Het tooneel

794 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1917, 09 Juin. Het tooneel. Accès à 18 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/mw28912v43/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

^^^^1 2e Jaargang Nr 39 — 9 Juni 1917 Beheer en Redactie : Kérkstraat, 13, Antwerpen 10 Centiem Heer Edw. Gorlé Louis Bertrijn. Tijdens de twee verstrekene oorlogsjaren wer< de schouwburg — op zijn eigen voorstel — il vennootschap tusschen de bijzonderste artiste: uitgebaat. Heer Louis Bertrijn bleef als bestuur der aangesteld. Niet allen wist hij het repertorium op het pei te houden, waarop het gedurende de twee voor gaande seizoenen gebracht was. De gehalte van het gepresteerd werk heeft zelf nog toegenomen, doordat ontelbare yreemde pos sen vervangen werden door ernstige tooneelspe len, zielkundige vraagstukken ontledend. — Ool voerde hij eenige wijzigingen in, die goede gevol gen opleverden. Zoo o.m. moesten de steeds af wisselende voorstellingen plaats ruimen voor eei bepaald programma, dat minstens, tijdens een> week onveranderd bleef. De op die manier vertoonde werken werden me meer eenheid gespeeld,de verschillende karakter waren met meer ernst ingestudeerd, en de aldu verkregen kunstprestaties wonnen er heel wat bij Die verandering bracht een groot gemak voo de artisten. Niet meer moesten zij zich afmattei zooals voorheen, en sterker genoten zij de eigen lijke voldoening — oneindig zacht —- die het be wustzijn medebrengt, dat men werk van schoon heid stand bracht. Ook ware het te wenschen dat die hervorminj later behouden werd. Wanneer wij nagaan de opgevoerde Vlaamsch stukken in verhouding der vreemde spelen, dai vindt men dat hun getal grooter is dan in norma le tijden. Het lastkohier bepaalt echter, dat pe maand,éen derde der gespeelde dramas en blijspe len uit oorspronkelijk werk moet bestaan. — Me het nieUwe, aangenomen stelsel, stukken in se rie te vertoonen, is het niet al tijd mogelijk aai dit voorschrift te voldoen. Mits de wijziging va: één woord: per «maand» in per «speeljaar» zou den de vruchten van de jongste innovatie kunne: behouden worden, zonder de belangen der Neder landsche auteurs te schaden. In de dramas vervulde heer Louis Bertrijn d meest afwisselende rollen, terwijl hij zich, voo wat de possen betreft, bij de salonkomieken hielc Hij plaatste zich voorgoed op het voorplan doo zijne eenig - juiste en krachtige weergave va «Dokter Rank» in «Nora» van Ibsen. Voor vele was die uitbeelding eene veropenbaring, waardoo hij onder de beste eerste-planartisten rang nam. — Nooit heb ik meer angst uitgestaan dan or die roi, vertrouwde hij ons toe. Heer Cornette vader, had eene uitvoerige studie laten verschij nen voor de voorstelling van het stuk, en daari eene uitgebreide ontleding gemaakt van al d personnagen op dokter Rank na. Hem moest me zien, voelen en begrijpen, beweerde hij, van ui de schouwburgzaal. Al mijne confraters hadcle dus degelijke vingerwijzingen, terwijl ik van d geringste aanduiding verstoken bleef. Ik studeei de onverpoosd, trachtte de juiste zielsemotiën va Dokter Rank te vatten en sober weer te gever Ik kende noch rust noch duur, geene enkele in spanning was mij te veel. De bekomen uitsla. was zoo, dat de vertolking van Dokter Rank mij ne grootste kunstenaarsvreugde werd. Met de eei ste voorstelling was ik zoo gejaagd en zenuwach tig, dat, wanneer ik weer in mijne loge trad, d stok, dien ik in de hand had gehouden om Dokte Rank te spelen, nat was, alsof men hem in eene emmer water had gestoken. Met voorliefde heb i dan ook steeds «Nora» hernomen. Evenveel in spanning heeft mij «Oswald Alving» in «Spoken van denzelfden schrijver gekost, maar de weerga ve-->van beide rollen waren dan ook mijn droorr mijn hoogste geluk. Stellig zou ik «Spoken» uit gekozen hebben ter gelegenheid van mijn vijf-er twintig jarig jubileum als acteur, dat verlede seizoen moest plaats grijpen, maar door de hui dige omstandigheden niet kon doorgaan. Heer Louis Bertrijn vertolkte o. m. : Waltc iri «Voerman Henschel», (G. Hauptman), de titel roi in «De Kampvechter van Ravenna»,(F. H al m" Bernard in «Gaat en Vermenigvuldigt» (J. Hat gen), Van Nerpen in «Jongelingszonde» (Bru\ lants,Jzn.), Hefterdink in «Magda» (Sudermann; Chr. Flamm in «Rosa Bernd» (G. Hauptman. Hendrik, in «Koning Richard III» (Shakespeare; M. Ferioul in «Het Schandaal» (H. Bataille), Lar dry in «De Krekel» (Ch. Birch Pfeiffer), Soo i «De Eenzamen» (P. Van Assche), Armand Duve in «Margaretha Gauthier» (Al. Dumas, zoon; Lefebvre in «Madame Sans-Gêne» (V. Sardou e E. Moreau), Richard Voysin in «De Dief» (ï Bernstein), Geert in «Op Hoop van Zegen» (I Heijermans), Laroque in «De Onbekende Vrouw (A. Bisson), von Lauffen in «Taptoe» (Beyei lein), Dorville in «Het Slachtoffer» (G. Devore), Dr Larsen in «Het Kind» (Heijermans), Ander-son in «Ringeloo» (A. Monet), Rafaël in «Ghetto» (H. Heijermans), Lambrecht in «Lambrecht Room (J. Haugen), Palmeri in «Dood voor de Wet», (P. Giacometti), Nicodemus in «Jezus de '! Nazarener» (R. Verhulst), Jan in «Kaatje» (P. Spaak)_, Andréas in «Theodora» (V. Sardou), — Frank in «Mevrouw Warren's Bedrijf (B. Shaw), Karl Heinrich in «Oud-Heidelberg» (Meyer For-ster), Oom Louis in «Een nieuw Leven» (Hubert Melis), Gits in «Eene Misdadige» (N. de Tière), Wieland in «Leven in 't Verleden» (A. Monet), ; Cascard in «Zaza» (Berton en Simon), Schroeder in «Asra» (Philippi), Neergaard in «Een Bezoek» (Brandes), Don José in «Carmen» (Mérimée - De Lattin), Valcke in «Op een Dwaalspoor» (Roe- | land), von Rochnitz in «Stil Geluk» (Sudermann), ! Mus in «De Kwade Hand» (Scheltjens), Heine- ' cke in «De Eer» (Sudermann), Brutus in «Julius ■ César» (Shakespeare), d'Argenson in «De Maire van Antwerpen» (Gittens), Prinzivalle in «Monna Vanna» (Maeterlinck), Jason in «Medea» (Legou-vé), Peter in «Het Zevende Gebod» (H. Heijer- j mans), Albert in «Op den terugweg» (A. Van ; Waasdyck), Kreon in «Koning Oedipus» (Sopho-cles), Baldwig in «Koning Hagen» (H. Melis), 1 J. Guéret in «De Hinderlaag» (Kistemaeckers), Ugo in «Parisina» (Gittens), Frederi in «Het j Meisje van Arles» (A. Daudet), enz. enz. Nooit kwam men te vergeefs aan de deur van heer Bertrijn aankloppen wanneer er, van liefda- j dige feesten spraak was, en hij heeft heel wat bij-gedragen, door 't verleenen zijner medewerking, tôt het welgelukken van ontelbare kunstavonden, die voor doel hadden aan de noodlijdenden en de ongelukkigen der samenleving eenige oogenblik- ! ken van genot te verschaffen. Hij maakte deel uit der omreizen, die door heer Van Doeselaer ingericht werden, gedurende de i zomermaanden. Dat waren prettige dagen. Men , trok met de tent van dorp tôt dorp, van stad tôt stad, alom graag geziene blijspelen opvoerend. ; Te Amsterdam verbleef men een veertiental da-gen en dan weergalmden voor voile zalen, net als ; een vuurwerk, de geestige antwoorden en zin-spelingen van den niets noch niemand vreezenden edelmoedigen, dichterlijken edelman «Cyrano de j Bergerac», op wien een meisje, niettegenstaande j al die goede hoedanigheden, niet gauw zou ver- | liefd geraken, zoozeer ontsierde hen zijn buiten- , gewoon grooten neus. In dit meesterlijk spel van Edmond Rostand vervulde heer Bertrijn de roi j van Christiaan. Wel beleefde men tijdens de reizen af en toe I onaangename oogenblikken. Maar wat gaf dat : | men genoot als vergoeding het heerlijk schouw- > spel der natuur in hare voile pracht. Steeds stc 7 1 men tegenover nieuwe gezichteinders, eenig set. derachtig, uit het land der zingende molens. îv was men te Venïoo, dan te Ruer mu un, vaniiaaj te Maestricht, een weinig later in 's Hertogen bosch of te Eindhoven. Men paarde het nuttigi met het aangename, en voldaan, omdat men zijp tijd goed had gebruikt, keerde men eindelijki naar de Scheldestad terug. Nooit was heer Bertrijn erg ingenomen met stukken spelend in époque, steeds streefde hij naar het opvoeren van modem werk. — Het romantisch werk is zeer nuttig, ver-klaarde hij, voor opkomende krachten. Het vergt opzoekingen en nadenken; in de historische klee-dijen leert men zich los bewegen. In een woord men krijgt er planken door. Dit zeggen bracht mij op het gedacht der too-neelschool, en ik vroeg aan den bestuurder van onzen eersten schouwburg zijne meening over het nut dier instelling. —■ Dit onderwijs is hoogst noodzakelijk, onder aile opzichten, zoowel voor wat de hoogere, gees-telijke als praktische opleiding betreft. Ik deel de meening van Mevr. Dilis, dat die taak aan niemand beter dan aan heer Sabbe kon toevertrouwd j worden. Het bijvoegen van vakmenschen zal dan j slechts de kennissen der leerlingen kunnen ver-grooten... Zich oefenen in dilettantenvereenigin-gen kan geen kwaad, wanneer men er niet te lang in blijft. Heel gevaarlijk is voor velen de bijval, dien men gemakkelijk in zulke middens oogst. "t Gebeurt maar al te vaak, dat na korten tijd, liefhebbers meenen volleerd te zijn: zij ne-men dan geene vingerwijzingen meer aan, hunne slechte gaven ontwikkelen zich, en zij komen nooit j tôt iets... Elementen die werkelijk aanleg hebben, hoeven niet bezorgd te wezen, niettegenstaande! het geringe aantal schouwburgen, moeten zij, Indien zij ernstig studeeren, vroeg of laat hunnen! weg maken!... Veel werd er over heer Louis Bertrijn geschre-ven, vaak heel geestdriftige beoordeelingen, even-min als Mevr. Dilis heeft hij ongelukkiglijk die bijdragen verzameld. Tijdens zijne lange loopbaan van gedurig aan werken, beleefde hij heel wat aangename stonden op de planken. — Zekeren dag, zei hij, vertoonden wij «De Twee Weezen». Wanneer Pierre en Jacques aan slag waren, viel onverwachts de pruik van heer Cauwenberg, die voor mijn broeder speelde, af.! In zijn haast om het ongeval te herstellen trok hij ze het achterste voor op. Wanneer ik hem daar zoo voor mij zag staan, barstte ik in een luidenj lach uit, dien ik onmogelijk kon bedwingen. Van zijnen kant gelukte mijn tegenstrever er evenmin in ernstig te blijven, en al gichelend, terwijl wij! dapper voortvoehten, vluchtten wij achter dej schermen. Vaak hebben wij later nog vermaak ge-had, wanneer wij ons dit ongelukje herinnerden...| — Wat stellig heel veel menschen aanbelangt, verklaarden wij, is uwe werkwijze. — Mijne manier van werken! Zij is heel een-voudig. Is de roi. die ik vertolken moet, van be-lang, dan schrijf ik hem meestal zelf over. Ik doe dit, niet na de lezing van het stuk, maar nadat de eerste ineenzetting plaats greep. Meteen teeken ik de wijzigingen der regie aan, en breid die no- , tas volgens mijne persoonlijke opvatting, verder uit. Voor het van buiten leeren, kies ik meestal de uren die volgen op herhalingen of voorstellingen, en tôt laat in den nacht houd ik me daar dan , mede onledig. Tijdens de rustige namiddagston-den bespreek ik en mijn vrouw onze opvatting der karakters, die we moeten uitbeelden, en geven i malkander raad. Daar het heel vaak gebeurt, dat we heele tooneelen uitsluitelijk samen moeten spelen, herhalen wij veel onder ons beiden te huis, i Zoo werd bijv. het tweede bedrijf van «De Dief»' ingestudeerd. ,j Het was laat geworden, ook nam ik afscheid van den artist, wiens bezield spel ons zoo dik- werf verrukt had. - . ' En terwijl wij huiswaarts keerden zag ik zijn linke, struischgebouwde gestalte in verbeelding veer. De oogen straalden in het voile gelaat. Het ireede voorhoofd was omlijst met zachte, dichte, ivervloedige haren, lichtjes krullend. Wij dachten aan zijn schoon talent: steeds zijn le typen die hij presteert volmaakt afgewerkt en icherp omlijnd geteekend. Door en door gevoels-nensch, weet hij de toehoorders te ontroeren om le zielesmarten zijner personnagen of te verblij-len om hun geluk. Niets verwaarloost hij om :en volmaakt geheel te bekomen: mimiek, over-fangen, houdingen, juist gelegde klemtoonen, aies wordt door hem even gewetensvol verzorgd. Heer Louis Bertrijn is nog jong, hij zal het mbliek nog vaak oogenblikken van kunstgenot verschaffen en dit te weten maakt oprecht ge-ukkig.JAN DE SCHUYTER. Kritiek. «Antwerpen, den 3en Juni 1917. « Den heer Nie. Van Ooyen, » Hoofdredacteur van «Het Tooneel». » Geachte Heer, » Mag ik nogmaals beroep doen op de gast- > vi-ijheid van «Het Tooneel» ? » In het woordje dat mijn brief van den 26en > Mei II. voorafgaat beschuldigt U me ten onrech->> te. Een tweede, aandachtigere lezing van mijn ; vorig schrijven zal U desaangaande overtuigen. » Met beleefde groeten, » PROSPER ARENTS. » * * * « Den heer Lode Baekelmans, » Geachte Heer, » Ik bewonder de zelfbeheersching in uw kalm, > waardig antwoord. Een droppel van deze zelf-c beheersching slechts in de bespreking van «In > een klein Stadje» en nooit ware ik op de ge- > dachte gekoroen de op de keper beschouwd, > misschien onbelangrijke onjuistheden aan te > stippen. » Met eerbiedige groeten, » PROSPER ARENTS. » Scala «PELAGIE». Verrast, doordom rondkijkend, trad Pelagie, )edeesd, zeer langzaam de herberg «Het vuil Jemd» binnen. Het klein, langwerpig-, messcherp, vurig rood °laat hield zij lichtjes voorovergebogen. Door ■\chteruitkammen harer blonde roskleurige ha , _ plat tegen den Schedel gestreken, ontbloot-zij al te sterk het eng voorhoofd. — Steeds scheen zij, van onder de half dichtgesloten oog-;chelen, naar iets heel vaag en ver afgelegen te cijken. Af en toe stak haar tong eventjes tus->chen de gele tanden uit, het onderste kaaksbeen ling als machteloos naar beneden, en men zou ïemeend hebben dat zij iets wou zeggen, maar lat de gedachten te kort schoten. Het zwart, smaakloos, verouderd, kort sch»u-lermanteltje, was hoog aan den hais dichtge-vnoopt, daaronder hing, tôt over de gelapte ichoenen, een effene, gestreepte, onfrische rok. Zij droeg een nietig, rond hoedeken, versierd net een monsterroos, waarvan de kleur onder le brandende stralen verschoot. Tijdens drie of /ier geslachten minstens moest het de dochter îa de moeder getooid hebben. Geen korset had laar nooit ingerijgd, ook was de taille te veel )ntwikkeld en op 't vooruitspringend buikje liet ïij de groote, ruwe, vuile handen overeen rus-:en.Van huis had zij nog eenen regenscherm me-iegekregen, waaronder verschillende menschen «mden schuilen. Met den tijd was de stof ervan icht groen geworden. Aan dit familiestuk was t kortzichtig buitenmeisje zoo gehecht, dat geen înkel argument haar kon overhalen er slechts sventjes van te scheiden. *• * * Uit een primitief eenvoudig midden komend, m geplaatst bij lieden, die met een half woord .villen begrepen worden, kan Pelagie bijna niets mders, dan op onbeholpen en verkeerde wijze folbrengen, wat men van haar verlangt. In den beginne zullen de meesters zich alleen >ntevreden toonen, langzamerhand vermindert îun geduld, en toegebetene verwijten maken ten iaatste plaats voor de hardste scheldwoorden... Wie weet of men haar in een oogenblik van op-3'ewondenheid geene schudding toedient. Arme Pelagie!... Zij zal triest zijn, omdat zij met hare schaar-sche gedachtekens laewust is, dat zij niets met jpzet misdeed, en dat zij hare onhandigheid onmogelijk verhelpen kan... Zij zou ailes beproe-ven om de meesters te bevredigen; maar wanneer zij hunne blikken op haar gericht voelt : ironisch of streng', vlieden als bij tooverslag hare ideeën weg ; zij wordt koortsig-gejaagd, en zoozeer is zij bevreesd, dat men haar gaat toe-snauwen dat zij bijna niets goed doet. Na maanden verhardt haar karakter, zij haat — eerst onbewust — die meesters, en zij is dom o-elukkig, wanneer zij die menschen, waarvoor aij slechts een werkdier is, kan pijn veroorza-ken...* * * En luid moet het publiek lachen, maar geen trek van 't gelaat van den vertolker verroert, en on-noozel, als verwondert, kijkt hij naar die giche-lende mannen en vrouwen. Door zijn karikaturaal danig leelijk zijn, — wordt hij eenig schoon. Onwillekeurig dacht ik aan de woorden, die de vertolker mij destijds zoo dikwijls herhaalde: — Och, wat zou ik gelukkig zijn, indien ik geen komedie meer moest spelen! — 't Leven eischt zijn toi, en u losrukken aan clie omgeving van klatergoud en van fictie kunt g'e bijna niet... tôt zelfs nu, willen de menschen zich vermaken, misschien wel om eenige oogenblikken de pijnlijke maagkrampen te vergeten... Ook rekenen zij op U! Is het niet zoo, Toontje? * * * «PEER DE KOSTER». Met een waar genoegen zullen wij heer Ed. Gorlé in de titelrol weerzien. Nog staat ons hel-dër voor den geest de oprecht knappe wijze, Heer tr Lonaes waarop hij destijds «Peer de Koster» vertolkte. Deze heropvoering zal heel wat belangstel-ling wekken, te meer daar het stuk met onge-wonen luister zal gemonteerd worden. De ge-kende danseressen Mej. Caroline Denis en Ka-t.iza van den Franschen schouwburg, zullen door hunne medewerking den luister der baletten nog verhoogen. Ook verwachten wij ons aan eene drukbijge- woonde reeks schitterende vertooningen. * * * HEER FR. CONDES. Heer Condès was verleden Maandag zoo sterk ongesteld dat hij onmogelijk zijne roi kon vertolken. Hij werd vervangen door zijn medebe-stuurder heer V. Neutgens. Deze flink aangeleg-de kunstenaar heeft de toondichter Walter op eigenaardige wijze weergegeven. Eden Ditmaal Proficiat! gewenscht aan den heer Bestuurder L. De Backer voor de samenstelling van het prachtige programma dezer week; het was waarlijk bewonderenswaardig, en tôt in de kleinste puntjes verzorgd. Het orkest onder de leiding van den heer J. Cootmans heeft ons de illusie gegeven die wij ons slechts kunnen herin-neren uit de schoonste dagen van onze Fran-sche Opéra bij de uitvoering van de Baletten uit «Faust» en «Manon». Een bijzonder woord van lof aan de schoone en lenige danseres Rosy Mé-dec, die in hare verscheidene solo-dansen zeer veel ophef gemaakt heeït ; een ware triomf was het. Eens te meer heeft Mej. Van Eggelpoel hare schoone sopraanstem doen gelden in het prach-tiga «Juweel - aria» uit «Faust». — Nu zulk schoon programma, boven alie kritiek verheven, gegeven te hebben, is het bestuur aan zijn tal-rijk klienteel verschuldigd op den ingeslagen weg voort te gaan, en uitsluitend elementen van allereersten rang aan te werven, wat de roem en den bijval van deze schoone instelling nog zal vergrooten. Nu is het de beurt aan de revue «Awel!---A wel!» van enzen stadsgenoot P. Van den Eyn-de; ongetwijfeld is haar een groote bijval weg-gelegd, gezien de samenstelling van het gezel-schap; onze meest populaire artisten verleenen er hunne medewerking aan. Gezien de verwachte buitengewone toeloop is het geraadzaam plaatsen op voorhand te bespre-ken aan het bureel. Zonder verhooging van prijs heeft men hierdoor gelegenheid langs een bij-zondere ingang voor het aangekondigde uur bin-nengelaten te worden. Verwacht: Piet Janssens in «De Clown» met Mevr. Noterman. Odeon Zooals we reeds in ons blad meldden, hebben we deze week in de Kinema schouwburg Odeon het overgroote lachsucces «De Poesje», de ware, de echte Poesjen uit het Schipperskwartier komen hier voor eene week hunnen schijn geven en dit Wel met hunne twee lijfstukken «Jan Breydel» of «De Leeuw van Vlaanderen» en «Het Wonderjaar» of «De Val van Alva».# Dat deze aankondiging reeds heel wat ophef in de stad, waar groot en klein toch zoo aan zijne ou-de zeden en overleveringen gehecht is, gemaakt heeft, mogen wij verzekeren, en dat het succès bijgevolg volledig zal zijn lijdt geen twijfel. — Naar «De Poesje» is dus deze week het orde-woord.Om het aantrekkelijk gedeelte nog op te luis-teren, zal heer Borgers, dien we reeds meerma-len op dit programma zagen prijken, ons met zijne prachtige barytonstem een paar nieuwe Vlaamsche liederen voordragen. Het kinemagedeelte komt ons ook zeer verzorgd voor: «De Roep der Liefde», buitenge-woon tooneelstuk in 5 deelen met de begaafde Henny Porten in de hoofdrol, is een film welke voor de eerste maal te Antwerpen vertoond wordt en ontegenzeggelijk een der prachtigste welke ooit in dien aard gemaakt werden. — «De Zwarte Bende», -politietreurspel in 3 deelen, — «De Wisselwachter», tooneelspel, en «Aandoen-lijke ervaringen van Nepomucène Lemarieux». blijspel, — zullen op even indrukwekken.de als vroolijke wijze een programma volledigen dat weer eens tôt eer van den reeds zoo gekenden r\/l/irt-n rr rt 1 c<fi«cl/ l/Qll

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Het tooneel appartenant à la catégorie Culturele bladen, parue à Antwerpen du 1915 au 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes