Het Vlaamsch heelal: katholiek - zondagsblad

1427 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1914, 12 Decembre. Het Vlaamsch heelal: katholiek - zondagsblad. Accès à 19 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/sb3ws8jq56/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

12 December 1914 Nr 46 37e Jaargang HET VLAAMSCH HEELAL Vrij en Onafhankelijk Katholiek volksgezind weakbiad voor Vlaamsche en Algemeene Belangen I.VSCHHlJVIXfiSPHIJS Voor een jaar fr. 5.— Voor 6 maanden » 2.75 Voor 3 maanden » 1-50 Voor Nederland » 5.50 Voor 't Groot Hertogdom Luxemburg. . » 5.50 Voor andere landen « 7.00 Dit blad verschijnt den Zaturdag morgend.— M en teehent in bij den Uitgever en in aile postbureelen, alsooh bij de briefdragers. Hoofdopsteller : JOHAN LEEMANS Deo Juvante Vincam ! Aile artikelen en mededeelingen moeten vôôr Donderdag avond ten bureele besteld zijn, uitgenomen de aankondigingen, die worden ingewacht tôt Vrijdag avond. Afzonderlijke nummers van dit blad zijn te bekomen ten onzen bureele, Carnotplaats 65. — 10 centiemen het nummer. AAWKOIKDIGINGEN Den regel fr. 0.20 Kleine aankondiging » 0.50 Begrafenisbericht » 5.00 Groote aankondigingen bij overeenkomst. Voor aankondigingen buiten de provincie, wende men zich tôt de Agencle HAVA8, Martelarenplaats 8, Brussel, en Beurs-plaats 8, te Parijs. Voor aile andere aankondigingen ten bureele CarnutplnatH (Laar) 6S, Borgerhout-Antwerpen GELD EN VOEDSEL Destijds, wanneer de minvermogen-den nog al eens in 't harnas wierden gejaagd tegen de bezittende standen en tegen zekere prachtvoorwerpen, hebben wij kunnen antwoorden, dat het geld op zic'h zelven geene waarde had zoomin als kleinooden en edelgesteenten ; dat voedsel en kleederen de hoofdzaak waren en dat deze zelfs in oorlogstijden niet altijd door geld te bekomen waren ; dat rijke menschen met al hun geld dan ook arme menschen zouden wezen. * * # Die tijden zijn thans aangebroken en wij beleven ze nu ten voile. Tôt nu toe kan eenieder met geld nog iets of wat klaar komen, maar zal dit wel blijven duren ? In aile geval heeft het geld die groote waarde niet meer die velen er destijds aan hechtten en velen stellen zich thans te vreden voedsel te bekomen bij gebrek aan geld. * * ¥ "Wij schreven dit destijds ook om te doen uitschijnen dat de boerenstand, die door velen minacht wierd, juist de bron des levens is. Zonder landbouw en andere voedsel voortbrengst, zouhet geld geene waarde hebben, zoomin als kleinooden en prachtvoorwerpen, ver-mits men van dit ailes niet kan eten noch in leven blijven. * * # De nood die thans reeds prangend is, zal velen tôt becere gedachten over-halen, gelijk hij tevens reeds zijn nut in heeft betrekkelijk de openbare gezondheid. Want het gezegde : dat er meer menschen sterven door te veel te eten dan door te weinig, beteekent ook dat eetwaren van oogenschijnlijk min-dere waarde, niet altijd de slechtste zijn. * * * Het brood dat wij thans moeten eten, al bevalt dit aan velen niet, is nogtans gezond en voedzaam ; het wordt geprezen door allen die ietwat kennen "-van de innerlijke en voedende waarde der eetwaren. Pracht en fijnheid moet op dit gebied ook onderdoen voor een- voudigheid en zuinigheid. * De oorlog brengt ook het minder gebruik of minder misbruik van sterke dranken mede. Ziedaar iets dat ook niet te versmaden is voor de openbare gezondheid, zoomin als voor de openbare rust, het familieleven en de manne-lijkheid. Het drankmisbruik kan niet genoeg afgekeurd en bevochten worden èn de overheden zijn er thans tegen kunnen ingaan, zonder wraaknemingen te moeten vreezen. * * * Wij mogen ons dus troosten over de pijnlijke toestanden die wij thans belëven. Gàat ailes niet naar onzen zin en hebben velen te klagen en te treuren, eene betere opvatting der levenswijs-heid zal er het gevolg van zijn. De wijze raadgevingen betrekkelijk gezondheid en zuinigheid die men vroeger in den wind sloeg en niet genoeg kon misprij-zen, moeten nu gedwongen nageleefd worden, ten beste van 't algemoen. * * * Zijn de toestanden nu bedroevend en de ontberingen nijpend, van den anderen kant hebben zij broederliefde en lief-dadigheid opgewekt zooals wij er nooit beleefd hebben. Iedereen helpt mede om de algemeene ellende te lenigen en om aan 't volk meerdere rampen te sparen. * * * In den nood leert men zijne beste vrienden kennen. Dit zullen velen nu ook ondervinden. De grootsprekers van vroeger zullen nu de grootgevers niet zijn, en zij die macht en invloed zochten in drankmisbruik en overdaad, moeten die berekening nu laten varen. * * * Wanneer betere dagen zullen aan-breken ; wanneer ailes weer zijn regel-matigen loop zal hebben en de algemeene welvaart de bekrooning zal zijn van den algemeenen vrede tusschen de volkeren, dan is het ook te hopen dat de goede lessen door ellende en nood gegeven, niet zullen verloren gaan, maar zij immer tôt richtsnoer zullen dienen aan hen, die het volk moeten veredelen en ontwikkelen. J. L. Nieuwe Inschrijvers aan 't Vlaamsch Heelal voor 191S worden van Iieden ai aangenomen en ontvangen 't blad van heden tôt IVieuwjaar kostelooH. DETOESTANDHIER EN ELDEBS DUITSCHLAND. — Indien het waar is dat de Duitschers een groot getal duizenden krijgs-gevangenen hebben gemaakt zoowel in 't Oosten als in 't Westen, dan moet de onderhoud dier duizenden reeds duur te staan komen aan Duitschland. Geheel afgezonderd van de zeeën, kan het moeielijk bevoorraad worden. Alleen langs Italie en Oostenrijk kan het nog veel levensmiddelen verwachten. De gijzelaars van Leuven zijn deze week in vrijheid gesteld. Dit zal denkelijk ook moeten gebeuren met andere krijgsgevangenen, wanneer de levensmiddelen meer en meer zullen ontbreken. In 't werkgebrëk wordt eenigszins voorzien door 't aanwenden van fabrieken tôt voortbrengst van oorlogsbenoodigdheden, fabrieken die vôôr den oorlog meestal aan de ijzernyver-heid gewjjd waren. VRANKRIJK. — In tegenstelling met andere landen, kan Vrankrijk regelmatig bestuurd worden buiten de geringe lijn door den oorlog ingenomen. Er zal dan zoomin gebrek zijn aan geld als aan levensmiddelen. Bovendien is Vrankrijk zeer rjjk en kan dus gemakkelqkiets van zijnen overvloed opofferen. —o— ITALIË. — Het nieuw Ministerie heeft in de Kamer eene verklaring afgelegd, geschikt om zoowel de oorlogszuchtigen als de vrienden der onzijdigheid gerust te stellen of te believen. Minister Salandra verklaarde dat Italie, zoo-lang het niet benadeeld wierd, zou onzijdig blijven, dat het niettemin maatregelen nam om zich goed te wapenen, ten einde bereid te zijn tegen aile mogelijke onverwachte aanvallen of gebeurtenissen. Moest Italie nu meê in 't strijd-perk treden tegen Oostenrijk, het ware eene ramp voor Oostenrijk en Duitschland, en bijzonder voor Turkije. —o— ENGELAND. — Lord Kitchener, Minister van Oorlog, heeft andermaal doen hooren, dat Engeland zich nooit zal ondergeven voor Duitschland, al moest de oorlog zelfs drij jaren duren. Dit wil daarom niet zeggen dat de oorlog werkelijk drij jaren duren zal gelijk sommige lieden zulks meenen. Onvoorziene gevallen kunnen het eindigen van den oorlog doen bespoeden. Waren de Russen er verleden week in gelukt de Oostenrijkers en Duitschers te omsingelen en hen tôt overgave te dwingen, dit ware wellicht het begin van het einde geweest. —o— AFRIKA. — Generaal De Wet is gevangen en onschadelijk gemaakt. Daardoor zijn de Engelschen van eene groote bekommernis ont-slagen in Zuid-Afrika. De Wet kon niet geluk-kenin zijnenopstand, aangezien de voornaamste leiders der Boeren hem in den steek lieten en hem zelfs bevochten. Het schijnt tevens dat de Boeren onder het Eogelsche beheer niet te klagen hebben, maar hunne onafhankelijkheid en vrijheid verkiezen zij toch boven dit vreemd bestaan. Pax. Uit de Gazettenwereld De Belgische bladen kunnen weinig nieuws geven over den oorlog. Zij moeten dit nieuws putten uit Nederlandsche bladen, die hier niet geregeld aankomen. Zelfs Duitsche bladen nemen veelal het oorlogsnieuws uit Nederlandsche bladen. Maar zijn die Nederlandsche bladen goed ingelicht, het komt toch veelal op hetzelfde neer. Zoolang er geen beslissende slag wordt geleverd of een der partijen ver achteruit moet trekken, zoolang ook zal het oorlogsnieuws eentonig blijven en zonder kruim. * * * Op verzoek van de Belgische regeering is de strijd of het gekibbel geëindigd, tusschen de Belgische bladen te Londen of elders ver-schijnende, en deze die te Antwerpen gebleven zijn. Dit gekibbel was niet verkwikkelijk en de Antwerpsche bladen waren ietwat belemmerd in de vrye uitdrukking hunaer gedachten. Hildebrand Ai-tikelen en mededeelingen moeten ten laatste Donderdag avond ingezon-den zijn. Beschieting van Antwerpen VI Wat bij de beschieting van Antwerpen vooral is gebleken, 't is dat de forten de stad op geene voldoende wijze hebben kunnen beschermen, noch vrij-waren. Buiten de forten van Waalhem, Liezele, St-Catharina-Waver, Kessel en Breendonk; hebben de andere forten weinig opgeleverd en zijn verder een gevaar voor de stad geworden. 't Is hetgene de bestrijders der over-dreven krijgsuitgaven reeds deden opmerken in 1859, en vooral tijdens den bouw van 't Noordkasteel. Wat is het noodig, zegden zij, forten en kasteelen te bouwen, wanneer het grof oorlogsgeschut zulk eene verre dracht krijgt, dat de forten de beschieting van Antwerpen niet zouden kunnen beletten en de kanons dezer tegen de stad zelf zouden kunnen gekeerd worden ? Dit verondersteld gevaar is thans in werke-lijkheid te voorschijn gekomen. Er kan nog enkel aangevoerd worden, dat de forten ten minste eenige dagen de beschieting en de inname kunnen vertragen, gelijk zulks nu werkelijk gebeurd is, zoowel te Luik als te ; Antwerpen, maar dit weegt niet op tegen het groote nut dat de vijand uit die forten kan trekken, wanneer hij eenmaal overwinnaar is. De mannen van 't alleman soldaat, dat thans alleman arm beteekent, zullen wel een doeksken weten te vinden voor 't bloeden, maar stellig is 't, dat forten niet meer beantwoorden aan hetgene men van hen mocht verwachten, vooral niet in evenredigheid der miljoenen die zij hebben gekost. Antwerpen kon enkel beschermd en gevrijwaard worden tegen eene beschieting, door den vijand op verren afstand te houden. Dit ware gelukt indien de Belgen over een even goed grofgeschut als de vijand hadden kunnen beschikken. Maar dit liet veel te wenschen. Het Belgisch geschut was niet opgewassen tegen dit der Duitschers. Als verontschuldiging kan gelden dat de oorlog eene verrassing is geweest ; dat België bovendien nooit had kunnen denken in zulk eenen oorlog te kunnen gewikkeld worden. Maar als zulks het gedacht der leger-hoofden was, dan ware het evenmin noodig geweest forten te bouwen die aan het doel niet konden beantwoorden. Er was nog eene laatste hoop om Antwerpen van eene beschieting te sparen, 't was de beloofde Engelsche hulp, maar het heet dat deze te laat kwam. Anderen beweren echter dat zulks de schuld der Engelschen niet is geweest, maar wel van de Belgen, die beweer-den dat de stad het ten minste zes maanden lang tegen eene belegering zou uithouden. De Engelschen hadden dus tijd om hulp te brengen, maar de spoedige val der forten kwam die berekening aldra verijdelen. De Engelschen konden niet meer met de beloofde macht aanrukken, nog veel minder ! stand houden tegen de overmacht, zoo-j dat hun schoonste wapenfeit dan nog l geweest is den aftocht van 't Belgisch leger te beschermen en dit van eene geheele insluiting en gevangneming te redden. Maar met dit ailes hadden de belegeraars de handen vrij en konden ongestoord Antwerpen beschieten en tôt overgave dwingen. j Gelukkig dat die overgave door het j optreden van moedige burgers is kun-| nen gedaan worden, zoo niet ware f Antwerpen in één puinhoop veranderd, vermits de belegeraars niet wisten dat j de stad slechts te nemen was, daar de î verdedigers.gevlucht waren. I Dit was geschreven en gezet, toen ; wij kennis kregen van de twee vol-gende verslagen, door de Engelsche generaals French en Paris ingediend over de gevechten rond Antwerpen en : Lier. Zij bevestigen de inlichtingen | die wij over die gebeurtenissen hadden ontvangen, nu reeds eenige weken geleden : ; Verslag van Generaal Frencb j Van Sir J. D. P. French, veldmaarschalk-j hoofdbevelhebber, aan den geheimschrijver der \ zeemacht : Bij het zenden van dit verslag aan den Hoogeren Raad des legers, op aanzoek der

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Het Vlaamsch heelal: katholiek - zondagsblad appartenant à la catégorie Katholieke pers, parue à Borgerhout du 1878 au 1930.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes