Vooruit: socialistisch dagblad

1255 0
close

Why do you want to report this item?

Remarks

Send
s.n. 1915, 12 June. Vooruit: socialistisch dagblad. Seen on 19 April 2024, on https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/en/pid/s756d5qp1m/
Show text

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Orgaan der Belgische Werkliedenpartij.– Verschijnende alle dagen. Onikster-UHgeeïctet sein: Maatschappsj H ET L1CHÎ bcstuardcr s P. JtîE VISCH. LeUeberg-Qeirt . . REDACTIE . . ADMINISTRATIE ISOOGPOORI, 29, GENT ABONNEMENTSPRUS BSLGSE Drie maar.fSen. . . , , fr. 3.23 Zes maandea >',<>, fr. 6.50 Een jaar. ...... fr. 12.50 Ken abonnsert zich op aile pcsttiireeiea DEN VREEMD2 Drle maanden (dagelijks versonden). . . fr. 0.79 ONS ZONDAGSBLAD Wat ons deze week een Vlaamsch letterkundige schreef : « Ik heb de verschijning van Uw letterkundig Zondagsblad als een verheu-gend feit in de intellectueele beweging van ons Vlaamsche land begroet. Aa.n ons Vlaamsche volk — niet meer uit den aard der zaak de kleine minderheid der zoogenaamde' intellectueelen — maar aan de breede, groote massa der zwoe-„ende « kleyne luyden » zijn Vlaamsche dichters en schrijvers leeren kennen en fiefhebben, is een edelmoedige poging, beter nog,_ een uitstekende cîaad, waarbij wij van weerskanten, wij, de letterkundigen, en zij, de duizenden uit ons volk, voor wie zij schoonheid scheppen, aJIes te winnen hebben, en zeker met het minst in deze tragische tijden, waarin het recht van den sterkste hoogtij viert. Uw streven op kunstgebied is mij onverdeeld sympathiek. s Getuigen deze woorden van edele gevoelens, ze zijn terzelfder tijd voor ons een kostbare aanmoediging, op den ingeslagen weg te bhjven. Geen misverstand over de Internationale rartijgenooten hebben ons de opmer-king gemaakt dat ons artikel : Het Nia-tionaa! gecSaoht, liet veronderstellen, dat wij de Internationale beteekenis der werkersbeweging verloochenden. D~t is onze meening niet, dat hebben wij niet gezegd, of dat zullen wij nooit voorstaan. De Internationale verbroedering aller voîkeren is en blijft ons einddoel, ons ideaal. Maar wij hebben het nationaal idee nader toegelicht en willen aantoonen dat het bestaan der natiën van tegenwoor-dig een hoogeren vorm van samenleven is, dan deze die vroeger bestond. Meer hebben wij niet gezegd en wij wilden daarmede aantoonen hoe het komt dat het nationaal gedacht verle-vendigd is geworden, meer als velen het zouden durven veronderstellen hebben. Daardoor komt het dat het nationali-teitsgevoel op dezen oogenblik de Internationale in den schaduw gesteld. Waarom ? De doodgewone menschen met een beetje gezond verstand zullen U ant-woorden : wel omdat het hemd' nader gaat dan de rok. En inderdaad als eerste reden is dat zoo slecht niet geantwoord. Hetzelfde gebeurt met de families wier belangen aangevallen worden, of die denkt miskend te zijn en niet te ge-nieten wat haar toekomt door de schuld eener andere familie, deze dan ook aan-valt, protesteert, kijft, vecht, policie en tribunalen ter hulp roept. Doorgaans zullen al de leden van die twee of meer families, aan een zeel trek-ken.Zoo doen ook de naties, zonder dat wij een oordeel willen vellen over wie gelijk heeft, ofwel ongelijk heeft. Is de Internationale Verbroedering der voîkeren vooral nu nog een ideaal, dat wil niet zeggen dat wij het verloo-chenen.Maar nu schijnt ons het oogenblik juist geschikt om de aandacht onzer vrienden te vestigen op verschillende punten, die ons doen begrijpen dat idealen gelijk dat der Internationale nog ver in de toekomst liggen. We hebben het reeds gezegd, dat al de naties gelijk wij ze nu kennen de uit-slagen zijn van historische gebeurtenis-sen van vo6r veel eeuwen. Elke natie leeft haar eigen leven en houd': eraan dat te blijven doen. Waarom? omdat er zich volgens den heerschenden handel of nijverheid, bij iedere natie afzonderlijke zeden bestaan.Daartoe draagt ook bij het klimaat ; daarvan getuigt dat de Zuidervolkeren veel min industrieel zijn, als de meer noorderwaarts gelegen voîkeren, die verreweg de werkzaamste zijn. Om daarvan overtuigd te zijn, hoeft ge maar Duitschland, België en Enge- land te vergelijken met Portugal, Span-je en Italië. Het verschil van zeden -en werkkracht tusschen de twee groepen van natiën is in 't oogspringend. In de zon mogen liggen, terwijl de ap-pelcienen of de vijgen in den mond val-len is geene opwekking tôt werken, het tegendeel is waar gelijk het ook waar is dat ons veranderlijk en soms guur klimaat eerder tôt arbeid aanspoort. # 5$C 3#C Er zijn nog andere oorzaken die de voîkeren niet ten spoedigste zullen laten verbroederen. Wij sommen vooreerst op het verschil in godsdienst : Luthéranisme hisr, Calvinisme daar, katholicisme ginder, Maho-medanisme wat verder, enz. Welnu in dezen oogenblik is het niet mogelijk Christus, Luther, Calvin en Ma-homed een ronde te doen dansen. Elk houdt nog te veel aan zij ne over-tuiging en wij weten allen wat vreeselijke oorlogen en scheuringen, verschillende godsdiensten in de wereld hebben ver-wekt.Een ander beletsel aan de Internationale is het verschil van taal. Als wij allen naast elkaar staan zon-dc spreken, zou men maar geheel moei-lijk de naties onderscheiden. Helaas, wanneer de verschillende voîkeren de mond openen en beginnen spreken, dan staan wij voor den schoonsten toren van Babel, die men kan uitden-ken.Zeker kan dit verholpen worden door taalkundige vertalers. Maar dat is nog de verbroedering niet die wij idealistisch wenschen. En verstaat gij nu, partijgenooten, hoe er meteenen uit die eeuwenlange schei-ding, doorweven met opstanden en oor-log, met godsdiensthaat en taalstrijd, ook verschillende stoffelijke belangen zijn ontstaan door de verovering van ko-loniën, door goede ligging, meer vrucht-. baarheid, door 't bezit van schilderach-tige landen en meren, enz. Om goed de moeilijkheid van de vesti-ging der Internationale te vatten, moet gij maar in uw eigen België rondzien. Wij hebben Walen en Vlamingen. Dat is niets, zult gij zeggen ; neen, maar ongelukkiglijk zijn er daaruit fla-minganten en fransquillons geboren, die eerder voor strekking hebben onze natie te ontbinden in plaats van haren ge-zichteinder te vergrooten en te verbree-den.De godsdienst en het ongeloof spelen nagenoeg dezelfde roi. Dit ailes schrikt ons niet af. Wij zijn en blijven internationaîisten. Jt Is onzen plicht als socialisten, en ons oud lokaal op de Garenmarkt droeg een schoone spreuk op den muur ge-schilderd : « Geen oorlog meer. Geen rassenstrijd! Dat volgt uit onzen klassenstrijd! » F. H. TUINBOUW (Zie «Vooruit» van 22 Mei, 6, 8 en 10 Jum.j SELDERIJ (Apium graveolens) Ombelli-f«ren.Het zaad bewaart gedurende 4 jaren. Getal zaden per gram: 2.500. Voorm. var. a) Snijselderij, met fijne scheuten. b) Chemin, voile witte, goudgele (voor den zomer.) , Voile witte van Amerika, S and rin£rhaia, Pascal, roode yan Brydoiv c) liaapselderij van Erfurt, van Praag. De variëteit a wordt gebruikt voor de opsmukking der schotels. Van de variëtéit b (met voile pijpen) gebruik men de ge-bleekte ribben en van de variëteit e de knollen. De selderij vergt een frisschen grond, rijk aan bestanddeelen, en menigvuldige besproeiingen gedurende den wasdom. Voor den wintervoorraad zaait men in April met voorkeur op een mestgrondachtig bed en fijn gemaakten grond, aan den voet van een muur gelegen, en welke blootgesteld is aan de zon. Men kan ook vroeger zaaien - in broeibakken, maar dit heeft het nadeel dat een menig'te planten snel opschieten. Wanneer de planten eene hoogte van 3 tôt 4 cm. bereikt hebben, zal men ze verspe-nen tôt 5 of 6 cm. van elkaar. Ze zullen dan verplant worden in Mei-Juni. De selderij eischt een grond rijk aan stik-stof en phosphoorzuur. Te dien einde zal men bij de bewerking per are indelven : 3 1/2 k. ammoniaksulïaat en 4 K. super-phosphaat. Voor de raapselderijen zal men 4 K. kaïniet bijvoegen. Gedurende den groei, zorgvuldige besproeiingen met beer. Pla&tiug : Men plant in bedden van 3 rij-en, in voren van 15 c. diep en 50 cm. van malkaar verwijderd. De planten op 25 cm. afstand. Eene vrije ruimte van 1 m. tusschen de 2 bedden is bestemd om den grond voor de aanaarding te v-erschaffen. Die ruimte is voorloopig gebezigd voor de plan-ting van latuwen, endijven en vele andere moesplanten die eene snelle uitbreiding nemen. Reeds van in het begin van hun groei, mogen de selderij en van de droogte niet te lijden hebben. In drooge gronden plant men in voren van 20 c. diepte en in halve schaduw. De aarde, voortkornende van deze voren, zal later voor de aanaarding dienen. Men aanaardt volgens de noodwendighe-den, diensvolgens bindt men de planten bij droog weder en men glijdt aarde tusschen de planten; deze bewerking wordt in 3 of 4 maal verricht. PQRREI (Allium porrum) Lelieachtigsn. Iîet zaad bewaart gedurende 3 jaren. Getal zaden p&r gram: 400. Voorname variëteiten : Lange, dikke win-terporrei (aanbevelenswaardig). Dikke Brabantsche. Korte Rouaansche dikke. Monsterporrei van Carentan (de groot-ste).Met eenen goeden voorraad porreien en boonen is men verzekerd, zeer voedzame soep gedurende heel den winter te hebben. De porrei wast in gelijk welken grond, op voorwaarde dat hij een weinig frisch weze en dat er zich genoeg meststoffen in be-vindeti. Reeds zaait men ze in broeibakken maar de zaaiing die het meest gebruikt wordt, geschiedt in Maart met voile hand in vollen grond of in rijen van 20 cm. afstand. Men zal uitdunnen derwijze dat de planten cich op 5 oî 6 tvn. van malkaar be-vinden, ze zullen dan in Juni de verplan-ting ondergaan. Bij de bewerking zal men indelven per are : 3 K. superphosphaat, 4 K. kaieniet en 4 K. ammoniaksulfaat. Ook gedurende den wasdom zal men zorg-vuldig met vloeibare meststoffen besproei-en. Voor de plamting moet men de plantjes bereiden door hunne wortels af te snijden tôt op 2 cm. van hunne aanhechting en door de uiteinden der bladeren te verkorten ; 't is eene bereiding algemeen gebruikt en aangerdaen. Wat mijn oordeel betreftj wanneer ik eene beschikbare plaats heb, zou ik verkiezen de struiken te planten vooraleer .zij eene te groote uitbreiding zouden genomen hebben ; op deze wijze zouden zij ongeschonden blijven, 't is te zeggen, dat men noch aan de wortels, noch aan de bladeren zou raken. Men plant bij middel van eenen plant-stok in rijen van 35 cm. afstand en in de-welke de planten op 15 cm. van malkaar staan en op 20 cm. diepte zich bevinden, Men bedekt alleenlijk de wortels en men besproeit zeer goed. De putjes zullen heel natuurlijk cçevuld worden door den regen en het wieden. Men kan ook in voren van 10 tôt 15 cm. diep planten. In zeer zandachtige gronden, bestaat er voordeel rechtstreeks op plaats te zaaien, want de verplante zijn van geen zekere goede uitkomst. Men zaait in voren van 30 cm. afstand en diep van 12 tôt 15 cm. Uitdunne op 15 cm. Besproeien "iet beer ; men vult aeh ter een volgens de voren en aan-aarden indien het noodig is. De porrei is zeer dikwijls door de larven van een vlin-der aangetast. Het vrouwelijk insekt legt hare eieren rond Juni-Juli in het binnen-ste gedeelte der bladeren. In weinige dagen komen er kleine larven uit, die in het midden van de plant indringen. Men kan het voorkomen door bestrooingen met roet. De aangetaste planten zal, men tôt onder de larven afsnijden. KEUKENRAAP» (Brassica rapa horten-sis). Kruisbloemigen. Het zaad bewaart gedurende 5 jaren. Getal zaden per gram : 450. Voorname variëteiten: Lange van Vertus (geslacht Marteau) halve lange wortel, aanbevelenswaardig.Ronde witte platte met rooden hais (vol blad). Roode van Meaux (winterhard). De raap lukt vooral in zandachtige gronden. Het is eene zeer gulzige plant; ook zal men goed doen bij de bewerking per are in te delven : 4 K. superphosphaat, 3 K. kaieniet en 3 K. ammoniaksulfaat. Te beginnen van Juni tôt Augustus zal men met voile hand zeer dun zaaien. Men dunt uit wanneer de planten 4 of 5 bladeren bekomen hebben en op deze wijze dat ze op 25 of 30 cm. van malkaar bevinden ; dan eene zorgvuldige besproeiing met beer. D& rapen zijn somtijds door de vlooien van de koolen aangetast. Om ze te verwijderen zal mon ze, bij heet weder, met koud water be-sproeien en dan met stof van houtasch of van tabak bestrooien. G, Sauvage. Rond den Oorlog stofpâaag Duwell, de oorlogscorrecpondent van «Vorwàrts» in het Oosten, schrijft uit «Jur-burg:«Toen de koude onze soldaten plaagde, verlangden zij naar warmen zonneschijn. Toen de regen z'e striemde, de loopgraven vulde en de wegen in lange moerassen ver-anderde, hoopten zij op droogte. iJu hebben ze van hitte en droogte beide een beetje te veel. Winter en vocht kwellen hen niet meer, maar een verschrikkelijke stofplaag maakt nu de marcheerende soldaten het leven zuur. Heet brandt de zon op de naar regen snakkende aarde. Zoo droo? is de grond, dat onder de ploeg van den boer stofwolken opwervelen. De meeste Russische wegen zijn nu gepla-veid met een dikke laag droog zand, die vaak nog hinderlijker is dan sneeuw en moeras. Bij de minste aanraking stijgen wolken van stoffijn zand omhoog als avond-nevel uit vochtige graslanden. De wind drijft den stofnevel in lange flarden over de velden en het eene volgt op het andere. Iedere wagen, iedere ruiter. iedere voor-bij trekkende troep jaagt een stofwolk op, die den troep natrekt als de eene compagnie soldaten de andere. De kracht en de richting van den wind bepalen het marsch-tempo. Zoo lang de wind de stof nog ter-zijde drijft, over de velden jaagt, is hij voor de soldaten nog een goede vriend. Erger wordt het, als zi^hem mee of tegen hebben. Marcheert men juist tegen den wind in, dan rollen hun voortdurend dichte stofwolken tegemoet of komen achter hen aan, om-gevsn ze vaak minuten lang als een plaag voor menschen en dieren. De stof zet zich vast op de kleeren, nes-telt zich in de haren, verft het gezicht, den hais en de handen veldgrijs, vormt dikke lagen in de oorschelpen, dringt bij het ade-men in mond en neus, omhult den heelen mensch roo, dat hij een gevoel van verstik-king krijgt. Wij rijden in oosrtelijke richting naar Szaki. Ik zie de stofwolken rechts over de velden over ailes heen jagen. Spoedig ech-ter wordt het anders. Op een buiging van den weg komen de door een vooruit trekkende colonne opgejaagde stofwolken ons "tegemoet. We houden den adem in. De volgende buiging van den weg brengt ons weer uit deze stofwolk, maar nu moeten we rechts voorbij een colonne, midden door het opgejaagde stof. Het helpt niets, we moeten weer stof slikken. Als we de troep voorbij zijn, is het een langzaam rijdend3 automobiel, die ons gelukkig maakt. Vervolgens moeten wij voorbij troepjeS' dravende cavalerie. We hebben de ocr.é stoffige verrassing na de andere. Erger nog zijn de marcheerende troepen er aan toe. Zij kunnen niet uit hun eigen stof komen en moeten ook de wolken, die wagens en ruiters opjagen. over zich laten gaan. De stofplaag bemoeilijkte onze troepen bij, de gevechten, die zij in de dagen voor' Pinksteren tusschen Kowno en de Pruisi-sche grens moesten leveren. MifigsmiriÉieii fer zee Carley's reddingsmiddel houdt het mid-don tusschen een vlot en een redclingsboei, en kan al naar de groote waarin het uit-gevoerd wordt tientallen menschen bergen. Het bestaat uit een groote eliipsvormige koperen buis, die goed waterdicht gesloten, inwendig versterkt, en door schotten in luchtdichte afdeelingen verdeeld is, zoodat ze een groot drijfvermogen heeft. Het drijfvermogen en de duurza-arnheid wordt versterkt door de buis met kurk te omgeven, die weer waterdicht afgedekt en geverfd wordt. De afmetingen der ellips kunnen wisselen van 1 meter bij 2 meter tôt 3 bij 4 1/2 meter. De doorsnede der buis kiest men meestal tusschen 30 en 40 c. M. Rondom is er een [ net van touwwerk aan bevestigd, waar een, vlakke bodem van eikenhouten latwerk in aangebracht wordt. De bodem is zoo klein, dat hij door den ring heen kan. Aan den ring zitten nog touwen met drijfkurken om te grijpen als men bij de boei in 't water te recht komt. De diepte van het net is zoo,' dat een volwassen mensch slechts half in het water staat, als hij op den bodem staat. Wanneer het dus geheel bemand is, moet de boei wel een groot drijfvermogen hebben, meer dan een reddingsmiddel waarbij men grootendeels in het water is, maar men heeft dan ook minder te verduren. Dit reddingsmiddel heeft menig groot voordeel boven boeien en vlotten : het kan velen opnemen, en biedt door den vloer in het net een steunpunt meer dan een boei, en men spoelt er niet af, zooals van een vlot. Ook kantelt het niet, daar de belas-ting onder het steunvlak is. Iîet uitbrengen is zeer eenvoudig, men werpt het maar overboord, en de houten vloer zakt door den ring heen omlaag, hoe het ook terecht-komt. Vergaat het schip, dan spoelt het vanzelf in zee, wat met een boot of iets dergehjks niet gebeurt, en is dan klaar voor het gebruik. Het neemt weinig plaats in op het dek, een aanta-1 ervan kunnen als een vest in elkaar liggen. Europessche Oorloq En West-Vlaanderen esi Sss t Ncorden van Frankrijk Officie® felepmiM : Ull ûesifsdta® Eiroits Duitsclic ambtelijke mcldingen. Groot Hoofdkwartier, 10 Juni 1315. Wcstelijk oorlogsterrein : De gevechten bij Souchez en Neuville dnren nog voort. Noordwestelijk van Souchez werden aile aanvalspogingen der Franschen in 't begin gesmacht. Westelijk van Souchez, in de streek der suikerfabriek behaalden de Franschen kleine voordeelen. Vijandelijke aanvallen tegen onze stel-lingen noordelijk van Neuville braken sa-men. In den loopgravenstrijd ten zuiden van Neuville behaalden wij de overhand. Een vijandelijke aanval zuidelijk van He-buterne mislukte. In den loop der laatste gevechten werden daar ongeveer 200 Franschen door ons gevangen genomen. In Champagne stelden wij ons na gunstige ontploffingen in de streek van Souain en Hurlus in 't bezit van meerdere vijandelijke loopgraven. Gelijktijdig werden voor Le Mesnil de Fransche stellingen over eene breedte van sngeveer 200 meters bestormd en tegen aachtelijke aanvallen behouden. Een ma-îhiengeweer en vier mijnwerpers vielen iaarbij in onze handen. Op 't westelijk deel van 't Priesterwoud bleef een loopgravenstuk van onze voorste àtelling in 't bezit van den vijand. Oostelijk oorlogsterrein: Zuidwestelijk van Schawle boden de Rus-;en gisteren heftigen weerstand aan on3 fooruitrukken. Er werd slechts kleine rooruitfjang gemaakt. De buit der beide laatste dagen bedraagt hier 2250 gevange nen en twee machiengeweren. Tegen onze omvattingsbeweging ten oos* ten der Dubissa zette de vijand uit uoord-oostelijke richting versterkingen in. Voor deze bedreiging werd onze vleugel, door den vijand gerust gelaten, in de linie Bety-gola-Zoginie teruggenomen. Zuidelijk van de Njemen namen wij bij' den aanval en de vervolging sinds 6 Juni 3020 Russen gevangen; verder maakten wij twee vaandels, 12 machiengeweren, vêla veldkeukens en voertuigen buit. Znidoiijk oorlogsterrein : Uit de streek van Mikolajow-Rohaty, zuidelijk en zuidoostelijk van Lemberg zijn nieuwe Russische krachtcn naar 't zuiden opgerukt. Hun aanval wordt door deelen van het leger van generaal von Lunsingen in de linie Litynia (noordoostelijk Droho-bycz-Dniester-gebied bij Zurawno) afge-, weerd. Oostelijk bij Stanislau en bij Halicz zijnj de vervolgingsgevechten nog aan gang. Oostelijk van Przemysl is de toestand on-' veranderd. Opperste Legerbcstuur. USfFransclh© PARUS, 8 Juni: Uit het bericht van he-den avond : Ten noorden van de Aisne deed de vijand wanhopige pogingen om de twee rijen loopgraven te heroveren, die wij gisteren namen. Hij bracht versterkingen in auto's over een afstand van 80 kilom. Tusschen Soissons en Reims werden ver-scheidene aanvallen door ons gedaan. Wij wierpen brandende vloeistof over de vijandelijke loopgraven van Vauquoi bij wiji'e van weerwraak. De gevechten ten noorden van Atrecht worden voortgezet.Een artillerie-duel houdt den ganschen dag ran. Aanvallen, welke samenkwamen in het, Labyrinth, brachten ons tôt de centrale stelling. PARUS, 9 Juni. (Havas.) Officieel be-'l richt van heden middag: Ip den sector ten N. van Atrecht wordgn1 ssar — H» ^«^2 Prijs per nnrnmer : voor België 3 cantiemen, voor den reemde 5 ceatiemen TsSafooa : Rsiactie 247 ■ Administratîe 2845 2a4erdEft$ 12 8ï«"S5 mi. 11 i n -r-mrim.1 m r n.n ■ ira-rr.i i-iitii. -i.i. ■■ . .. n. u .. m.^t «irr.. i. i mil il ■■ rirr. nlniMMfiiifirnwi ■n.i.l » ■ il «il I 11 ii i I — rr7l: m. t- n' ,T ,<S ■7^-.V,*T.,rT,7*a*rT;W7'rr^T9^S

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software. 

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
This item is a publication of the title Vooruit: socialistisch dagblad belonging to the category Socialistische pers, published in Gent from 1884 to 1978.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Add to collection

Location

Periods