Het Vlaamsche nieuws

739 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1915, 11 Septembre. Het Vlaamsche nieuws. Accès à 29 mars 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/zw18k76r0v/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

^J/aterdag n September 1915 Eerste jfaarg. Mr. ^39 Prijs : 5 Centiemen door geheel België ggBlâBBBS^iWMnWTOTOnn»»aBaBBaMamiMHIW<BWi'r« irwf —a Het Vlaamsche Nieuws Htot teal ingdieht en hmsmbs* wmmpwmiê Nleumbbd van BelgUu « Verachiirst 7 miw>.S par w«^ls ABONNEMENTSPRIJZEN Per week 0.35 ! Per 3 maanrîen 4.— Per maand 1.50 j Per 6 maanden 7.50 Par jaar 14.— AFGEVAARDIGDEN VAN DEN OPSTELRAAD : Dr Âug. BORMS — Albert VAN DEN BRANDE BUREELEN: ROODESTRAAT, 44, ANTWERPEN. Tel. 199S AANKOND1GINGEN Tweede bladis., per regel 2.50 j Vierde bladz., per regel.. O.SÔ Dsrde bîad., id. 1.— | Doodsbericht S.— Voor elle anuoîicen, wende nien zich: ROODBSTR AAT, 44. YUANOERENS NOOD ! (Ingezonden) Ur wordt pnverpoosd gearbeid aan de teropbouwing van al datgene, wat in Vlaanderen teniet vverd gcdaan door de verbasteringawoede, die hier sinds 1830 vrijen teugel heeft gevierd. Nu hebben ve het wijd en zijd geroe- : pen : Vlaanderen moet weer zichzelf worden ! Veel dient er echter gedaan te worden. Wat méér dan vier en tachtig jaren verstomping hebben teweeggebracht, »an niet op een paar weken tijds her-steld ivorden. Een der belangrijkste punten die we in 't oog moeten houden is, dat we ons goed moeten overtuigen hoe de toestand van Vlaanderen thans is. Wie het heelen eener kwaal aandurft, heeft als eerste plicht ze terdege te ken-nen.De Vlaamsche strijd beweegt zich op aile gebied. Niet alleen heeft hij voor doel ons geliefd volk zedelijk te verhef-fen en het eene cultureele ontvvikkeling te doen schenken, als die welke de ons omringende naties reeds bereikt hebben, maar ook de stoffelijke welvaart in Vlaanderen te doen heerschen. Onder verstandelijk oogpunt is ons volk zéér laag gevallen. De zedelijke ar- Iuoede brengt met zich rnede als recht-;siieeksch gevolg: het te niet doen van itoffelijke welvaart. De ekonomische wantoestand van Vlaanderen is dus mede een der hoofd-artikels van ons strijd-programma. IDe materieele vooruitgang van een volk is eng verbonden met zijne kultu-reele waarde. Vlaaudcrens nood op ekonomisch gebied is een onbetwistbaar en onnoodig te bevvijzcn feit ; een feit van groote klangri]kheid voor Vlaanderens toe-kornst. Een volk dat bij zedelijke ver-annuig, ook nog aan stoifelijken achter-aitgaiig onderhevig is, verliest op het iaatst aile bewustzijn van zelfstandig-heid, aile bewustzijn van rceht of on-jredit, daar het zicn in de onmogelijk-lieid bevindt te reageeren. Vlaanderen heett eene overbevolking. Overbevolking bij een volk van minieme [ kultureele outwikkeling is onvermijde-lijk een groot gevaar. In onze geliefde streken is het tôt een ware kanker ge-: groeid. In Vlaanderen hebben we ten andere met onhebbelijke toestanden af te reke-nen. Over 't algemeen is de Vlaming | nog geen eens meester in eigen land. De liooggeplaatste gn vetbetaaldste posten ■ worden door Walen bekleed. In de ad-miiiistratie is er geen plaats voor het Vlaamsche volkskind : het is de twee landstalen niet machtig. Vak- of beroepskennis bezit de Vlaming niet, om de gœde reden dat er I bijna geen Vlaamsche vak- of beroeps-scholen bestaan ; en indien ze bestaan is het Fransch er gewoonlijk de voertaal van het onderwijs en wordt er de Vlaamsche sprake soms zelfs niet geduld. In handel en nijverheid zijn het dus weer ! Walen of vreemdelingen die de beste j plaatsen bekleeden ; « couliewerk » is I. goed genoeg voor den Vlaming. Het volslagen gémis aan vaardige technische of vakkennis maakt den Vlaamschen «erkinan zijn leven lang tôt slaaf van lage loônen, van overdreven arbeids-duur en eindelijk van de huisnijver-| heid » ; huisnijverheid, een der verderfe-jijkste kankers van ons Vlaamsch wer-i iersleven. De belachelijk lage loonen voor te overdreven langen arbeid, drijft den Vlaming ertoe de uitwijking te beproe-ven. Doch terwijl we zien dat de emi-I SJ'anten van andere landen een zelfstan-I bestaan in vreemde streken trachten te veroveren, heeft daar de Vlaming jïet dezelfde faktoren af te rekenen als jn eieen land. Onvolledige of geene vak-:ennis nopen hem weer tôt afhankelij-tan arbeid aan bespottelijk loon. Vak-, beroep- cm technische scholen dringen zich dus onverbiddellijk op voor Vhanderen, willen we aan de wraakroe-Pende levensvoorwaarden van -den ■Jaamschen werk- en stielman een einde Z1€n komen. Van regeeringswege moe-® we over die scholen een streng toe-zicht eischen. Het onderwijs dient er Segeven te worden in de Moedertaal, us volledig in het Vlaamsch. Wanneer we nagaan welke uitslagen te Waalsche gestichten in Henegouw u'°°r de Walen hebben opgeleverd, en '■5 vergelijken met datgene wat op dit | gebied ten bereike van den Vlaming werd gcsteld, dan worden we met verba-I en voelen we daarbij diep I '0 drukking van den domper, waaronder "en ,ons volk wilde doen stikken en °ntkraehten ». ^toestand welke te Brussel in de I ^ . en heerscht, en dien Jef Herre- ■ m «m voorgaand artikd aan d*5 ■ kaak heeft gesteld, geldt om zoo te zeggen voor gansch het Vlaamsche land. Het slechtste is voor den Vlaming nog ;goed genoeg ! « Doch Vlaanderen ontwaakt. » Het recht zich en eischt recht. Het » smeekt niet meer, het eischt ! Op bloe-» dige slagvelden werd de zon-toekomst » van Vlaanderen herboren. » Vlamingen : Op ! » N. S. Er zal aan É wenseliB3 sa varzaehftngsn «ai het volk voldaaa vsrdin... Dit was het Koninklijk antwoord op de dagorde ter gelegenheid van de Spo-renherdenking door de Utrechtsche stu-denten gestemd. Er is bijna geen dag voorbijgegaan of we hadden gelegenheid een van die me-jnigvuldige verzuchtingen aan te wijzen, deel uitmakend Van het algemeen taal-recht dat nog steeds miskend blijft. i We hebben hier een nieuw bewijs voor ons liggen hoe de hoogere overheid, zij \ die de belangen der Belgen in het bui-| tenland moet beschermen, met de taal der Vlamingen omspringt, en dat in de allerdroevigste omstandigheden die een mensch zooal doorleven kan. Een Vlaamsch werkman van een ge-meente bij Antwerpen had een vraag om inlichtingen gestuurd aan den Belgi-schen konsul te Bergen-op-Zoom. Hij had hem nieuws gevraagd over het lot van zijn zoon die soldaat is in het Bel-gisch le^er, en alleen de Vlaamsche taal machtig, schreef hij zijn aanvraag na-tuurlijk in die taal. IDaarop ontvangt hij het volgende antwoord : Consulat de Belgique. — Bergen-op-Zoom, le... Monsieur, Comme suite à la demande de recherches que vous m'avez prié de faire, j'ai le très grand regret de devoir vous faire connaître le décès, survenu le 9 juillet dernier, de Monsieur mort pour la patrie. Atteint d'une grave blessure à l'aMo-inen, il est décédé à l'Hôpital de la Panne des suites de cette blessure. La patrie reconnaissante se sou\ iendra éternellement de lui. Veuillez agréer, Monsieur, avec mes condoléances émues l'expression de mes sentiments les plus distingués. Met dit epistel, waar de werkman niet de eerste letter van begrijpt, kan hij naar een vertaler loopen om daar, door bemiddeling van een vreemde te verne-men dat de jonge soldaat overleden is. Hij is ook tôt het besef gekomen dat de Vlaamsche jongens, die welke de overwegende meerderheid van het Bel-gisch leger uitmaken, wel goed genoeg zijn om te sneuvelen voor ■« la pafrie éternellement reconnaissante », maar dat ditzelfde vaderland, in den persoon zij-ner hoogste vertegenwoordigers, « éternellement » het taalrecht van diezelfde jongens met de voeten treedt. | En dat zal in de toekomst nog meer gebeuren dan vroeger, want vele Belgen zien juist in den tegenwoordigen oorlog een verrechtvaardiging van algeheele ■ verfransching of van onverschilligheid . tegenover de Vlaamsche belangen. Deeenen die ailes maar laten vlotten, | dàt zijn de eenige, de ware vaderlan-jders!... lets over het Dagboek va n Stijn Streuvels Onlangs ontving ik uit Holland een schrijven van een vriend, die mij mijn meening vroeg over het dagboek, en voornamelijk over het November-dag-boek van Stijn Streuvels. Het was vooral te doen om een zin, die daarin voorkwam en die moest lui-den : « Heuglijke tijden, waarin het kleinste voorval waarde genoeg krijgt om opgeteekend te worden ». Zelfs de « Nieuwe Rotterdamsche Courant » die doorgaat als neutraal, maar feitelijk toch £ro-Duitsch ? ? gezind is, en Streuvels steeds verdedigd heeft, vindt die zin waarlijk te ver gedreven. Hij vroeg zich dan ook af of Streuvels wel meende wat hij zeide. Dit ailes schrcef mijn vriend. Ik heb dit November-dagboek dan herlezen, en waarlijk de eerste zin, dien mijn oogen ontmoetten, luidde: « Is het geen heerlijke tijd als wanneer de min-ste gebeurtenis van het dagelijksche leven belangrijk genoeg is en waarde genoeg oplevert om aangeteekend te worden ! » En die zin is het, waardoor men Streuvels beschuldigt van afschuwelijk cynisme en van meer dan ongevoelig te zijn, om deze periode van algemeen schrijnende ellende, een « heerlijke tijd » te noemen. Nu men verhalen hoort, schrijft men, van lijden, van bit-ter-ellendig wee, van al wat men men-schelijk maar lijden kan, hoe klinkt die uitroep « is het geen heerlijke tijd ! » als een onmenschelijke wanklank ! Maar is het dan geen heerlijke tijd, wanneer de minste gebeurtenis van het leven belangrijk genoeg is om opgeteekend te worden, « zoodat », voegt Streuvels er-bij « iedere gewone burger of landman met goed gevolg een levenswaardig ge-denkboek zou kunnen schrijven ! » Voorzelcer een onmenschelijke wanklank, een wreedaardige zinspeling zou het zijn, indien de schrijver met die « heerlijke tijd » den oorlog Ledoelde. Maar kan men aannemen dat een man lijk Streuvels in staat zou zijn zulke on-gehoordheid neer te pennen; kàn men dat en màg men dat van hem, waarvan Hugo Verriest zegt: « Hij is het prach-tige woord van Vlaanderen; in hem leeft de moederlucht, de moederstreek, het moedervolk, de moedertaal». Hoe kortzichtig en hoe weinig vertrouwd met onzen grooten Westvlaming moet die N. R. Ct.-schrijver zijn om zich te dur-ven afvragen of Streuvels wel meent wat hij schrijft. Alleen op het gevoel af zou men reeds moeten overtuigd wezen dat zulke uitlegging eenvoudig moet onmo-gelijk wezen. Trouwens, het klaarste bewijs dat met « die heerlijke tijd » den oorlog niet be-doeld wordt, is dat de heele zin vooraan staat, 't is te zeggen vôôr het eigenlijke dagboek begiut. En uit het eigenlijke dagboek zelf blijkt niet één, maar tien, twintig maal dat de oorlog niet een heerlijke tijd, maar wel een echte geesel is. Is het een heerlijke tijd voor Streuvels om « moedermensch alleen zijn huis te bewonen, afgezonderd, ver van aile mensehen, in de onzekerheid van 't geen er aile dagen gebeuren kan ; met den winter aan de deur, en 't vooruit-zicht dat hij daar nog weken en maanden kan alleen zitten. » Is het een heerlijke tijd in zijn verlaten huis een pitje te moeten opsteken en « in haast een élementair souper te verorberen, dat hij zelf bereiden, op- en afdienen moet in een verlaten ongezellige keuken. » Is het een heerlijke tijd... maar och ! er zou geen eind komen aan de passages, die allen ten duidelijkste bewijzen dat Streuvels den oorlog waarlijk geen heerlijke tijd vindt. Men beschuldigt Streuvels ook nog van een koude onverschilligheid, die in zijn November-dagboek voorkomt eu die men bij hem niet had verwacht. Kan men het prof. Dr. J. De Cock euvel ne-men als hij schrijft dat « de oorlog die ginder woedt, hem niet treft als woeden-de in zijn bloedeigen land, tegen zijn bloedeigen volk, maar slechts als een algemeen menschelijk verschijnsel, dat hem even droevig zou stemmen als hij het vernam uit Italië of Spanje », als hij uitroept dat de « âme belge » in hem nog niet gevaren is ; waarom dan zou men het een Vlaming lijk Streuvels kunnen euvel nemen als hij een zekere onverschilligheid aan den dag legt, wel te verstaan indien die onverschilligheid waarlijk dan r.og bestond. En van onverschilligheid kan dan hier ook geen spraak zijn, vermits het dagboek enkel feiten aanhaalt, die door den schrijver zelf zijn meegemaakt, feiten, wel ver-oorzaakt door den oorlog, en als dus-danig kan er wel sprake zijn van gela-tenheid, maar die toch enkel den schrijver betreffen en niet den lezer. 't Is dan ook die gelatenheid, (en Streuvels is in-derdaad gelaten in zijn lot, wat zou hij ook anders?) die de tegenstrevers van de Vlaamsche kultuur en in 't algemeen van al wat Vlaamsch is, ofwel door kort-zichtige bekrompenheid, ofwel verblind door hun ongegronden haat, hebben overdreven tôt koude onverschilligheid. Dit moest ons dan ook niet verwonde-ren als we zagen en nu nog zien welk venijn én van het binnenland én van het buitenland op al wat Vlaamsch heet werd gesmiwd. Zelfs pastor Hugo Verriest werd niet gespaard, hij de « pastor van te lande », de afgod zijner dorpelin-gen, het le vende Woord van Vlaanderen. En al schreef Het Vlaamsche Nieuws op 2 September « het gehuil en het wraaks:eroep viel spoedig als een stofwolk, die een oogenblik door wer-velwinden wordt opgezweept, die een stond verduistert en verblindt en dan weer op de baan het stof wordt, dat men met de voeten treedt ; velen wreven hun oogen, zien nu weer klaar en zijn be-schaamd», toch worden er nog klein-geestigen gevonden, die wel inzien, maar den last niet kunnen torsen, dat uit dezen reusachtigen baaierd en zwarte chaos een tijdperk zal te voorschijn komen, waarin de xrijheidzon over een herboren Vlaanderen zal gloren. G. BURSSENS Oui LtttsMfp PrijskM Helene Swarth Hoewel te Amsterdam geboren, moeten wij de hoogbegaafde dichteres, in haar eerste periode — niet haar gering-ste — onder de Vlaamsche letterkundi-gen rangschikken. 't Gebeurt niet dikwijls dat Holland schenkt aan Vlaanderen ; het is altijd Vlaanderen dat aan Holland dezes be-roemdste kinderen, met Vondel aan het hoofd, heeft gegeven. Haar jeugd bracht Helene Swarth te midden van ons Vlaamsche volk door, in de schilderachtige Dijlestad Meche-len, in de schaduw van Vlaanderen's schoonsten toren, na dien van Antwerpen.Doch een Belgische pensionnaat-op-voeding had het Nederlandsche meisje zoozeer verfranscht dat, toen de aan-drang van haar talent haar tôt schrijven noopte, zij haar eerste dichtproeven in 't Fransch schreef. Een gelukkig toeval voor haar en voor de Vlaamsche letteren deed haar Pol de Mont ontmoeten, en op zijn aan-maning begon de jonge dichteres in de moedertaal te zingen, en verwierf aldra een dan toe ongeëvenaarde meesterschap over den vorm. Hoe lenig en buigzaam is haar vers, hoe vast tevens vorm en bouw, hoe zoet-luidend, hoe bekoorlijk helder en zuivet haar taal ! En hoe innig, hoe waar, hoe oprecht het gevoel dat er doorruischt I De schrijfsters, zoowel in Zuid- als in Noord-Nederland, bekleeden een aan-zienlijke plaats in onze letteren. Hebben wij niet Bloemardinne of Ha-dewijck en zuster Bertken, Anna Bijns en Telsschelschade, Betje Wolff en Aag-je Deken, Rosalie en Virginie Loveling, Mevr. Courtmans en Mevr. Bosboom Toussaint, Hilda Ram, juffrouw Belpai-re, de wonderbare dichteres Henriette Roland-Holst? Maar misschien is er bij ons niet één zoo bekend, geliefkoosd en gewaardeerd als Helene Swarth. Zij heeft de « volksgunst », als wij het zoo mogen uitdrukken, van de ontwik-kelden, van degenen die verzen lezen en genieten. Wat zegçen nu van haar de scherpste en onmeedoogendste critici? Dit is van Willem Kloos : >« Dichters zonder hart in hun kunsl zijn als lampen, die men niet aan mag steken, die kunnen gebeeldhouwd zijn en ingelegd, heel fraai om aan te zien, maar den eigenlijken dienst, waartoe aile lampen bestemd zijn, namelijk om lichl te geven, dien vervullen zij niet. Zoc ook zijn gedichten geen prachtsieraden om stil-koud aangestaard, maar levende dingen om heel warm meegevoeld te worden. En dat is wel de reden, waarom ik hoe langer hoe meer ben gaan houder van de verzen van MejuffrouW Swarth. Zij is het zingendste hart in onze letter-kunde. » Het leven van dit wonderbegaafe meisje was al smart, ontgooeheling er droefheid. Zij bemint op achttien jaren een jon-gen dichter, Max Waller, den stichtei van de Jeune Belgique te Brussel. De idylle is aan één kant. Hij is zeer be-gaafd, doch het hart al jong verschroeic door Fransche geblaseerdheid en verkile door Fransche aanmatiging. In Het A llerdroefste zegt zij ons aile? oprecht. De jonge Siebel — zooals hij teekeni — sterft en nu wordt de geliefde ver-heerlijkt in verzen, waar onze letter-kunde geen wederga van toonen kan. Zeker, wij houden van de sonnetter van Helene Swarth, van haar land- er stadsgezichtjes, van haar dichtjes uit d< kinderwereld, doch nergens treft zij on: diep als waar zij den geliefden dood< toespreekt en zich zijner herinnert. Hoe zacht en hoe wrang, hoe smarte lijk en aanminnig, hoe bitter en bo< vrouwelijk zijn die allerschoonste zan gen, die schrijnende klachten! Wij zouden gaarne plaats gunnen il onze « Bloemlezing » aan De Pop, Dich terwijding, Een Lied van de Zee, aai zoo menig mooi sonnet of etsje of aai dat grootsche Sterren : O, de heilige cmsterflijkc sterren hoog boven tnijn sterflijk hoofe Waar 't geloof met zijn kindervertrouwen mij een hemel eens had beloofd Alt deze oogen zich sluiten voor eenwig en dit lijf wordt ten grave gebracht O, de stille onbegrijpelijke sterren I O, 't mvsteriënheir van den nacht doch wij geven er de voorkeùr aan diei enkelen smartelijken galm te la ten hoo ren : de snikkende liefde op het gra van den geliefde. Dagelij ksch Mi eu'ws DIRECTION DU JARDIN BOTA= NIQUE. — Dit is het opschrift dat op de deur staat van den bestuurder van den Antwerpschen Kruidtuin. De botanieke hof is eene stadsinrich-ting en door een besluit van onzen Ge-meenteraad is de officieële taal van Antwerpen het Nederlandsch, wat ook maar logisch, niet waar? vermits van de 301.766 inwoners onzer stad slechts 8011 alleen Fransch spreken ! (Zie «Annuaire officiel de Belgique », uitgegeven door het Ministerie van E'nnenlandsche Za-ken.)Welnu, desniettegenstaande en alhoe-wel de Kruidtuin met Vlaamsche centen moet onderhouden worden, schijnt men er de taal der Sinjoren als onkruid te behandelen ! Zou de « Direction du Jardin Botanique » er eens voor willen zorgen dat die verandert? DE DALING DER BELGISCHE BANKBILJETTEN IN NEDER-LAND. — Het wordt zeer moeilijk voor de Belgische uitgewekenen om in het buitenland Belgisch papiergeld te doen uitwisselen. Zij, die zich in Holland bevinden,zijn hierdoor zeer beproefd ; ook hebben zij zich genoodzaakt gevonden om de tus-i schenkomst van het Belgisch komiteit in den Haag in te roepen, welke kennis-gave zij in een treurig rekwest deden : « De Belgische vluchtelingen volgeri met een gebillijkte vrees de voortduren-de daling der bankbiljetten van de Nationale Bank, hetgeen hunne reeds be-perkte middelen na een jaar van balling-schap, waarvan men het einde niet kan voorzien, zeer verminderd heeft. » DE LEVENSVERZEKERING VOOR DE REIZIGERS DIE DEN OCEAAN OVfcRSTEKEN. — Duitschland heeft verklaard dat zijne duikbooten de pas-sagiersschepen niet meer zonder vooraf» gaande verwitiging zullen torpedeeren ; toch werd de premievoet voor de levens-verzekering van passagiers niet verminderd. De gewone premie voor passagiers die den Oceaan in het Noorden overste-ken, op Amerikaansche pakketbooten, bedraagt 7 sh. 6 d. per honderd, met 10 d. per honderd, zooals deze voor de op Engelsche schepen reizende passagiers. Voor den terugkeer bedraagt de : premie het dubbele. Deze premies ver-zekeren het overlijdens-risiko zoowel door ongeval als door oorlogsfeiten.Eene verhooging van 60 ten honderd op de : premie berechtigt tôt schadeloosstelling : in geval van verwending. Vôor den oorlog bedroeg de premie voor levensverzekering bij ongeval, in : normale omstandigheden, slechts 2 sh. : tôt 2 1/2 sh. ten honderd per jaar. HET ONDERWIJS IN RUSSISCH POLEN. — Wij lezen in de « Kôln. Zeit. », van 7 dezer, over de nieuwe in-richting van het onderwijs in Russisch Polen : « Ailes wat het onderwijs aangaat, behoeft de gœdkeuring der « Kaiser-liche Zivilverwaltùng ». Er zijn Duit-sche, Joodsche en Poolsche scholen. Voertaal van het onderwijs is in de : Duitsche èn in de Joodsche scholen hei Hooeduitsch, in aile andere scholen het | Poolsch — niets dan het Poolsch. De i Russische taal en aile Russische leerboe-ken verdwijneu, Onderwijs in het Rus- > sisch — d.w.z. het aanleeren van Russisch — is alleen toegestaan in het Mid- : delbaar Onderwijs, en alleen voor zoo-ver de ouders het wenschen. De univer-• siteit te Warschau wordt Poolsch. » Het is de logische, de eenig aanneem-i bare oplossing van het taalvraagstuk in i Polen. En in België?.,. > HAVENBEWEGING. — Op 8 Sep : tember liepen 4 stoomschepen, 2 motor-booten en 32 lichters onze haven bin-' nen, terwijl 6 stoomschepen, een motor-; boot en 41 lichters onze haven verlieten, UITVOERVERBOD IN FRANK. RIJK. — De uitvoer van aardappeler 1 en groenten is van af 15 September a. s. en van ltolen van af 9 September ir 1 Frankrijk verboden.Uitzonderingen vooi 1 zekere voorwaarden kunnen door der minister van geldwezen toegestaan worden.I Mr DESMARETZ. — Onder de per sonen, aan wie de nederige Antwerp > sche bevolking groote verplichtingei heeft, behoort de tôt heden nooit ge ' noemde, maar daarom niet mindei groote werker op het veld der weldadig heid, de hecr Desmaretz uit Berchem, t< wiens huize het middenbureau van he t H uisvest i n gskom i tei t voor de Belgisch! - kinderen naar Holland, gevestigd is. f Deze reeds 60 jarige grijsaard voer sinds de oprichting van het Komiteit ; de administrai oyer de meer dan 700 I kinderen die het Komiteit enkel uit Ant-jwerpeu in Holland geplaatst heeft en hij doet dit met een jeugdigen ijver en charme en een belangloosheid, die den edelen ouden man kenmerkt. Waarlijk een voorbeeld voor vele jongelui ! «DE VLAAMSCHE STEM». --Onze lezers hebben met vreugde kennis genomen van den « Open Brief » door de (( YlaHinsche Stem », onder redaktie van dichter René De Clercq en Dr A. Jacob, aan hunne vrienden in Vlaanderen gericht. Op het inleidend woord waarvan we deu brief lieten vergezeld gaan, antwoord thans de « Vlaamsche Stem » : <( Wij drukken van verre met ontroe-ner de Vlaamsche hand, die uit ons dierbaar Antwerpen ons met Vlaamsche moed wordt toegereikt. » Het « Vlaamsche Nieuws » durft er bij voegen dat die moed tôt het verde-| digen der gemeenschappelijke zaak | nooit verflauwen zal ! I WAAR IS HET GRAF VAN KA* REL DEN GROOTE? — Na einde- ] delooze diskussies tusschen de geleerden van aile landen en, na grondige studies, werd in 1910 uitgemaakt dat de groote j keizer in geen geval in de kathedraal van Aken, onder de plaat — te midden van den achthoek — die het opschrift draagt van « Carolo Magno », begraven :s geworden. Luidens het verslag van den heer Lud-wig Schmitz, voorzitter van de « Karls-verein », welke gesticht werd voor de restauratie van de kathedraal te Aken, is het geheim van het graf van Karel de Groote opgelost geworden. Het zou eenvoudig het graf wezen, welk in 1010 aan den Duitschen Keizer Otto III werd toe-geschreven.dat de overblijfselen van den grooten keizer zou bevatten. HULDE AAN TEGENSTANDERS. ' — In een artikel van « L'Humanité » bestudeert Bracke den Duitschen organi-satiegeest. Wij halen het volgende ge-deelte er uit aan, dat scherp contrasteert met de dwaasheden door de andere or-ganen zoo vaak verkondigd : ! « Men heeft sedert eenigen tijd de misplaatste aardigheden opgegeven, waardoor men den « moed » der Fransche natie meende « op te beuren », n. I. door te doen gelooven dat men den vijand, die een gedeelte van haar grond-gebied bezet houdt, als door tooverslag zou kunnen doen verdwijnen, en dat de taak om « hem eruit te knikkeren » maar een kinderspel was. Indien men ooit zoo iets had kunnen gelooven, dan moet men het toch vreemd gevonden hebben dat er zooveel heldhaf-tige volharding noodig is om zulk een « zwakken » vijand af te schudden. Er waren vooral drie domheden welke bijzonder geschikt waren om de soldaten te ergeren, en wel : — « Het is voldoende den Duitscher een boterham te toonen, op dat hij zich onmiddellijk late gevangen nemen. » — « Obussen, die niet ontploffen. » — « Loopgraven zijn benijdenswaai-dige plaatsen om zich te vermaken. » De waarheid is echter dat de Duit-schers hard vechten. Het Duitsche im-perialistisch« militairisme heeft, om zijn oorlog te kunnen voeren, zich van een geest van volharding, oplettendheid en doorzicht doordrongen. Om dien te over-winnen moeten aile krachten ingespan-nen worden. » DE OORLOG EN DE PENSION-NAIRS VAN DEN «JARDIN DES PLANTES ». — De huidige oorlog, zegt de «Figaro», heeft voor de kost-gangers van het Muzeum niet dezelfde bezwaren als die van 1870. Maar dat wil niet zeggen dat zij er den wc-eromstuit niet van gevoelen. Indien de olifant eu de giraf niet op I de Parijsche menus voorkomen, zooals j in 1870, zijn echter sedert het begin der i vijandelijkheden de menus voor deze ' j herkauwende dieren, alsook voor hunne : grasetetide broers en zelfs de vleesch- II etende, zoo niet in hoeveelheid, dan in | i kwaliteit grootelijks verminderd geworden.De haver is tweemaal, het hennepzaad, waarvan de vogels zooveel houden, drie-maal en het kanariezaad viermaal duur-. der geworden ! Zoodat men verplicht . is geweest dit voedsel door ander te ver-i vangen. Deze veranderingen, trouwens, zijn - bijna door al de pensionnairen gunstig . onthaald geworden. Alleen het muffel-: dier pruilt en de vroolijke meeuw is : | niet meer vroolijk ! Wat den leeuwen, ; tijgers en wolven aangaat, zij zijn ver-zot op het bevroren vleesch dat men hun t in plaats van het versche heeft moeten , voorzetten-

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Het Vlaamsche nieuws appartenant à la catégorie Gecensureerde pers, parue à Antwerpen du 1915 au 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes