De legerbode

1026 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1915, 09 Fevrier. De legerbode. Accès à 20 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/0000000j1q/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

den Dinsdag, Donderdag en Zaterdag verschijnende Dit blad is VOOR DE SOLDATEN bestemd ; iedere compagnie, escadron, of batterij ontvangt tien Fransche en tien Nederlandsche exemplaren. Een Gezamenlijke Begraafplaats voor onze Dooden . Gloire, honneur ù ceux qui sont morts pour la Patrie ! ils ont droit qu'à leurs tombes la foule vienne et prie. Eer en roem aan hen die stierven voor het vaderland t Ze yerdieuen dat het volk koàie bidden op hun graf. Al starende door het gat van mijne tirail-leurloopgraaf poog ik te vergeefsMikkende op de grafheuvels gezaaid langs net kanaal mar we den Dnitschers deji.poorioeht ontzeg- fsn, mij de twee verzen te herinneren die ik wen aati mijne klacht schrijf : ik sïaag er I %iei in ze op hunne pooten te zetten. 't Is de sehuld van die barbaren die van gene zijde van den Rijn gekomen zijn, om mijne biblio-theek te Dendermonde in brand te steken, en knds ses maanden me dwingen te leven van hunne hooge « Kultur ». Bah l al hinken de verzen, als de gedachte er maar is : Daar hij, ik denk veel meer aan I al onze gesneuvelde helden, die hier en daar begraven liggen, soms in de schaduw van | een houien kraisje, meestal onder een heuvel I van <;ersch omgewoelde aarde ! Men zegt dat de Dnitschers hunne dooden I wegvoeren, zij dulden geene grafheuvels op I het slagveld. De duitsche lijken worden ont-I ruirnd als zouden ze de strijders terneer-I slaan, verbrand in groote lijkverbranding-| ovens ofwel met tienduizenden begraven in I anmetelijke kuilen. O neen, dat willen we I voor onze dooden niet ; Jt is een haiulelwijze I die past voor de overweldigers, daar het I zkn van grafheuvels hen mogelijk zou ont-I moedigen en omdat deze hun nu, en meer I nog in de ioëkomst, de schande zouden lier-I innrren van een onbiUijken ooriog. / De makkers welke in den ooriog aan onze I ,zijde sneuvelden verschrikken ons niet, inte-I gèndeél; hunne herinnering is voor ons een I bron van moed en wilskr-acht; wij zijn gaarne I m hun bijzijn, cveaais wt nantie cegenvvoor-I digheid liefhadden in het heetste van den I strijd; wij willen onze dooden dicht bij ons I hebberi om ze dikwijls te gaan bezoeken, om I voor hen te bidden en om te lierdenlcen dat I mj hen moeten wreken, Wij willen onze I dooden nevens onze loopgraven, omdat we I weten dat ze in den grooten geheimzinnigen I ooriog iusschen twee beschavingen de eerste I rwtelaars zijn geweest gevallen als slacht-I offert voor de groote zaak van het miskende I recht. Wai ons verschrikt is den naam niet te I weten van onze dooden ; 't is het duitsche I stelsel, maar ook wel een weinig het onze, I want veelal worden onze dooden zoo wat I der en daar begraven, naar het valt. I //oe kan ik dan weten dat onder gindsch I lleuvdlje een paard ligt, of wat anders, of I et lijk van een moe(iig soldaat ? Neen, I neen, zulke handelwijze komt niet overeen I net onze edele gevoelens ; het doet ons reeds I den angst beleven van de in rouw ge-I ompelde bloedverwanten die eens hunne I ooden zullen komen opzoeken en tranen I i?71. ®anh°°P zullen weenen op dat groot I zonder kruisen en zonder namen. I Laat ons onze dooden bijeenbrengen, I «c ter onze lijnen, in goed zichtbare plaat-I u ' ^aa,J ons *n de weiden aan den Yzer ■ m'lne ^er^l0ven omtuinen achter onze regi- ■ Jnlen' 6n ^aat ons daar onze koene verde-I 1 o ers zijde aan zijde zetten zooals in de loopgraaf ; laat ons op elk graf goed zichtbare kruisen stevig in den grond plaatsen, waarop we zullen schrijven naam, graad en regiment van den doocle en den dag waarop hij sneuvelde, die zijn leven ten ojfer bracht voor zijn land en de verhevene zaak van de beschaving. Nu en dan, als de strijd min hevig woedt, zullen we aan onze dooden de hulde van onz* °ebeden en van onze gedachtenis gaan brengen, en aan die heldhaflige martelaars de noodige opbeuring gaan vragen om den strijd voort te zetten en moedig de ontberin-g en te doorst aan. Onze aalmoezeniers zullen die begraaf-plaatsen onzer vrienden wijden, en als later de in rouw gedompelde bloedverwanten ver-lost zullen zijn van het juh der Pruisen, zullen ze er ter bedevaart komen, en zullen in hun ongeluk gelukkig zijn de plek weer te vinden waar hij begraven ligt, dien ze zoo innig liefhadden ; vooral zullen ze gelukkig zijn te weten wanneer en hoe hun zoon, hun echtgenoot of hun vader gestor-ven is. En ook later zal het erkentelijke België in d,ie kleine kerkhoven, waar we onze dooden bijeen hebben gebracht, de aangewezen plaats vinden om er de gedenkteekens van de Over-winning op te richten. 't Is ook daar dat de toekomstige geslachlen lessen zullen komen nemen van vaderlandsliefde, moed en wilskracht om den zoo duur heroverden vader-grond te beschutten. En indien de gedachte van al die kleine kerkhoven kon verwezenlijkt worden, van aan de Nordzee tôt de Vogezen, en op graf-teekens de namen worden gesdhreven van al de gesneuvelde helden, dan zullen we daarin de grenzen herkennen dbor de dapperheid gesteld aan de groote overweldiging van 1914-1910 ! Luitenant J. Jacoby. Roning Albert aan de Amerikanen Door de Araerikaansche pers gevraagd om eenc verklaring af te ieggen, keeft Koning Albert zich als volgt uitgedrukt : « Gij vraagt mij eene verklaring ; op hel oogenblik dat de zes eerste maanden van dec ooriog ten einde loopen, aanzie ik het als mijne plicht mijne dankbaarlieid en sympathie voor de Vereenigde Staten van Amerika uit te drukken. « Met eene waarlijk roerende edelmoedigheid en kiesekheid, zijn de Amerikaansehe burgers mijn land ter hulp gekomen dat de Duitsckt bezetting in de ellende ging dompelen dooi bovenmatige opvorderingen, buiten aile verhou ding met de middelen van de bewoners. Zondei de broederlijke hulp der Vereenigde Staten, zoi de hongersnood zich gelijk een geesel ovei onze verwoeste provincies hebben uitgebreid. « Ik hecht er aan eene openbare hulde te bren gen aan de achlbare diplomaten die zich in dezt moeilijkeomstandigheden met zoo veel toewijding voor ons hebben opgeofferd, en aan al uwf landgenooten die de bevoorrading zoo goed hebben ingericht. Eens te meer heeft de groote Amerikaansehe natie, getrouw aan eene eeuwen-oude traditie, willen deelen in een werk van menschelijk gemeenschapsgevoel, aldus voor de ■vvereld eene bevestiging gevende van zijn ideaal van Recht en Vrijheid. » ■■■"—! ' »J -■ .■ .'.'J.'A- .)! 1 Ml. . —«—■. Als gevolg op het voorstel van het Groot Hoofdkwartier, zullen de kompagnieën van infanterie, van genie en van arbeiders, voortaan ieder 15 exemplaren, in iedere taal, van dit blad ontvaneen in plaats van 10. Eervolie Onderschsidingen Werden benoemd tôt : Officier in de Leopoldsorde : Delfosse, majoor 6 reg. Ridders in de Leopoldsorde : Lafobêt, kap., 10; Bourguignon, hulponder-luit. 10 ; geneesheer Mxjnko, hoofd der Engelsche ambulancekolonne geheckt aan het Belgisch le-ger ; Dubois, adjudant. 6 ; Baillez, serg.. t»; ÏUffaux, id. ; Reyntiens, luit., i G. ; Havenith, id. ; baron Snoy, id. ; Mortier, tweede kap. 4 L. ; burggraaf ije Baré de Comogne, reserve-luit., 4 L.; Coussemenï, Léo en Froiiont, Leo-pold, sold. 4 L. ; Van der Cruycen, kap. commd., 5 l.; Lupsin, onderluit. wieh'ijdersbatalj. 1 d. g»î Derenne, 2" kap., id. Ridders in de Orde van Leopold II : Mistress Gleason en Lady Dorotbey Fiel-ding, wcrkzaam bij de ambulance van doktor Munro ; Wathic, korp., 6 ; Manquet en Per-?eet, sold., 6. Ontvingen : Het kruis van de orde van Sinte-Anna, der 3e klasse, met zwaarden : Vanniesbecq, majoor, 6. Het kruis van de orde van Sint -Stanislas, der 3e klasse : Kesself.r, kap.-com., wieh'ijdersbatalj., 1 D. G. Het Sint-Joris kruis der 3e klasse : Bonnumeaux, Jan, sold. bij de bijzondere comp., 3 L.D.; Schuyten, serg., id.; Peeters, Eugeen, brig. 1 G. , Het Sint-Joris kruis der 4e klasse : i Stbeitz en Guerts, sold.. 6.; Heuueux. brig., 4L.; Grainoorgè, wachlm., 2 G.; Hespalie, id. De Sint -Joris medaalje der Ie klasse : Hens, adjud., 6.; de Riemacker, adj., 4 L.; Steenput, opperwachtm., 4 L. De Sint-Joris medaalje der 2e klasse : Houquet Omer, sold. 5 L. : De Sint-Joris medaalje der 4e klasse : BEHiEus,korp. G ; Tombal, Wilmain, Slubosky en Van Gelderen, soldaten6 ; Dartois, Headrik, wielrijderscomp. 1 D.G. Werden vermeldaan de dagordervan het leger voor hun moedig gedrag aan den Yser : Galhausen, majoor, S. A. 6 ; Populaire, majoor 6 ; Premereux, kap. comm. adj. maj. 6; Hayen, kap. comm., 6; rinquet.kap. comm. adj maj., 6 ; Six, 2 kap., 6 ; Pierson, id. ; Fritsch, luit., 6 ; Jacobt, id. ; Maujean, id. ; Deramant, id. ; Taiion, reserveluit., 6 ; Debaisieux, toeg. geneesheer, 6 ; Dewilde, hulponderluit. 6 ; Marchand, id. ; Disiartinelli, id . -rrr-TJ. 1,1 ■ r 1 .IBCSI—CTBSg Waarom niet ? Een groep lezers van de 3* legerdivisie (de ijzeren divisie) stuurt ons het volgende bericht met verzoek het op te nemen als blijk van den uitmuntenden geestestoestand onzer mannen. Wij haasten ons aan het verzoek dezer dapperea te voldoen. Ziehier het bericht : « Vernomen hebben de dat de Duitsche regee-ring stappen heeft aangewend om een eervolie vrede met België te sluiten, houden wij er aan te verklaren dat dezé voorstellen geen gevolg zullen hebben, daar de IJzeren divisie oordeelt dat het onontbeerlijk is dat België Duitschland zou inlijven : Dit land bewoond zijnde door wilde en misschien menschen-etende volksstammen, ge-naamd Mofï'en, zou het er ailes bij te winnen hebben eene BeJ^ische kolonie te worden ; daar het anderzijds minder ver verwijderd is dan Kongo, zou het ons groote voordeelen kunnen bieden. » 9 Febrtiari 1915 Nummer (37

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre De legerbode appartenant à la catégorie Oorlogspers, parue à Antwerpen du 1914 au 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Sujets

Périodes