De legerbode

547159 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1917, 01 Mars. De legerbode. Accès à 16 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/p843r0qm72/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

den Dinsdag, Donderd&g en Zaterdag verschîjnende ..■! » ri'ifîïn'..i h 1 , .un,. „ „ .. iiwiw nWm m 1 il l'iimmii» Dit blad is VOOR DE BELGISCHE SOLDATEN bestemd ; iedere compagnie, escadron of baUeiûj ontvang't lien of vijftien Fransche en Nederiandsche exemplaren. De Belgische Artillerie-Inrichtingen TIJDENS DEN OORLOG 0) Vit eriendsekap opgedragen aan den commandant van de genie Blaise, afgevaardi gde van den Ministcr son Oorlog bij net Bestuur van lie artiUerie-inriehtingen, en (viens naam voor impier zal verbonden blijven met het <Qc>rk dat hij op zoo schitterende wiize heeft àpgebonwd. W. B. (Uit het Fransch vertaald door Paul Kenis.) VOORRÈDE Acct les mille éclata de ses mille tonnerres, Se glissant sotis le sol, ou maniant vers lc.< cieax, .•lire tons ses marteaux, ses enclîimes, ses feux, La/amante industrie enveloppe la guerre. (Met het diiizondvoudi™ geraas van hnar duizend donders, Nu onder c": n ~rond sluipend, da.i ten hemel stijgend, Met al hsar hamers, naar aambeelden, ha;ir vuren, Omvat de rookendc nij verheid den oorlog.) (Emile Vereaeren. Les Ailes ronges de la Gaerre.) Reeds talrijke malen werd er liulde gebracht *an de dapperheid van het Belgisch leger. Men heeft zijn jorige glorie verheerlijkt, die het ten koste van zooveel heldenoffers wist te veroveren ; en den belàngrijken invloed, dien zijn hardnek-kigen weerstand op den loop der gebeurtenissen heeft uitgeoefend, in het licht gesteld. Niemand betwist het dat België, door den eersten storm-loop van den vijar.d tegen te houden en zich aldus ten gunste van de algemeene zaak te vvillen opofferen, het instorten van de Duitsehe Veroveringsplamien voorbereidde. Zoowel zijn vastberaden houding als zijn algeheele zelfverloochening voor den plicht dien de eer gebood, hebben aan de Bondgenooten toegelaten van de eerste verrassing te bekomen en, eerst aan de Marne en later in Vlaandcren, den vijand de eerste beslissende nederlagen toe te brengen, die reeds de latere zege aankon-digen.Men weet eveneens dat het Belgisch leger, na bloedig en verminkt te zijn te voorsckijn ge« treden uit zooveel liarde veldslagen waarvan dien aan den Yser het roemrijk einde vormde, ssonder ook mâar voor een oogenblik zijn strijd-plaats te verîaten, op bewonderenswaardige wijze verrees. Onder het vuur van den vijand, in de vochtige loopgraven, te midden van de puinen der laatste gebombardeerde Belgische dorpen, kon ons leger niet alleenlijk geheel tefug samengesteld worden, maaf het werd ook herin-gerieht zoodat het heden sterker, beter uitgerust en van ailes voorzien is, dan het ooit was. Om deze verrijzenis te bewerken.werd er even zooveel verstand, en wilskracht en volharding aan den dag gelegd, aie onze soldaten dapperheid en hardnekkigheid in den strijd toonden. Zeker, het Belgisch leger heeft deze zware taak niet Seheel door eigen nriddelen kunnen volbrengen. nderdaad, door het woeden van den storm, door den wreedsten aller invallen, werden aan België de uitgestrekte hulpbronnen van zijn bloeiende Bij verheid en zijn vruchlbaren grond ontrukt, evenals de hulp van zijn nijvere bevolking. Zonder de medewerking van zijn Bondgenooten zou het dus tôt de onmaeht gedoemd zijn. Ook zal het niet vergeten wat het hun verschuldigd is. Maar niettemin bKjft hèt waar dat dit prachtig herstel van onze militaire macht, vôôr ailes een Belgisch werk is. Het zijn onze hoofden, onze officieren, onze soldaten en onze onvermoeibare «rbeiders, die het tôt een goed einde gebracht hebben. En het v*>orbeeld dat zij gegeven hebben, in de omstawSgheden waarin een min gc-Staald® wilskraeht missehien aan de toekomst (1) De belangTijke stfudie waarvan wij heden de publia catie beginnen, en bei grenoeg-en hebben de lezers \an •le legerbode het erfst van te kunnen laten kennis nemen, zal later in «San bundel verschijnèn met talrijke platen versierd. De Hurti Lnwifs Flwniie en FreÉricg De Niencoe Rottewrlamsche Courant deelt meda dat leeraars Pireijtte en Fredericq, van de Hoo-gesthool te Gent, die te Ilana geïnterneerd wa. ren, onlangs verpîgtatst Werden. De heer Pirenno trrr<l naar Kreuzîberg in Thuringen, en de heer ft-edfiricq naar Baerzcl nabij Jeiia opgebracht, fceu weet niet om rçvelke redea.. zou getwijfeîd hebben, verdient gekend en ver-meid te worden. Want men zoa geen meer klaarblijkend be-wijs van de stoere leVenskracht vau een volk kminen vinden, dat na een zoo schitterende blijk van zijn militaire hoedanigheden te hebben gegeven, nog zooveel vooridurende Avilskracht, zooveel ondernemin^sgeest en zooveel stelsel-tnatig organisatie-vermogen aan den dag legt. v * * Eenmaal zullen bevoegde pennen in alzijnbij-zonderbeden den r.oesten arbeid beschrijven die er op allerlei gebied verricht werd om, in vol-len oorlog, de verminkte overblijfsels van onze roemrijkè éenheden tôt een nieuw leger te ber-vormen, wiens eensgezindheid en macht de be-wondering hebben uitgemaakt van allen die hebben kunnen zien hoc het, glanzend van ge-zonile kracht, daar troaw aan den Yser op wacht staat. Ons inzicht is niet hier een geheel overzicht van een dergelijk -\verk te geven, noch zelfs dit te schetsen. Met slechls één enkelen kant van de verwezenlijkte taak in oogsehouw te nemen, stellen wij ons eenvoudig voor, het door de Bel-gen op gebied van de geschuts-fabrikatle verriclite werk beter te doen kenhen, waarbij wij echter de noodige besrlieidènheid zullen in acht nemen die de huidige omstandigbeden ge-bieden. En nog blijven wij bewust dit onder-werp niet met al de uitbreiding die het verdient te kunnen behandelen. Maar er zouden boekdeelen noodig zijn om tôt in het kîein de bedrijvigheid van elke inrich-ting uiteen te zetten ; en wij moeten ons beper-ken. Deze bondige studie streefter dus niet naar meer te zijn dan een overzicht van de middelen die er in het werk werden gesteld om onze troe-pen te voorzien van de wapens die hun zullea toelaten te zegepralen. Ivanoilnen! Munilie ! Sedert maanden heeft deze kreet in al de verbonden landen weerklon-ken. Overal werd eene reuzeninspanning ge-daan en ze wordt doorgezet om voortdurend het getal en de macht van de artillerie te doen aan-groeien. Het is noodig den vijand in zijne holen onder tonnen schroot te verpletteren ! En tocii, op het oogenblik dat Duitschland zijn laatste krachten inspant en ailes wat het nog aan macht overhoudt mobilizeert tôt een laatsten wanhopi-gen weerstand, heeft men begrepen dat de ge-lijkloopende inspanning van de Bondgenooten nog grooter worden moest. De strijd in de ontzettende bewapeningen heeft nooit geëvenaarde afmetingen genomen. De oorlogsfabrieken arbeiden zonder ophouden en drijven hun voortbrengst tôt aan net uiterste ; door, met een geheele Bevolking werklieden die dag en nacht zwoegen. Daaruit moeten de ontel-bare kanonnen en de reusachtige munitie komen, die de zege van recht en eerlijkheid zullen hel-pen veroveren. * * * tfmm—Wil ■ IMH l'HBWII'lfill Mil B—I1 .1 Komt bij Legcrdagordcr esrpol ts worden aermeld De Groote, Hendrik, toegevoegd aalmoeze-nier : Ofschoon 81 jaar oud, heèft zich, dea 2 Oogst 1914, in hoedanigheid van vrijwillig aalmoezenier, ter beschikking van het regiment gesteld. Heeft, sedert, dien datum, niet opgehou-den blijk van volstrekte toewijding en volkomen verachting voor lietgevaar te geven; wedijverde om aan de gekwetsten hulp toe te dienen en gaf, in aile omstundigheden, door zijn dapperheid en zijn geestdrift, een waardevolle moreele opbeu-ring."Werd, om krijgsdadea, benoemd tet Ridder in de Leopoldsorde, op 24 December 1915 en ontving het Oorlogskruis den 18 Februari 1916, eervol vermeld, den 17 Mei 1915^ bij regiments-en den S Juni 4915 bij divisiedagorder. In den loop van den veldtocht tweemaal gekwetst, te Lokeren en te Pervyse, komt den 3 Februari 1917, opnieuw te worden gewond bij het vervoeren van eenen gekwetste dien hij ging halen in eenen in 's vijands onmiddellijke nabij-heid gelegen luisterpost. België, gelooven wij, heeft in dit opzicht ailes gedaan wat er, menschelijker wijze, mogelijk was te verwezenlijken. Toch is het met vol-doer.de, .om deze inspanning naar waarde schatten, alleen met de uitslagen zelf rekensehap te houden. Vergeleken met de reusachtige inrich^ tingen die er docr de verbonden groote mogend-heden werden tôt stand gebracht, kunnen da Belgische artillerie-inrichtingen zeker wel tame-lijk bescheiden lijken. Om zich goed rekensehap te geven van de sont arbeid die dit oprichten vertegenwoordigt, moet men zich eerst en vooral herinneren in welk® voorwaarden deze inrichtingen gesehapen werden. Door den inval uit België verjaagd. beroofeî van hun installaties, van Ixun gereedschap en* hun normale hulpbronnen, moesten zij, onder van drang van de angstige gebeurtenissen, geheel en al, en op vreemden bodem, weef opgericht worden, om kost wat kost te voorzien in d«ç behoeften van een leger dat door zijn zegepra* lenden weerstand, geheel uitgeput was. Bovendien rezen er voortdurend allerlei behoeften op. die men tôt dan toe zelfs niet ha<I vermoed. Het was dus niet voldoende onze fabri-katie-inrichtingen weer op hun vroegere grond-slagen tôt stand te brengen ; men moest er on-> vermijdelijk een steeds groeiende uitbreiding aan geven. Het is opdat men al de beteekenis van de vow brachte inspanning zou vatten, dat wij het noodig geoordeeld hebben opeenvolgentlijk den toe» stand van onze artillerie-inricbtingen onmiddel-lijk v66r den oorlog uiteen te zetten; hun werkin» te Antwerpen in Augustu3 en September 1914; hoe ze in het niet verzonken door het verlatea van onze basis en den aftocht van het leger naar den Yser ; het eerste tijdperk van hun inrichtingj in Frankrijk toen men ailes haastig improvizee-ren moest; omten slotte tôt het tijdperk van hun definitieve inrichting te komeit, zooals het heden is. Niet alleen het publiek heeft er belang bij dea uitgebreiden en vruchtdragenden arbeid te kea-nen.die er zonder ophouden, in de oorlogsfabrieken plaats grijpt. Ook de strijders moeten wetea met hoeveel stage vlijt er daar achtef het front — wat zij wel eens miskennen — gezwoegd en fezweet wordt om de wapens te smeden, die hun raciitige handen tôt het werktuig der zege zal maken. .... De soldaat in den loopgrsaf, waar hij îeaer oogenblik zijn léven bloot stelt, moet overtuigd zijn van de hartstochtelijke vlijt waarmee drt werklieden achter het front voortdurend vocr hem arbeiden. Zeker, deze kennen de «teeds dreigende gevaren niet die onze strijders ze» standvastig trotseeren. Hun taak is zoo roemloos dat ze zelfs duister schijnt. Zij is er niet minder seboon en vruchtbaar om, daar zij onmisbaar is-. Onze onsterfelijke dichter Verhaeron, beèil het gezegd ; / Oh l'hêrtîqne et cUtlr, et fraternel accord, Entre tous ceux qui font et qui parient Ici termes, Et qui g'emploitnt, tous le tonnerre et s*s vaea è. rebâtir la vie au ciment de la murt. (O 't helder, heldhaftif e* broederlijk «klcsorâ Tussehen al wie wapens smeedt en wapens draajfï; En die ondeT het geraas van ée* d«nder, rwoejea Om 't leven te herb«uwen met het cernent van de do«d.) Het is door het vereeaige» van hun v«»rt-dureude inspanningen dat het nijver leger achter . het front, en het heldhaftig leger aan het front, die zich beiden geheel aan het valbrongen van élen plicht hebben gewijd, saraan het prachtig werk van de vrijmaking zullen volbreajen, bel) opperste doel van al onze wensehen. Januâri 4917. Commandant "Willy Brit ('t Yervelçà.) » «w immiiw wtmmmamÊÊmtÊÊaamamimmmmÊÊmmiÊmmÊammmanmamnmmmatf De Bclastingen in Frankrijk De Fransche Senaat heeft ietwat de basîs de belastingen gewijzigd en namelijk de per-soonlijke belastingen op de meubels, deuren en venstèrs afgeschaft en in ruil een taks ing«voer<J van 3 frank per burger in de kleine gemeentetfi van 6 frank in de steden van mMdelmatige bevolking, vau 9 frank iu de groote steden. I „ 1 Mâart 4 917 Nnmmer 389

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre De legerbode appartenant à la catégorie Oorlogspers, parue à Antwerpen du 1914 au 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Sujets

Périodes