Onze taal: weekbladje voor de Vlaamschsprekende krijgsgevangenen

980 1
17 November 1917
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1917, 17 November. Onze taal: weekbladje voor de Vlaamschsprekende krijgsgevangenen. Seen on 29 March 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/rx93777585/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

ONZE TAAL Nr. 123 Weekbladje voor de vlaamschsprekende krijgsgevangenen. 17? November 1917 HET VLAAMSCHE VOLK i. Ons volk in volkenkundig opzicht. Yoôr onze tijdrekening, zoover de geschied-schrijvers reiken kunnen, was ons land bewoond door de Kelten. Omstreeks de IIde eeuw vôor Christus kwamen de Germanen, die uit West-Azië afstamden, in onze gewesten en verdreven de Kelten naar Engeland. De Germanen vestigen zich in de streken waar zich nu het huidige Duitschland, Holland en België bevinden. Rond de IIde eeuw na Christus, vormden de Germaansohe stammen een bondgenootschap, om zich te verdedigen tegen de invallen der andere volkeren. De machtigste van deze bondgenooten waren de Franken die al de stammen omvatten van Noord-Westelijk Germanie : tusschen den Wezer en de Beneden-Schelde. De Vlamingen hebben, gelijk meest al de Germaansohe afstammelingen, klare en blauw-achtige oogen en blond of kastanjebruin haar. In staatkundig opzicht behooren de Ylamingen tôt België. Ylamingen en Walen wonen nog tegenover elkander, in dezelfde landdeelen waarin hunne voorvaderen zich gevestigd hebben. Ook in 't noordelijk gedeelte van Frankrijk, in Pransch Ylaanderen, wonen nog Ylamingen. 't Is roerend te vernemen dat, trots de pogingen der verschil-lende Pransche regeeringen, die sedert eeuwen dit land besturen, het Ylaamsch de taal van het volk gebleven is ! Kassel, Duinkerke, Sint-Winox-Bergen, Hazebroek, zijn nog Ylaamsche steden. In mijne gevangenschap heb ik gelegenheid ge-had met "Franschen" te spreken die geen ivoord fransch verstonden of het enkel gedurende den oorlog geleerd hadden. Wij bemerken dus dat, na eeuwen van bestuurlijke verfransching onze taal 7Ââ pned weerstaan heeft. dat zii nu nog hare oorspronkelijke grenzen ongeschonden bewaart. Het Vlaamsche volk is goedhartig en verstandig, gesteld op stofFelijk welzijn en ook op het heiligst zedelijk welzijn : de vrijheid, zonder welke de Ylaming zich nooit op zijn gemak bevond, doch dikwijls die schatten van verheven aard uit het oog verliezend, die aan de beschaving hare werkelijke waarde geven. De Ylaming bemint de wetenschap, als zij hem nuttig is ; hij bemint de poëzij, als zij hem lessen geeft voor het dagelijksch leven, of hem een krachtig lied verschaft, dat de misbruiken schandvlekt, waarvan hij het slacht-ofFer is. Doch zijn geest verheft zich niet plotse-lings tôt de afgetrokken begrippen van wijsbe-geerte en van staatkunde. Hij houdt niet van nieuwigheden, hij is verslaafd aan de gewoonte. Alléén de verdrukking ergert hem : om haar te breken zijn hem geene opofferingen te zwaar. Dan toont zich in al hare grootschheid eene edele, geweldige en hartstochtelijke ziel, die er nooit in gelukte, hare vroegere ruwheid af te leggen. Yrijheidsliefde, onafhankelijkheid : dat gevoel heeft de Ylaming reeds van in de middeleeuwen, terwijl men nochtans bij andere volkeren moet wachten tôt de XlXde eeuw om dit gevoel te zien ontstaan. Wilt gij het Ylaamsche volk werkelijk volgens dit gevoel zien handelen ? Leest in het werk van den Heer Vanderkindere : "De eeuw der Artevelden" blz. 38 : "....achter de onverschilligheid, de lafhartigheid, het eigenbelang, de schuldige eerzucht der rijken, staat het wakende volk: het zweeg, zoolang het niet wist waar men het leiden won : doch als men zijne oude privilèges aanraakt, als een vreemdeling eenen toi komt leggen op den drank die zijne vreugde en zijn leven is, dan springt het op, en bruit, en verplettert den overweldiger " De Vlaming is voor ailes realist. Hij heeft gaarne aan aile zaken een tastbaren, hoekigen vorm. De Amerikaansche schrijver Motley levert eene

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
This item is a publication of the title Onze taal: weekbladje voor de Vlaamschsprekende krijgsgevangenen belonging to the category Oorlogspers, published in Göttingen from 1915 to 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Add to collection

Location

Subjects

Periods