Allerlei: lezingen voor het kristene Vlaamsche volk

1035 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1918, 13 Janvrier. Allerlei: lezingen voor het kristene Vlaamsche volk. Accès à 29 mars 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/2f7jq0vc0k/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Vierde jaargang Nr 9. Prijs 6 centiemen. Zondag 13 Januari 1918. vrou wensecret ariaat met medewerking van het algemeen secretariaat en het werk dee volksbibliotheken « de straal ». ALLERLEI Beheer : peperstraat, 17. —«o»— ABONNEMENTEN: >ER JAAR fr. 3,2S :es maanden . . » 1,60 )R1J MAANDEN . » 1,00 Weekblad voor ons Vlaamsche Ifolk. , INHOUD : Eerlijk man. — Het kinderlijk Oog. — Mijn Vinkje. — Grootmoeders Verjaardag (v.ervolg en slot). — — Napoléon Bonaparte. — Van blinden Mol. — Lijden met Hoop. — Vergelding (7e vervolg). — Luim. —Voor-drachten en Lessen. Kerlijk Man. Er zijn personen die meenen dat het genoeg is eerlijk man te zijn, en dat daarmede aile plichten volbracht zijn. Eerlijk zijn is voldoende in de oogen der menschen, maar niet voor God. Dat kan ons helpen door het leven geraken, maar niet de gelukzalige eeuwigheid intreden. Volgens die personen dus is het genoeg nooit met het gerecht te hebben moeten afrekenen. al droege men 00k aile andere ondeugden in zich. En daarmede denken ze in den hemel te komen ! 't Ware inderdaad gemakkelijk. Een eerlijk man, zeggen zij, is die welke immer het goede doet en het kwaad vermijdt. Maar dat kan niemand zonder de hulp van den godsdienst. Wie is vrij van ariften en slechte neigingen? Wie voelt niet in zijn hart den aandrang naar wat ongeoorloofd is, naar losbandigheid, naar overdaad, naar zinnelijke wellusten, naar hoovaardij? 't Is het aandeel van iederen mensch; 't zijn de onvermijdelijke gevolgen der erfzonde. Wie dan, op eigen krachten steunende, is in staat aan die inwendige stormen het hoofd te bieden? Wie is bij machte zich zelven voor val te behoeden ? De vijand dien we te bekampen hebben, 't is ons eigen zelven, onze eigen natuur, ons eigen hert. Hoe zouden we dan, in ons, sterkte vin-den om te weerstaan ? Gij denkt misschien dat het verstand daartoe bekwaam is? De ondervinding leert dat, waar de driften woeden, de rede op den achtergrond wordt verdreven. Gij dus, die de vreeze van God niet kent, gij heSt niets dan de vrees voor het menschelijk gerecht om uwe eerlijkheid te bewaren. Hoe weinig edel is die beweegreden uwerdaden! Hoe broos is die steun ! Wij zien soms christenen die, niettegen-staande hunne godsdienstige overtuiging, toch vallen En gij zijt verwaand genoeg om te beweren dat uwe eigen krachten u zullen doen volherden ! Gij bedriegt u zelven. En dan nog, veronderstellende dat gij eerlijk man blijvet volgens het denkbeeld dat de wereld zich vormt over eerlijkheid, is dat vol doende?... Neen, want eerlijk zijn in den vollen zin des woords bestaat in het vervullen van al zijne plichten, 't is te zeggen, de plichten jegens God. de plichten jegens den even mensch, de plichten jegens ons zelven ; en die God verwaarloost mag met op volkomen eerlijkheid roemen. Hij veracht Christus; hij bespot de Kerk of is haar onverschillig ; het V Evangelie wil hij niet onderzoeken. Er ont-breekt dus een groot punt om een volkomen eerlijk man te zijn. De waarheid hierover is deze : de godsdienst rchrikt u af, omdat hij u plichten oplegt, die niet altijd gemakkelijk of aangenaam te vol-brengen zijn. En daarom zoekt gij uw geweten te sussen door dien ingebeelden godsdienst van een eerlijk man. Nietalleen is die leering niet voldoende, maar ze bestaat zelfs niet, tenzij in holklinkende woorden, die voor doel hebben uwe fouten, uwe zwakheden te ver-ontschuldigen. Het Kinderlijk Oog. Aan Dannecker, Rusland's grooten beeld-houwer, werd door keizerin Catharina het ver-vaardigen van een Christusbeeld opgedragen. Trotsch op deze opdracht, deed hij zijn best, om het schoonste te leveren wat ooit zijn beitel had voortgebracht, doch juist dit streven be lemmerde hem in de kracht der uitvoering, er; lang zweefde hij, angstig en besluiteloos in de keuze, welk tijdstip hij uit het leven van Christus zou nemen. Hij vervaardigde ver-scheidene miniatuurmodellen, den Heiland in verschillende houdingen voorstellende, allen schoon en den grooten meester waardig; doch nog kon Dannecker tôt geen besluit komen. Dag en nacht zat hij peinzende voor de kleine figuren, en terwijl scholieren en leeken zorge-loos arbeidden of in zoete droomen verzonken waren, drukte zijn eigen werk hem loodzwaar op zijn gemoed: Wel stonden zijne vrienden hem bij met hunne raadgevingen, en gaf de eene de voorkeur aan dit model, de andere weêr aan een andere; doch, 00k hiermeê was de arme kunstenaar niet geholpen. Op zekeren avond zat hij weêr, vermoeid door de ver-geefsche overwegmgen van den dag, in ge-peins verzonken, voor zijne kleine modellen. Aan zijne voeten lag een beeldschoon kind. dat, met het blond gelokte hoofd, sluimerend leunde tegen de knie van den giijsaard. Dannecker had zelf geene kinderen, doch zijn teeder, fijngevoelig hart koesterde altijd liefde voor de kleine, onschuldige schepsels, en onder deze was de schoone, blonde weeze, met haren betooverenden glimlach en haar rein, gevoelvol oog, diep in het gemoed des mees-ters ingeprent, zoodat zijn oog nimmer verza-digd werd door het zien van den schoonen, kleinen engel en hij dagen lang zijn oor kon leenen aan het kinderlijk-poëtisch en onschul-dig gesnater. Eerst sinds zijne pijnlijke be-sluiteloosheid, die den geest van den kunstenaar overschaduwde, verloren zelfs deze vroo-lijke, kinderlijke vermaken hunne bekoorlijk-heid voor hem en zoo kwam het, dat hij het meisje, inplaats vân met haar te spelen, onbe- merkt op zijne knie had laten zitten, tôt dat het stil op papa Dannecker's schoot was inge-slapen. Dannecker had in des kunstenaars droomen-wereld het sluimerende kind ver-geten, en maakte, terwijl hij door zijn twij-fel gefolterd uitriep : « Is er dan niemand, niemand die mij raad kan geven î >1 zulk een' hevige beweging dat het kind door den onverwachten schok, met een' zachten gil wakker werd en verwonderd opzag naar de bewogen gelaatstrekken van den kunstenaar. Eensklaps schenen die gelaatstrekken door eene hemelsche ingeving te worden opgehel-derd. Daarde menschen gelijkkinderen moeten worden om tôt den Heiland te komen, zoo dacht hij, moef'ook een kind in staat wezen het beste model aan te geven. Dannecker trok het kind zachtjes naar de modellen toe en vroeg : « Kind, wie is de Heiland ?.. » Zij richtte een vasten, doordringenden blik op de kleine figuren, en bij een dezer vouwde zij hare kleine handjes biddende të' zamen en fluisterde met eene «zachte, zoetklinkende kin-derstem : « Dit, papa Dannecker, dit is de Heilînd ! » In dankbare verrukking knielde Dannecker bij de kleine neêr ; de twijfel was opgelost. Vreugdetranen stortende, vervolgde de groote kunstenaar zijn werk, waaraan hij acht jaren lang metonvermoeiden vlijtarbeidde en dat den Heiland vborstelt, op het oogenblik dat Hij de goddelijke woorden uitspreekt : « Door mij tôt den Vader! » Mijn Vinkje. Aan den muur en in een kooi zit mijn mooi vinkje daar, dat koddig dingl Door mijn huis' met gedruis klinkt zijn stemme, zoet en flink. Gansch den dag van af en op in galop wipt het zonder ommezien. Nooit in rust steeds met lust wilt het ons zijn kunste biên. Hoort en luistert toch 'nen keer! het neurt weêr, en herhaalt met zoet gesnap « God den Heer breng ik eer. — Is mijn zang niet goed'en knap? » Ja, mijn lief klein vinkje zoet, het is goed God te prijzen, vroeg en spa. Leen me lang uw gezang want ik 00k hem loven gâ !

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Allerlei: lezingen voor het kristene Vlaamsche volk appartenant à la catégorie Katholieke pers, parue à Gent du 1914 au 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes