ook onmiddelijk over geld moeten beschikken. BEBICHT aan de leden van de Franschmansgilde Door de omstandigheden gedwongen, hebben wij besloten geene bijdrage van de leden der Franschmansgilde, tijdens den oorlog te ontvangen. De leden, die gewoon waren met den eersten maart hunne jaarlijksche bijdrage tebetalen, zullen mitseenpost-mandaat van drij franken op te sturen, de gazet « Ons Vlaanderen » ontvangen tôt 1 Januari 1918. Zelfs indien de oorlog voor dit laatste tijdstip gedaan is, gelijk wij het met reden hopen, zullen zij Ons Vlaanderen in België voort entvangen. Al de voordeelen van vroeger blijven bestaan. Maar voor den oogenblik zijn er veel te veel Vlamingen in Frankrijk die vroeger nooit in Frankrijk gewerkt hadden, en dus geene Franschmans mogen genoemd worden. Nochtans die menschen kunnen dezelfde moeilijkheden hebben (loonge-schillen) als onze Franschmans, ongelukken in suikerfabrieken en in distillerien, in een woord aan al de gevaren, waarop wij vroeger wezen in onze winteryergaderingen in België, daar staan al de vluchtelingen nu aan bloot. Daarom heeft 't Komiteit der Tijdelijke Uit-wijkelingen van Oost-Vlaandercn besloten geen onderscheid te maken tusschen leden en niet-leden en voor aile Vlamingen te werken, zonder eene bijdrage als lid te vragen. Ailes blijft dus kosteloos voor onze oude leden : geldverzendingen, hulp en raad in moeilijkheden, hulp bij ongelukken, enz. Eenmaal de oorlog gedaan, worden we-derom de jaarlijksche stortingen ontvangen. De Ganîsck. arbsiders in ballingschap De Belgische Regeering heeft liet eerste relaas ontvangen van degenen die het slacbtoffer zijn geweest van de deportatie in België. De Reis. — Aankomst in het bezet Frankrijk Te Gent werden zij geplaatst per nummer. De geneesheeren deden een vluchtige inspectie in de zalen. Degenen, die een kla ht deden gelden, werden alleen onderzocht. Zij moesten zich ontkleeden in bij zijn van andere werklieden van allen ouderdom en* aile levensomstan-digheden.Het voedsel : 's morgens koffie met een vierde van een br oi; 'smiddags rijstsoep ; 's avonds koffie met een platoi voor 17 tôt 35 personen. Het vertrek had plaats Donderdag 26 October van 10 's a/onds. De gedeporteer-den werden vervoerd in goederenwagens met 4O personen per wagen. Om 7 uur een kwaart 's morgens kwamen zij te Bergen aan, waar zij een schoteltje lijst en wat vleesch kregen. Om half vijf in den namiddag kwamen zij ter bestemming aan. Zij werden te voet naar Harles gebracht, waar zij met 650 manscaappen in schuur en stallingen werden geherbergd. Achter het duitsche front DoodsbBdreigingen Om 5 ti. 's morgens werden zij gewekt. Degedeportserden moesten zich voorzien van hun gamelle. De helft der manschappen moest vertrekken ; de andere helft bleef in de hoeve. Men bracht ze na een uur gaans op een werkplaats, dicht bij den ijzerenweg. In de verte zagen zij de Duitsche soldaten. Zij weigerden verder te gaan, op basis dat de Duitschers te Gent verzekerd hadden, dat zij België niet moesten verlaten, noch wer,k zouden moeten verrichten in 't zicht van den orlog. De onder-officieren wisten niets te antwoorden. De gedeporteerden namen het gereedschap, ter hand, en keer-den terug naar de hoeve. Zaterdag en zondag werden zij met rust gelaten. Maandag, 26 October, om 5 uur 's morgens apel en om half zeven moest een ieder aan het werk. Allen weigerden te werken, omdat zij slecht verzorgd waren, zich in Frankrijk bevonden en het werk in betrek-king stond met den oorlog. De bevelhebber raadde aan den arbeid te aanvaarden om aile pijnlijke gevolgen te voorkomen. Hij verwittigde den overste van de genie, die te paard ter plaatse aankwam en bevel uitvaardigde den arbeid te beginnen. Nieuwe algemeene weigering. De twee officieren sprongen op de gedepoorteerden toe, deelden eenige zweepslagen uit en dron-gen gedeporteerden terug tôt in een nabij-gelegen weide. De werklieden bleven weigeren, omdat de aangegane beloften niet gehouden waren. De genie-overste riep eenige van hen.Een tiental kwamen uit de rangen en herinnerde de verbintenis : goed voedsel, goed ver-blijf en werken in België. De werklieden bleven bij hun weigering. De genie-overste bevool aan een twintigtal soldaten het geweer te laden, aan te leggen en op de massa te vuren. Eenige, door schrik hevangen, gaven toe en een uur later waren allen aan het werk . Officieren van allen graad brachten een bezoek aan de gedeporteerden; verbetering van verblijfen voedsel. In weerwildezer beloften, bleef allée zooals het was. Een maal per maand mochten zij naar de familie schrijven en zij hadden hetrecht aile maanden één pak van 5 kg.(te ontvangen. De Duitschers zoeken te vergeefs vrijwillige arbeiders De soldij wordt Zondags betaald. In de eerste plaats een toespraak van den officier: Zijne Keizerlijke Majesteit heeft bevel gegeven om te vragen vrijwillig een kontrakt te teekenen mits een dagloon van 4 marken voor de gewone arbeiders en 6 marken voor de stielmannen. De Duitsche administratie zou zorgen voor warme klee-deren. Na de werkuren zou aile militair toezicht opgeheven zijn. De verbintenis heeft een duur van zes maanden. Allen bleven nogmaals weigeren . Na de betaling van de soldij van 2.25 fr . meldde de officier dat de verbintenis van 6 maanden zou teruggebracht worden op 3 maanden met een tijdelijk verlof van 4 dagen. De folteringen onzer ongelukkige medeburgers De kleederen waren onvoldoende. De zieken kregen geen speciaal voedsel ; men bepaalde zich bij het uideelen van pillen tegen den hoest. Het was bitter koud. De gedeporteerden vertrouwden hun beddekens toe aan hun zieke kameraden, terwijl zij gansch den nacht rond de loods wandelden om zich ] te verwarmen. Rond den 19 November bracht men de kachels aan. Onze medeburgers moesten ze zelf plaatsen. Na het avordmaal van 20 November, bleven zij 24 uren zonder voedsel. In afwachting De klachten over kleedsel en voedsel waren algemeen. Men beloofde hen binnen den korst mogelijken tijd huiswaarts te sturen. Den 21 November werden de zieken ver-plicht, zelf hun voedsel te gaan halen in een dorp op een uur afstand. Zaterdag 25 November om 4 u werd m:-degedeeld, dat zij zouden huiswaarts keeren. Zij ontvangen een vierde van een brood met een stukje kaas en om half zes had het vertrek plaats. Zij kwamen 's ande-rendaags 's morgens om half tien te Gent terug. Tijdens deze lange reis, hadden zij noch voedsel, noch drinken ontvangen . Deze feiten worden voor echt verklaard door twintig arbeiders van Gent. Uit ons Vaderland. geen tabak mier in belgie. — Geen tabak wordt in België meer ingevoerd. Ten gevolge daarvan is die koopwaar merkelijk in prijs gestegen. De gewone tabak die voor den oorlog 1 fr. 60 den kilog. kostte, ging 3 fr 2O einde 1916, en kostte reeds 7 fr. in den loop der maand Februari laatstleden. Heden-daags belaalt men hem 9 fr. den kilog. Hij stijgt maar gedurig aan. Waar gaat dat naartoe ? Wat zullen de sukkelaars daar ginder nu zeggen, zonder eten bijna, zonder pijpken, zonder chieksken ! het leven te antwerpen. — (Eigen bericht). Zonder overdrijven mag men zeggen dat Antwerpen, vroeger zoo schitterend zoo ijvervol, zoolevendig, rijk en aangenaam, nu dood is. In den dag ontmoet men er maar weinig volk. 's Avonds is het de dooddsche kalm te en eenzaamheid die als een doodschim over de groote handels stad komt zweven. Enkel, op den hoek der straten, eenige policieagenten in burgers-kleedij, of eeniwe Duitsche soldaten doodge-dronken en in gezelschap van nachtvlinders. Als de bureelen, op eenige uitzonderingen na, zijn gesloten. Geen enkele koopwaar komt hier toe. Die handelaars zelf die enkel betrekkingen hadden met het binnenland hebben boeken ej magazijnen moeten slui-ten. Nu eens zijn het de grondstoffen die ontbreken. Dan zijn het de vervoermidde-len. Nooit komt men in de gansche stad eene auto tefen, bij uitzondering van die der kommandantuur of van het Ameri-kaansch voedingscomiteit. Rijtuigen zijn er evenmin te vinden. De Duitschers hebben immers de paarden opgeeischt voor hun leger of ook voor de hongerige magen van hunne soldaten. Te 6 ure van den avondsluiten al de magazijnen. Duizenden hebben sinds maanden hunne luiken niet meer ôpengedaan. Antwerpen heeft fel geleden van de groote koude. Men betaalde immers 125 fr. voor 10 kilogr anthracite. Meer dan de helft van de bevolking bleef dag en nacht in bed om de koude te vluchten. Schrikkelijk veel sterfgevallen, vooral onder de ouderlingen. Aan de Groote Statie is er immeï-veel beweging. Men blijft daar den terugkeer afwachten van de gedeporteerden.uit de kimpen. — De groote koude heeft in de laatste week groote vertraging veroor-zaakt aan de trams. Een aantal, die 's mid-dags moesten toekomen, kwamen enkel 's avonds ter bestemming. turnhout. — Al de eigenaars van rij wielen hebben op 5, 6 en 7 Februari laatst hunne banden moeten inleveren. Ze werden volgenderwijze betaald : boven-banden 3 m. 50 ; binnenhanden 2 m. 50 ; enkel buisbanden 6 mark. De Duitschers eischen ailes op en betalen dan nog met veel moeite en slecht. Men heeft met zekerheid het overlijden vernomen van twee Turnhoutsche soldaten : MM. Verrees. J. A. oorlogsvrijwilliger en Bosgers. J. h. Een plechtige lijkdienst had plaats tôt hunne zielelafenis. moll. — Wat is me dat nu ? In die gemeente doet men niets meer dan stelen. In St Victors gesticht ; twee groote pakken kleeren, aan leerlingen toehoorende. Bij vrouw Janssens : hemden, zakdoeken, kousen en foulards. Bij Knaeps : beddelakens, flanellen, hemden, kousen, eetwaren enz. Ailes gebeurde opeen en zelfden dag. HooGSTRAETiif. — Daar werkt de volkssoep goed vooruit. Iedereen helpt mede land-bouwers en hoveniers zenden groenten. Beenhauwers bezorgen beenen en ook vleesch, Een hunner, met name. De.Clercq gaf, reeds nen heelen os. De notaris en de secretaris van de schoone gemeente staan aan 't hoofd van het werk. lange tingers tb st-trdiden. — De lange vingers zijn daar zoo talrijk geworden, dat de burgers verplicht werden eenen veiligheidsdienst in te richten. 's Nachts doen de vrijwilligers ronden in en om de stad. Sedert dien is het aantal dief-stallen merkelijk verminderd. ruysselede. — Einde December trokken tal van inwoners naar Amerika : namelijk. Martha en Leontine Christiaens ; Madeleine Van Dort en nog andere. Velen zijn ook naar Duitschland weggevoerd, waaronder tal inwoners van 't Veld. Allen werden eer.-;t naar Gent overge-voe d, waar men hun vroeg een werk-kontrakt te willen teekenen. Geen enkele heeft zulks aanvaard. Dagen lang kregen ze noch eten noch drinken. Dan werden ze in beestenwagens geduwd en naar Duitschland overgevoerd. staatsminister van den peireboom ziek. — Men meldt uit Brussel dat de oude heer van den Peireboom in een bedenkelijken toestand zou verkeeren.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
This item is a publication of the title Ons Vlaanderen belonging to the category Katholieke pers, published in Parijs from 1915 to 1919.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Add to collection

Location

Periods