De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad

680554 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1915, 11 Septembre. De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad. Accès à 28 mars 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/154dn40s5f/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

perste Jaargang No. 28a Zaterûag, il Sepîemtoer ï«?I5 S C;erat. DE VLAAMSCHE STEM ftW volk zal met vergaan! ALQEf^EE^I BELG1SCH OÂGBLAD Eendracht m a a ht macht REDACTIE- EH flOWilMîSTSflTIEBUKfELEH s KALVERSTRAAT. 64, bovenhuis, AMSTERDAM. Telefoon No. 9922 Noord. Onder leiding van RENE DE CLERCQ en Or. A. JACOB. ABOXNE51ENÏ8PKIJS (by voornitbotaling) : Voor Nededand per jaar gld. 6.S0 — per kwartoal gld. 1.75 — per maand gld. 0.75. Voor België, Engeland, frankriik ea andere landen dezelfde pr\jzen, met yerhooging yau verzendingskosteu (2U sent per nummer), A DVEJRTEIvÏIES i 20 Cent per rege]. bit ViaiÉg dsaroa Selp. Het vooropdragen en volgen van deze Ieus Citons door veto kwalijk genomen. Pour «vie Om wat reden ? Met welk doel ? Latea we, b:j -een vlu'g ondorzoek, beginnen - iiet oordeel der buitenstaanders om vervol- "stôt a® te komeu df Bf 1s6VÎ . deze der Walen en dan toi die der#Vlamin-m als tôt den middenkern der kwestie. é'd~ rampspoed, die België zoo onverwacht en „~lir:ul hoeft sretroffen, heeft overal de ««ten en 1,0 gemoederen gesohokt. Elk den-? J e[k voelend mcnscli is met ons wee be-;,.n' De uitingen van dezo sympathie werken irôcs'tcnd opbcurend, verlieffond, o£ beklem-Ld neerdrukkend, en ontmoedigend, naar-ons toëkomen van zedclijk hoogstaan-IVdie werkelijk mede lijden met ons, oi van iHiik lacorstaanden die -graag het woord mdMMen UsDelén met de lippen. Allen echter 1 hot evenzeer dat er op dit oogen- îî mi fldheid heersokt in onze rangen en, ;AfP99d, wii*e» 23 op ons Belgische woord: E mlracht maakt maAt. . Wii bec: ijpen die bekommernis sprekend uit ccn ?oed liart. Wij cok wensclien eendratht; (loch eendracht, iteuiiend mot op recbtsverkrachting, maar op nchHisrkeruiing ; eendracht dienend met tôt teranstging van een œinderheid. ton nadeele df'r mèord'erheid, maar tôt eerlijke volkomen golijko hehartiging van do belangen van beide stuUea. Ons volk dat zoo trouw en flink ;,cht onder do vlas van onzen geliefden g _ de twee derden van het Belgi-sche iKor j», meer nog, zijn Vlamingen _ vertrouwt Mj'ovoréankomit gesloten ami ter en op zyn ni» Het gaat immers niet aan het onrecht o"'s lantl anngedaan der wereld voor te liouden, ïï^neer in België zo!f de meerderheid der be-Tolking stelselmatig door do minderheid wordt lVcet de goedjonstige buitenstander dat ds Vl"".r.ische seldatan ivol'den aangevoerd in het Fnv.-li dat ze niot heg-riipeo? Weet hij dat « «rtsen hij het léger diénst doen dio do ge-kivctsten.çdie llun zieken niet kunnen te woord rtan5 Dat er op do graven onzer gesneuveklo hro'ders kruisen en godenkteokenen ivorden (i-,T ~."dit met ôpschriften in een vreemde tli'i zoodat de stille kerkhoven in do A laarn. âi dorpen langs den IJzer con droevo en ivisorlo Bctuigéni's afleggen tegen degenen die den mond vol" hebbru van de klanken : tromv (j plicht ? Weet de buitenstaander, met ons vorontwaardigd en verbolgen om het vcrnielen onzer oude gohouwen en kunstschatten, dat vc'.ca dergenen die de Vlaamsche kuust hemcl-hocr roenien, het Vlaamsche volk zelf onder den h:el°liouden ? Weet de wereld dat cr bijna vijt rr.illiôen mensc'iîen midden de hooççbeseliaafde laudca van het AVestenbedreigd blijven met (en lot gelijkend op dit dor Polen ? En dat er van bcvoegdo. zijde geen stem, opgaat, ook nu nist,; om ons recht te lierkennen, terwijl aa-(brzijds de Fransclisprekende pers de hesten on.7cr verdacht maakt, belastert, bedreigt en een toon aanslaat als'of wij ons voortaan nog b.-i .zanicr, nog gcdweeër zouden te schikkcn hebbèn in do'vernedering der voogdij? •• dp buitenstander dit ailes en gaat hj.l de -ndanks voort met ons, verongelijkten, tôt zi.vgeîi aan te manen, dan geven wij hem ten a . ,;ooi'ù dat het hem gemakkelijk is den rieni e • Bc'.ïischo eondracht te snijde'n uit liet taaie le.'.or dèr Vlaamsche lankmocdigheid. AVijkun-n:n lîot niet! Kn nu, onze landgenooton ? Do Wal?n zullen 't gewis goed vinden ziclizelf eent Gel? te nœmen en vei*volgens ^ aal. rlrou-■ ns tr is nooit tegenstrijdigheid, nooit v.-an-verhouding geweest tusschen hun belangen van Y.'r.l eu Bclg. Integendeel de staat België li: hun, vanaf het ja-ar dertig, boven wat hun tor'avr.m; allcrlei voorrechten vergun'd cf gela-ten, zulks tôt scliàde en nadeel^van de la-nûngen ; hij zoovor dat, al wordt ons geleerd (]■; al!? hurgers gelijk zijn voor de wet, het Z iJclijke gedeelte in werkelijkheid de Noorde-lijke provincics kon beschouwen als een profij-te'ÏÂ v.-ingowost. Moèst het omgckeerde gebeurd zijn, moest Vl ardçren, door wetgeving en regeering hier-b'j geholpen. Wallonie onderdrukt liouden, cr etvijfeld zouden de Walen — -\vaarin ze dan zcer te prijzen zijn — dien toestand geen vollen ; «Huldenj en dezelfde staat, vaaraan ze ' t:.ans met hart on ziel vcrknocht blijken, zou deerlijk moeten. ontgelden. Neen, staande voor deii lccus tusschen volk en r/ :o, kunnen \ve ons doenwijze onmogclijk ';n naar diç der Walen. Nog mindor naar die der f r anse lige z i n de Vlamingen, want die liebben hun taal en hun volk verlooehend : sommipren uit dwaze voorliefde voor het uit-hoemsebe, sommigen om hun vroiiw of vrien-d?n, enkelen uit dwang, anderen uit vervvaand-lieul,- velen door de ontaarding van onder wij s en opvôeding, en de m'eesten om mode hun deel te hojSen.niet van te lioog geprezen v;el-da-lon der Fransche beschaving mnar van de vcorrechten, zoo ruimschoots aan de Franscli El)"c';cndo bevolking toegemeten. De franskil-lon kan over a'iles medespreken, Ijehalve over Vlaandcrcn. Wij. ware, trouwe Vlamingen, zijn de eenig 'htigdcn om over onzen toestand to oor-dc:!on, en wensohon eu eischen uit te drukken ^trerfende ons toekomstig lot. Welnu, wien ook bovalle, of niet bevalle. wij kunnen n'r' andert dan liet eerst ons Vlamingscliap yoolen, daarna ons lî?lg-zijn. Dat is geen voor-^îonomenheid noch dwàrsdrijverij, want |iet is waarlijk onze schuld niet dat laatste ^'slechts het gevolg is van ^ ^rst^. Xatuur 'zelf liceft het zoo R<?-:hikt. Van het ouderlijk huis breidt zich de icrr.tschappoliikp ontwikkelingskring van den epkcling uit tôt hot volk, de luenschen van tard, zodon en geschiedenis, vervolgens tot de natie, liet rijk waartoe dit volk behoort. ^ie het anders beweert stelt de dingen op hnn kop, pn geen drogredenen houden ze recht. ^ :-'T3fc Vlaming dus, en, als Vlaming, liefst ^ :';r^n Vlamingen liéchtcn ve, en, sinds den P01';0^ Vlamingen en Walen samen aangëdaan, "r ton wo nog sterker aan het Belgische p ' arliand : maar dan cischen v.e ook aller» elken Belg rechtmatig toekomt : in de ec ~to - plaats eerbied voor onze taal en ons ïo'k. F.von vnrig, moedig, hardnckkig als onze .'0!'s Afn liot front, met zwaard en geweer, vn - î!1 ■ I'ûe^ het .w^pen des woords ^ ^c'' heratol van JBelgië; doc.h zoowaar als .10^f^nHigc en hooggeliefde Vorst bij zijn jIOC1iantelijken torugkeer in het vaderland, to Prgon, to Luik en te Namen begr'oet ' v,orc^en uitsluitend in het Fransch, \ ' ^.nrv '^1 Hij. in de bovrijde steden van 'chzo!' hesturencle Vl^nderen. gehuldigd •Wuçu uitsluitend in hrtf Vlnr«msch. KENÊ DE CLERCQ, letla contra le Vet Do ,,N. R. Ct." behelst een samenvatting van de brochure van den Nederlandschen publicist M. P C. Val ter, .,Louis Botha contra Generaal Christiaan de Wet, met on-uitgegeven stukken, ^aaraan wij het volgende ontleenen: ,,Valter heeft, gelijk de titel aangeeft, ge-pufc uit onuitgegeven stukken, -waarvan men reeds de belangrijkheid kan opmaken uit het gerucht, dat do schrijver ze van dr, Leyds liad, iietgeen deze echter heeft tegengesproken. De strekking' van dit geschrift zou men zoo kunnen omschrijven, dat de heer Valter tracht aan te toon en, dat de Louis Botha, zooals wij dien uit de laatste jaren kennen, handelende, zoover wij zien kunnen, in zoo ernstige mate tegen de hoogere belangen van het Afrikaan-der rolli, waartoe hij behoort, geen tegenstel-ling vormt met den Louis Botha uit den Boerenoorlog. maar inderdaad- dezelfde man is, 'met dit verschil, dat in h^tgeen hij aïs Zijn Britsche Majesteits minister heeft gedaan aan den dag is getreden wat in den Boerenoorlog bedekt bleef. Het zijn ernstige beschuldigingen, die de heer Valter tegen den gewezen kommandant-generaal van de Zuid-Afrikaansche Republiek inbrengt, en zijn de stukken, waaruit hij put, onaantastbaar, dan zal de "opvatting van de roi, dio Botha alras in den Boerenoorlog speelde, geheel moeten worden herzien, Aldoor vertoont zicli in deze geschiedenis gett. Botlia aïs de zwakke broeder, die, ware hij niet door krachtiger figuren in bedwong gebouden of voortgedreven, het verzet al veel eerder liad opgegeven en die menigmaal de Engelschen de overwinning gemakkelijk heeft gemaakt. Na het ontzet van Ladysmith en Kimberley en toen hij zelf met zijn kom-mando's naar de Biggersbergen was terugge-trokken. en zijn offic-ieren en burgers mis-moedig waren, liad hij den strijd om die stem-nnng al willen opgeven. maar hij was den strijd ! zelf niet miuder moe. Stêyn en De Wet wilden echter van geen vrede hooren. tenzij met be-houd van de onafhankelijkheid. Dus werd do ! strijd voortgezet, ,,maar 'in het Transvaalsche ! hoofdkwartier was de stemming om dit groot-scho voornemen te verwerkèlijken ver te zoeken". loen bloemfontein moest ontruimd worden, j wiJde do Wet er zooveel verwoesten, dat de vijaud er niets nuttigs zou vinden. Allcrlei oni-standigheden, verrassing en ook verraad, ver-liinderden dat ^ Toen er sprake van was, te belctten. dat de vijand in Johannesburg een geriefelijk kwartier zou vinden, verzette Botha zich met aile macht. Hij dreigde niet alleen met zijn ontslag, maar met opst^nd ; hij zou. zoo deelde hij Kruger mee3 "zic-li stellen aan het hoofd van ,,een commando vrijwilligers': en de verweesting van particulier eigendom in Johannesburg l>eletten. Geen enkel mngazijn met - voorrndpn mocht worden vernield! Zelf s liet fort werd onbesehadijçd achtcrgclaten, naar het heette, omdat de ontploffingen in den om-tiek schade zoîidcn doen. Zoo konden de En-trelsclien in de stad ailes van hun gading vinden.De bedreiging van vernieling van de goud-mijnen, waarin veel Fransch en Duitsch kapi-tviâl stak, liad de vurig gewensclite tusschen-komst der mogendlieden kunnen uitlokken. Maar do regeering te Pretoria, ,,handelend onder den invloed van Botha's wezenliik drei-gendo liouding", verklaarde geruststellend, dat er geen particulier eigèndom zou worden ver-woest.Lang hebben do Wet en do la Rey. ,,dio een veel strenger man was dan de Wèt" en allen die de wapenen nederlegden liad willen dood-.«rhîeten, in Botlia nog den man van Colesoj Vlaklaagte en Spioenkop gezien. ,,Eerst lang-zamérharid zijn de oogen geopend vcor hët'feit, dat Botha's en^rgie, als die van zoovelo anderen, vroegtijdig was uitgèput en zijn heleid toen niet er oj) berekefid werd om de zeçc te beveclitcn, door veéleer feitelijk een lijdelijk verzet tegen de voortzetting van den oorlog beteekende, waardoor de nederlaag zeker werd gesteld. Gegeven dat de Transvaalsche leider," vervolgt do lieer Valter, *i;overtuigd was van liet îiuttclo'oze van verdere krijgvoering, is het wel to betreuren, dat hij niet den moed liad om ?t openlijk te belijden en daarvan d"e con-seauenties te aanvaarden." Daarop. volgt de beschrijvmg van de jam-merlijke geschiedenis van den terugtoclit uit Pretoria. Den 3den Juni zèi Botha nog. dat r.ien er tôt den laatstén man zou vochteri. Maar hij deed niets "1er voorbereiding. De forte a werd en niet in staat van tegen weer gébracht. Geen enkel kanon werd er opgesteld. Den 4en Juni naderden de' Engelschen. Xergens werd tegenstand geboden. ,.Botha wilde niet vecli-ten." Pretoria werd zonder slag of stoot ovet-gegeven. Een paar granaatkartetsen in de bui-ten wiiken was dnar voldoende toe. Niettemin rapporteerdo Botha: ,.We hadden lieden een warm bombardement." En hij" betuigde, ,,hart-zeer" to hebben, dat zijn menschcn niet meer wilden vechten. „Feitelijk was dit eene laste-ring. Want van zeer velen der taaie. zenuw-sterko boeren was de ereest in liet minst niet vei-slapt. Alleen door Botlicà's politiek was do grooto massa- onder den indruk gebraclrt,^ dat do kriig tocli niet zou worden voortgezet." To Pretoria waren 5000 Engelsclio krijgsge-vangenen. Steyn liad nog geseind, ze bijtijds in veili^heid to "brongen en vooral de officicren goed^te bewaken. Ôp liet laatste oogenblik wer-den er 1K)0 weggebracht. ÛDgeveer 4000 man en de merste -officicren werden nog ever voor Robert's aankomst vrijgelaten. Een groot a&ntal burgors voornl uit liet Weston, die zoo daper den oorlog hebben volgehoudcn. onttrok-ken zich, ontstemd over Botha's zwakke leiding. daara-an. Botha mcldde den président, dàt de burgers, vooral die uit liet Wcsten, zc* moedeloos \Karen! De wakkere Danie Theron trok, .,openli]k verklarend aile vertrouwen in den Transvaal-ftjlien lioofdleider vcrloren te hebben, over de Va al en bood de diensten van zijn uit-mun-tend korps gen. do Wet aan, die zo dankbaar aanvaardde. Botha's ontmoedigende rapporten hadclen op do Transvaalsche regeering zoo'n invloed, dat zij in Juni 1900 te Machadodorp liet bes mt ram. de wapenen-noer te leggen. De heer \ alter drukt dit tôt nu toc geheim gebleyen stu.c al" Het draagt Botha's handteekenmg mot mnar, zegt de schrijver, liij was er.de auetor inicllectualis van. Gen. de Wet wilde echter niets hooren van liet staken van den oorlog en zoo moest Botha te velde blijven. Maar ziin vechten bestond uit altijd terug-trekken. Bij Machadodorp waren posities inge-nomen. Daar zou er krachtig stand worden pehouden. Doch er is niet . veel van gekomen. Zonder het flinke gedrag van Von Dallwig, gewezen Duitsch ritmeester, den lateren gen. Huiler, die nu tegen Botha gerebelleerd heeft en gewond hem in handen is gevallen, en de koinniandanten Gravelt en Oosthuijsen zou het lieele léger-hier vernietigd zijn en de regeering mi^schien gevangen zijn genomen. Weer • bewerkte Botha, dat 4000 krijgsge-vangeneu van De Wret vrij werden gelaten. Er was geen kost, liëette het; er was bij Komatipoort overvloed. ,,Wat De Wet op-bou^de, werd door Botlia afgebroken. Ziet daar in een paair woorden de geschiedenis in de tweedo phase van den Engelsch-Afrikaan- ' schen oorlog." Ingenieur Th. Steinmetz, directeur van do spoorwegen. binnen het door do Boeren bezette gebied, liad gezorgd, dat bij het terugtrekken geen materieel in handen van den vijand bleef. Aan de grens bij Komatipoort was een park locomojieven en kilometers met wagens, ten deele met levensmiddelen. Botha weigerde last tôt vernieling te geven. Zoo is al dat mate-riaal en de levensmiddelen de Engelschen in handen gevallen. Intusschen spando Do Wet allo kraenten in om den vijand door liet ver-nielén van treioën schade to berokkenen. ,,\oor elke loçomotief,, dio de Vrijstater aan den Occupator ontnam, schonk de Transvaler hem er tien terug.... .,Nog anderhalf jaar is Botha in het veld gebleven, zijn geduld was onuitputtelijk. De Engelschen lieten hem grooto rust. Slechts zîeldzaam ondernamen zij een operatie, waardoor de comçiandant-generaal zelf gevaar kon loopen. Hot zou inderdaad een grooto fout zijn geweest hem t-e vangen.... Do actie der Brittén richtte zich dan ook speciaal tegen De Wet en de onafhankelijk van den stilzittenden Botha ageerendë genèraal De la Rey on zijn onder-bevolhebbers Kemp, Beyers en niet het minst tegen H G. Muller, een der weinig genoemde, maar meest verdienstelijke aanvoerders uit den oorlog, die, ajs gevolg van zijne groote bescheidenheid. ee'rst op het einde tôt generaal werd benoemd. ,,Xn het voorjaar van 1901 opendo Botha vredesonderhandelingen met Kitchener. Hij moest zo echter afbreken. Do Vrijstaatschê regeering dwong toen de Transvaalsche de pleçhtrge belofto af, niet zonder voorafgegaan ovorîeg op vredesvoorstellen in te gaon. Maar do belofto werd geschonden. In April 1902 ging de Transvaalsche regeering, die toen gezegd kon worden feitolijk in den commandant-generai belichaamd .te .zijn geweest, niet slechts op Kitchpuer's ouvertures tôt het herstel van den vrede in, doch forccerde do positie, door eene bijeenkomst van do regeeringen op eene plaats binnen de Engelsche linies (Klerksdorp) te be-vverken... De Wet had destijds diepe minach-ting.voor BotTia..." Den 31cn Mei 1902 werd te Vereeniging de , vrede hcrsteld' en e.indigde de strijd, ,,die Botlia sedert tweo jaar heimeljjk tegen de Wet liad gevoerd." Ziedaar, zonder gcregeld den samenhang te be h ou den, uit het reouisitoir van den heer Valter het een en ander aangostipt. Men moet j in het geschrift zelf liet betoog, met de .be-wijsstukken, lezeu om er den rechten indruk van tè îtrijgê'n:" ' le testai. Dr. C. te Lintum schrijft in de Tel. : De eeiii^o strook van België, waar werkelijk een inundatie van belang kan crest-eld worden, bsgint bij de Yser. De Yser ont-springt op een laag heuvelland bij den Kasseiberg in Fraiikrijk, loopt eerst naar 't Oost-Noordooâten tôt ongeveer bij Loo eu dan met een rechten lioek naar het Noord-Noordwesten, tôt hij voerbij Nieuw- j poort in de zee komt.. Op den hoek ont- ! vangt hij de Ieperloe, het riviertje, dat cens j den natuurlijken t-oegang vormde tôt het : heerlijke, wijdbsroemde Iepersn en dat nu.j rinds lang vervangen is door een onaanzien- i lijk kanaal. Bij "dit kanaal is slechts weinig t© inundeeren, maar achter den Yser zelf begiimen de polders van liet Ve.urner-ambacht, die • weer gevolgd worden door andere polders tôt aan Calais, toe. Dit is een prachtig, vruchtbaar land, met klei-eri veengronden, gelijkend op de streken bij onze Utrechtsclie waterlinie. De weiden golden er voor den oorlog als de beste van geheel België, zoo yet, dat men er ,,in één seizoen op 1 blinder twee runderen kon vet mestsn". De akkers en- tuingronden en boomgaarden wedijverden met die van onze beste streken en konden hun rijke producten uitvoeren over de haven van Nieuw]x>ort. De polders, gelegen op 1 tôt 2 M. boven den gcmiddelden zeestand,. waren véreenigd tôt zoogenaamde watergan-i gen (als onze watérschappen), die den Yser j zelf en de kanalen van Veurne als boesem-[ vvateren gebruikten, waarlangs het overtol-lige water -werd afgevoerd naar Nieuwpoort. Hier had men in den loop der tijden zes groote slui2jen gebouwd, clrie voor de scheepvaart en drie voor de uitwatering. In den Yser stond het water gewoonlijk 3^ meter boven gemiddeld zee-niveaai, in de Koolhofvaart 2.54 M., in de kroek van Nieuweiidamme 2.39 M., overal hooger dan de grond der polders. Aile boezemwateren hadden in den regel ook 's zomers zoet-water genoeg, om, zoo noodig, de polder--looten te ververschen en aan te vullen, maar niet genoeg, om het land goed te ;nundeeren. Dâârbij moest de zee te liulp komen, en dat kan ze, omdat de vloed aan de Vlaamsche kusten hieromtrent veel hooger is dan bij ons. (De getijen ve'r^chillen • 4 à 5 meter). De Yser-streek is ver van het groote ver-keer gelegen : ze wachtte reeds lang op een flink, modem kanaal, dat Nieuwpoort met de Leye zou verbinden en ze was per spoor alleen bereikbaar door ijzeren wegen van den tweeden rang ; de groote lijnen naar Calais en Parijs liepen er van verre omlieen. Dit laatste is voor de Belgen een groot geluk "ewoest. Immers, de Duitschers hebben bij hùn eersten opmarsch die groote lijnen gevolgd en zich om de afgelegen streken aan de zee niet bekommerd. Hadden ze toen,. of later, een afdeeling gezonden naar Nieuwpoort, dan zou het wellicht gemakkelijk geweest zijn, die stad te bezetten. Het is mogelijk, dat zulks in hun strategischo plannen niet t-huis lioorde, maar het is opk mogelijk, dat liier oen grof verzuim in 's spel is geweest. Ons doet het tenminste denken aan de fout van den Franschen officier in 1672. die met een deel der vocr-hoede bij Muiden kwam en de hem daar aangeboden'sleutels mmaehtend m de graclit wierjD ! Wat Muiden was en is voor onze waterlinie, dat. is Nieuwpoort voor de Yser-linie. Het is de sleutel. Of de Duitschers dit wisten. is mceiliik te zeggen, maar 't is wel zeker, dat ze het hadden kunnen weten. In de krijgs-geschiedenis had de inundatie van deze streken al dikwijls een roi gespeeld, zoo vaak, dat het land door de herliaalde over-stroomingen met zoutwater eeuwenlang niet op dreef had kunnen komen. De laatste niaal, dat men de wa-teren der zee had toegelaten, was geweest in 1793,. Maar 't is waar, dat geen enkele der vroe^ere inundaties een -bijzonder grooten indruk in de wereld had nagelaten, omdat ze nooit hadden moeten dienen, om het laatste stukje van België te verdedigen. Toen nu de Duitschers, tegen November 1914, van uit Oostende den Yser bereikt en overschreden hadden, werden ze in hun loopgraven bij Ramskapelle plotseling ver-rast door het. opdringende water. Ze wisten eerst niet, waar dat vandaan kwam en kre-gen den indruk "als van een cyideraardsche verrassing, zooals bij den mijnenoorlog. Maar — het water steeg voortdurend, langzaam maar zeker en weldra moest Jiet hoofdkwartier besluiten tôt den terugtoclit, die negen dagen duurde. Hèt troostte zich in zijn mededeeling aan dei^gcneralen staf liiermee, dat de Belgen liun landerijen voor langen tijd bedorven hadden. Zoo was het inderdaad. Mon had, volgens de viager-wijzing van een Belgischen sluiswachter, zooals de \,Corriera délia Sera" beweerde) de sluizen bij Nieuwpoort geopend en tevens dio van de boezemkanalen. Het vloed water was naar binnengeloopen, doch eerst zoo langzaam, dat men na twee getijen nog geen rësultaat kon zien. maar het derde getij, wat hooger, liad de wateren met krac-ht naar binnen gedreven en de red-ding gebracht. Sinds dien tijd, nu al meer dan negen maanden, staan de Duitschers bij den Ysér voor de groote, troostelooze water-vlakte. Ze hebben, met onuitpu.ttelijke ener-gie, van allés beproefd, maar tôt dusver zonder succès, behalve de bez'etting van het eens zoo schilderachtige stadje Dixmuiden. Hun kanonnen hebben ook over de water-vlakte het schoone Veurne geteigterd, zoodat de heldhaftige koning Albert is terug-geweken tôt' in het kleine gebucht De Panne, dat in den uitersten hoek van zijn land, bij Adinkerke, tegen de blanke duinenkust ligt. Van daaruit moet hij de wacht liouden over het overstroomde land, maar vooral over de smalle duinstrook met Nieuwpoort. Immers, de voornaamste actie dei Duitschers is op deze plaats gericht van den kant van Slijpe Westende en Lombartzijde. Indien ze Nieuwpoort in de macht kregen, zouden zij de sluizen kunnen openzetten bij eb en sluiten bij vloed en dus 't meeste water kunnen aftappen. Bovendien zouden zo kunnen trachten, over de smalle duinstrook en het st-rand op te dringen naar De Panne zelf. Indien dan de Belgische koning. genood-zaakt wèrd het laatste stukje van zijn grond-gebied te verlaten, dan — en dit weten de Duitschers nu wel — zou toch nog lang niet het vurig verlàngde doel, de stad-Calais. bereikt zijn. Immers, achter de polders van liet Veurner-ambaclit volgen eerst. op do Fransche grenzen, de zeer lage en waterrijke Moeren of Moires bij Duinker-ken, en dan komt het breede polderland van'de Aa, dat nog veel beter kan geïnun-deerd worden dan het Ysergebied. En deze inundatie is niet af te tappen, tenzij mer eerst Calais zelf heeft. Bovendien wordt d.e duinstrook, waarop Duinkérken, Grevelin-gen en Calais liggen, hier zoo smal, dat ze zonder volledige behcerscliing der zee haast niet te passeeren kan zijn. Ze lijkl op onze kuststrook in het W estland. Do reclite weg nâar Calais schijnt daaron: vrij wel onmogelijk, tenzij de natuur te hulj. mocht komen met een overmatig strenger winter. En dan nog zou de vorst eerst cer zeer zwaren strijd^te moeren hebben mei goed berekende inlatingen van zee water. Van nature veel gemakkelijker is de toe-gang naar Calais door liet ,,Houtland achterom Yperen en verder langs Ploog-î Nieuwkapelle, Beele en don Casselberg. Hier hebben dan ook de Engelschen eer moeilijke positie, zoodat het geen wondei is, dat ze hunne honderdduizenden bijean gedrongen .houden tusschen d.e laagten var de Leye en die van den Yser. Hun hoofd kwartier moet zich bevinden aan den boven loop van do straks genoemde Aa, waar oot eenigo inundatie mogelijk is ; ten Noordei daarvan, bij Watten, is de eenige plek waar de lieuvels van l>eide zijden de Aa be reiken, zoodat daar de aangewezen doorganc is. Maar de ruimte is er niet groot ! Zoo zal liet toch ook hier nog ,,een lang< weg naar Calais" zijn, al is de afstand vai uit Ieperen in vogelvlucht maar 70 K.M en al is liet hier van nature wellicht ;d< zwakste plek van het gansclie Westelijl front. _ . Het landschap gelijkt ' op onze zand streken van Noord-Brabant, doch is mee: heuvelachtig en meer vruchtbaar. De oor lo^sfurie heeft er reeds veel vernield ; w< deiiken vooral met den diepsten weemoec aan het verwoeste Ieperen met zijn heerlijk< van het diclitbevolkte kolenbekken van Be Hal en aan het nijvere Armentières, on thune en La Bassée, meer zuide^ijk, nie eens te gewagen. r ■ O Oud Lied. lie' zeg adieu, wij twee wij moeten scheiden Tôt op een nieuw, dan zal ons troost verbeidei Ik laat bij u -Hat herto mijn, Ai waar gij zij t, daar z?.ï ik zijn, 't Zij vreugd of pijn Altijd zal ik u eigen zijii. (16de Eeuw). KLEINE KRONIEK ' 1 Kern. Gij zegt da£ 't Vlaamsch te niet zal gaan. 't En zal ! Léo Picard. j I)e nieuwe redactio van ,,Do Vlaamsche Post" doelt mede, dat de heer Lso Picard ontslag heeft genomen als hoofdredacteur en af-sclieid neemt van het blad. Mr. Fr. van Cauweiaert. Naar^ aanleicîing ,van de bewering van ,,De Vlaamsche .Post", dat de heer Fr.- van Cauweiaert zou verzaakt hebben aan de Vervlaam-, sching der Gentsche Hoogeschool en een be-richt in ,.De Toekomst", dat. de Koning hem in een onderhoud zou hebben verklaard, dat hij niets voor Vlaanderen doen kan omdat Frankrijk, zijn eigen regeering en ook Enge-' land het hem beletten, schrijft do lieer_ Van Cauweiaert in een mededeeling aan de Neder-landscho pers, dat bedoeld onderhoud met den koning vali a tôt z verzonnen is. Ook heeft de heer Van Cauweiaert zijn Vlaamsch program van voor den oorlog niet los gelaten. Hugo Verriest en stijn Streuvels. } Hugo Verriest is nu rustend pastoor te IngooTgem en Stijn Streuvels leeft er op zijn i Lijstcrnest, en ze zijn cr de twee gelukkigste : menschen van do wereld. Nu is de.stilte van het henielbreed en prachtig golvende landschap gestoord en dag on ' naclit rolt door de lucht het gebulder der kanonnen van den eindeloozen veldslag bij , den IJzer, dio begon in Oktober en nu op 1 I Septcmber nog onbeslist voortduurt. ; Wat een taferecl voor een schilder van binnen een paar honderd jaar: pastor Verriest en Stijn Streuvels luistercnd naar het geweld van ' den reusachtigsten strijd waarvan de geschic-> dénis gewaagt, naar liet gehamer on gebonk ' van die hëlsche smidse waar Kyklopen nieuwe j landen en rijken smeden. En boven het gevoel van wee van al het lijden dat daar toegebracht wordt bij elken i dreun door de lucht, hebben ze toch deze ster-( kende gedachto eu deze lioop : uit den chaos rijst wellicht in een herboren België het zelf-standige en vrije Vlaanderen. In de algemeene driestheid die het mensch-dom heeft aangegrepen, blijven ze twee rustige '> menschcn, met klaren blik en klaar goweten; twee denkende menschcn, die hun hclder oor-deel, de waarheid, de rcclitvaardigheid niet prijsgeven." Dat is dan ook ccn gruwel in de oogen van al wat niet denken mag, niet denken kan, niet denken durft. Daarom «ing er geliuil op efl wiaakçetier, ' doch het viol spoedig als een stofwolk die een 3 oogenblik door wervelwinden wordt opgedre-■ ven, die een stond verduistert en verblindt, en dan weer op de baan.hct stof wordt dat ge - met de voeten treedt. Velen wreven hun oogen, : zien nu weer klaar en zijn bescliaamd. L Ze hebben alleen ziclizelf te vergeven; ze misdeden niets noch aan Verriest, noch aan Streuvels. want geen rimpel kwam er op do ' hclderheid van do twee grooto zielen. 1 Hugo Verriest is niet alleen de ,,pastor van J te lande" te Ingooigem, hij is ons aller pastor, i wij zijn allen zonder onderschoid, geloovigen of onp;cloovigen, van zijn parochic. î Hugo Verriest, do grooto verkondiger van Guido Gezolle, modo een geestelijke vader van Albrecht Rodenbach, is ccn der schoonsto en odelsto apostels van het Vlaamsche recht en het Vlaamsche ideaal in Vlaanderen. 1 Geboren té Deerlijk (Westvlaanderen) 26 v November 1840. Den 17en December 1864 tôt priester gewijd en toen aangesteld tôt profes-sor in Sint-Lodcwijk te Brugge : drie jaren later, professor van Poësis in 't- klein Semina-! rie te Roeselaere, waar hij in 1874 prof essor van rhetorica werd. Vervolgens bestuurder van i het bissclioppolijk kollege te Ieperen, onder-pastor en pastor-te Wakken, eindelijk pastor te Ingooigem, waar hi.i nu .,rust". 3 Werken: ,,Regenboog" (1899)-; ,.Drio gees-1 tolijke voordrachtcn" (1900); ,,Twintig Vlaam-3 scho koppen" (1901); ,,Op w.andel" (1903); - ,,Voordraeliton" (1904); . en vele verspreide l opstellen. vooral in ..De Vlaamsche Vlagge", 3 ,,De Nieuwe Tijd", cnz. . Wie denkt nu niet aan dien wondercn feest-dag te ïijgooigem,jl6, Augustus 1913, waar . vijftien duizend Vlamingen to samen g'estroomd 1 waren om den ouden voorman te huldigen? 5 Het Vlaamsche land, ia, ook Noord-Ncderland, i heeft dien dag betuigd lioe hij ons aan 'tliarto i ligt, en wij hopen ook spoedig. den dag te t beloven, dat wij hem in het Vlaamsche Mekka wederom zullen hegroeten 0111 hem het bewijs to geven van ons onkrcukbaro trouv.- en aan-hankelijkheid.Want hij dio in 1872 hot woord sprak : 3 .,Vlaandern moet herworden", is heden nog de onwrikbaarsto. innigst-overtuigde strijder i voor het goed recht van ons volk en er is er r géén onder ons die met meer recht ,,de goede . herder" van dit lijdeijdc volk mac: genoemd T worden. (,,Antw. Nicuws") Het Bussumer Croeninghelied. " Lodewijk Mortelmans, do beste onzer Vlaam-^ sclie licderenconiponisten heeft een prachtige I muziok geschreven op René de Clercq's Bus-5 • minier Groenrnghelied: Vlaenderen, dijn reglit - is out. Ecrstdaags zal zij- verschijnen. T Waalsche opvocders. 3 Het .,Antwerpscho Nieuws" schrijft: A We hebben deze week een feit vernomen dat al te schandalig is om niet aan Jt licht te worden gebracht. ^ P.eeds meermalen kwam ons ter oore, van bevriendo zijde, dat er iu het W alenland liaat en nijd gezaaid wordt tegen al wat Vlaamsch - is : zulks gebeurt nu wel reeds sinds jaren, r doch wij konden moeilijk gelooven dat in oor- - logstijd, nu er flarainganten zijn. die beweren e dot er Godsvrcde moet lieerschen, do Walen ^ hun haat zouden zoo ver drijven dat zij hun Belgische landgenooton, de \ lamingen, nog e zouden bekampen en verfoeien. En toch gebeuvt zulks ! Doch 't gebeurt op II de gewone, onderduimsche manier die steeds t de handelwijze der Walen tegen de Vlamingen kenschetst. Men valt 011s niet openlijk aan, daarvoor behoeft moed', en dien kennen die meri-~ schen niet; neen, 't gaat in 't geniept, en wat erger is, men hitst de jeugd op tegen de Vlamingen, men leidt ze op in haat voor hun Belgische broeders, m plaats van broederliefdo te kweeken bij de Waalsche kleintjes. L' Inderdaad, eou onzer vrienden vertelt ons — n en wij ktmnen namen en plaats opgeven — <î.at 111 een dorp bij Twecbcek (Tubize) een 011-derwijzer (we kennen hem) aan zijne lêerlin-rren lés gaf in aardrijkskunde, en middel vond 0111 de Vlamingen af te schildëren als allen aân flp. Duitschers vcrknocht, gelukkig dat de vreemdelingcn hier kwamenj en hij besloot met de woor<}' ..Actuellement, il n'y a plus nié de Flaminds en Belgique ; il n'y a plus que des Wallons ct '•es Allemapas! (Er zijn togenn oordig geen A lamingen meer i„ België, er zijn nog slwhts ualen en Duitschers!) Ziedaar. oh lezers, de broederliefde dio door onderwijzors" aangekiveekt ivordt in do h'arten dei flaalsche jeugd; ziedaar, oh marmotten. noe de n aalsche haatdragende heeth'oofden don Uodsyredo toepassen, en lioe zij u beloouen voor | uivo braafheid, voor uw stilhouden, voor uw... I 1 onken ; m stedo aan de kinderen te vertellen i ïooals zeker de meeste Vlaamsche onderwijzors I Jloen, dat er tegenover den vijand enkel en al- I r\vB: g? 'C land hoschuldigen de ,0 " a^Jsoho opvoeders ons, Vla;mingen _ inT»^°Kers!? ~ met den v,>ncI heulen, ».i gaan zolfs zoo ver ons in één slag zoo maar Lîot m "t® t" c]Jferen en ons «eds als met meer bestaande te beschouwenl ! Wat zouden do mannen der marmottenliist laarvan wel denken' Zouden ze tegenover het hooger aangehaaldo feit nog kunnen kalm blij-len, zouden zo de vuisten niet ballon nu zo Mffi,^ae 8 1 toeSevendheid, allo vredelievende JToM ] °w , lamingen in 't werk ge-stel l om de V, alen den Godsvrede te doen aan-nemen, afstuiten op den haat der Waalsche broedcrs( ?) tegon onze taal en tegen ons volk? t la™lne die tegenover zulke feiten niet piote5teer„, dio de handelwijze der Walen luerboven aangohaald, aanhodrt zonder dat do hllt d^rvi8'n? ™ het bloed ,1aar hefc ho°fd V- UaVnS " naam onivaardig en fra^Ssf0 baStaa'"JS V3U Zija "if do I-.S1 ":aar z.ulI;° t&estanden lieerschen in een ai d. waai de haat voor hot broederras reeds -omnt d ™ • gee,St <Icl' kinderen ™rdt ge-W ls T00r de toekomst geen lioop te koesteren op' toonadering ; daar moeten do komen8 tft311 t vijandiger tegenover mek.iar efde o,ît,t= '1 ar kau Ilooit hroederlijko irelHk ™ ' J ls geen oyereerikomst mo-j ■ ' .°'1 waar "idke toestand lieerscht in een binsgezjn tusschen man en vrouw, blijft maar een middel over: do scheiding; dat icdor ziin eigen iveg ga, wat do zedelijke. en geestesbe-t ekk.ngcn aangaat; waar het gaat ovoi ge- !t akko^stefre,, SeU kaD mC" 2ich Maar Vkanderen moet zelfstandig worden dooi co îl ZIoli. ">et langer kan latel, wnrgcn ccn broertje die liet dood wenseht! (Aniw: Nicuws.) nDicke Bertha". W van cen «-••.V-kanon «m bcho-fl tn' li?' Icts' wat verwondering beliCvft to wckkcn, wanneer men weet dat liet monteereii ,-an het geschut 25 à 26 nur n beslag neemt. lier het kanon gericht is, ■ rer-oopt eveneens een geruime tijd, ni. niet minci. i dan zes nur, na het inschieton door andere kanonnen. Dr; het monteeren zulk eék gerui- iThtfzk'h verklaren het feit, dat het stuk geschut uit niet mmder dan 1/2 deelen bestaat on dat het han-teeren der versehillende onderdeelen verre van gemakkelijk is, blijkt reeds uit het feit, dat een 42-cM.-kanon maar even 88.750 kilogram weegt, terwijl het gewicht van de fundamont-1 _ - Jvaa;°? llet kanou wordt opgesteld, •i/ .obJ lig. bedra-agt, terwijl de fundeering voor het geschut de diepto van 8 meter heeft. Voc liet transport van één 42-cM.-kanon zijn twaalf ■ spoorwagens noodig. ; Over de bediening van het geschut kan het ' volgende worden modegodeeld : > De manschappen, belasfc met het laden en r.f j \ i:ren van . het kanon, dragen mond-, cog- c | oorkleppen en krijgen even voor liet schot g j lost wordt, bevel, om plat op den buik te ga." : liggen. Dat dit geen overbodige veilighei." maatregolen zijn, wordt duidclijk, als"3 m\ weet, dat bij het afvuren van het kanon de* den luchtdruk allo ruiten in een om'trek 4 K.M. -springen. Het geschut wordt op S meter afstand electriseli afgeyuurd. Het pr jectiel weegt niet minder dan 400 Kg. en hc do respectable lengte van 1,268 meter. H; gebruik van dergelijk geschut is echter ce dure liefhebberij. daar elk schot uit den ,.lcc. van zeven meter", 11.000 Mark kost. Do draagwijdte van het geschut Ls ongove--te bopalon, als men weet, dat de forten bij Lu:" van oen afstand von 22.8 K.M. uit platgeschc . ten zijn. Do trefzekerhoid is zeer groot, ni. tet op oen l- meter nauwkeurig. De ontzettende uitwerking van.een projectiel van 42 cM., heeft mon loeren kennen uit de* loto van liet tôt puin*geschoten fort Louoin, bij Luik, on wordt nog beter geïllustreerd door het feit, dat bij hot eerste s-hot, dat uit een 42-•M.-kanon gelost werd. 1700 man viel, terwijl het tweede schot aan 2400 man hot ltvon kest-teOm den val der Belgische vestingeii te be-werkstolligen, hebben de Duitschers van hun ,,dicke Bertha's" niet veel gebruik behoeven to maken. Op Nâmen en Manbeugë zijn ni. slechts twee schoten gelost en op Huv één. Er is wel eens beweerd, dat do Franschen or in geslaagd waren zich van een 42-cM. meestor ; te maken, doch officieel is dit verblijdonde j nieuws nimmer bevestigd. Zulks zou trouwens clcchts door Verrassing kunnen gesoliieden, daar onder het fundament van het kanon een hoevcolheid dynamiët Avordt gele^d mot hoc doel, om, zoodra er gevaar dreigt, dat liet stuk geschut in handen .van den vijand valt, het in de lucht to laten vliegen. Een oude booî opgegravert. Bij het igraafwerk ten behoeve van den aan-leg der Qijn voor do Zeeuwscli-Vlaamsche tram | is onder de gemeente Zaamslag een oude geheel vergano boot opgegraven. Men vermoedt, dat deze afkomstig is.nit den Tachtigjarigen oorlog, toon op last van Prins Maurits de pol-| derdijkon worden doorgestoken on het land ge-! du rende 60 jaren onder water bleef staan. Er ! "ou toen nabij de kom van het bestaande dorp i op een heuvel een toren zijn gebouwd, waarin des nachts, naar de overleveringen zeggen, een licht werd ontstoken ten dienste_ der /.ecvaart. Ter plaatse staat thans eene hofstede ,dc To-renhoe\re" genaamd. Ook insectenpoeder. In een meisjesschool te FrankfcV*t vertelde de directeur iii hoogst eigen persoon aan de leerlingen in de lagero klasse een en ander van do oorlogsleenin'g. De directeur -begon aijn ver-luial met te zeggen: . ,,Tot. oorlogvoerea sijn. S dm gen nooe. îg. Weet gi,i. welke dat zijn?" ..Geld", riepon do meisjes in koor„ ,,En verder?" ,.Insecteupocder", riep toen een van ce kleine meisjes uit, wier vader sedert het yooi--,jao#i.'. in Poîen heeft gest^aû.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad appartenant à la catégorie Liberale pers, parue à Amsterdam du 1900 au 1916.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Sujets

Périodes