Ons land

1963 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1918, 05 Janvrier. Ons land. Accès à 20 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/bc3st7fm2w/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Lffde Jaargang, Nummer 35 PRIJS: 5 CENTIEMEN 5 Jannari 1918 r»*3* - - - ■tO?mBMBNTS?SWS : ■ 3' " , efc sandsa < Hjiaîudea I — E~T- ig jy ONS LAND ALOEMEEN WEEKBLAD VOOR H ET VLAAMSCHE VOLK M«b Sêàv^ît Sa ten barecle ra« hct W*â ®p#teira#i es Befeeer : **»»25T*AÀ.T, U, ASTWMtMS Rtaatkunde - WETENSCHAP - ' ^..«av>>Mijpiro«wro» ii w M m IIWII1W—— KUNST - x»*c**o*xumBxx. TOONEEL , rr V| H " t~ I VT M" ||(1« I II II 11 MM II |l||Il >'lllll 1 1 IIWMMfc_ - LETTERKUNDE TER overweging ■1918 staat in het teeken van Vlaanderen's zeîfstandigheid. ■De meest-logische opiossing van de Vlaamsche- kwestie i» de ichting van deli Staat Vlaanderen. ■Caarcîoor ALLEEN kan Vlaanderen zelf deeînemcn aan de ■eskonferentie ; zal de vrede met ons, niet over ons of tegen ons ||ten worden. ■Vlaraingen, overweegt den ernsi van den tijd en doet uw plichil ■Thans moet Vlaanderen gesticht ! « ONS LAND ». Kunstu in Vlaanderen il Êndekfi jezus in Vlaanderen, ■oor Félix Tirnmermans. -— The ®aIW of Reading Gaol, door S. ■ari Beugem en Mathilde van Mftergem vertaald. — In G ou-■en.; Zonnelicht, van Lucien de Borter. — Van het beginsel des Bains, van Karel Leroux. — B; [Nederlandsche Boekhandel Hiiwe uitgaven. — Tooneelaan-mkgenheden.Blet Ktadsk# Jezus in Vîaaaderai K, Félix ! Laat mij U van barte geluk Ischjcn en laat mij de Goden danken ■ai Lij U aan Vlaanderen hebben ge-Bken. Ik heb uw boek ontvangen en fcïn, en als het uit was dan heb ik ■eens gelez,en dat de schrijver van ■hteriijk boek, dat uw boek is, dat ■f zendt aan, den schrijver van « De ftter van heit Leven ». Door die twee «enlvan Vlamingen is er een band ■gdïusschon U en mij, en tusschen ■<n het geloovige Vlaanderen, waar-■»ij den zuiveren geloofsklank ge-Be:i veriuid hebben. ^Ban heb ik heel uw werk herlezen... ^■riend, het scheen me toe dat ik ^Btnde was, diep in het hart ge-^Bnaar het vrorne werlc van een hei-Hpluchter. En om uw aanbiddelijk ^■fciisme werd uw werk me te lieveir ^■jven dat elk Vlaming, al of niet ^■pn letterein en letterkunde, uw ^Wzitten moet, durf ik waarlijk niet Ben, Dit is al te gewoon ! Die uw Hni?t onmiddellijk: koopt, leest en Bst; in zijn geest van simpele vroom-Bvan Vlaamische geloovigbeid, van ^■euwsch ontroerd sentiment niet Hd'o begaat een ware doodzonde te-B«r Vlaanderen's kunst en tegenover ^Boonan kunstenaar, die met het ■ch gvgevene van Maria's aankon-Htot Jezus' geboorte en vlucht voor een werk van simpele en Viaanv ^Boonheid wist te scheppen. Bn een tiendeke van den zuiveren ■ dien gç te verluiden wist : ^■n'u duwde hartn mus in de gele bloi-zij in een blauw Delftsch vaasje op gezet, tn zij zuchtte. Het ivas van ai zoet gevoel dat haar deed stil zijn luiken. Het was het vrouwelijk om kinderen te hebben, zoete, zachte met blond nactf en blozende gezich-Bunf. Maria was zeer rein en zuiver van Zij vcrlangde zoo smachtend naar ^B* Mn een eigen kind. Ach, kce dik-B'fifl zij niet gestaan met tranen in de te droomen naar de blijde kinderen, ^Kpvonddaling, zingend uit de veldcn W;' En nu in dezen Maartschen Zondag-er haar hart van over en voelde zij H' een groote eenzaamheid... » Bfisopeens om te weenen, van bccv ■""P-andoefling. B' V«1 U verWant;' mijn vriend, om B"!\ mît vclî1 groote kunstenaars, B ' hun volk. Men vraagt z:ch nog ■Isat: « Waarom nu nog Jezus? ». zich afvragen: « Vv'aarom nu ^fcst? » Want voor aile waarachtige hier en elders, zal Jezus en B Jfziis-historie een pure en onuit-■t^bron van, begeestering en in-^BWijven. Elk g-root en waarachtig ^Baar gaat eenmaal in zijn leven Kind van Bethlehem of naar den Golgotha, en er naar gaande B1) z'itl e'gen wegen... En 't is een ■°gste vreugde dien weg aan de van z-jn volk te kunnen ver- ^Ben ^ z°o dankbaar dat giji dat ^«esrbreven hebt. Mij'f ik s.tj] een aftikel dat de -t» over uw « Kindekc Jezus » (om dît te schrijven) is een noodfç-, die inniç zijn moet en wel-■!' »est Mit eenvoud wordt geboren. Zijn ^B cdlgen van het hentelsche ge- slachtt De simpele prentjes, beminnelijk als onde bidplaatjes, kinderlijk simpel als vroeger-tijdsche nieuwjaars-wenschen van bakker en iantaarnopsteker, geven — geenszins de « let-terkundea, doch wel den geest des vertellers aan : den kinderlijk en biijden geest, voor wel-ken raadselen nooit strekken tôt ongeloof, doch enkel tôt een gretige verwondering, wei-ke van bewondering een uitingsvorm of een variant is. Gretige aanvaarding van schoonr vreemdheid met zulke overgegevenheid des gemoeds, dat de verbazing, verrassing gewor-den, tôt een verrukking sublimeert, in welke het ongewone zich rnet het gcwoonste ver^ mengen kan tôt eenzelfde object van teedere zielekoestering. Bij deze zielegesteldheid vervalt het begrip onmogelijk. Wie over een zekere verbazings-grens heen Is, verbaast zich niet mter. Voor het kinderoog is ailes een wonder, het ivon-derlijke dus niet vreemd meer, alleen mls-schien schooner nog dan al het andere. Zoo aan-vaarden we- van stonden aan « den korten, dikken parochiepaap », die aan Maria zeggen komt, dat zij non zou moeten worden. En zoo het meeste van al de rest, waarmee de ge-schiedenis overgezet kon : de geschiedenis der geboorte van Christus in een christelijk Vlaan . deren. lets anders is, of Tirnmermans niet nu en dan wat zonderling iciertt, wat ov^rvloedig is met « omciersel». In strenge kerken hin-dert dergelijke tooi. In het kleine, eenvoudige dorpskerkje storen de bonté beeldekens weinig — ojjerande zijn ze uit eenzelfde soort vroom-heid, eenzelfde lzinderlijkhcid, als de rest. De kunstenaar Tir,ir,iery,ians heeft een kind iv et en te zijn : een zoon van 't kinderlijk-vrome. en blijde Vlaanderen. s 't Is goed gczegd en juist gezien. Ik wil mij herinneren clat mij uw boek rond Kerstmis toekwam en; clat ik bij db lek-tuur er van, m'j terug kind, heb gevoeld, een goed, blond, gdoovig kind, dat een kribbeke opsie.rde... dat er de kaarsjes rondom ontstak... en dat innig geiuk, om met geen woorden te verklanken, was ik u, schoone, vrome kunstenaar, mijn vrkmd, verschuldigd. Tu Félix! Nota. — «Het Kindekc Jezus in Vlaanderen » Is verkrijgbaar in « De Neder-landsche Boekhandel », St-Jacobsmarkt, te Antwarpen, tegen den prijs van fr. 9,75 genaaid en fr. 11,75 gebonden. « * * Titts Ballad oî Reading Gaoî In het Nederl.ancisch hadden wealreeds van Oscar Wilde's zeer bewonderens-waardige Reading-Gaol-Ballade de ver-taling van Chr. Van Balen Jr., uitgege-ven bij Scheltema en Giltay te Amsterdam in 1911. Thans kr'jgen wij de verta-ling van S. van Beugem en M. van Ak-kergetn.Toen wij het boekje ontviingen, herin-nerden wij ons onmiddellijk de schoone Engelsche verzei», die wij dikwijls hadden herhaald, zoo voor wat ze zegden als voor de wijze waarop het werd gezegd en voor hun rythme. Ye.t each mari kills ther thiag ho lov«s B y each let this b: heard,_ Some do it with a bitter look, Sotne with a flattering word,^ The coward does it with a kiss, The bonor man with a sword 1 Some kill their love when they are young, And some when they are old ; Some straag'e with the hauds of Lnst Some with the hands of Gold : The kindest use a knive, l>^caosp The dead or soon grow cold. Some love too littîe, some too long, Some sell, and others buy ; Some do the d'=ed with nianey te«xs And some without a sigh ; For each man kills the thing of loyts, Yet each mai does, not die. En wij la zen de ontvangen vertaling. }», zij is juist, maar alleen dat: juist, en bij de lektuur weet men precies wat er in « the Ballad of Rsading-Gaol » staat. Nu dat is ons inziens ie-ts, maar helaas 1 1e weinig. De toon waarin het gezegd werd, had men moeten zoo goed mogelijk be-waren. Dat werd niet gedaan en, recht-uit, dat betreuren we, alhoewel we tevre-den zijn, dat S. v. B. en M. v. A. et voor 7orgden dat de beroemde ballade bij ons meer bekend wordt. Zooals hun werk nu is, kan, het tôt niets dienen dan tôt lektuur voor menschen die geen Engelsch kennen. Dat weerom is te weinig. Een nïiat alleea gerythmeecd® hewerking ,maar «sn bewerikng die zoo dïcht mogeliik komt bij de rythme» van de Engelsche verzen had voor'zeker aanlsiding gegeven om « R ca d i n g-G»a l's- B a 11 ade te dekla-meeren en alzoo in nog veel breederen kr,ng te doen kennen. Daarenboven schijnt het ons everhodio-er <Ie aandaeht op te vestigen dat bij ver-zer. de rythme tôt het wezen^zelf van het vers behoort en tiat de nog zoo ge-slaagde ongerythmeerde vertaling ons een vermindering en verminking- toe-schijnt.Dé Eerste Engelsche stroof, die wij citeeren, wordt, vertaald aldus : t Maar iedereeu doodt, wie hij bemint, dit weze door allen gehoord ; sommigen doen. hct met een bitteren blik, sommigen met een vleiend woord ; de lafaard doet het met een kus, de dappere met e?n zwaard ! » Die stroof is een van de best geslaagdc in de vertaling. Van Balen vertaalt a'dus : « Maai ieder doodt wie hij bemint, Door allen zij 't gehoord ; Die doet het met een bitt'ren blik. Die met een vleiend woord ; De lafaard met een kus ; de hcld is 't, die met zwaard vcfmoordt. » Voor ons-zelf gebruiken we iiefst een vertaling die wij-zelf maakten en di-e liiidt (bijv. voor de drie overgeschreven stiofen) : Toch, ieder doodt wat hij bîœiiit, door ieder,7.ij 't gehoord. Die doet het met een bittrert blik, die met een vleiend woord, de lafaard doet het met een kus, de held met 't zwaard vermoordt! Die doodt zijn liefde a"ls hij is jong, en die als hij is oud ; die worgt haar met der wellust hand, die met de hand vol goud : de zoetste neemt het mes, want aoo wordt ras de dooile koud ! Die mint te weinig, die te veel, die looft en de ander biedt ; die doet de daad met meengen traan eu dien geen zucht ontvliedt : want doodt ook ieder wat hij mint, elk sterft daarom toch niet. Iss Gonde® ZoEœsîicht, verzen van L. De Coster (B.russel, de Nieuwe Boekhandel, Steanweg op Gent, 2.16). Een eersteîing van iemand die, naast simpele gedichten in lamine verzen, be-w jst hoe hij zin heeft en gevoel voor het epische. Het stuk « Haut-Reliefs » van zijn bundeltje is misschien wel een be-lofte, alhoewel wij niet heelemaal gevoel noeh gedachte van den dichte^ deelen kunnen. Toch voelen we ons dankbaar om de gave, die hij ons schenkt, en is het onze wensch De Coster breeder vlucht te zien nemen.Hij die de « Haut-Reliefs » schreef, kan er mogelijk eens met prach-tige woorden beitelen en <ie overdad'ge kracht van onzen grooten tijd bezingen. Meer bezonkenheid en meer insjehouden-heid zullen zijn kracht vergrooten en zijn vers leniger maken. De rythme is nog ver van sterk genoeg en in het geweldig-ste tafereel blijft hij nog te lui. Te veel ook van het gebruikte m.ateriaal is reeds moe gebruikt. « 't Was helledonker » ; — Zoo gïngen zij, « als duivels », enz. ; 't is al veel te oud en te weinig oorspron-kelijk. Ooirsoron'kelijkheid is voor den dichter noodig, ziin besfeestering moet nieuwe beeldeni scheppen en zoo moet zijn ingeving verklankt worden.Als voor-beeld een der beste stukken- van het bundeltje, waarin wij eenige onvolmaakthe-den onderlijnen, na nog eens g'ewezen te hebben op den; vorm, die te verwerpen ■was • SODOMA En altijd storten wolken bran,den neder bij vaste mas sa's, net als vuurge bergen, bij stroomen, uitgegoten, uitgep'ast, ineen», alsof de hemel brak en nederplofte ; tôt aile levend wezen dood, tôt ailes tôt kool, tôt stof, tôt niets verslonoen was, . tôt van die steden niets meer overbleef, geen huis, geen muur, geen enkel steen, tôt van die weelde, van die wu'lpsche pracht, van al dat geile, wild-uitzwellend leven, van al die vreugd zelfs geen spoor meer bleef, alleen herinnering. Dan kwam weer stilte, de blanke stilte van vergane dingen, de bleeke stilte van den donkeren dood. De onderlijningen zullen meer dan vol-doende de tekortkomingen doen uitko-men; het vers zelf bewijst hoe er wel de verbeelding is, maar tevens gémis aan kracht om met breeden rythme in nieu-wen vorm deze « Haut-Reliefs » te beitelen.* * * Van het Boginsel des Levais, verzen door Karel Leroux (te Brussel, in den Nieuwen Boekhandel). De verzenbundel van Karel Leroux getuîgt van meer levenskennis en onder-vinding. van heel wat meer levensinz'cht eu bezonkenheid dan die van Lucien De Coster. « Het Beginsel des Levens » is, naar deze dichter, de liefde van man en vrouw in haar divsrsiteit, en wat zij hem gebracbt haeft aa» wel e» we» heeft hij uitgezongen. Eenige van die zangen heeft hij vergaart in dezen bundel en hein den dichter Karel Van de Woestyne opgedragen. Zijn bundel heeft hij onder-verdeeld en zijn verzen zijn genomen uit « Simson of de eeuwige Verlaefde », «Tôt mijne Moeder » en « Van den nakenden Zomër ». De lektuur van deze verzen is wel een plezier, maar al zeer dikwijls wordt mein herhalmgen gewaar en verrjioeit het egocentrische van al dat vreugd- en wee-gezang.Op blz. 63 lezen we : Ik heb mijn huis voor haar bereîd met bloemen iangs de wanden : nu houd ik 't brandend hoofd gevleid in mijn verbleekte handen. En wacht tôt dat mijn liefste kotne en door mijn stil Je gangen haar diepgestemde stemme stroome en susse mijn verlangen. Wat eenvoud'ig-weg François Coppée is van « Les Intimités ». En 't vers dat voorgaat is van denzelfden aard. Wij hebben, zoo wil het toeschijnen, in onze poëz:c meer dan genoeg van al hat zoetelijk-droeve mingekweel van marwien, die naar de vrouwèn gingen, hun vreugd uitjubelen, hun Smart u-t schreien, hun verlangen zeiggen, hun droom verklanken, hu,n, ontgo'ocheling beweenen,den zoeten, vrede na den har1« tocht ontvangen als de lang-versmadf* zuste.r. Er moet iets anders en iets nieuws gezegd, en wat gebeurt rondom ons'moet in ons weerspiegeld. De klank van onzen tijd, blijft zoek. Schoone verzen als biiv ; Gij waart mij steeds eea troost, al heb ik n [vergeten, gij hebt uw liefde niet in strengen afgemeten ten avond, lij.k een vrouw de wrongen -saai [scheidt en spaarzaam voor elk kind de jciste kouskens [breit zijn onvoldoende, zelfs met hun schoon beeld. Karel Leroux heeft heel zijn boek vol mooie \erzen, maar dat wat gewensch 1 is, wat noodzaak is, vinden we niet, de verklanking van onzen tijd, den grooi-ste de ooit wa.s, niet voor ons alleen, voor heel de wereld en vooir aile volke ren. Bij de lektuur van Leroux' verzen be-kruipt ons de gedachte dat vele onzei-Vlaamsche dichters niet weten willcn,wat de veroordeeling is van hen-zelf door hen-zelf.* * * Jubileiîin- Fondskatalogus, uîtgegeven naar aanleiding van het vijf-en-twïn-tigjarig bestaan der firma « De Neder landsche Boekhandel »(l Januari 1893' 81 December 1917). » Een prachtig boekje is.deze katalogus, gedrukt op fraai paper met roode en zwa.rte letter, bij den kundigen drukker J. E. Buschman, en met verschillend* photot}'p;eën zoo van vooraanstaand-*» Vlamingen als Nederlanders opgesierd Elk kliënt van den alomgekenden « Ne. derl.andschen Boekhandel » zal het wen^. schen te bezitten en tevens elk boeklief-hebber.De keuze der beeltenissen iriaakt er een blijvende herinnering van aan d« mannen, died-n tijds hebben ingezien hœ in Vlaanderen de boekhandel op betere gronden moest gevest:gd. En 't is met dankbaarheid dat de Vlaandeien-minnen-de Vlam'ng de beeltenissen dezer marn-nen beschouwen en bewaren zal. Wij noemeti : Dr. Max Rooses, Dr. Jan Van Rijswijck, C. Schillemans, J. K. Tade-ma, N. G. Van Kempen, J. Adriaensen, die overleden zijn ; de hh. S. Warendorf, J. C. Tadema, N. J. Schillemans, J. C. Nygh, nog in leven kommissarissen of gewezen kommissarissen der Maatschap-pâj, gesticht met het doel de Nederland-sche kultuur in Vlaanderen te versprei-den; zelfs Vlaanderen te w'nnen voor die kultuur en het alzoo helpen zijn- plaats m Europa en in de wereld te veroveren. Op een. der eerstp bladziiden lezen we : « Den ontwrrper en zaakkundiçen administrateur S Warendorf Jr, den bekwa-men en vriende'ijken bestuurder L. H. Smeding', den betreurden geleerde en hulpvaardigen kommissaris Dr. Max Rooses, in dankbare herinnering aan een viif-en-twintig-iari>gre samenwerking' in de « Nederlandsche Boekhandel », wordt deze feest-uitgave opgedragen door den prokuratiedrager G. Nahon. » Daar ligt dus de oorzaak van het uit-geven van dezen Fond s- K a talogu s. Nog eens zien we naar de beeltenissen, — later, als we meer tijd hebben, zullen we eens napluizen wat er nog te verkrij-gen is in « De Nederlandsche Boekhandel ». Max Rooses, de groote leider, die niet meer is, die thans zoovee! goeds zou kunnen doen en met zijn gezagheb-bend woord zooveel verdwaasden terug-brengea als goede zonen van Moeder \ laanderen. Even wat verder treft ons het zeer-vrjendelijfee, aristokratische, fij-ne, innemende, altijd-jonge portret van den dirtkteur, den taktyolkn beer Sme. ding, groote vriend der Vlamingen, die sedert vijf-en-twintig jaar de Maatschap-pij bestuurt. Komt het ooit zoo ver dat Vlaanderen ook zijn, zege viert, dan behoort de hcer Smeding onder ze die n,iet mogen vergeten. Door zijn pozitie heeft h >j zeer, zeer veel bijgedragen om Vlaanderen mter Vlaamsch te maken, om dea Valming de schoonheid van Vlaanderen beter te doen bevroeden, voelen en kennen. Dat mag Vlaanderen niet vergeten, en, deze Nederlamder is naast de Nederlandsche professoren onzer Nederlandsche Univers,iteit een, der eerste die het Vlaanv sche burgerschap moet aangeboden aïs blijvende eeretitel en blijk van Vlaamsche dankbaarheid. Door het opstel van den, heer E. de Bomi over het ontst.aan van de jubilee-rende firma, vernemen, we dat onze b«~ treurde burgemeester Jan Van Rijswijck medestichter was van dezen boekhandel, die zooveel bijd'roeg tôt Vlaanderen's kultureel leven, en dat hij de stchtings-akte opsteldé. Bij het zien van vele beeltenissen, en bij het herlezen van eenige bladzijden — want de katalogus bevat een keus uit de werken van verschillende Vlaamsche schrijvers —, komt een gevoel van, piëteit ons hart beroeren, en w« zijn den heer G. Nahon en, zijn mede-helpers, de hh. J. Van der Leest en G. K es 1er, den, onvermoeibaren heer Gouds-waard en de dames A. De Roy, P. Mc-aaets en E. Billauwe oprecht dankbaar votai hum prijzenswaardig init'atief. Bekend als we zijn met de ijvervolle be>- ' kwaamheid en de fijnvoelende handels. en zakentakt van. den heer Smeding, met de nauwgezette plichtsbetrachting van deai heei t?. Nahon,, wenschen w« « D« Nederlandsche Boekhandel », na deze eerste vijf-en-twintig jaren, leven en bloei, in Vlaanderen nog meer en hechter leven, nog grooteren bloei ten baat van taaj en kultuur in het herwordend Vlaanderen, onvervreerndbaar oeel van 't grootfl N'ederhnd, dat zijn kinderen telt h'er in ons litve, hartstochtelijk bem.ind Vader-land, ons Vlaanderen, in het bewonder-de Nederland, onder Afrika's heete zon, wa,ar de moedige Boer onze taal spreekt, en ginder, in Insulinde, naar het woord van Douwes Dekker, « een gordel vas ; smaragd om dt nevenaar ». ANDERE UITGAVEN Overal in Vlaand'eren is leven, schoon,, veel-beieekenend leven. Nog maar nau-welijks zijn de Fonteme-uitgaven gekend en, wordt daarvan het tweede boek ver-wacht, of van uit Brussel verneiiien we hoe de Nieuwe Boekhandel even eens aaa 't werk as gegaan. Men meldt ons van daaruit de verschijniing van eer» kraojs novellen van Maurice iioelant;» : « De Driîdubbvlei Verrassiag ». Drie zomernachtsingeyingen, dewelk» zijn : « De late m,issie, « De lach », « D# stille verbranding » — met drie houtstwv den door Albert Daenens. Er worden door den schrijver eigen-handig gedrukt zeven-en-veertig exrm-plaren, waarVan, in /ien handel, v.jftiea op « papier à chandelle » en vi if tien, op keizerlijk Japansch papier. Weerom een nisuwigheid. lin aanstaande maamd begint, door do zorgen van denzelfden boekhandel, «te eerste reeks van « De Beiaardserie > waarin verschijnen: 1. F. Toussaint V**, Boelae.re : « Petruske's eiinde » ; 2. Her-man leirlinck: «Het Hof van Cleef » ; 3. Karel Van de Woestijne: «De Dag van Schoonhe.di » ; 4. Félix Tirnmermans: « De zeer schoone uren van Juffer Suforosa Begijntje ». De tweede série bevat: L.Baekelman»; « Vacantiekrabbels » ; W. Gijssels : « Het Wonderwoud » ; M. Sabbe : « KaJverlief-, de »; A. De Cock: « Vrouweniiste» » ; C. V au Buggsnhaut: « Zwervend Leven >, * * » TOONHELAANGELEGENHEDEN Over tooneelaangelegenheden hadden, wij Iiefst gezwegen. 't Is niet aange-naam daarover in Vlaanderen nog te schrijven. Zooals wij in de voorgfaande artikelen aantoonden, is de toestand in en om1 de scl:ouwburgen slecht. Me» leeft er om zooveel mogelijk geld te wiru nen ; zoo wein g als men het aandurft zich te vermoeien met kunstwerk v6or het voetlicht te brengen. Het heilig vuut1, d'e kracht van den echtem, den raskun-stenaar, bezielt niemand meer, of bijna niemand meer. En de tijden zijn thans zoo, dat men het den schrijver erg kwa-lijk neemt als hij dezen toestand voor de publieke opinie aanklaagt. Men mag niet aankiagen ; men moot goedviiaden, çoarf-

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Ons land appartenant à la catégorie Oorlogspers, parue à Antwerpen du 1915 au 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes