De legerbode

498789 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1917, 20 Octobre. De legerbode. Accès à 29 mars 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/2804x5514k/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

den Dinsdag, Donderdag en Zaterdag verschijnende Dit blad is VOOR DE BELGISCHE SOLiDATEN bestemd ; iedere compagnie, escadron of batterij ontvang-t tien of vijftien Fransche en Nederlandsche exemplaren. TÏPBN EN SCHETSEN VAN HET FRONT Een Dag in Loopgraaf Langzaam ontwaakt de loopgraaf. Mannen komen uit de dekkingen, met hun broek aan, en in hun hemilsmouwen, waaraan hier en daar nog een gulden stroopijl kleeft. Zij wrijven zich den vaak uit de oogen, rekken zich uit, geeuwen «n spreken elkander toe. 1—'tGaaternogspannen, bij de Engelschen!... — 't Was maar één licht, al wat men zag... — Daar zijn nog al wat vliegmachienen voor-bij gekomen, dezen nacht... Dan, vroolijk, stellen zij vast : —- 't Zal vandaag schoou weer zijn. De zonnestralen vagen langzaam den nevel ■weg die nog langs den grond drijft. De soldaat vindt dat wei prettig. Het modder van-den Yser mag nu wel roemrijk zijn, plezierig is het daarora niet. Het heeft ons onnoemelijk veelleed veroor-saakt. Zooveel herinneringen, die we tijdens drie jaren oorlog çeplukt hadden, werden voor imnier bevlckt. Het slijk, dat is de vijand, net zooals de Mof. De zon doet het, eea weldaad onder zooveel anderen, verdwijnen. Leve de 21011 ! Als het hier regent, is het een deso-latie als ran een zondvloed. De wegen worden vuile rivieren, waarin men al ploeterend bij iederen stap het modder doet omhoog spatten. Als de koffie naar binnen is en de « lichame-lijke zorgen » afgedaan zijn, zetten de mannen zich opnieuw aan het werk ; de sloot die langs de voetbrug loopt moet gerrinigd en dieper ge-dolven worden. Zij die van de wacht komen,strek-ken zich op hunue beurt neer in het stroo. De niets-doenden slenteren rond al keuvelend langs de bovstwering. Zij stellen belang in het bombardement dat ginder vôôr hen woedt. Stukken anuur waggelen op onrusibarende wijze. Van tijd tôt tijd verschuilen zij achter een wolk stof en zwarten rook. Als de wolk opklaart ziet men dat een stuk van het huis verdwenen is. De schermen van het oorlogstooneel veranderen voortdurend. Marmitten komen uit onze stellin-gen en schieten over den loopgraaf heen ; zij ©ntploffen en verwoesten. Zij rukken boomen stuk, waarop de herfst een roestige tint begint te leggen. In een vlakke ruimte, ziet men op verschillende punten vlammen oprijzen en on-middellijk weer uitdooven. Het zijn opsiagplaat-sen van iadingen die vlammen. 't Zou schoon zijn voor 'ne cinéma, zegt een liefhebber van films. De Duitsche batterijen antwoorden. Artillerie duel, zullenmorgen de legerberichten zeggen. Maar men wordt van ailes moe, tôt zelfs van het plezier om de Moffen te zien klop krijgen. De kaarten komen uit den zak ; men spreidt een deken uit en de spelers, op den grond neergeze-ten, de beenen gekruist, beginnen eemspel. Deaankomst van den koerier drijft de groepen Uiteen. Iedereen zoekt een afgezonderd hoekje om den lang verwachten brief te lezen. Voor een oo^enblik vliegt de geest weg uit de loopgraven en dwaalt verre weg. Dan is het de soep. In af-wachting van de patatten, en om dezen eindeloos langen namiddag toch maar ten einde te krijgen, begint men een nieuw spel kaarten ; men schrijft, Daen stelt opnieuw belang in het bombardement ;dat maar niet ophoudt ; men maakt zijn kora-mentaar ; men luistert naar degenen die een nùuwtje weten en dit graag aanhunne makkers mede deelen. — Ze zeggen... en ik heb gehoord... En al dat nieuws is het een al meer sensationnel en fantastisch dan het andere. En de nieuwtjes blijven steeds even talrijk. Ik zal niet ,zeggen dat er veel gezond verstand of veel logika 'in zit, maar niets belet hun verspreiding en nog minder hun overdrij ving. De patatten-korvee die voorbij komt, stelt een einde aan al die speculaties. De dag loopt ten einde. De jvond valt, en de zon gietbare laatste jstiaien uit ov.er een laag purper en bloed ge-kleurde wolken. §TALKY. Overlijden van Schilder Jaak de Lalaing De Belgische kunstschilder en beeldhouwer fraaf Jaak de Lalaing, is voor enkele dagen te irussel aan eene borstvliesontsteking overleden. Hij was voorzitter van de Commissie der Belgische koninklijke Musea. De overledene had voor leermeester onzen befaamden Portaels ; hij was een knap schilder en beeldhouwer. Onder zijne hoofdwerken vermelden wij : De decoratieschiidering van het paleis van den Se-naat, van den grooten trap van het stadhuis van Brussel, van de zoldering van het gemeentehuis van St-Gilles, groote schilderijen in de muséums van Brussel, Gent, de worstelaars-groep achter-aan in de Louisa-laan te Brussel, het gedenktee-ken aan de Britsche soldaten op het kerkhof te Evere, standbeelden aan den voorgevel van het gemeentehuis van St-Gilles, het gedenkteeken de Merode, het monument van pater Dedeken, enz. Graaf de Lalaing is overleden in het oud fami-liehotel in de Hertogelijke straat. Overlijden van een Brusselsch Sportsman Men melt dat te Brussel de heer J.-B. Artiges overleden is, eerevoorzitter van de « Ligue Velocipédique belge » en van de « Liefhebbers Wielrijders » van Brussel. De heer Artiges was sedert meer dan dertig jaar een hartstoclitelijk toerist ; hij behoorde tôt de allereerste sporlsmen en nam deel aan de wielrijderskoers, aie de hartstochtelijke velo-liefhebbers reeds meer dau 25 jaar geleden in België inrichtten. Dat dagteekent nog uit bet begin van het Belgisch wielrijderssport. Deze koers die, als wij het goed voor hebben « Brussel-Leuven en terug » was, ging niet zonder heei wat wederwaardigheden gepaard. . Onderweg zakte er meer dan een velg ineen ; de stralen sprongen los en deden de wielen ineen zakken. Men haalt onder deze pioniers van de « liefhebbers wielrijders » — het feit werd ons door den heer Artiges zelf verhaald — zelfs een held-haftig geval aan — onder andere dat van een kramge kerel die, als een der eersten van het peloton, reeds met zijn machien in steek bleef, toen hij even voorbij Tervueren was. Doch daarom aanzag hij zich nog niet als geklopt en hij zette de rest van den weg te voet door, om zoohaast hij bijna was aangekomen. zoo goed en zoo slecht als het ging zijn machien weer wat opknapte, zoodat hij toch op het zadel Leuven binnen kon rijden ; wat hij dan ook, ofschooo wat laattijdig deed, Men moet niet uit het oogverliezen dat in dien tijd de « velo » nog op verre na niet de hoedanig-heden bezat waar hij heden over beschikt. Men rolde op « voile caoutchouc-bandens.iets wat het rijden zeer pijnlijk en verinoeiend maakte. De dood van dien braven heer Artiges herin-nert de moedige pogingen gedaan door de voor-loopers van onze « koningen der baan », en die laterzoo'n gelukkigen invloed zouden hebben op de ontwikkeling van onze sportindustrie in België. J. B. De Leening der Vrijheid De leening der Vrijheid, welke pas in de Ver-eenigde-Staten werd geopend, heeft den eersten dag reeds 300 miljoen frank opgebracht; overal werd zij gunstig onthaald. In eene onlaugs gehouden redevoering, ver-klaarde de oud-voorzitter Taft, dat het betrekke-lijk gemakkelijk zou zijn yoor de Vereenigder Staten om eene fcelasting van 23 miljard 700 miljoen to hefïen, met inbegrip der 8 miljard 750 miljoen, welke aan de bondgenooten moeten voorgeschoten worden. De openbare bulpmiddelen in de Vereenigde-Staten zijn aanzienlijk. In 1916 hebben de Ame-rikanen niet min dan 18 miljard 700 miljoen bezuinigd ; naar aanleiding van de propaganda ten bate der oorlogsbezuiniging, zal er foor 1917 vermoedelijk eene som van 22 miljard oOO miljoen bespaard worden. IN DEN INTENDANCIE-DIENST Het Aardappelen-Vraagstuk Het aardappelen-vraagstuk heeft voor het Belgisch leger een belang, dat het voor geen ander leger bezit. Voor anderen is de aardappel een toemaatje. Voor onze mannen is het een voedsel van eerste noodwendigheid. Men heeft er zich in het begin van dit jaar van kunnen overtuigen toen, door den langen wintervorst, de rantsoenen ten zeerste moesten worden beperkt, en de a patatten » door a khaki boonen ï vervangen. Voor toekomend jaar is het zeker dat de op-brengst, in het niet bezette gedeelte van het land, op verre na niet voldoencîe voor onze troe» pen zal zijn. Om deze, volgens hun gewoon rant-soen te bevoorraden, of zelfs tegen oOO gram per man, zou de Belgische Intendancie-dienst er in moeten slagen groote aankoopen van aardappe-len te doen, tusschen nu en den aanstaanden oogst. Dergelijke aankoopen zijn, in de tegenwoor» dige omstandigheden. niet gemakkelijk tesluiten. De beschikbare hoeveelheden zijn eer zeldzaam in de landen waar men ze zou kunnen aanwerven en de verschillende Staten laten niet toe aan de voortbrengers hun waren uit te voeren, vôôr dat zij zich eerst hebben verzekerd of zij in de be-hoeften van eigen onderdanen kunnen voorzien. Dat is nog' ailes niet. Daar zijn nog andere moeilijkheden te boven te komen. Het is zoo dat de kredieten waarover wij beschikken. ons niet toelaten in de neutrale landen koopen te doen ; een maatregel dien men heeft moeten nemen om geen invloed uit te oefenen op den wisselkoers in de verbonden landen. Bovendien is het ons, door eene overeenkomst die met de Fransche overheid gesloten werd, insgelijks verboden aard-appelen in Frankrijk te koopen. Deze laatste regel is overigens ook toegepast op al de Fransche legers, die slechts aankoopen mogen doea in het gedeelte van het legergebied dat hun aan» gewezen is. Ten slotte mag men vreezen dat de voortbrengers de politiek zullen blijven toepassen, die zij sedert den oorlog gevolgd hebben, en dat zij slechts beperkte hoeveelheden zullen willen leve-ren, met de hoop de prijzen op te drijven. Dat zijn de reusachtige moeilijkheden waar de Belgische Intendancie-dienst vôôr stond en waap hij nog vôôr staat. Het is noodig ze hier te vermelden omdat men, over het algemeen, al te zeer geneigd is de verantwoordelijkheid op de bevoegde overheid te laden, vooral voor wat de bevoorrading betreft. Docli deze moeilijkheden zijn onafscheidelijk van den aard der dingen zelf, van den oorlogstoestand, en hangen dus niet af van den wil der menschen, die het mreit aan het leger verkleefd zijn. Reeds zijn er maatregelen genomen. Op 20 Septemb* 1.1., op vraag van de I.G.S.I.,heeft de burgerlijke goeverneur van West-Vlaanderen, een besluit genomen waardoor de algemeene op» vordering uitgevaardigd werd van al de oogsten in onbezet België. Het was inderdaad noodig de opbrengst ter plaats te houden, om zoo aan het leger en aan de burgerlijke bevoorrading toe te laten al de noodige beschikkingen te nemen om te beletten dat er iets zou verspild wordea en om aldus het verbruik van de gerecenseerd® voorraden na te gaan. De Minister van den Intendancie-dienst heeft onderrichtingen gegeven opdat deze opvordering effektief zou gemaakt worden door het in beslag nemen van de aardappelen en het in silos opber-gen er van door de zorgen van het leger. An der-zijds werden er onderhandelingen aangeknoopt met de Engelsche en Fransche regeeringen. Men heeft ernstige redenen om te gelqoven dat deze onderhandelingen tôt een gunstigen uitslag zullen leiden. Mogen de moeilijkheden die men heeft op te lossen ook groot zijn, toch heeft de regeering de vaste hoop, ze in elk feval te overwinnen, en in elk geval zal zij in it opzicht geen moeite sparen. Zij aanziet het als een eersten plicht te waken over het welzijn van onze soldaten en dat met de grootste toe-wijding, die worden opgelegd door deze drie jaren lang heldhaftig gedragen leed en opoffe-ringen van aile aard, voor de edelste van aile zaken verduurd. 20 October 1917 * Nnmmer

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Ajouter à la collection