De Belgische standaard

739 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1915, 18 Avril. De Belgische standaard. Accès à 28 mars 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/xk84j0c133/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

De Belgische Standaard Door Taal en Volk Voor God en Haard en Land osr .wm nwm r.m ttzmcjxaBudmst* tii—n mua ■ n 11 n i—n — » mm rgmrm i m i —m m « DE BELGISCHE STANDARD» verschimt 4 maal te week. Aboiinemenlsprijs voor 50 nummers bij vooruitoctaling. Voor de soldaten : a,50 fr. Voor de niet-soldaten — in 't land 3.50 fr. ; buiten 't land 4.50 fr. Indien meer exemplaren van elk nummer worden gevraagd, worcit de abonnements-prtjs minder. BestuurdLer : ILDEFONS PEETERS. vaste opstellers : M. E. BELPAIRE, l. DUYKErS, Victor VANGRAMBEREN, Bertrand VAN DER SCHELOEN, Juul FILLIAERT. Voor aile mededeelingen zich wenden tôt : Villa MA COQUILLE, Zeedijk DEPANNE. Aankondigingen : 0.25 fr. de regel. — Reklamen : 0.40 fr. de regel. Vluchtelingen : 3 inlasschingen van 2 regels, 0.50 fr. prys mtnaer. Aan KONINGIN ELISABETH = van BELGIË lk droom van witte bladen uit allerschoonst velijn waarop uw vrome daden in goud geschreven ?ajn ; lk droom van zwanenveedren herschapen tôt een pen waarmede ik rank en teeder uw boek verlichten kan. Ik droom van kunstenhanden, van Memling en Blondeel, om 't kleurwerk Op de randen te toovren met 't penseel. Ik droom van 't vooglenkweelen van lenteleeuWerkzang ; van vinders, minestreelen, van lied en vedelklank... Dien droom vind ik in leven, met kunstenpracht omzet, — 00k eens uit 't Hof verdreven — in d'heilge Elisabeth. Zij weze uw "kunstsieraden", uw troost, en beste loon ; zij boeke uw vrome daden met kunst van d'hemelwoon. H. Norda. 7-4-15- Onze zending in Zuid-Âfrica Ovèrtijd deelden we een interview mede, dat de "Me-Iropole" bad met Dr Vandeperre, katholieke volksver-(egenwoordiger, met de heer Standaert naar Zuid-Afrika vertrokken in 't begin van den oorlog. Hieronder zijn we gelukkig, een persoonlijk schrij-ven van D'' Vandeperre, betreffende zijne omreis in de Afrikaansche-Unie, te mogen publiceeren. De Duitschers werken onverpoosd in aile werelddeelen om toch maar de sympathie te winnen der beschaafde wereld; geen pogingen worden verwaarloosd ; afgevaardigden worden den wereld rond gezonden, bladen worden gesticht, brie-ven rondgestrooid. Daareven nog ont-ving ik twee brieven uit Buenos-Aires (Argentinië) met twee druksels die door Duitsche kooplieden uit Hamburg aan hun klienten in Buenos-Aires waren ver-zonden. Die brieven zijn in het Spaansch en in het Duitsch opgesteld. Een dezer brieven draagt voor titel : Gruwelen der Belgische bevolking», en verhaalt hoe aan Duitschers de beenen werden afge-zaagd, de oogen uitgestoken, de ooren afgesneden doorde Belgische bevolking. Niet genoeg kan er dan ook door de verbondene mogendheden en doorBelgië meer bepaaldelijk, gedaan worden om de eer van het Belgische volk hoog te hou-den.Met dit doel besloot het Belgisch Staatsbestuur, in overeenstemming met het Staatsbestuur van Engeland en van de Unie van Zuid-Afrika, twee afgevaardigden te zenden naar Zuid-Africa, Mr Standaert en mij zelf. Op vijfden December scheepten wij te Londen in. 't Is het oogenblik niet om aan de le-zers te vertellen het hevig onweder dat onze boot te weerstaan had, de onrust der zeevaarders,-verscheidene Duitsche oorlogsbooten zetten toen nog hun roo-verstochten voort in den Atlantischen Oceaan ; de lezers zijn nieuwsgierig om te vernemen hoe we na drie weken zee-reis in Kaapstad aanlandden en er ont-vangen werden. In die stad was er een comiteit ge-vormd bestaande uit al de voormannen der stad, zooals trouvvens in al de steden waar we een bezoek zouden bren^en, om ons te verwelkomen. Onder hen 8 hadden wij de eer te groeten, den eer-biedwaardigen en gewaardeerden heer Steyn, voormaligen voorzitter der voor-malige Republiek Oranje vrijstaat. Aan ieder hoek van de straat stond een photo - cinemato - graaf ; 's ander-daags verschijnt ook onze foto in al de bladen, die ons van stonden aan ava-men intervieweéfe'n over" den toestand van België. De Belgische vlag wapperde aan huizen en auto's ; 't was een prinse-lijke ontvangst, die niet ons, maar de Belgische afgevaardigden te beurt viel, op den vooravond van Kerstmis. Wat gezegend sarnentreffen ! 'tWas op Kerst-dag ook dat het grootste deel van Zuid-Africa werd ontdekt door de Portugee-zen, die te dier gelegenheid den naamvan "Natal,, gaven aan het gedeelte van Africa, naam dien het thans nog gehou-den heeft. Gezegend voor ons, onze zending op Christmas te mogen aanvangen. Algauw vernamen we dat een dienst plaats vond 's nachts, om 12 uren in een klooster. De dame van het hôtel waar we onze intrede hadden genomen, werd er door haar man, een Engelsch protestant nochtans, in auto naartoe gebracht. Wij konden van deze gelegenheid ge-bruik maken en reden te midden van den : helderen zomernacht naar het stalleke van Bethlehem. Al was het hier uit zijn midden gerukt, immers wij zien het zoo graag te midden van ijsklompen en sneeuw, die hier in Zuid-Afrika onbe-kend zijn, toch was het zoo diep aan-doenlijk voor ons de kleine schoolkinde-ren ter Heilige Tafel te zien naderen, biddende voor het ongelukkige België, aan de voeten van het stalleke van Bethlehem, waar deze woorden te lezen stonden : "Vrede aan de menschen van goe-den wil !,, Gesterkt door deze getuigenis vingen wij onze zending aan. En toen we de vol-gende dagen 't gestoelte bestegen om te spreken tôt de bevolking van Zuid-Alrika over ons lijdende, strijdende, maar wel-haast zegevierende Belgische volk, dan was de toeloop zoo groot dat de zalen in steden en dorpen te klein waren om de toegestroomde menigte te omvatten, spraken we over 't strijdende Belgische volk, dan werden de Belgische vlaggen wuivende in de lucht geheven, dan ont-stond er een applaus dat de gebouwen daveren deed, dan ontsprong uit de or-gels en borsten het Belgische vaderland-sche lied. Hadden we het over het lijdende Belgische volk, dan stegen de veront-waardige kreten op uit de mannelijke bevolking, terwijl de vrouwen ing^togen, verdoken de tranenuit hun oogen wipten, maar aan het enthousiasme scheen geen einde te komen wanneer we spraken over ons zegevierende volk en onzen koning, die voor otas geworden is het zinnebeeld onzer verlossing, maar die voor Zuid-Afrika is de man die de geschiedenis, wat meer is, de beschaving beheerscht. Geen redenaarstalent was er noodig om dit succès te behalen ; ieder Belg die in Zuid-Afrika met eerbied - en wie zou dat niet ? den naam van onzen konino- t O vermeldt, brengt zijn toehoorders in ver-voering.Een bewijs dat ik niet overdrijf is het volgende. Op een meeting - wij hielden er 48 in Zuid-Afrika - had ik mijn rede geeindigd met een beeld over onze drie-kleur. Hetzwart is de duisternis, het rood is het bloed, hetgeel ishet licht.De drie-kleur, had ik gezegd, lag in rouw op Bel-gischen grond, het kerkhof. Maar onze soldaten zouden ze oplichten, en ze zouden gaan door de duisternis en het bloed tôt het licht en ontmoeten op hunnen weg van het kerkhof den boetvaardigen Duit-schen Keizer, dan wanneer, onze Koning, onze verlosser zou verschijnen in het voile licht van onze vlag. Welnu toen we in de provincie Natal aankwamen, vroeg me de hoofdredacteur van een groot Engelsch dagblad, «The Times,» dat ik zoi eindigen met deze figuur, onzen Koning. En toen ik weer deze figuur in het licht stelde, barsten de vier duizend toehoorders in juichkreten los. «Leve Albert de eerste!» Onze reis was een zegetocht van Zuid ' naar Noord, van West naar Oost. We i ... reisden dag en nacht, bij trem of bij auto, Meer dan zes duizend kilometers deden we alleen in trein, soms onder een warm-te van 42 graden. Maar we voelden geen I vermoeienis. België heeft zoo veel verlo-ren, maar het heeft meer terug gewon-nen : de liefde der wereld. En in de roes van deze liefde is ieder offer een genot en een plicht ; vrede aan de menschen van goeden wil ! Met den vrede zijn we ook na vier maanden terug gekeerd, omdat we de overtuiging wegdragen dat we veel voor ons land hebben verwezentlijkt. We heb-ben de vrienden van ons volk in hunne liefde gesterkt, liefde die zich ook in daden heeft omgezet. De werklieden der spoorwegen laten wekelijks en vrijwillig een deel vallen van hun loon, tôt onder-steuning van België. In Witbank is er een blanke bevolking van 1000 zielen, vrouwen en kinderen inbegrepen, en zij stortte voor ons volk meer dan twintig duizend frank, zegge twintig duizend fr.! Wat offer ! En zoo gaat het in geheel Zuid-Afrika. We hebben ook de liefdé gewonnen der verdwaalden. Ook in Zuid-Afrika hadden de Duitschers grooten invloed ; eigen scholen, kerken, priesters. Ook de Duitschers hadden gewerkt en lang voor ons ; ook hier hadden zij velen onder de Hollandschsprekende bevolking, kinderen van onzen stam, misleid. Wij hebben hunne oogen geopend,het recht van België hoog gehouden, errhun doen begrij-pen wat verlies het voor hen, Hollands-sprekende bevolking zou zijn, moesten wij Vlamingen, een deel van den Neder-landschen stam onder de klauw van Duitschland verplet worden. Zoo moge onze zending ook een zegen zijn geweest voor onze taalbroeders van Zuid-Afrika. God geve het ! Vrede aan de menschen van goeden wil ! Dr A. Vandeperre. Op 't Yzerfront. In de laatste dagen moet het er op den Yzer geweldig hebben toegegaan. Waarschijnlijk diende het krachtdadigoptreden van de vloot, Donderdag in den namiddag, om eene actie langs Lombartzijde te ondersteunen. Het ge-schut van de schepen scheen zoo hevig als op einde October. Mogelijk ook zullen de stel-lingen der Duitschers in de kustduinen tôt over Middelkerke, zwaar te lijden hebben ge-had.Langs den kant van Diksmuide worden ver-schillige duitsche stellingen ook gestadig be-stookt en aangevallen. Hunne batterij die ze op 't kerkhof, midden graven en zerken hadden opgesteld is nu voor goed tôt zwijgen gebracht. Het gevecht aan "Driegrachten,, moet moorddadig voor de Duitschers geweest zijn, want hunne berichten geven deze worsteling als bloedig op. Dat de Duitschers langs dezen oever van den Yzer gerochten en er een oogenblik stand hielden, was te wijten aan het niet onmiddellijk in werking treden van ons geschut, dat te laattijdig verwittigd werd, uit oorzaak van braak aan de seinende com-municatieverbindingen. Doch van zoohaast het bevel geweten was, werden de overge-stokene Duitschers allen neergekogeld, onder een hagel van shrapnels. Na deze mislukking hebben de Duitschers gepoogd onze lijn te doorboren boven Loo. Het aanvallen is op een totale mislukking af-geloopen. In den omtrek hebben de dorpen, van het vijandelijk geschut erg te lijden ge-had. Reninghe is zwaar beproefd en aile huizen werden min of meer getroffen. — Ver-schillige soldaten en een twaalftal burgers werden gedood en gekwetst. — Pypegale, Steenstraete en andere gehuchten, werden deerlijk gehavend. Vlamertinghe, op een uyr van Poperinghe werd ook gebombardeerd ; de militaire over-heid deed de burgers het dorp verlaten. Bericliten. Westelijk Front. Frankrijk. — Bij Boisselle heeft ons grof geschut de vijandelijke loopgrachten vernietigd. In Argonne, hevig gevecht met voordeel langs onzen kànt, te F&n-taine-aux-Charmes. Te Meurissons werd een Duitschen aanval afgeslagen. Eparges. — Hevig bombardement en aanval van de hoogvlakte. Al : de duitsche* pogingen werden met groote verliezen teruggeslagen. In 't bosch van Aillij, hebben we eene nieuvve grondstriep van 400 meters lengte op 100 meters diepte bezet. In 't bosch van Mort-mare, vonden we op het veroverd terrein 2 revolverkanons, 2 bommenwerpers, een mitraljeuze, honderde gewe-ren, duizende kogels en granaten. ; In '-t bosch van Le Prêtre werden aile aanvallen afgeslagen en deden we ! nieuwe winst van loopgrachten. 1 In den Eizas zijn we 1500 meters vooruitgegaan in de richting van Schnepfenrietkopf (Noo*d-Westen van Metzeral.) Oostelijk Front. Gestadige vooruitgang der Russen in de Karpathen. Anders niets bijzonders te melden. ! ' " i ~~~~ Oost vie teren werd ten derde maie bescho-ten. Slechts een paar huizen zijn beschadigd geweest. Woesten werd erg gebombardeerd 16 dezer 2 zwaven werden gedood. Op ganschdelijn Diksmuide-Yperen is het gevecht hardnekkig en woedend geweest. Het kanongeschut hoorde men tôt op de Hol-landsche grens. Tauben neergeschoten. In den omtrek van Pervysewerd een taube door de belgen neergehaald, de twee inzit-tende vliegers waren dood. Tusschen Thielt en Aerseele is een andere Taube door onze vliegeniers neergeschoten. Zonderlinge geruchten. Het gcrucht doet in de Vlaanders de ronde, dat de bewoners van de omstreken van Kort-rijk zich meer naar het Noorden begeven, omdat men een aanvallend optreden van de bondgenooten vreest. Eveneens wordt gemeld dat 150 schepen in de vaart van Terneuzen liggend, naar Wemeldinghe en Veere zijn moeten vertrek-ken.In de DardaneSlen. Geregeld worden de turksche lorten steeds beschoten, maar van een algemeenen aanval is tôt nu toe niet meer gewaagd, Nu en dan, doen engelsche kruisers, onder een geweldig kanonvuur, verkenningen in de zee-ëngte.Op i4 dezer is de engelsthe destroyer «Renard» lo mijlen de geul ingevaren, gevolgd van het pantserschip «London». Niettegen- | staande de hevige beschieting hebben ze hunne verkenning ongehinderd kunnen vol-trekken.Naar het schijnt is eene nabije aanval wel-licht voorbarig ; te meer dat het fransch ex-péditiekorps in Egypten geland is en er zijn kamp heeft opgeslagen. Het houdt zich daar gereed voo:' aile ge-beurtenissen.Van Russische zijde wordt ons niets meer gemeld aangaande ontscheping. Houden we nochtans het spreekwoord voor oogen : dat het de stille waters zijn, die diepe gronden hebben en dat de stilte ons de verrassing van cen storm kan bezorgen. Holland. Een Hollandsch schip getorpedeerd. Men seint dat de Hollandsche stoomer « Katwjjk », geladen met graan en op anker liggend op 7 mijlen ten westen van het lucht-schip « Noordhinder » door een onderzeeër werd getorpedeerd. Het schip isgezonken. De bemanning isaan boord van het lichtschip opgenomen. Vier Hollandsche stoomvischsloepen door de Duitschers gekaapt. Ymuiden, 15 April. — De reeders hebben bericht ontvangen, meldend dat Duitsche oorlogschepen de vier Hollandsche stoomvisch- j sloepen : « Nicola, Een, Tivee, Rijnland » gekaapt hebben en gesleept naar Cuxhaven. Een duitsche twesdekker neergehaald door de Hollandsche soldaten. De Hollandsche soldaten hebben den 14dezer een Duitsche tweedekker neergehaald te Goes. De 2 officieren zijn gevangen genomen. Het ! vliegtuig had beide vleugels erg doorschoten. ' Zoo wordt de onzijdigheid van Holland maar 1 steeds geschonden. 1 't Onnatuurlijke. Nogmaals een bewijs van hetgeen over Bismarck en 't Duitsche Rijk, in ons blad meer dan eens werd be-weerd.In 1870 schreef de brutale Treitschke tôt een zijner vrienden : « Zoolang we Bismarck hebben, zullen we vooruitgaan. Maar daarna ? Het is mij onmogelijk het-zelfde algeheel betrouwcn te hebben in het nieuw , Keizerrijk als in het bondgenootschap van Noord-Duitschland ». Waarom schriktc de historieschrijver voor de toe-komst ? Omdat hij wist dat het samen plakkcn van Beieren, Saxen en Pruiscn onnatuurlijk was, iets monsterachtigs dat alleen wel samen blijven kon, zoolang het monster Bismarck het ophield. Volgens' het juiste woord van Junius : « er bestaat een Frankrijk, een Engeland; een Duitschland echter niet; er bestaan enkel Duitsche landen...» kunstmatig opeen getast lijk arduinen blokken. Hun eenige band en ver-bindmg, broos als moortel, was : Oorlog en verovering. Een Staat met zulk een doel steunt niet op vaste giondvesten.... Er ligt thans als een gegek en gegroet in het feit van Bismarcks verjaringsfeest. Juist nu dat zijn werk aan 't instorten is, wil men 't standbeeld van den ijzeren kanselier met bloemen bekrconen. THEO LOO. LEVE DE KONING ONZE JONQENS. m. HAARLEM, 1 April 1915. Tempeuerstraat, 10. "Gij moest onsvernieuwdeleger eens ken-nen, schrijft een oudere soldaat. Het bestaat nu uit geoefende veteranen, die al de knepen van den modernen strijd al kennen en een onverzettelijken moed hebben, welke voor een deel uitgaat van de volstrektezekerheid, dat wij een spoedige en bestendige zegepraal zullen hebben. Als wij in de uiterste loopgra-ven liggen en vôôr ons uitgestrekt zien de lange grijsachtige lijn van de Duitsche loop-graven, dan springt ons harter heen en allen zouden wij onmiddelijk willen oprukken naar die hindernis, die ons scheidt van onze be-minden en onze streken. Met zulke gevoelens bezield, is ons leger onoverwinnelijk. Mis-schien komen wij niet meer terug in 't vrije land. Wij, mijn vriend, zijn degenen, die zich moeten slachtofferen. Wij zullen 't eerst in 't vuur staan straks. Wat hindert het ! De plicht is daar, wij zullen hem manmoedigver-vullen, en wouden slechts dat gij dan bij de onzen zoudt gaan zeggen dat wij gesneuveld zijn, als dapperen, en dat men ons niet moet beklagen. De dood zwaait zijn zeisen. Wie getroffen wordt, valt neer. Doch wat is cen zalige dood als het land er vrij en groot door wordt? Toch moetikubekennen,mijn vriend, dat er ook in deze geestdriftvolle tijden droe-vige oogenblikken verschijnen. Zietge, ster-ven is pijnlijk als men twintig jaar oud is en er nog een heel leven ons toelacht.Maar pijn-lijker is ons de gedachte ons land, onze ak-kers, onze bosschen, onze heuvels, onze huizen, onze vrienden en familieleden niet meer terug te zien. Pijnlijker is de gedachte dat ons lichaam zal liggen in een verloren hoek van de Yser-vlakten en dat ons kerkhof van daar-ginds ons lichaam niet in zijn schoot zal be-vatten. Onze ziel zal bij God zijn en wilt gij ten minste zorgen dat een steen op het kerkhof van tehuis onzen naam zou bewaren ? Weg de droevige gedachten ! De hoorn schalt, onze compagnies trekken naar de loopgraven. Vaarwel. Degeweren zullen nu alléén gaan spreken. Later zal men nog spreken van de kleine Belgen en, vallen wij, dan zullen wijsneuvelenin een aureool van glorie met in onze oogen de visie van het vrije vaderland. „ l8te Jaar. — N° 43 Vijf centiemen het nummer Zondag 18 en Maandag !9 April 1915.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre De Belgische standaard appartenant à la catégorie Katholieke pers, parue à De Panne du 1915 au 1919.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes