Polder en Kempen: wekelijksch nieuws- en aankondigingsblad

563 0
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1914, 19 July. Polder en Kempen: wekelijksch nieuws- en aankondigingsblad. Seen on 19 April 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/416sx65406/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Zondag 19 Juli 1914 Prijs per nr 3 centieinen 10e Jaar, Nr 29 - == gyvoegsel aan POLDER EN KEMPEN Wekelijksch Nieuws- en Aankondigingsblad Ingchrijvingsprijs s 3,io fr. per jaar. Voor den vreemde de verzendingskosten erbij. Men schrijft in bij den uitgever, bij de briefdragers en 0p al de postkantoren. Drukker- Uitgever : A* DE BIEVRE BRASSCHAAT Aankondigingren s Volgens tarief. Brieven, p»kken, enz , franco toesturen. Het recht annoncen en artikels te weigeren îs yoorbehouden Ieder nummer van POLDER EN KEMPEN bestaat ten minste uit 8 BL-âJDZICnDEnsr Den Heer des l^uizes I. Wees u steeds bewust van uwe wrantwoordelijkheid. Gij hebt een gezin gesticht, dat met vertrouwen tôt u opziet. Tracht het in u ge-stelde vertrouwen te rechtvaardi-gen door al uwe krachten te wijden aan het welzijn der uwen. II. Laat uw vrouw volkomen op de hoogte zijn van uwe jinantieele omstandigheden. Slechts dan zal zij in staat zijn met u te zamen de welvaart en behagelijkheid in huis te bevorderen. III. Zorg bijtijds voor de toekomst van uw gezin. Sluit tijdig eene levensverzekering en maak, al zijt ge jong en krachtig, toch bijtij ds uw testament, waar dit noodig mocht zijn. Hoe menigmaal is reeds door den onverwachten dood van den vader een gezin ongelukkig ge-vvorden wegens gebrek aan schrif-telijke beschikkingen. IV. Wees in bij zijn van de kinde-nn van dezelfde meening als uwe vrouw. Als gij later alleen zijt, kunt gij u te zamen gerust uit-spreken en uw beider meening ver-dedigen, als gij van opinie mocht verschillen. Maar de kinderen moe-ten den indruk krijgen, dat vader en moeder steeds het eens zijn. V. Laat uwe vrouw deelen in al uwe zorgen. Gedeelde smart is halve smart en daardoor wordt het gevoel van bij elkander te behooren sterker en men leert elkaar daardoor steeds meer waar-deeren en beter begrijpen. VI. Wees toegevend. Dit geldt voor man en vrouw beide. Hoe licht ontstaat een verschil van meening. Wanneer nu van weers-zijden wat wordt toegegeven,wordt ailes in vrede en kalmte opgelost. Laat de zon nooit over uw toorn ondergaan. VII. Wees voor uwe onder geschik-ten streng, maar goed en rechtvaar-dig. Zij zullen u meestal door ge- trouwe plichtsbetrachting hun dankbaarheid toonen. VIII. Blijf maiig, zoowel in arbeid als ontspanning. Gij moet natuurlijk met ijver uw ambt of werk verrichten, maar hoed er u voor u te overwerken. Na uw arbeid hebt ge rust of ontspanning noodig. Kies deze met overleg en maat, dan heeft ze eene goede uitwerking. IX. Tracht, trots de moeilijkheden en zorgen des levens, uwe opgewekt-heid te bewaren. Daardoor zal het u gemakkelijker vallen de kleine dagelijksche kruisjes te dragen. X. Heb de Natuur lief.Deze geeft aan uwe zenuwen de door uw beroep ondermijnde kracht terug, zij staalt lichaam en geest en helpt u en de uwen om sterk en gezond te blijven of te worden. De tien moderne Wonderen De Scientific American heeft een wed-strijd geopend om te weten welke de tien grootste uitvindingen van onzen tijd zijn en waarom. Tallooze geleerden hebben op die vraag een antwoord ingezonden, maar 't tijd-schrift stelde er zich niet mee tevreden de antwoorden ten gunste van een be-paalde uitvinding te stellenen bij meerderheid van stemmen alzoo het belang eener uitvinding te laten uitmaken. Zij ziet door een commissie van bevoegde geleerden de antwoorden naar hun weten-schappelijke waarde te schatten. Die commissie kende den eersten prijs toe aan William Wyman uit Washington, wiens lijstje der 10 voornaamste moderne uitvindingen er zoo uitzag : 1. — De electrische oven, uitgevonden in 1889, een oven, waarin een tempera-tuur kan ontwikkeld worden ongeveer gelijk aan die van de eerste aardwarmte en waarin men kunstmatige edelge-steenten, carbonundum en calcium — carbuur kan vervaardigen en waardoor de staalindustrie een groote wijziging heeft ondergaan. 2. — De stoomturbine, dateerend van 1894, die belangrijke resultaten heeft opgeleverd bij de toepassing op schepen. 3. — De automobiel, die sedert 1890 zooveel veranderingen in het transport heeft gebracht. 4. — De kinematograaf, door Edison uitgevonden op het voetspoor van Marcy in 1893 een geduchte concurrent van het tooneel en een krach Lig middel tôt op-voeding.5. — De telegrafie zonder draad, uitgevonden in 1900 tengevolge der onder-zoekingen van Marconi en Brauly. 6. — De aeroplaan, die in 1903 een der droomen van het geheele menschdom heeft verwezenlijkt. 7. — De cysnuratie van goudhoudende delfstoffen, die sedert 1890 den wereld-rijkdom vermeerdert. 8. — De linotype en voornamelijk de monotype, die een omwenteling hebben gebracht in de drukkunst, die in vier eeuwen schijnbaar niet was vooruitgegaan. 9. — De electrische transformatoren, uitgevonden door Nicolaas Teela, waardoor men electrische stroomen op groote afstanden kan leiden. 10. — Het procédé van electrisch sol-deeren van Elihu Thompson, die een wijziging in de smeedkunst bracht. De volgorde, naar de belangrijkheid,dooi Wyman aangenomen, was niet door allen in acht genomen en 00k waren er andere uitvindingen genoemd. De meerderheid der antwoorden leidde tôt de volgende lijst : 1. Draadlooze telegrafie. 2.Aeroplaan 3. De X-stralen. 4. De automobiel. 5. De Kinematograaf. 6. Het gewapend béton 7. De phonograaf. 8. De electrische lamp 9. De stoomturbine. 10. De electrische tram. De rekenmachine en het radium werder 00k onder de grootste uitvindingen geteld ofschoon niet door een meerderheid. POLDER & KEMPEN CAPPELLEN Een kunstavond. — Met fierheic mogen wij zeggen dat het Davidsfond' vanCappellen het Guldensporenfeest waar dig gevierd heeft. Eene talrijke menigte verdrong zich ir de ruime en sierlijke zaal van « Onz< Kring » en 't zijn maar de afwezigen di< het zich zeker zullen beklaagd hebben e: niet tegenwoordig geweest te zijn. De kunstzangeres Mevrouw Adolphim Van Elsacker, wier medewerking di muziekafdeeling onder de kundige leidinj van den Heer Van der Schoepen te deze gelegenheid bekwam,heeft hetDavidsfond van Cappellen een schoonen kunstavom laten genieten. Het publiek luisterd toch zoo aandachtig ; maar 00k met wa schoone gevoelvolle stem zong zij. En wat gezegd over den voordracht-gever ? ■ ~ Prof. Dr Borms heeft zulke schoone woorden gezegd, dat wij er geenzins aan twijfelen kunnen of zij zullen in aller harten toegang gevonden hebben. Geachte spreker legt de beteekenis van den Guldensporenslag uit. Hij roemt onze voorouders om hunne wilskracht, om hun eigenbesef. In 1302 was de strijdkreet : « Vlaanderen den Leeuw » ! Nu weze hij « ln Vlaanderen Vlaamsch » ! Met dichter Guido Gezelle roept hij : wees Vlaming, wien God Vlaming schiep ! Hij kenschetst onze hedendaagsche Vlamingen en roept velen toe : Verzet u tegen verbastering, kampt tegen de fransche zedeloosheid, tegen al het slechte dat ons uit het wufte Frankrijk komt overgewaaid. Het eenige doel is ons.land bij het hunne te voegen. Niet zonder reden verspreiden zij dagelijks 150.000 dagbladen in ons land aan den prijs als in Parijs ; niet zonder reden gaf Frankrijk eene toelage van 476.000 fr. aan de GentscheTentoonstelling. De strijd die nu aan den gang is, zal hevig wezen. Zal het « Vlaamsch » blijven bestaan, roept spreker uit. Dit zal van u afhangen. Trekken wij eensgezind ten strijde ; , aile veten stil gelegd ; de Vlaamsche zaak buiten en boven de politiek. Broederlijk en rechtzinnig de hand gegeven om de Vervlaamsching der Gentsche Hoogeschool te verwezenlijken. , Spreker bewijst d'aarvan het groote nut. Gij zult niet meer ondergeschikt zijn tegen-over de Walen ; gij zult niet meer het vuile werk moeten verrichten en de goede plaatsen laten innemen door de Walen ; ^ gij zult uw werk beter doen betalen. ' Vooruit dan, roept hij, en niet onverschil-lig voor den goeden strijd ! Toont u Vlaming in uwen orngang, in 1 uw leven. Spreekt Vlaamsch overal en waar gij zijt. Leest en ondersteunt Vlaamsche gazet-ten.3 In het tweede gedeelte zijner voordracht 3 sprak Dr Borms over Fransch-Vlaanderen, l dat tôt voor 1668 aan ons land gehecht was r en dat door Lodewijk XIV werd ontnomen. = Gemoedelijk verhaalt hij eene zijner 1 reizen in die streek, waar hij schoone e zichten van geeft. Met ware voldoening t maakt hij ons bekend dat men daar nog altijd Vlaamsch spreekt, niettegenstaande Frankrijk ailes in 't werk stelt om dien toestand te veranderen. Een donder van toejuichingen begroett* zijne puike voordracht en geestdriftig eindigt het feest onder het zingen van « De Vlaamsche Leeuw ». De algemeene bij val en de goedkeuring het Davidsfonds van Cappellen te beurt gevallen, weze een krachtige spoorslag van aaninoediging voor haar bestuur om deszelfs vooruitgang nog steeds meer en meer te behartigen. J. T. BRASSCHAAT Begrafenis.—Verleden Woensdag had-den de plechtige lijkdienst en de begrafenis plaats van M. Louis De Clerck, Gemeente-Ontvanger, Voorzitter van de Kerk-fabriek en van het St Vincentiusgenoot-schap, Bestuurlid van het Gods-Gasthuis, enz.. M. Louis De Clerck was een overtuigd godsdienstig en doorbraaf mensch, die om zijn rechtzinnigheid,zijn nederigheicl en werkzaamheid van iedereen geacht en be-mind werd : in aile prijsbare instellingen was Louis De Clerck te vinden en nooit deed men te vergeefs beroep op zijn ge-dienstigheid.Van hem mag er te recht gezegd worden : « Hij heeft den goeden strijd gestreden... voor het overige is hem de Kroon wegge-legd der eeuwige gerechtigheid. » Geen wonder dan dat heel Brasschaat, alsmede verscheidene hooggeplaatste per-sonen en vooral veel priesters, een algemeene hulcîe hebben willen brengen aan de nagedachtenis van den braven man met in zoo groot getal tegenwoordig te zijn in den plechtigen lijkdienst. Bij het graf werden de deugden en ver-diensten van den betreurden overledene in gepaste woorden geschetst doot M. C. Goris, die sprak in naam van 't Gasthuis-bestuur en door den weledelen Heer Baron du Bois de Nevele, wiens lijkrede wij hier laten volgen : MIJNHEEREN, Alvorens dezen gewijden Akker te verlaten, valt mij als Burgemeester de plicht ten deel een hartelijk en roerend afscheid te nemen van onzen goeden vriend Louis Adolf De Clerck. Wij willen vooreetst hem huldigen als de verdienstelijkste tusschen aile ge-meenteambtenaars : bijna 20 jaar lang zagen we hem altoos met denzelfden ijver de kiesche taak van rekenplichtige op zich nemen en dezelve waarnemen met d« grootste nauwgezetheid en de grootste puntigheid. Feuilleton van Polder en Kemfen. IN H00GER KRINQ 5 « Nu, waar zullen ze wezen ? Ik kreeg van ochtend een « aangezichtsk » uit Frankfort. Maar daar zijn ze al weer vandaan. Ze willen naar Noord-Italië gaan. Naar het Laco Majoor ». « Naar het Lago Maggiore ? Zoo ? Ja, daar is het nu heerlijk, meende de burgemeestersvrouwe en wendde zich weer tôt haar gasten in de eerste twee salons. Mevrouw Ballinger schepte met haar lepeltje de suiker uit haar kopje en zeide, de gastvrouwe nastarend : « Wat een hupsch tolet, nie » ? « Vindt u » ? vroeg de generaalsvrouw koel. « Ja, vindt u nie ? De burgemeesters-vrouw staat het ten minste heel goed. Ik kan geen roodbruin hebben, dat maakt me te dik. U zou 't heel goed staan, mevrouw ». « Zoo ! Meent u dat ». « Ja, u bent erg dun, vooral in de talje ». « Die persoon is onverdragelijk », be-: merkte mevrouw van der Leeman tôt de [ barones, die achter haar zakdoek ant-woordde : « Laat ze toch doorgaan, Fanny. Ik begin me koninklijk te amusée ren ». Maar de hooghartige generaalsvrou1 kon het niet langer uitstaan. Zij stond o'j kuste haar vriendinnen Julia en Margo gaf den advocaat bevallig de hanc groette mevrouw Ballinger met een nauwf lijks merkbaar hoofdknikje en verlû het salon. Ook zij werd nagestaard doc mevrouw Ballinger en zij merkte op « Een aardige vrouw. Zij heeft iets koels Barones Hangeler wenkte den bediend nam een vierde Othello-koekje en zeic tôt mevrouw Ballinger : « U voelt blijkba; meer voor expansieve temperamenten ». « Expansief ? Ik weet niet, wat dat i Temperament weet ik. Ik heb bijvoorbee temperament. Maar ik dacht aan w anders. Als er twee in een salon aan elka voorgesteld zijn, en de eene eerder we gaat dan de andere, dan moet zij behoc lijk groeten. Dat is mijn meening. Mij moeder zaliger heeft ons kinderen d zoo geleerd en ook mijn Frida weet ni anders ». « Frida is uw dochter, nietwaar 1 vroeg de barones. Gravin Starnberg antwoordde in p\a; van de moeder : « Ja, de jonge juffroi Ballinger is een zeer net meisje ». « Ha ha ha », riep de oude vrou « U hebt haar voor 't eerst pas kort ge-leden bij de bruiloft gezien. Wat kunt u v dus van hare netheid af weten » ? >, « Ik heb met haar gesproken en zij beviel mij heel goed ». I, « Goed is ze en ook verstandig, beste gravin. Dat moet ik haar als mama :t werkelijk meegeven ». >r De barones vroeg : « Is uw dochter nog : in huis ? » ». « Neen, om vier uur gaat zij altijd naar », naar vriendin. » le « Ik bedoel, of uw dochter nog ongehuwd ir is ». « Ah zoo. Ja zeker. Zij heeft geen s. voorkomen. Nie waar, heer Siemers. Dat Id kan men nie beweren. U kent haar van at haar kinderschoenen af. Voorkomen heeft ar zij heelemaal nie. Maar inwendie ! Nie g- waar, heer Siemers » ? >r- i De advocaat antwoordde met eenige ne verlegenheid : « Ik heb voor Juffrouw at Frida altijd hooge achting gehad. » et « Ha ha ha » ! schertste mevrouw Ballinger, « altijd hooge achting gehad > ? dat is te veel gezegd. Toen u, met Gustaaf op de tweedé klas zat, hebt u haar dikwijl: its voor den gek gehouden. Ze was toentertijc îw nog wel een klein ding — maar het wa toch geen achting. Nu, ontken het eens » w. j « Ik ontken niets. Wij waren toenmaal ■ . —„ ! wel eens meer dom ». « Een beetje erg dom, juist », knikte mevrouw Ballinger. « Ik hoop, dat juffrouw Frida het mij al lang zal vergeven hebben ». « Ach, ja, de goeje ziel ! Zij is de goed-hartigheid zelf. Je kunt gerust over d'r heenloepen. Meent u nie, mevrouw de barones » ? « Ja... Ja... » « Waarom lacht u toeb ? » « Heb ik gelachen, mevrouw ? » « Ja, zoo'n glimlachje om uw mond-hoeken. Maar, lach u maar. Ik oude, vrouw, zeg u, dat men lachen moet zooveel men maar kan. Menigeen lacht z'n heele leven niet, hetzij omdat een altijddurend ongeluk hem bij den kraag heeft, hetzij omdat de nijd hem achter-volgt ». « Mevrouw Ballinger heeft gelijk », viel de gravin in, «er zijn lui, die altijd door den nijd achtervolgd worden, ter-wijl zij zonder dat, echt gelukkig zouden , kunnen zijn ». « Ik van mijnen kant », verklaarde ; de oude vrouw, ben altijd tevreden. I Toen mijn man stierf, was Guussie twaall s jaar en Frida tien Weken. Komiek nie r Zoo ver uit elkaar ? Als weduwe, heb il s de kinderen zelf moeten opvoeden en oj die manier Gustaaf goed moeten laten leeren en Frida door een half dozijn ziekten moeten heensleepen. Daarbij kwam nog de winkel. Toen de Jaegerhemden opkwamen, hebben wij wat ter zijde gelegd.Ik had de agentuur, — als u weet, wat dat is. Omdat ik goed bij de hand was. Ik kon toentertijd ook een meisje nemen en Frida naar een pensionaat zenden. Nou, en toen Gustaaf over zee trok, toen ging het snel vooruit. Nu heb ik ailes in de puntjes. En als soms weer 's niet ailes even voorspoedig gaat, dan kan ik 't ook nog wel zonder ekipaassie stellen. Boven-dien, ik zal toch niet zoo lang meer leven ». « Uw villa zal wel wonderschoon zijn », bemerkte de gravin ; « ik vond het jammer, dat de bruiloft van den consul met Cecilia niet in de villa gehouden werd ». « Al de Everdorpen met hun aanhang wilden bij ons in de villa logeeren. Dat maakte ons zoovol.Er zijn er nu nog eenige. Als u mij echter de eer wilt aandoen, geachte dames en mijnheer Siemers, dan wil ik u met genoegen de heele villa toonen. De dikkeratie van binnen is nog niet heelemaal op orde. Gustaaf moet in Italie en op de terugreis in Patijs nog veel koopen. Maar er is toch veel schoons ; te zien. ' ('< Vervolgt).

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
This item is a publication of the title Polder en Kempen: wekelijksch nieuws- en aankondigingsblad belonging to the category Katholieke pers, published in Brasschaat from 1905 to 1942.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Add to collection

Location

Subjects

Periods