De bakkerijschool: vakblad ten behoeve van de bakkerij en aanverwante nijverheden, tevens gewijd aan de bestrijding van de vervalschingen der levensmiddelen

898 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1918, 10 Août. De bakkerijschool: vakblad ten behoeve van de bakkerij en aanverwante nijverheden, tevens gewijd aan de bestrijding van de vervalschingen der levensmiddelen. Accès à 25 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/028pc2v597/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Isle JAARGANG - - N' 23. 0.10 FR. HET NUMME [ATERDAG, 10 AUGUSTUS 1918. ■ u*:»n.*'M i ■ 111 II I iBI ^H|ip|| Il Over Vakboeken. Het is niet louter toeval, dat men precies bij die ambachtslieden, welke als meesters in het vak bekend staan, de best voorziene vakboeke-rijen aantreft. Een haast dagelijksche omgang — gedurende verscheidene jaren — met de klein-nijveraars uit de meest uiteenloopende bedrijven, heeft ons, onder dit oogpunt, me-nige verrassing bezorgd ! Waar wij soms ver-baasd stonden over de diepe vakkennis van enkelen, daar bleek weldra de bôekenkast in de gezellige huiskamer de mooiste en meest volledige verzameling van vakwerken te bevat-ten. Niet zelden troffen wij daar vakboeken aan waarvan de waarde de 50 fr. overtrof. Dat het hier enkel uitzonderingen gold en dan nog in bedrijven die totaal vreemd zijn aan de bak-kerij — in dit laatste bedrijf mochten wij trou-wens nooit deze verrassing beleven — hoeft geen nader betoog. Het is wel verstaan, de Vlaamsche ambachts-man leest weinig of althans las weinig. Zijn literatuur, voor zooveel hij van literatuur houdt, is niet bepaald van vakkundigen aard, zij ligt meer op een terrein waar de volksroman welig tiert. En het kan ook moeilijk anders : de Vlaamsche literatuur kan men niet precies rijk noemen. Wie van vakliteratuur hield, die was verplicht zich Noord-Nederlandsche of an-dere vreemde vakwerken aan te schaffen. Het nadeel hiervan ligt voor de hand. De techniek van een vak bepaalt zich hoofdzakelijk tôt de kennis van de grondstoffen en van de méthodes om die grondstoffen te verwerken. Is de kennis van de grondstoffen meer van algemee-nen aard, zoodat een ambachtsman steeds uit de beschrijving der grondstoffen, zooals die in vreemde vakboeken voorkomt, zijn nut zal we-ten te trekken, dan zal dit met de beschreven werkwijzen maar zelden het geval wezen. De werkwijzen verschillen immers van land tôt land en passen zich meer bepaald de plaatse-lijke gewoonten aan. Dit is voor aile bedrijven in mindere of meerdere mate, en in de bak-kerij meer dan elders, het geval. Het mag immers van algemeene bekendheid worden verondersteld dat de broodbereiding in Neder-land, Frankrijk, Duitschland of Engeland — om slechts die landen te noemen waarvan de vakliteratuur tôt ons doorgedrongen is — niet dezelfde is als bij ons. Aan de beschreven werkwijzen heeft de Vlaamsche bakker dan ook maar weinig. Het beschikken over een eigen Vlaamsche literatuur is daarom een volstrekte noodzakelijkheid. In de laatste jaren, vôôr den oorlog, mochten wij wel menige verbetering onder dit oogpunt aanstippen. Vlaamsche vakboeken, voor zooveel zij bestonden, vonden een ruimen lezerskring en Vlaamsche vaktijd-schriften, waar zij degelijk opgesteld werden, mochten zich in een belangrijk abonnentental verheugen. De behoefte aan meerder vakkennis en de lust naar vakwerken is dan ook in de laatste jaren bij den Vlaamschen ambachtsman meer en meer aan den dag getreden. De oorlog heeft trouwens het zijne bijgedragen om deze behoefte zoowel aïs dezen lust te versterken en wij kennen gevallen waarbij Vlaamsche en Nederlandsche werken, over een bepaald vak, in de laatste maanden met honder-de exemplaren werden aangekocht. Het nut van degelijke vakwerken wordt thans vrij algemeen beseft. En hoe kan het ook anders ? De tijd dat het vak van vader tôt zoon of van baas tôt leerjongen kon worden aange-leerd is lang voorbij : de kennis van het vak beperkt zich niet langer meer tôt het bezit van die enkele kunstgrepen, van die enkele empi-rische middelen, die van hand tôt hand werden overgeleverd, en die, in een tijd dat er haast geen verscheidenheid in de af te leveren pro-dukten bestond, ruimschoots konden volstaan. In de laatste jaren is er, inzonderheid in de bakkerij, een verscheidenheid in de produkten ontstaan die haast aan 't ongelooflijke grenst en die een bijna universeele kennis vergt. Het is zeker niet in de verouderde bakkerijwerkplaats dat de noodige kennis hiervoor zal aangekweekt worden : die kennis kan enkel in het vakboek worden aangeleerd. In de bakkerijwereld heerscht nog steeds de meening dat de berei-ding van dit of geen produkt meestal een ge-heim is. Menige bakker zal verbaasd opkijken als hij verneemt dat de noodige werkwijzen in de meeste vakboeken in 't lang en in 't breed beschreven worden. Fabrieksgeheimen bestaan enkel nog in zooverre dat zij werkwijzen be-treffen die door eigen en persoonlijk zoeken verbeterd werden, hetgeen dan ook maar geldt voor belangrijke ondernemingen, die zich tôt de specialiteit van enkele produkten bepalen en zich de weelde kunnen veroorloven van voortdurende enkostelijke proefnemingen. Voor de meeste specialiteifàrfikelen bëstaan deze ge-heimen den dag van heden niet meer. De verscheidenheid in de produkten brengt echter de noodzakelijkheid mede van een grondige kennis der onderscheiden grondstoffen. Deze kennis, voor zoover men niet in de gelegenheid is ze in een vakschool op te doen, kan men enkel putten in het vakboek, waar deze grondstoffen uitvoerig beschreven worden met al hare eigenschappen, hoedanigheden en gebreken. De verklaring van enkele verschijn-selen, die zich in de hoedanigheden van die grondstoffen voordoen en die voor de meeste bakkers raadselachtig schijnen, worden dikwijls toegelicht in het eerste het beste vakboek. (Slot volgt). Aloïs Van Loy. Voor drach ten. Naar men ons verzekert zal de voordracht, welke op Zondag II Aug. a.s. om 12 uur (T.U.) in het Te Huis voor Bakkers zal gegeven worden en die zal handelen over « Bloem en Gist » voor de bakkers hoogst belangwekkend zijn. Het zal eigenlijk meer eene les dan eene voordracht wezen, de eerste eener reeks lessen welke door den gemakkelijken en eenvoudigen vorm van voorstelling iederen bakker zullen boeien en hem stellig zullen toelaten zich in zijn vak te bekwamen. Voor de leerlingen der Bakkerijschool, leden der Vereeniging « Antwerpsche Bakkerszonen », zal het eene welkome herhaling zijn hunner vorige lessen, voor de bakkers, oudere zoowel als jongere, eene eenige gelegenheid om zich met de wetenschappelijke zijde van hun vak bekend of vertrouwd te maken. Ziehier een overzicht van het zeer belangrijk onderwerp dat door den heer Donnez, schei-kundige en leeraar aan de Bakkerijschool, zal toegelicht worden. Het eerste deel der voordracht zal handelen over de « Tarwe bloem ». 1° Hare scheikundige samenstelling, waarbij in 't bijzonder over de kleefstof en het water-gehalte zal gesproken worden. 2° Proeven om de hoedanigheid der bloem te toetsen, o.a. de waterproef en het opslor-pingsvermogen.3° De ziekten der bloem. 4° De vervalschingen. Het tWeeJe deel zal een beknopt overzicht van het « Gistingsproces » geven met de noodige of zooveel centiemen terug per brood, en dat toelichting. noemt men dan uitkeeren aan zooveel procent. Gezien het belangrijke van het onderwerp (Wordt veroolgd.) Lewis. zal dit 2de deel echter in eene latere voordracht — verder uitgebreid worden. d 1 • 1 •• 1 1 Aile bakkers hebben vrijen toegang. r\.aaQgeVingen D1J net gebrillk van Machines. Over de Bakkerijtoestanden. (Vervolg) (Vervolg.) Dan hebben wij gémis aan vakkennis. Ni met het schoone werk van M. De Beukelaer door het oprichten van eene vakschool voo bakkers, zal daarin veel verholpen worden er de personen welke deze met vrucht gevolgc hebben beloven allen flinke bakkers te worden Maar, al die middelen welke ik kom op t< noemen, kunnen, volgens mij, den bakker we een weinig vaster in den zadel zetten, doc! beletten niet dat de coôperatieven aile dager meer en meer invloed en uitbreiding nemer en den bakker verdringen. Juist zoo is het ool met de neringdoeners ; zij stichten ve^zekerings kassen tegen het breken van spiegels ; eigenarer van huizen verzekeren zich onderèen teger brandgevaar, enz. en het is ontegensprekelijl beter dat het geld dezer neringdoeners, da vroeger in vreemde handen weg ging, hun ni ten goede komt. Maar wat is er verholper wanneer er aile dagen nieuwe groote naamlooz« winkels geopend worden en het volk daar zijr geld verteert ten nadeele van den kleiner burger ? Kan de alleenstaande of kleine bakker zicfr meten met de naamlooze maatschappijen er coôperatieven, ja of neen ? Mijn inziens, ja en zeer goed. Doch op welke manier ? Vooraleer dit uit te leggen, wil ik eerst zeg-gen, dat ik in den beginne van gedacht was dit uiteen te zetten in het nieuw studiekomiteii voor bakkersbelangen, gesticht in den school der Bakkerszonen vereeniging, doch, aangezier het vakblad « De Bakkerijschool » zijn kolom-men openzet voor aile besprekingen die hel bakkersvak aangaan en gezien het belang dal er voor iederen bakker aan gehecht is, maak ik dus van deze kolommen gebruik om de bakkers mijn plan uiteen te zetten en, mochl het in Antwerpen nogmaals geen toetreding vinden, zoo geeft het de andere bakkers des lands de gelegenheid dit te doen. Toen wij bij het begin van dit overzicht, hel ontstaan van de eerste coôperatieven schetsten, hebben wij er op gewezen hoe zich aile poli-tieke partijen daarop geworpen hebben. De geest van deze ondernemingen werd door her weldra ontaard : stilaan werden er aile soorter van prachtbrooden gemaakt, fijne beschuiten, speculatie, pain à la grecque, boterkoekskens, worsten- en appelbroodjes enz. en dat ailes uit liefde voor den werkman. De wijze vari uitbating ontaardde echter niet minder spoedig : de slimme bestuurders hadden snel ingezien welk profijt daaruit te trekken viel. Bij hel uitkeeren der overgebleven gelden, is het na-tuurlijk dat eerst de algemeene onkosten ervan afgetrokken worden. Later zijn meest al de groote bakkerijen dit stelsel — commerciëel zal ik zeggen — gaan uitbaten : zij hebben ei hun stokpaardje van gemaakt. Kan echter ooit een publiek meer geëxploiteerd worden ? Thans worden de kalanten verplicht op voorhand een zeker voorschot te betalen, niet meer in den zin der eerste stichting, maar daarenboven en dan na aftrok van aile onkosten, uitdelging, reservekas enz., krijgen die goede lui zooveel oteeas zaï men de voorzorg nemen, mgeval de machine uiteengenomen verzonden wordt en door het personeel van den kooper moet ' opgesteld worden, aan de fabriek een volledige montageteekening te vragen volgens dewelke I het opstellen dan geschieden kan. Het spreekt van zelf dat zeer ingewikkelde machine», die uiteengenomen verzonden worden, steeds door geoefende opstellers van de fabriek zelve dienen gemonteerd te worden. Over het algemeen zal men de voorschriften, welke door de fabriek met het oog op het opstellen der machine gegeven worden, nauwkeurig volgen en zoo weinig mogelijk van de door haar gegeven détails in de uit-voering afwijken. Wij weten wel dat er steeds koopers zullen gevonden worden die zich in-beelden enkele détails beter te kennen dan de machienbouwer zelve en dan ook meenen de gegevens voor de montage te mogen wijzigen volgens goeddunken. Meestal moet de kooper de nadeelige gevolgen daarvan al dadelijk on-dervinden. Zoo willen wij b.v. maar wijzen op de onbedachtzaamheid waarmede de koopers doorgaans de snelheid van deze of gene ma-1 chine, om wille van de meest onbeduidende omstandigheden, zullen wijzigen. Teneinde een voor handen zijnde riemschijf te kunnen ge-bruiken — en aldus een besparing van enkele franken te kunnen doen op den aankoop van een nieuwe riemschijf, welke den juisten door-meter hebben zou — zal men niet aarzelen de machine onder of boven haar normale snelheid te laten loopen. Wat erger is, dikwijls zal een kooper, ten einde een hooger werkingsgraad van een machine te bekomen, deze laatste vrijwillig boven de opgegevene snelheid laten werken. De ergste gevolgen zijn dan te vreezen. Iedere machine immers wordt voor een be-paalde opbrengst berekend en dan ook gemaakt. Er bestaat maar weinig gevaar dat de machine-bouwer den opbrengstgraad van de machine, welke hij op de markt brengt, zal onderschat-ten : men heeft dus reeds gegronde redenen om dien werkingsgraad als een maximum te be-schouwen. Gaat men dien toch te boven dan komt een spoedig slijtage of de een of andere breuk alras dit zoeken naar hooger opbrengstgraad dwarsboomen. Men stelt zich ongeveer aan hetzelfde gevaar bloot als men de machine, zonder ze daarom boven hare normale snelheid te laten loopen, boven haar macht laat werken. Een te groote krachtafname van de machine erkent men ge-makkelijk aan het glijden van den riem over de riemschijf. Het beste wat men dan doen kan is dadelijk de machine te ontlasten. Doet men dit niet en wil men daarenboven het glijden van den riem te keer gaan door het strooien van kolophonium of andere harsachtige stoffen op den riem of de riemschijf, dan kan enkel hierdoor het kwaad maar vergroot worden. De machine weerstaat niet aan die hoogere belasting, om de eenvoudige reden dat ze voor zulke belasting niet berekend noch gebouwd werd, en de riem die broos en breekachtig wordt, geraakt al spoedig buiten bedrijf. (Wordt veroolgd.) Aloïs Van Loy.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes