De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk

877 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1917, 11 Août. De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk. Accès à 25 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/fx73t9g11d/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Eerste Jaargang, Nr 5o. —?■ n Augustus 1917. Prijs : 10 centiemen. Eerste Jaargang, Nr 5o. 11 Augustus 1917. DE EENDRACHT Weekblad voor het Vlaamsche Volk ABONNEMENTSPRIJS : Een jaar fr. 5.20 Zes maanden .... » 2.60 Drie maanden .... » 1.30 Geene abonnenten worden aangenomen die niet op voorhan het bedrag hunner inschrijving laten geworden. BUREELEN; Voor het Generaal Gouvernement : Prinsesstraat, 16, ANTWERPEN. Voor het Etappen- en Oj eratiegebied : 8, Huurdochterstraat, GENT. Postchekrekening Nr 86. AANKONDIGINGEN : Prijs naar overecnkomst. Ongeteekende stukken worden niet opgenomen. Geene handschriften worden teruggezonden. BOEKBESPREKING : Het toezenden van één^boek of schrift geett recht op vermelding ; twee exemplaren, op bespreking. Massale Inkonsekwentie Ik meen dat Shakespeare het bij ,'t rechte eind hield, toen hij in zijne treurspelen bet komisch element tôt zijn recht liet komen. Want ge kunt niet gelooven hoe de meest tragische, de meest ernstige gebeurtenis onvermijde-lijk vergezeld gaat met een of andere komiekerigheid. Zoo is daar b. v. de ernstige Belgische Revolutie van 1830 : die geraakte 00k niet uitgewoed of we hadden het plezierig art. 23 der Belgische grondwet. Het is wel waar dat twee Vlaamsche werklieden. — Coucke en Goethals — het aan dit artikel 23 te dan-ken hebben, zoo ze onschuldig werder. gehalsrecht ; maar dit dubbel drama neernt niet vveg dat er uit het artikel 23 00k kruimige blijspelen zijn te halen. Dit tragi-komiscb artikel 23 nu luidt als volgt : < Het gebruik der in België in zwang zijnde talen is vrij, het kan enkel geregeld worden door de wet en alleen voor de akten van het openbaar gezag en de rechterlijke zaken ». Voor-eerst moet ik U zeggen dat dit artikel een merkelijke verbetering is op het Besluit van het Voorloopig Bewind, besluit uitgevaardigB op 20 November 1830. Dit -besluit immers luidde : « De burger is er voor den ambtenaar ; niet de ambtenaar voor den burger. » Natuur-lijk niet in diezelfde bewoordingen ; maar wel in dezer voege : Art. 5. « De burgers in hun betrekkin-gen met het beheer zijn gemachtigd om het even de Fransche-, Vlaamsche-ot Duitsche taal te gebruiken. Art. 6. Hetzelfde geldt voor hun be-trekkingen met de rechtbanken of de officieren van het parket, mit s, in bur-gerlijke zaken, de taal die \e gebruiken willen, begrepen worde door de rechters en de pleitende advocaten ; en m strafzaken, door de rechters, het openbaar ministerie en hun verdediger. » Hiermea vergeleken is artikel 23 'm een heelen boel verstandiger En, zooals ik zeide, het is bijzonder erg plezierig. En die plezierigheid dunkt me vooral te liggen in de frissche naïviteit van de veronderstelling waarvan het artikel uit-gaat. Die veronderstelling is dat, in den jare i83o, voorloopig aile Belgen, zoo burgers als ambtenaren, Vlaamsch en Fransch kenden dat het een plezier was. Voorloopig, dit wil zeggen, totdat het gebruik tier talen, althans voor de akten van het openbaar gezag en de rechterlijke zaken, door de wet zou geregeld worden. Nu moet u er bij weten dat de wet van af 1830 tôt 1917 al - bijster weinig ; dingen geregeld heeft ; met name iets of wat in strafzaken, iets of wat in iegerzaken, een boel dingen in de bur-gerwacht en item in de betrekkingen van de s/a<zfcambtenaren, van de Natio-' "aie Bank, De Buurtspoorwegen en een paar andere ondernemingen. mt\. gemeen-ten en particulier en. Ook wat in het onderwijs. Daarbuiten niets. Ongeluk-kigerwijze komt daarbij dat, zoo de regeling in strafzaken wel wat goeds e'i die in de burgerwacht zelfs heel wat goeds bevat, die in het onderwxjs ellendig en in het leger doorslecht is. 0m de overige te beoordeelen moest •k eerst de Theorie der Achterpoorten uiteenzetten, en dat zou te veel tijd vergen : We doen 't een anderen keer. Trouwens, op het oogenblik doet het goede of slechte dier regelingen weinig ter zake, Wat ik U wou inscherpen, isj] dat : Er werd wat geregeld in straf-, leger en onderwijszaken, in de burgerwacht en in de betrekkingen van staats-ambtenaren, Nationale Bank, Buurtspoorwegen en een paar andere ondernemingen, met gemeenten en particu-lieren. Er werd dus niets geregeld voor al het overige. Met duidelijker woorden, er werd niets geregeld b. v. voor burgelijke rechtszaken, voor aile akten van gemeenten en provinciën, zelfs wanneer die zich richten tôt de eigen ingezetenen, voor aile akten, met iedereen,, van aile maatschappijen en ondernemigen. op ongeveer een half dozijn uitzonderingen na. Daar is dus iedereen onbeperkt vrij. Maar dit juist moet U goed begrijpen. Theoretisch betee-kent het : Niemand kan wettelijk gedwongen worden een bepaalde taal te gebruiken. Niemand kan wettelijk gedwongen werden een bepaalde taal te begrijpen. Iedereen nochtans wordt verondersteld elke gebruikte taal te kennen, want, wanneer de wetgeving den Belgischen burger oplegt een bepaalde formaliteit te vervullen, een bepaald stuk te onder-teekenen, aan een bepaalde aanzegging gevolg te geven. dan is de Belgische burger altijd verplicht te gehoorzamen, om 't even welke taal daarbij gebruikt wordt. En die theoretische verklaring wordt dagelijks door de praktijk beves-tigd. Met andere woorden, U is nooit rerplicht Fransch te begrijpen. Maar U is doorgaans, verplicht aan Fransche dingen gevolg te geven. En doorgaans beteekent : in aile gevallen tôt nog toe door de wet niet geregeld. We geven daar van eenige plezierige voorbeelden, die aile op den huidigen dag. zijnde 1 Oogst 1917, werkelijkheid zijn kunnen en meestal ook zijn. Zoo vooreerst de gemeenten. Wanneer de gemeente niet een bepaalde taal tôt officiëele heeft uitgeroepen, dan blijft ze in haar taalgebruik onbeperkt vrij. Zoo kon een Waalsch burgemeester van een vlekkeloos Waalsch dorp gerust voor aile bekendmakingen en aile mede-deelingen uitsluitend Nederlandsch gebruiken en ieder woord Fransch met beslistheid weigeren : hij zou handelen in roerende overeenstemming met artikel 23. Het feit is nu maar dat hij nog denzelfden dag, door den eensgezinden wil van heel de Waalsche bevolking, in de Maas of in de Samber zou liggen ; anders gezegd, dat heel de Waalsche bevolking, de ambtenaren induis in aile gevallen waar ze 't mag, en de ambtenaren ook waar krachtens de wet niet mogen, uitsluitend Fransch gebruikt en hardnekkig aile Nederlandsch uit-sluit. In 't Walenland kan art. 23 geen kwaad. Maar in Vlaanderen begrijpen ten minste 80 menschen op 100 geen Fransch ; vele anderen echter, en juist onder hen die geld en invloed hebben, zijn vrij Fransch te gebruiken en gebruiken het, overal waar de wet niets en—daar heeft U dan het blijspel... of het drama. Zoo behooren tôt de moge-lijkheden en — of U er van omvervalt of niet — ook meermaals tôt de werke-lijkheden, tôt op heden, zijnde 1 Augustus 1917, volgende intéressante scènes: 1019 Een vader wordt een kind geboren. De wet verplicht hem die geboorte op het gemeentehuis aan te geven en de geboorteakt te onderteekenen, welke de gemeentebediende opmaakt. De gemeente-bediende, krachtens de hem door art. 23 gegunde vrijheid, stelt de akte op in 't Fransch. De vader, krachtens de-zelfde hem door art. 23 gegunde vrijheid, begrijpt er geen woord van. Maar hij is verplicht de akte te onderteekenen. U ontvangt een dagvaarding om voor een Belgische rechtbank — niet eene straf-rechtbank — te verschijnen. De Belgische rechtsgeleerden en gerechtsdienaars benuttigen hierbij niet zelden hun grond-wettelijke vrijheid om Fransch te gebruiken. U is altijd verplicht, op straf, aan de dagvaarding gevolg te geven, en voor de rechtbank te verschijnen. Maar dank zij artikel 23, blijft U altijd vrij van de dagvaarding niets te begrijpen. Dezelfdô vrijheid om er absoluut niets van te begrijpen, hoewel ge streng verplicht zijt om er gevolg aan te geven, wordt U door de Grondwet bij artikel 23 gewaarborgd, wanneer een eige-naar uw huur opzegt, enz. Zoo zullen we b. v. tôt ons leed-wezen veronderstellen dat U failliet gaat. Den curator in uw faillissement staat het weer vrij uitsluitend Fransch te gebruiken bij al wat hij U heeft mee te deelen. U begrijpt daar niets van, U is daar volkomen vrij in. U kan onmogelijk bestraft worden om het feit dat U er niets van begrepen heeft. Maar U wordt wel benadeeld zoo U aan 't niet begrepene geen gevolg geeft. En zoo gaat het in heel de burgerlijke rechtspleging. U is daar geen oogenblik verplicht één woord Fransch te begrijpen. Maar rechters, openbaar ministerie, ge-tuigen en deskundigen zijn geen oogenblik verplicht één woord, Vlaamsch te gebruiken. U heeft het onbeperkte recht onveranderlijk uitsluitend Vlaamsch te gebruiken. Maar rechters, openbaar ministerie en deskundigen zijn geen oogenblik verplicht uw vrij Vlaamsch te begrijpen. En \ij hebben ùw lot in handen... De wet verplicht U op gestelden tijd uw schulden te betalen. De schuldeischer is verplicht U van die betaling behoor-lijk kwijting te geven. Hij mag h®t gerust in 't Fransch doen : 't gebruik der talen is vrij. U begrijpt misschien niet of er twee honderd dan wel twee-honderd duizend frank op uw kwijtbrief vermeld staat. Maar U moet in ieder geval betalen. De schuldeischer is enkel verplicht U kwijting te geven, maar niet die kwijting verstaanbaar te maken. Hij zal zich enkel verplicht achten Vlaamsche kwijtbrieven af te leveren wanneer hij vreest U als klant te ver-liezen.De Gouverneur of de Bestendige Deputatie van uw provincie, de Burgemeester, de Schepene, de Gemeenteraad van uwj gemeente, zijn, wanneer het Vlaamsch niet als officieele taal van provincie of gemeente erkend werd, onbeperkt vrij uitsluitend Fransch te gebruiken. Zij vaardigen provinciale, gemeentelijke verordeningen uit, ver-plichtend op straf. In 't Fransch alleen. U begrijpt er geen zalig woord uit, U weet dus van die verordeningen niets en U leeft ze dus niet na. U wordt betrapt en bestraft wygens overtreding. j 1020 U beroept er zich op dat U die ver-ordening niet begrepen en... — Ja, maar het is niet dààrom dat U bestraft wordt. U was wezenhjk niet verplicht die verordeningen te begrijpen. Maar U is altijd verplicht de verordeningen van provincie en gemeente na te leven, ook wanneer deze een vrijheid benuttigen hun door de Grondwet bij art. 23 gewaarborgd En zoo gaat het verder. Vrijheid, bandelooze, teugellooze vrijheid, voor particulieren, maatschappijen, gemeenten, provinciën, staatsbesturen. Behalve voor die akten van het openbaar gezag en voor die rechterlijke zaken, waarvoor de wet het gebruik der talen regelen. Nu, die akten en die zaken zijn niet talrijk. En die regeling is soms niet de helft van een halve. En zoo is totnogtoe heel onze taal-wetgeving één massale inkonsekwentie. Begrijpen hoeft U niet te doen, fnaar gevolg geven moet U, telkens een wet of een règlement U wat oplegt. Nu geldt wel hetzelfde voor beambten van allen aard en graad. Maar waar die U niet begrijpen, geven ze aan uw zaken toch geen gevolg, en, waar U het tegen beambten opneemt, om taalgrieven, worden zij toch in 't gelijk gesteld. Hoe hooger 't gezag waar U bij aanklopt, hoe slechter voor U. Zoo werd, op een heel onschuldige wijze, de verfransching in Vlaanderen binnengeloodst. M en kon rekenen op den onwil van Franschgezinde Vlaamsche gezagvoerders of ambtenaars om te weigeren Vlaamsch te begrijpen. M en kon die nog versterken met eenige honderdtallon Walen. Zoo werd, onder den schijn der recht-vaardigste taalregeling, de taalverdruk-king minutieus doorgevoerd. Oogen-schijnlijk dezelfde vrijheid voor dezelfde talen, gansch België door. Maar feitelijk, wijl heel Wallonië Waalschgezind en Vlaamschvijandig was en de regeering er beslist nooit een macht flaminganten zou op afzenden om er 't Vlaamsch te gaan opdringen, was 't de Fransche eentaligheid van Wallonië. En, dank zij de omstandifheid en mits de voorzorg in 't vorig alinéa opgegeven, kon het worden, en werd het, de vrije invoe-ring van 't Fransch in Vlaanderen en de vrij# uitsluiting van 't Vlaamsch. Ik gaf eenige voorbeelden. Wil U wat uit uw oogen kijken in uw om-geving, dan vindt U er tientallen andere. Aile in roerende overeenstemming met de Grondwet en met de wetgeving die het taalgebruik «regelde». — Dat artikel 23 moet er uit. Met aile zijn dramas en zijn blijspelen. We eischen een andere regeling, een echte, met oprechten rechtvaardigheidszin en gezonde rede. We eischen*: In Vlaanderen is ailes Vlaamsch. Staatsbesturen, provinciebesturen, ge-meentebesturen, mitsgaders aile maatschappijen en ondernemingen voor zoo-veel die met het publiek in aanraking komen. Waar Fransch of andere talen er bij komen, mag dit enkel geduld worden in de mate waarin 't Walenland, krachtens wettelijken en feitelijken waar-borg, ook het Vlaamsch zal dulden. Ten gerieve van de Walen zullen staats-, provincie- en gemeentebeambten in Vlaanderen, die met het publiek in aanraking komen, verplicht worden Fransch te kennen en te gebruiken, — îmj— zoo in 't Walenland dezelfde verplich-ting, in denzelfden omvang, wettelijk wordt opgelegd en feitelijk doorgevoerd ten gerieve van de Vlamingen. Nu zal daar in 't Walenland natuur-nooit iets van terecht geraken. En dan mag het ook niet in Vlaanderen. Al te goed is buurmans gek. Trouwens, 't is zoo wellicht best. De eentaligheid zal de eenige stevige waarborg zijn voor de hervervlaamsching, de herboring van Vlaenderen. Absoluut verbod van twee-talige dienstuitoefening is de eenige sanktie tegen Franschgezinde Vlaamsche ambtenaren. Verplichte en in 't 00g-loopende voorrang aan 't Vlaamsch in 't openbaar is 't eenige middel tegen de franschdolheid van particulieren en maatschappijen. In Wallonië Fransch, Vlaamsch in Vlaanderen ! Dit is de eenige grondwettelijke taalregeling, waar we vree mee kunnen hebben. We willen geen ander artikel 23. We weten wel dat hier en daar een Waalf het dan af en toe min gemakkelijk zal hebben. Maar voor de Vlamingen in Wallonië gaat het zoo al zeven en tachtig jaar. En die hebben wel môcien zien hoe ze zich uit den slag trokken. De vraag is natuurlijk of een wetgeving bestaande voor een kleine helft uit Walen, voor een vierde uit Vlaamsche franskiljons en voor niet eens een vierde uit doortastende Vlamingen, da-delijk gereed zal staan om goedschiks zulke radikale zuivering te bevelen. Maar daarvoor zorgt de Vredeskonferentie. En kan de Vredeskonferentie het niet, al is die slechtste veronderstelling haast onmogelijk, — we hebben voorloopig weggeschud wat ons verdeelde en ver-zwakte : het al te kleinzielige in de partijpolitiek ; we steunen op onze eigene onverzettelijke vastberadenheid op 't groeiend Vlaamsch bewuttzijn der Vlaamsche ge'interneerden, op 't ontwakend rechtsbesef van ons volk in 't bezette landsgedeelde, op de grimmige onver-zoenlijkheid onzer krijgsgevangenen, op den stuggen eisch om rechtserkenning van ons gekrenkte IJzerleger, en we zullen ôn\e volksvertegenwoordigers weten te dwingen, niemand te verte-genwoordigen dan ons. En ons recht. Léo Van Heilsdag. Van Cauweiaert en de Katholieke Viaamsche Jeugd. Era, Alios âge mcitatos, alios âge rabidos ! Van Cauweiaert ! Er was een tijd dat zijn naam alleen de studentenscharen in vervoering bracht en zijn optreden vol-stond om daverend handgeklap en onbe-dwingbaar zegegejuich tedoenlosstormen; er was geen woordenstrijd waarin hij niet als scheidsrechter werd opgeroepen en waarin zijne uitspraak niet als het « Roma locuta, causa finita » de ver-zoening onder de twistenden terugbracht. Ik herinner me nog dien heerlijken zomeravond, toen de Vlaamsche hoog-studenten van I.euven met wapperende vaandels en zegebazuinende muziek den jong gekozen volksvertegenwoordiger van Antwerpen hunne hulde gingen aan-bieden. Toen hij op het balkon van zijn huis verscheen brak eene stormachtige ovatie los. In het halve licht van den

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk appartenant à la catégorie Oorlogspers, parue à Antwerpen du 1916 au 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes