Ons land

901 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1918, 11 Août. Ons land. Accès à 28 mars 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/g44hm53m2p/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

4e Jaargang, Mr. 19. PRIJS i 5 CENTIEME» tl Angnstni 1918. ABONNÈMENTSPRUS: Par jaar 3.— Voor 6 maanden . 1.75 Voor 3 maanden I.— ONS LAND Mea Klirijtt in (en bureeSe van bet bl Q.pateiraad en Beheer: ROOOC8TR.4AT, 54. iNTWTîKl'I Al.uii i\i fc fc£KBLAD \out( rifc! VLAAMSCHH VOLK STAATKUNDE - WETENSCHAP - KUNST - foONEEL - LETTERKUNDE DE TOESTAND Er komt klaarheid. Er zullen daden volgen. Een dadeniooze poiitiek is een doode poiitiek. hen doode poiitiek is geen poiitiek. W at zegt Havere ? Aan Duitschiand, — niets. Naar de uiting van de ûberpatriot-ten is geen taal de waardigste taal. Intusschen ziet de bevoiking van het bezet gebied, die, behoudens uitzonde-ringen, die niet 1 op 10.000 bedragen, den vrede wenscht, met kommer en bezorgdheid naar den komenden Vv'in-ter.Zij vloekt de dolheid van Clemenceau, die zijn land doodt « en faisant la guerre ». Zij ziet heelemaal niet met bewon-dering naar de Engelsche hardnekkig-heid op, die zij weet, den strijd eischt voor zuiver Engelsche belangen. Zij zegt openlijk dat de voortzetting van de ramp, die binst den komenden Winter, duizenden en tienduizenden slachtoffers onder de ondervoede bevoiking maken zal, de schuld van Amerika is, in den oorlog om het be-lang der Amerikaansche geldkoffers. Nu zegt dezelfde bevoiking wat wij, bij de intrede van Amerika in den wereldoorlog schreven... en wat toen door de ûberpatriotten, die weinig ge-zond verstand bezitten, verraad werd geheeten. 't Is der moeite waard dat nog eens te onderlijnen tôt stichting van de lieden, die al te graag en al te dom de ûberpatriotten... nabalken. Tot ons ? Dat wij verraders zijn ! Zoo heeft, naar luid van « De Tele-graaf », het duurbare blad van den welbekenden vluchteling Monet, (als redaktor) de Belgische premier Coore-man gesproken ! De nieuwe premier volgt dus trouw en goed de voetstappen van den ba-ron-minister, erfgenaam van zwart goed, de Broqueville, die rusten kan nà slecht regeeren. Des te beter. Hij zal de Vlamingen niet misleiden. Zijn eerste regeeringsdaad tegenover de Vlamingen, de instelling van de Kom-missie der Elf, is zoo hatelijk, zoo smadelijk, zoo honend, dat elk Vla-ming van nu af en voor altijd weet dat nooit een Belgische regeering dulden zal of kan de oplossing van Vlaam-sche levensvraagstukken aan Vlaam-sche handen tce te vetrouwen. België, het blijkt daaruit nogmaals en ten overvloede, wil geen sterk Vlaanderen. België en Vlaanderen passen niet bij elkaar. Als de Euro-peesche oplitiek nogmaals België en Vlaanderen koppelt. dan beteekent zulks den dood van België . of van Vlaanderen. Op dit moment ktinnen wij niet zeg-gen of het België zijn zal of Vlaande-ren.Een ding staat als een paal boven water : de Vlaamsche nood is ver-schrikkelijker dan ooit. Zelfs aan Belgische Vlamingen als Dr. Frans van Cauwelaert en aan het V. B. Verbond ontrukt hij den kreet der nationale ramp. Wij kunnen niet zep^en dat België op dit moment sterker dan Vlaanderen is. We weten wat België verdeeit en wat alzoo de Belgische zwakheid 18. De Vlamingen 00k, helaas, zijn nog te zeer verdeeld. al nemen de Pas" sieven ten bate van de aktivisten aan 00k dagehjks af. Cooreman sprekend van een handjevol, bedriegt zich en anderen ; de Broqueville, die beter weet, doet door zijn perslakei Fernand Neuray, schrijven dat het herstelae België op krachtdadige wijze, door een kleine groep en zonder parlement moet geregeerd worden. Het systeem dat heel de lierde van den Kempischen kasteelheer bezit, heeft hij jarenlang toegepast.Het heext het leven gekost van 40.000 Vlamm- Verraders moeten gestraft. Tenzij zij het pleit winnen en pa-triotten genoemd worden. De Haversche regeering kan dan slechts blijven bestaan als ze inkwisi-toriaal in Vlaanderen optreedt en zal dan maar de a leidende » standen ach-ter haar hebben als zij de werkwijze van den Spaanschen beul^ uit Al va s tijd toepast : Sitôt pris, sitôt pendu / De hoogbeschaafde « leidende starder) » hebben immers in « vuig rebel- lenbloed » den onmetelijken smaad te wasschen gedurende den oorlogstijd te zijn* verplicht geweest tôt... overeen-komsten treffen met de bezettmg op gedoken wijze, d.i. zonder er depraal-vrucht te kunnen van plukken. Duit3chland van zijn kant heeft ver-I klaard, bij monde van zijn rijkskanse- I 1 • 1 t 1 • trtl O 1 l J Tiin mits verzekeringen, België te herstel len. Hoe lang ciuurt die bereidheii voort ? is het bereid tôt dat herstel ni het t" ransche en Engelsche antwoord nà de kennisname van zekere artike len van baron Beyens, dat België te den vrede mbegrepen, de vruchter plukken wxl van zijn onzijdigheid on cnmiddeliijk daarna. t akkoord me rrankrijk en iingeiand, voor t vervoi; het akkoord van 1839 als voor altij< v^rvallen te verklaren. Bïeef Duitschland wondervreemd dii onbegrijpelijke bereidheid behouden 00k nù nog, ja, dan mocht het wei vai stonde af zijn legers terugtrekken. Bijna geheel de Duitsche pers voel zoo. schrijft zool \Vij meenen het 00k Voor de wereld heeft Duitschlan< klaarder dan ooit bevestigd dat he niet strijdt om Be'gië te kunnen an nexeeren. Maar zijnerzijds vasthoudei aan zijn bevreemende bereidheid n; het smadend en smalend antwoorc der andere zijde, staat gelijk met voo heel de wereld te zeggen : Wij, Duit schers, vechten voor ons plezier. Wan of Engeland nog een of meer klappei krijgt, een of meer nederlagen lijdt winnen doet het toch : België word hersteld ! Aan de Duitsche bereidheid moe dus, door de houding van Engeland Frankrijk en België zelf een einde komen. Dat wordt dan 00k door heel d« Duitschschrijvende pers gevoeld en ge zegd, hoe ze dan 00k haar tevreden heid uitspreekt voor den diplomati-schen zet van den kanselier, die de te-genpartij verplicht de kaart België uil het spel te nemen, daar er thans be-zwaarlijk daarom kan gespeeld worden.De Engelsche en Fransche woede bewijzen daarenboven zeer goed hoe i ongewenscht die zet gekomen is. Maar hij kan niet meer herhaald. Men mag zich niet herhalen. En alhoewel de kanselier over België sprak, dacht heel de Duitsche pers aan Vlaanderen. Op weinige uitzon-deringen na, heeft 00k heel de Duitsch schrijvende pers er met nadruk op ge-wezen hoe de Vlamingen in België niet aan hun lot mochten overgelaten worden De groote Duitsche pers heeft zich met Germaansche trouwhartigheid herinnert den nood van het Germaansche volk in Vlaanderen ; tevens ooli de Duitsche belangen die in Vlaanderen liggen. * * * Zelfs in het hersteld België moeJ Duitschland verzekeringen hebben Maar als aile Duitsche invloed hier weg zijn zal, als een deel der Vlamin een, berekenenrl de waarde van he Engelsch-Amerikaansch kapitaal zicl n^ar het Westen zullen keeren en de Walen naar het Zuiden, waar dan za in het herstelde België de verzekerim liggen zonder dewelke deze oorloj voor Duitschland in 't Westen verlorer mag heeten, niet alleen om verlies var invloed. maar erger en _ gevoeliger door ongemeene ekonomische moei lijkheden ? * * * Thans is de lrcht na àl die Duitsche Engelsche en Fransche woorden zoe ver opgeklaard dat eenieder de weger kan afgebakend zien. Vlaanderer moet thans sterk renoeg worden ge maakt, op aile gebied, opdat wat ool gebeure, Vlaanderen niet meer dooe Daarom moeten onverwijld de maat regelen doorgedreven, niet alleen me bekwame hand, maar vooral met vas te hand. die in Vlaanderen de mach aan de Vlamingen geven. F.lke dag, die thans zonder werkei daarvoor voorbijs'aat, is voor Viaan deren een zîekmakende dag. vcj?r °1' „ Je -huld^. Voor do Vtasmscho Scbool leder weet dat el\e machthebbei die het xnet aen volfy. slecht meent, zici 1 meester maakt vcm de scholen tei einde, dààr, het volk in de ziel te tre_ jen. Volkeren worden minder op a slagvelden dan in de scJ]°leT} moord. Daarom dat wij altijd de lie rische poiitiek zoo perfied geheete hebben Zij wou de Vlaamsche Volt?j ziel dooden door de Belgische jeugo opleiders : de school en het léger, d leeraars en de officieren. Dank zl) " Vlaamschgezindheid Van veel leeraat Werd het k^oske ras der jlamingante gekweekt... Dank zij de drieste onb<. hoïpenhp.id en het waanwijs optrede oan ojjicicren o~itsiorid de Frontparli Rplaip hrhhen wii sezwore de scholen van Vlaanderen te herove ren. De scholen zouden hier Vlaamsc zijn. Dat is togisch; dat moet. Naa: de Gentsche Hoogeschool was er i Vlaanderen geen pLaats meer voor on 1 derwijsinsieîlingen, waar de geeste, i der kinderen op zijn Belgisch zoude; verknoeid worden. De Belgische onderwijswet gaj gee. t bevrediging. t Dac.r de vrijheid van onderwijs doo ! de Belgische Grondwet gewaarborg. t bleef, wezen wij ,bij de besprekin, j der onderwijswet reeds op de noodza i kelijkheid van diploma's, die ons Vlamingen, zouden waarborgen ge ven. De heer GeVolmachtigde voor On 1 derwijs, Dr. fosvé De Decker, en d< Raad Van Vlaanderen hebben dan t t zamen met het Diutsch Burgcrlijk Be stuur verschillende wijzigingen bespro j ken en tôt wet gemaakt, die wij hier t onder mededeelen, en die, voor zoo veel het mogelijk is, de nadeelige kan ten van de Belgische Onderwijswe wegnemen Het gevaar dat de ojficiëele scholei zouden ledig loopen voor de Fransch dolle privaatscholen wordt er tôt oj zekere hongte door bezworen: de, ou de.rs die hun kinderen laten vermuil ezelen, zullen dien kinderen den toe t gang tôt ojficiëele ambten en het hoo ger onderwijs ontzeggen, d.i. zij zul'lei t die toekomst breken. , Om de betoonde werkzaamheid ei ; den ijver, daarbij aan den dag gelegd moet vooral hulde gebracht aan dei : hr G eVolmachtigde Josué de Decker Heel Vlaanderen mag hem huldi gen als iç.mand die land en volk groo te diensten bewezen heejt. «Ons Land». Vcrordening lioudende wijziglng der wet vai 15 Juni 1914 tôt r-geling van het Lager On derwijs. De wet op het lager onderwij# wordt tooi Vlaanderen als volgt gewijzigd : : Axtikel I. — Altikel 5 van de wet luidt Yoort aan aùs volgt : Ten blijke van het nakomen var1 den wette lijken leerplicht worden. zondet onderscheid tua sch'en openbaar en privaat onderwijs, twee ge tuigschriften van lager onderwijs ingesteld : hei een, voor aile kinderen, na het doorloopen var den derdeoi graad ; het ander, voor de kinderen die geen middelbare studiën doen, na het door loopen van den vierden graad. Getuigschriffcen van den derdeo graad worder voor het eerst uitgereikt op het einde van hel schooi'jaar 1918/19, getuigschriften van den viev den graad, op het einde van het schooljaar 1919 1920; waar die vierde graad later ingerichl wordt, op het einde van het tweede schooljaar iu de inrichting. De getuig&chriften bevestigen, dat het onder wijs 1. gednreinda den opgeiegden tijd en met df voorgeschreven regelmatigheid werd genoter (art. 3 en 6 der wet van 15 Juni 1914) ; 2. de vakken omvat heeft, die zijn opgesom« onder lid I van artikel 17 der wet van 15 Jun 1914, zooals dit bij deze verordening gewijzig< wordt ; 3. ten laatste sedert 1 September 1918 in d< lar.dstaal, het Nederlandsch, werd verstrektj il zoover niet volgens artikel 20 der wet van 1J Juni 1914, gewijzigd bij deze verordening, eei 1 andere voertaal toegeiaten is. Voor de kinderen, die, «la zes jaar regelmati" i schoolbezoek, het einde var. den 3n graad, of na aeht jaar regelmatig schoolbezoek, het eind< f van den 4n graad niet konden bereiken, mogei ; d'à getuigschriften niet als tite' dragen : a Getuig schrift van den derden graad» of «Getuig schrift van den vierden graad ». ! De getuigschriften worden onderteekend p a) voor de lagere scholen van Staat en ge meante, de aangenomen lagere scholen en d< voorber'eidende afd'eel'ingen der officieele of officieel ondersteunde middelbare scholeri>, doo den burgemeester of een lid van h'et schepenko.' lege ,het hoofd der school en, waar het mogelijl ) is, door één of twee leden van het onderwijzeiK p«r»oneel j ' 1 b) voor' dtt aanfneembare lagere scholen, L gansch vrije lagere tchol'en en de voorbereidend< afdeelingen der gansch vrije middei'bare scholen ; door een lid van het besturend of beschermem 1 komit'eit der school, het hoofd der school en waar het mogelijk is. door één of twee leden var het onderwijzend personeei ; c) voor kinderen, die huisonderwijs gemeten t door de ouders of den voogd en door de lesgevers Deze kinderen dienen daarenboven een byzon " der examen af te leggeti over het Nederlandsch 1 dit examen wordt bij het einde van elk schooi jaar, door een afgevaardigde van den Mmist'e 1 van Wetemschappen en Kunsten afgenomen. 1 de uitslag van het examen gunstig, zoo zal d afo-evaardigde op het getuigschrift bevestigen 5 dat het kind het Nederlandsch voldoende machti; i» en deze bevastiging eigenhandig onderteeke nSDe vorm der getuigschriften van lager ondei * wijs wordt door den Minister van Wetenachappe: en Kunsten nader bepaald. Het opnemen van oniuiste eeeevens m <le tnigschriften, alsook het gebruik vani onjuiste ge tuigschriften, vallen onder de toepassmg va Boek II Titeî 3, artikel 4 van het Strafwetboel 2. — Aan artikel 6 wordt volgend sLotli 1 toegevoegd : , . -1 Verandering van school 18 enkel bi] h'et begi van een nieuw schooljaar en. verder slechts b " verhiiizing toegeiaten. Uitzonderingen kunnej e in bijzondere gevallen, door den kantonaJe schoolopziener toegestaan worden. i_ Art.. 3. — Artikel 8, lid 6, luidt voortaan a 1 '°De waarschnwing en de kaarten brengen ni( dnikkeliik in herinnering, dat het gezmshoot vrij is zijn kinderen t« zenden naar de scho< P welke hij verkiest. indie-n deze met de bepa.imre der wet van 15 Juni 1914 in der vorm van de: e verordening overeenkomt en dat het verboden 1 S eenigen dwang op hem uit te oefenen om h« n een "school op° te drirgèn. welke niet de scho. ziineT keuze mocht zijn. Bovendien wordt er ui voerig in de waarsehuwinar en kortbondig -" kaarten a:ewezen op het belang vnn do geti.ti )■ schriften" var lager onderwijs, alsook op de g n rolgen, die het plichtverauim in dit. opzicht voi de gezinshoofden en dezer kinderen na zi< ; (art. il, iaatste Ad der wet van 15 j u 1914 m den vorm dezer verordening en art. t der verordening vau beden, betieffende den U> ri gang tôt openbare ainbtenj. Ait. 4. — Aan aitikel 11, lid 4, wordt hi tolgende toegevoegd : liij herhai.i.g kan een geiaboete tôt 30 frar 1 uitgesproken worûen. lio vende en wordt aan artikel 11 volgend slotl: ^ toegevoegd : De gezmshoofden, die verzuimen hun kinderc op den gepasten tijd de vereischte getuigschrifu r \an iagar onderwijs te laten verwerven, Wordt d door den kantonalen schoolopziener bij den vr. -, derechter aangeklaagd. De leden 1—d van d ' Artikel woiden 00k in dit geval toegepast. Art. 4. — Aan artikel 13 wordt volgend slotli , toegevoegd : De gemeenten zijn er toe verpiicht, voor de 11 richting van kindiertuinen (bewaarscholenj e scholen voor voortgezet onderwijs (scholen vo< volwasscnen) te zorgen, indien de regeering 00: ' deelt, dat daaraan behoefte bestaat. 2 Art. b. — Aitikel 14, eerste lid, luidt voortta als volgt : De gemeenteiijke lagere onderwijsinrichtinge worden, onder toezicht van den Staat, door c gemeenten bestuurd. Het laatste lid van gemeld artikel 14 verval Art. 7. — Aitikel 15, 2°, leden 1 en 2, iui< . roortaan als volgt : Onder voorbehoud der tôt op 1 Januari 191 bekomen vergunningen ,moeten de leden van h< 1 onderwijzend personeel Staatsburgers zijn ei ofwel een wettelijk onderwijzersdiploma bezittei ofwel het in artikei 24 vexmeld examen afgeleg hebben. Aat. 8. — Artikel 17, -eerste lid, luidt voorl aan als volgt: Het lager onderwijs omvat noodzakeiijk d volgende vakken : Godsdienst en zedenleer, d® landstaal d. i. hs Nederlandsch, lezen,schrijven, de grondbeginss len der rekerkunde, het wettelijk steisel va j maten en gewichten, aardrijkskunde, vaderlanc sche geschiedenis, teekenen, de beginse.'en de ' /ezondheidsleer, muziek en gymnastiek. Het or derwijs in andere talen dan het Nederlandsc mag eerst in den vierden graad verstrekt worde en zulks maar gedurende ten hoogste drie ure in de week voor elke taal. Het lager onderwij omvat daarenboven... Art. 9. — Aitikel 20 luidt voortaan als vo'gt In aile lagere scholen van Staat en gemeente in aile aangenomen en aanneembare lagere scho t len, alsook in aile openbare en uit openbare mid delen ondersteunde k ndertuinen (bewaarscholen) scholen van voortgezet-lager onderwijs, avond scholen en bijzondere .eergangen, wordt het on derwijs in de landstaal, het Nederlandsch, ge geven. In- de gemeenten Anderlech»Kuregem, Brussel Elsene, Etterbeek, Sint-Gilli^ Sint-Pieters-Jette Sint-Joost-ten-Noode, Koekeiberg, Laken, Sint •lails Alolenbeek, Schaarbeek, Ukkei' en Vorst alsook in de gemeenten op de taalgrens die ii het aanhangsel van deze verordening vernoemt worden, wordt deze bepaling met de volgende af wijkingen taegepast : 1. De Minister van Wetenschappen en Kunstei kan, voor een overgang6tijd tôt 1 Septembei 1926, bijzondere inrichtingen of bijzondere afdee lingen van lager onderwijs met het Fransch ah voertaal voor kinderen, waarvan het bewezen is dat zij het onderwijs door middei van. het Neder landsch niet kunnen volgen toelaten. He tbewijs voor de opneming in deze inrich tingen of afdeelingen vereischt, kan enkel dooi een. verklaring vanwege den Minister van Weten 1 ichappen en Kunsten verstrekt worden. 1 In al de kla-ssen dezer inrichtingen, moet he' Nederlandsch, als vak, gedurende ten minste ze; I uren in de week onderwezen worden. 1 2. Buiten deze speciaal toegei'aten inrichtingel 1 en afdeelingen, wordt, bij het begin van he schoolaar 1918/19. het Nederlandsch als voertaa > ingevoerd, in de kindertuinen en ten minste il 1 de drie eerste studiejaren van het lager onder » wijs. 1 De kinderen, die bij het begin var. het school jaar 1918/19, gedurende minder dan drie studie ; jaren van het lager onderwijs, onderricht met he , Fransch ai» voertaal genoten hebben, worden ti s de onder 1 vermelde bijzondere inrichtingen o 1 afdeelingen ingedeeld, indien het bewezen is, da zij het onderwijs door middel van het Neder landsch niet kunnen volgen. 3. Voor de kinderer, die bij het begin van he icholjaar 1918/19 reeds gedurende drie studie jaren van het lager onderwijs, onderricht me i het Fransch als voertaai genoten hebben, kan d. Fransche voertaal behouden blijven. Voor dez : kinderen moet het Nederlandsch, als vak, gedu rende ten misnte zes uren in de week onderwezei : worden ; 00k moet de vaderlandsche gescbiedenii i in het Nederlandsch onderwezen worden. In zoover dienvolgens het Nederlandsch noj " niet de voertaal is, wordt het, van het schooi ) jaar 1919/20 af. teiken jar» in een volgend stu dieiaar ingevoerd. 1 4. Leerkrachten, di'a, volgens de boven6taand leden, onderwijs met het Nederlandsch al 1 voertaal,moeten verstrekken en geen diploma hefc ben van een normaa.'school met Nederlandsch al 1 voertaal, moeten, volgens de nader door den M nister van Wetenschapper en Kunsten te treffei bepaJingen, zonder uitstel in een bijzonderei ! leei-gang in de Nederiandsche taal, de bekwaam he:d tôt onderwijsgeven in deze taal verwerven r Indien zij het Nederlandsch voldoende machtii 5 zijn, kunnen zij, op hun verzoek, door den Mi 5 nister van de verplichting tôt het volgen van dei > leergang vrijgeste'd worden. Tegen leerkrachten 5 die stelselmatig weigeren. zich te onderwerpe: aan de verplichting tôt het volgen van den leer gang, kan gehandeld worden volgens artikel 25 tid b. der wet 1 Art. 10. — Artikel 24, aan rang, luidt Toortaa: als volgt : . " Als gemeenteonderwiizers kunnen enkel sta«U bur^ers aansestetd worden. boudera van... 1 Art. 11. — Aan artikei' 39 wordt volgend alol lid toegevoeïd : i Aan de hoofdopzieners er aan de kantonal'e of ziener» worden sekretarissen toegevoegd, wi< n jaarweddo en bevfiegdheid door den Minister va j Wetenschap en Kunsten geregeld worden. '» Art. 12. — In artikel 41 wordt tusschen d n eerste er. de tweede zinsnede ingevoegd : De voertaal i» het Nederlandsch. 3 Art. 13. — Artikel 43 luidt voortaan als vo'i'gt De provinciale, de gemeentelijke. alsook r '' vrije rormaalscholen, ontvansren ?een staat . toefegen en kunnen eeen wetteliike dinloma's ni " reiken, indien zij zich niet aan het staatstoezicl n onderwerpen, het Nederlandsch niet als voe 9 taal gebruiken en indien hun onderricht niet va '> aard is om onderwiizers te vormen. bekwaam o: T: onderwijg te geven in de laerere schoien, die na; de eischen deTT wet insericht ziin. h- 14. - Tn artikel 45, laatst» lid, wordt h. wrord < iaa.rw»dd«» door » rergoedi.ng» v» ?" vnriLrec ! Art. 1*. — Deze verordening wordt op 1 Se )r tomber 1918 van kraeht h De voorbereidende maatregelen dienen zonder li uitstel geU'offen te worden. 3 Art. 16. — De Minister van Wetenschappen s- en lvunaten wordt met de uitvoentjg van dez* verordening beiast . it Hij kan, 111 zeer dringende gevallen, uitzonde-riugoii op de bepalmgen der verordening t«e-k sta^n, echter niet voor een langereu teimiju dan drie jaar, te rekenen van het inwerkuigtredun d dezer verordening. Ait. 17. — Al de met de voorschriften van n deze verordening strijdende bepaiingen zijn mat O: ingang van 1 Septemoer 1918 Lngetxokken. 11 iirussel, den 4n J uni 1918. 3- Der Ueneral-Gouverneur in Belgien : Freiherr it von Falkenhausen, Generai'oberst, d Aanhangsel van de verordening houdende wijziging der wet op het lager onderwijs. n Lijst der aan de taalgrens gelegen gemeen-'r ten m het gebied dat tôt de bevoegdheid van het Ministerie van Wetenschappen eu Kunsten te Brussel behoort. n 1. Provincie i,iinburg : Bitsingen, Her-stappe, Eben-Emaal, Kruisworm, Otringen, " Ruikelingen aan den Jeker, Ter Naaien, Wonk. , 2. Provincie Brabant : Bierk, Dettelingen, .j Mark (enkel het gehucht Abeele) (Dabliau), Neerheilisem, Opheilisem, Sinte-Renelde,Slui- 4 zen. 3. Provincie Oost-Vlaanderen : Twee Ak-, kers, Orroir, Amougies, Rozenaken, Ronse t' (enkel het gehucht Deurne) (Dureune). ! 4. Provincie West-Vlaanderen : Dottenijs, Herseeuvv, Lowingen, Moeskroen, Neer-Waasten, Ploegsteert, Waasten. g Verordening betreffende de voertaal tn de middelbare ondei~wijsinrichtingen. t — Onder opheffing der artikelen 1 tôt en met a 5 der wet van 15 Juni 1883 op het gebruik der Nederiandsche taal bij het tuiddelbaar onder- I wijs in Vlaanderen en der wet van 12 Mei 1910, rakende de studie der nieuwere talen h in het middelbaar onderwijs, hoogeren graad, II verorden ik het volgende : 11 Artikel I. — In al de onderwijsinrichtingen, s die onder toepassing vallen van de vvetten van 1 Juni 1850 en 15 Juni 1881, met inbegrip der daaraan verbonden kindertuinen, voorbereidende en andere afdeelingen, wordt het onderwijs in aile vakken in de landstaal, het Nederlandsch, gegeven, met uitzondering van de nieuwe vreemde talen, welke door uiiddel van deze talen zelf kunnen onderwezen worden.it t d» gemeenten Anderlecht-Kuregem, Brussel, Elsene, Etterbeek, Sint-Gillis, Sint-' Pieters-Jette, Sint-Joost-ten-Noode, Koekeiberg, Laken, Sint-Jans-Molénbeek, Scbaar- beek, Ukkel en Vorst, wordt deze bepaling met de volgende afwijkingen toegepast : J. De Minister van Wetenschappen en Kunsten kan, voor een overgangstijd tôt 1 Septem-ber 1925, spéciale inrichtingen of spéciale afdeelingen met het lJran>ch als voertaal toelaten voor kinderen, waarvan het bewezen is dat zij het onderwijs door middel van het Nederlandsch niet kunnen volgen. Het bewijs tôt opneming in dezp inrichtingen ol afdeelingen vereischt, kan enkel iloor een verklaring vanwege den Minister van Wetenschappen en Kunsten verstrekt worden. In al de klassen dezer Inrichtingen of afdeelingen dient het Nederlandsch, als vak, ge- 1 durende ten minste zes uren m de week on-dei wezen te woraen. 2. Buiten deze bijzonder toegeiaten inrichtingen of afdeelingen, wordt, bij het begin vau het schooljaar 1918-1919, het Nederlandsch als voertaal ingevoerd in de kindertuinen, m de drie eerste studiejaren der voorbereidende afdeelingen van de middel-baie onaerwijsinrichtingen, in het eerste stu-diejaar der middelbare onderwijsinrichtingen, lageren graad, in de drie eerste studiejaren der middelbare onderwijsinrichtingen, uo<>- f geren graad, en in de bestaande Vlaamsche l afdeelingen. De kinderen, die, bij het begin van he» schooljaar 1918/1919, minder dan drie stuUie-t jaren In de voorbereidende afdeelingen der middelbare onderwijsinrichtingen ot minder t dan eeû studiejaar in de middelbare onaer- 5 wijsinrichtingen, lageren graad, of minder > dan drie studiejaren m de middelbare onderwijsinrichtingen, hoogeren graad, onderricht 1 met het Fransch als voertaal genoten nebDen, s worden bij de onder 1 vermelde bijzondere inrichtingen of afdeelingen ingedeeld, indien ' bewezen is, dat zij niet bij machte zijn het onderwijs door middel van het Nederlandsch te voiv'.en 3. Voor de kinderen, die, bij het begm vau 5 ùet schooljaar 1918/1919, reeds gedurende oe 5 onder 'J, 111 den ecrsten volzin, vermelde studiejaren, onderwijs met het l'ransch als voer- 3 taal genoten hebben, kan het Fransch als voertaal behouden blijven. Voor deze kinderen moet het Nederlandsch, als vak, gedurende ten minste 6 uren in de week onderwezen worden. In zoover dienvolgens het Nederlandsch nog ' niet de voertaal is, wordt het, van het schooljaar 1919/1920 a', lelken jare in een volgend 1 studiejaar ingevoerd. ' Art. 2 — Het onderricht in een tweede of 1 meer talen, mag eerst in het eigenlijk middelbaar onderwijs, niet reeds in de voorbe-' reidende afdeelingen, gegeven worden. , Art. 3. — Van 1 Januari 1919 af wordt enkel toegeiaten tôt de examens van : kandidant in de wijsbegeerte en letteren, kandidaat-nota-ris, kaiulidaat in de natuurwetenschappen, kandidaat in de wis- en natuurkunde, kandi-daal-ingenieur, wie, ofwel 1. 1) houder is van een goedgekeurd getnig-r schrift van volledige middelbare studien, n hoogeren graad, uitgereikt door een inrich-ting, waar het onderwijs volgens de voor-« schriften van artikelen 1 en 2 van deze verordening gegeven wordt, ofwel 2) het voorbereidend examen, bij artikel»n : 10 en 12 der wet van 10 April 1890 voorge-e schreven, in het Nederlandsch afgelegd heeft. !- Art. 4. — Deze verordening wordt op 1 Sep-t- tember 1918 van kraeht. it Voorbereidende maatregelen dienen /îonder r- nitsti.l getroffen te worden. r Art. 5. — De Minister van Wetenschappen tî en Kunsten wordt met de uilvoering vau deze tr verordening beiast. Hij kan. in zeer dringende gevallen, ui'.. Kinderingen op de bepalingen der verordening r- toestaaii, echter niet voor een langeren ter-! mijn dan drie jaar. xe rekenen van het io-' werkingtreden dezer verordening. ! Art, 6. — Al de met deze verordening strij-

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Ons land appartenant à la catégorie Oorlogspers, parue à Antwerpen du 1915 au 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes