Vooruit: socialistisch dagblad

1515 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1916, 25 Mai. Vooruit: socialistisch dagblad. Accès à 20 avril 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/rj48p5x68h/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

I ^ B^^DerrmÉ'";)" " :" ' 7" oTBeig^^c^1 "em'ln " ?ûû7 deiîVreamde £5 centienien l'oïa^sô^s ;siodaCtsdi:241 » pfedïtsïraist§»a*d5 5fe-2?4S Ll©nd©ir'dai| 2S fiSËI 1 @1(8 ••*"' ' ^ ^•»»»-^~'™i^.CTi»rin»||i»«aCTr^^^iirar:ra~/-/Twi'!i-iwrg-TTjTOni-'iB-'<mi»Ti-aiirr-:.i.gr-T<mTOa..icgiar'-«TO'--- .««■■jaiMiHilirt'.i»™. «■ jMBBBBBSKHSSffiS \'»2SÏSœKRffTil?«SISra" -. îW ii' - -aanailK "T* v Jg.'Sngg3&.-:; -,TES-:,X.^XSXtmZZBaiSMnD Drakaêer-W !tg«efat«t ! juk Maatschappij H ET LICHT bestuarder : p, DE VISCH. LaicbcrfrOent . . REDACTIE . . ADMINISTRATÏE rlôOOPOORT. 29. GENT VOORUIT Orgaats der Behische Werfdi&demaphl — VerseAihe^ée ah da&en. AB0NNEMENTSPR5J5 BELQIE B?îe tnsenden. , . , , Ir. 3.25 Ses maaudea > . . , . Ir. 6 50 Een Jaar ....... fr. 12.50 Me» afcoaneert rfct» ep aile fsoî&areel» DEN VREEMDE Drie cifcandisn tctegeHjtrt vei zonden) îr. Ô.W Seho8nmaker blijft bij aweit lies! 1 De anti-socialisten van Gent, en mis-[schien 00k wel deze van elders, hebben op lîiandag 15 Mei de 25ste verjaardag ge-iiierd van het versehijnen der pauselijke encycliek « Rerum Novarum». Deze herdenking bestond uit het opdra-cen eener mis en een gelegenheidssermoen. Wij hebben dat sermoen of de toespraak van den eerwaardigen heer Coppens, on-derpastoor van St-Baafskerk en bestuurder van dsn Anti-socialistischen bond van (isnt, gelezen in « Het Volk ». Het viel natuurlijk in d© roi van dien jlieer den lof te maken van de encykliek (Rerum Novarum », door paus Léo XIII aitgevaardigd. Wij hebben, pts na het versehijnen van dît stuk, er He kritiek van gemaakt. iioicaal-wetenschappelijk gezien is die en-grcliek zonder waarde. De titel alleen «Rerum Novarum » of [(Over nieuwe zaken », was al eep onzin, fondât de klassenstrijd reeds volop eene [halve eeuw aan den gang was. -I Had Léo XIII goed© inzichten, dat wil-|lcn wij niet betwisten, maar al zijnie nieuwe laken waren ouden brol en zijne heiligheid [kreeg veeleer het air van een oud-kleer-[kooper dan van eon hervormer. ■ Geen wonder dus dat de eerw&arde heer [Coppens in geen betere positie stond. I Hij zegde dat de encycliek sedert 25 jaar ■het zaad der waarheid en der liefde heeft jgeplant. Parbleu, dat zaad moet wel ta ai zijn, Iwant tôt nu toe soekem \vdj te vergeefsch Inaar de vraarheids- en liefdevruchten die Idaarnit zouden moeten gegroeid zijn. Van ailes wat het anti-socialisme ge-[fiicht heeft, is er niets nieww« : Jt is een-[voudig afgekeken, nageaapt. Wat de werklieden bekomen hebben, heb-|b-;n zij» moeten afpersen door strijd, en r ms gepaard van veel lijden. Wi] mogen dus gerusfc zeggen dat de bilan deT encycliek sluit op stofrelijk gebied inei zéro winst en op zedelijk gebied met Iveel ferlies, gezien zij de verbrokkeling der lirertersklasse in de hand heeft gewerkt, lailioewel de eendracht aller werkera de [eenigste macht is die eene afdoende op-[lossing van het maatschappelijk vraag-[stuk kan bespoedigen en verwezenlijken. De heer Coppens stelde vast, dat de jlagere klassen voor een groot gedeelte in een beklagenswaardigen en rampvollen toe-[stand verkeerde, die onverdlend was. En hij soaade daarvan de 00 r zaken op als polgt : De oorzaken van den toestand zijn te zoefcan in : a) de verniertiging der gilden, b) het ophouden v«ji het ver-eenigingsleven onder de werklieden, c) h>et verdwijnen van de voorvaderlijke godsdienatgevoeleme in maatschappij en wetgeving, d) de teugelloos vrije me-dediging, e) de overmaeht van het ka-"itaal, f) een ailes verslinctende woe-ker.j Pastoorken, postoorken, hier sla&t gjj leelijk den bal mie en gij spreekt ov®r ïaken — permitteert ons van heit u te zeg-'gen, — waarvan gij ge>ene noot muziek kent. Vooreerst, de" definitieve vernietiging der :gildon en het ophouden van het vereeni-gingsleven onder de arbeiders was het j^erk der Fransche Revolutie van 1789, be-teerscht en bezield dooj^tfe drie groote fi-Igoren van Puobespierre, Danton en Marat. De triomf der bourgeoisie was de ge-worte van het porletariaat zonder rechten Pf bescherming, kortom van het modem WavendonK Eb al de land»n van de geheele wereJd jebben de Robespierre's, de Dantons' en <te Marats' der fransche revolutie slaafsch «evolgd. Heeft de kerk, hebben de katholieke lan-jwn uitzonderiog gemaakt als Jt u biieft? volstrekt niet, «la loi sur les coalitions » m de wet op de samenspanning werd over-« ingevoerd, tôt zelfs in de pauselijke sta-[*n, ten tijde dat de pausen nog burger-ttjke koningen waran, terzelvertijd als de fresidenten derr grootste aedelijke repu-l°«ek der weneld, die de kerk is. En de wet op de samenspanning in België ^stond tôt in 1866, alhoewel het wetsont-W9fp voor de afschaffing ervan in 1860 neergelegd. Al de katholieke ministeries die sedert 1630 elkander hadden opgevolgd hadden ?8 wet op de samenspaning behoucLen en was dan nog een liberaal ministerie dat ^ de afschafting ervan besloot. Als de werklieden dus jhet recht van ver-'Wiging hebben veroverd, is het dank aan eel strijd, veel lijden, veel honger en ?evang. Zij danken niet-s &an de kerk, wel iate-gendeel, alhoewel de werklieden te dien Me er nog allen trouwe aanhangers van ' u?00 en r&°htzirmig geloofden. . ^ de vernietiging der gilden betreft is ,Zln, omdat de tegenwoordige syndikaten f„ts anders zijn aan de moderne gilden. L ^8 dus, pastoor, over hiet ophouden net vei&«n4igiflgsleveiB oncles de werk- Als iemand het heropbeuren van het ver-eenigingsleven onder de werklieden belem-merd heeft door vuile en brutale œiddels, dan is b«t uwe partij in de eerste plaals ! Dat weten aile gentsche werklieden en zelfs deze van geheel Vlaamsch België. • • • De derde reden van de onverdiende ellen-de der werklieden is het verdwijnen van de voorvaderlijke godsdienstgevoelens in de maatsch.appij en in de wetgeving. Heeft M. Coppens weinig haar, hij mist toch geen toepet. Dat de godsdienstgevoelens over 't al-gemeen verminderd zijn, is waar. Maar waren de werklieâen dan gelukki-ger toen de godsdienst in vollen bloei was* Juist het verkeerde is waar, wat wij hooger reeds hebben bewezein. Is arm Vlaanderen, het paradijs der ka-pitalisten en der pap&n, gelukkiger dan het 'tnin godsdienstig Walenland, of het god-loochenend Frankrijk, of het protestantsch Engeland, enz. 1 't "Omgekeerde is weerom waar ! En juist door de.treffende feiten van on-macht en onwil bij de kerk zijn de oor-zakeo dat de godsdienstgevoeleng zijsi verminderd en nog zullen verminderen. En dat kan niet andera, als gij zelf be-kent dat de godsdienstgevoelens verdwijnen in de wetgeving in een lasid gelijk het onze, dat sedert 32 jaren het ongeluk heeft door katholieken geregeerd te worden. (Wordt vervolgd.) F. H. M »i Kl ! Treurt niet! Treurt nietl i Hoog den moed ! 't Zwarfce wee wordt ons benomen In de dagçn die er komern, Vechbein wij die Tegemo et 1 8. Boîtw. De maatschappelijke ellende en de gees-telijke achterlijkheid, wa-arin de arbeiders-klasse verkeert, ^ijn beiden îactoren welke in België" in Vlaanderen vooral, de be-wustwording van het proletariaat vijandig in den weg staan. Buiten enkele streken van Rusland, Spanje en Zuid-Italië, tellen wa 't grootste getal ongeleerden. ôok was in weinige streken de arbsidsduur z66 lang, het loon z66 klein. Met aile recht ko<n ons landeke door Karl Marx worden betiteld aie het « Paradijs der kapitaliyten ». Wij hebben niet alleen een zeer dichte bevolking, en een industrie behoorend — v66r de oorlog haar lïeersloeg — tôt de sterksten der wereld, maar 00k was ner-gens, buiten hoogergerooemde streken, de uitbultingBgraad van het proletariaat z66 ho°S- . ^ Naast een overgrooten privaat-kapitali-stisch«n rijkdom, drong zich een afschuwe^" lijke stoffelijke en geestelijke volksellende naar voren. Herinner u wat vrienden vam dorp en stswi, van Noordzeekust en Leieboorden, ons van 't leven en lijden der arbeiders in « Arm Vlaanderen » leerden keninen ; denkt aan de op « Hoop van Zegen > zwal-pende visschers onzer kust, aan teringlij-dende kantwerksters ; aan afgebeulde man-denmakers en st-eenbakkers ; aan door ar-beddsstof opgevreten fabriekwerkers, — aan fcl die vaal-bleeke geraamten, wroetend soms dag-en-nacht-aan-een-stuk. 0 ! 't Kapitalisme werd de hel en hiet va-gevuur voor dis nog aan godsdienst en je-aever verslaafde, in drommen vaa duizeâi- | den elken zondag kerkwaarts gaande, Vla^arnsche boerenarbeiders en werklieden der sted-en. Maar toch, — er kwam licht! Qect was de vuurbaken, de wegwljzer. Van da-ar kwamen de moecligen, de apos-tels. Als zaaiers gingen zij uit om te zaaien. De grond was vruchtbaar, door zweet en hongerlijden bemest; het zaad tôt gisten gereed. Z'ij strooiden het weelderig in het ronde, met het breedé gebaar, het diepe inzicht, den vasten wil, van iemand die ziet in de toekomst. Een geest van verzet, van opstamding tegem een anarohistische maatschappij, ont-waakte alom, dringend door Vlaanderen's dofpen en steden, waar pastoor en kasteel-heer, onbeteugeld den soepter voerend, land- en andere arbeiders onder hum juk deden buigen. Het zaad van het Socialisme ten koste van aile moeite, ontbering, opoffering en vervolgi'ng, van uit Gent door loonslaven — arm en verlaten als zij tôt wie ze zich begaven — tôt aile gehuchten gebracht en z66 offermoedig gestrooid, ontkiemde vol levenskracht. Een nieuwere, jong-frissche atmospheer doorwaaide Vlaanderen, leven eai vrijheid belovend. Niet onbestreden zou 't Kapitalisme, door godsdienst,Tonwetendheid en jenever gesteund, als meester blijven heerschen. Klassenbewustzijn ontwaakte. Inzicht in de rede hunner ellende deed de hersenen der onterfden openen. Stoffelijke ellende kan onder bepaalde omstan dighe d en erg om dragen zijn, maar inirâfihià.în is verkregen, laait het verzet, bij gémis aan besef, niet op. Want velen zijn door armoe z66 verhard, dat zij hun toest«nd niet begrijpen, dat elk gevoelen hunner positie is afgestompt, soms zelfs volkomen is uitgeroeid. Daarentegen zal hij die tôt een zekere mate va.n inzicht is gekomen, meer dan ooit gevoelen den knellenden band der armoe, die hem martelt van de wieg tôt het graf; zijn familieleven vernietigt, zijn vrouw uit het huis haalt en sleurt naar wi&rkhuis of fabriek ; hem zijn kinderen ont-steelt en, vroeg-oud maakti door te swaren, overtolli^aa arbeid; hem wonen doet in krotten en hokken waar selfs geen zwijin zijn strooibed zou willen ; hem aile noodige yoeding, kleeding, gezondheid en levens-kraoht doet ontberan ; — hij, de door-in-zicht-beroerde, voelt dit allés veel feller nog bij de keirais van de groote rede der op hem en zijn klasse rustende, maatschappelijke dégradatie ; veel feller dan toen hij zich alleenlijk als een arm man aanzag. Het brengen en verspreiden van inzicht in de maatschappij, het doen oplaaien van bewustzijn, was heit doel çnzer propaganda. Zij verkondigds hoe de proletarieche armoe onzes tijds, niets dan sociale armoe, massa-armoe, dus klasse-armoe is. Zij wees op de tegenstrijdigheden in onze samenleving, veroorzaakt door een onge-regelde wijze van voortbrengem en mede-dingen; zij toonde de ellende, de redeloca-heid, de onwetendheid door de voort-brengstwijze geboren, en tôt wat rijke en vruchtbare gewesten onder kapitalistisch© baatzucht waren geworden. Zij wees de zieke plek, dien ondermjjneo-den kanker aan ; maar tevena het redmid-del : de macht der organisafcie, die den felas-senstrijd voert, en lotsverbeteringen af-dwingt.Socialistischo vak-, kcx^>eratieve- «i po-litieke organisation rezen ten allen kan'te op. Van een zuiver socialistiseh standpunt gezien is onze organisatievorm een ideale vorm voor het strijdand pwletariaafc. Zij is de gieslotene oï-ganisebe ©enheid van aile akties, vam strijd, vermaak, geestelijke ontwikkeling, onder d ; oppsrheid der politiekf* arbeide-spar'ij Naast den strijd voor stoffeiijke v«rbei»-ring voeren w# dezen voor geestelijk» en kunstontwikk&ling, wijl we begrijpen dat het eene niet zonder het andere leven kan. KAMERADEN! De oorlog heeft het voortzetten van onzen arbeid belemmerd. Organisatiën zullen misschien vernietigd zijn, andere geieden hebben door gexnis aao ledding en hulpmiddelen. Als de vredesdag aanbrfeekt zal een swa-re taak ons wachten, want het door den oorlog afgebroken en onderxnijnd werk moet worden heropgevat en voortgeaet. Wat vernietigd is moet heropgebouwd, wat geleden heeft moet worden gestut en hooger opgetrokken. Daarom, weifelt nietl Hoog den moed! De sterke schonders er dan onder geiret, en uit aile maoht geborsoht den zwarAn last die moet worden verstouwd. Wij komen er als gij wilt! Als gij — de massa, die de macht heeft, — het wilt, en er uw krachtige schouderen onder set. Als gij u sterk houdt, u en uwe organisatiën, en dus uw kracbf bewaard voor de dagen die komen. Als gij u geestelijk ontwikkelt, ten einde bereid te zijn tôt den strijd voor een m«n-schelijker maatschappij, zonder bovoorrech-ten, zonder honger en zuchten, zonder heer en slaaf. C. JAN ÛmsokMst fossekta de soeiidiRSfisolii Landei 1 ... 1er wij 1 de grootste europeesene fetaten zich 'in den oorlog letterlijk uitputten — ailes kapot slaan wat sedert eene eeuw tôt stand gebracht werd, ziet men in het Noor-den <een bondgenootschap tôt stand komen waardoor de handels- en nijverheidsbelan-gen tùsschen Noorwegen, Zweden en Denè-marken op de krachtigste wijze zullen be-schermd worden. De onlangs gestichte partij van het « nieuw scandinavisme », 00k genoemd van het «handelsscandinavisme», wint aile dagen invloedrijk leden en is bezig met het vormen van eene niet te versmaden kapita-listische macht, die weldra in staat zal zijn om «wonderen» te verrichten. Hefc te Qotenburg versohijnend hondels- en nijverheidsblad ilandelstidning, dat voor-loopig mag beschouwd worden als het or-gaan der nieuwe organisatie, schreef dezer dagen met het 00g op den nieuwen toe-stand die uit den europeeschen oorlog kan geboren worden: « Het is zoo goed als zeker dat er na den oorlog, voor wat handel en nijverheid aan-gaat, voor wat de betrekkingen tusschen de volkeren aàngaat, een heel nieuwe toestand zal ontstaan — en dat vooral de minder groote landen van Europa al hunne krach-tein zullen moeten aanwenden om zich den nieuwen toestand aan te passen. » Ontegensprekelijk bestaat voor de scan-dinavische landen het beste middel daartoe Ln. da. nauiKsi mofifiliike tuwieaiiâiJiitiiuï van heel Scandinavie, vooral op gebied van handel en nijverheid... Kunnen wij er in gelukken een volledig akkoord tôt stand te brengen tusschen aile soandinavische han-delaàrs en nijveraars, dan zullen wij er ge-makkelijk kunnen in gelukken om onze po-litieke en economische belangen te verdedi-gen niet alleen, maar 00k om te voorkomen dat wij later als kleinnijveraars verplet-terd worden door de grootkapitalistische landen, die zich t&sh op de eene of de andere manier zullen weten te verstaan voor wat aangaat de groote wçreldmarkt. » Het te ChriBtiànla verschijnend halfoffi-cieel orgaan det noorsche regeering, de zeer invloedrijke Intelligensfedler, die zich bezig hield met de door de E andelstidning verdedigde gedachten, verklaards eenige dagen later: « Het idee van de economische samenwe*-king tusschen de noorderlijk gelegen landen werd reeds op het tapijt gebraoht en grondig besprolten voor een paar maanden, toen de scandinavische ministère in Kopen-hagen vergaderd waren om over de weder-zijdsche belangen te spreken. «Voorloopig werd daar aangenomen dat de soandinavische landen, in het geval dat s» na den bloedoorlog een handelsoorlog «ou nitbroken, zich «ouden te bepalen hebben tôt de krachtige verdediging van hunne economische belangen, terwijl zij zich voort zoo streng mogelijk zouden te houden hebben op het terrein der volledigste neu-traliteit... Soandinavië heeft er in de eerste plaat-s en in aile omstandigheden voor te zorgen dat het zijne handels- en nijver-heidsvrijhoden beware, Booalw het er voor te zorgen heeft dat «ijhe politieké onafhanke-lijkheid en sijn volledig sselfbestuur onge-schonden behouden bl-ijven. » Uit deze verklaring kaa men opmaken dat men aan hoogerhand nie* «00 heelemaal instemt met de gedachtwn en de inziohten van de strijdlustige handelaars- en nijve-raarswereld, maar de eenvoudigste socialist weet al te goed dat het ten slotte toch de gaorganiseerde grootkapitalisten àm 1-ands zijn die de wet maken en de taktiek voor-schrijven, 00k aan de regeering. Stand den ©0îi®i Y P E B E R! . Een korrespondent van de «N. R. Crt» schrijft: «Wij zijn in Yperen geweest. Ype-ren is — om de kerhachtige beeldspraak van de Engelsche soldaten te gebruiken — een van de «ongezond«te» plaatsen aan het front. Het wordt nog dagelijks gebombar-deord. De weg erhéen is al niet vrooiijk. Na Vlamertinghe is het iets treurigs. Het is een rechte, vlakke weg met boomen aan weerszijden. Het' land is vlak en verlaten. De huiïen zijn ingestort of staan op het instorten. Men heeft het onaangenaam ge-voel, wanneer men Yperen nadert, dat men het «salient» ingaat, dit wil zeggen, dat men de Duitsohe lijnen aan drie kanten krijgt. Er heerscht in de rerwoeste stad een die-|pe stilte, die slechts gebroken wordt door het geluid van verre en dichtbije ontplof-fingen ; een enkel maal door het storton van afbrokkelend puin. Geen huis is er ge-spaard door de granaten. Straat na ntraat voert door bouwvallen, nergens vindt het zoekend -oog de verpoozing van een onge-deerd gebouw. Soms is onze weg ornzoomd van vormloosse puinhoopen en we moeten over brokstukken klauferen, die midden ,op straat zijn gestort. Dan weer staan muren nog moedig ovefeind, schragen brokkeai dak zelfs. Een huis is opengescheurd door ds verwoestin^ç: de voorwand is weggestort, maar de verdiepingsvloeren houden nog en we zien daarboven een bed, een schrijfta-feltje.Dat ailes is van een vaaî en eentonig grijs. Het is middag e<n de vroolijke lente-zon doet de verlatenheid en de doodsche kleurloosheid van het al nog schrijnender gevoelen. Een verrukkelijk belder toetsje groon verkwikt ons. ' Het is een klimboom in een binnentuintje, zichtbaar omdat één blok huizon volledig inelkaar-gebombar-deerd is. Hij houdt zich overeind aan een afbrokkelenden muur en begint onbezorgd blad te zetten nu het lente is ; een andere naast hem is koolzwart: verbrand. Terwijl wij, beklemd, tusschen de bouwvallen zoekcA, klinkt opeens het gierend I fluiten van eene Duitsche granaat. Wij kij-' ken om en beseffen met eene huivering, hoe wijd het plein en hoe leeg de doode stad is. Een ropJjwlkje hangt verderweg boven de puinhoopen, Wij vafcten den terugtocht aan. Telkens gier weer een granaat door de zon-nige stilte. Ik praat met den korporaal. Hij is uiterst welgemoed : granaten hebfcên hun afschrik voor hem verloren. Wij verlaten dafc oord van verschrikking. Voorbij Vlamertinghe is de straatweg nog even leveadig. Poperinghe is nog even op-gewekt en Zondagsch. In de kleine plaats-jes, die wij doortyffen, zitten de Tommy's cp de banken voor het estaminet « In den Ondank » of de herberg « De Vaderland'er» en de Vla'amsche meisjes hebben schik in het leven als vroeger. Is de wereld mis-scliien toch dezelfde gebleven ? Onze tocht gaa,t îjaar een heuvel, van-w.aar wij een mooi uitzicht oier het oor-logsgebied hobben. Het was een idyllisch .nbltie. Wij picnicten er in de stralende zon en vlijden ons toen neer aan den kant van het front. Een wijd vergeaioht hadden wij er over het land. Het was een liefîijk land-schap onder t1 11 blauwen hemel. Groene velden. Veel ^ploemen. En aarclige roode dorpjes. Arme roode dorpjes, Wytschaete, St-Eloi, Hollebeke ! \ 't Pareil gepleisterde graven, als men d<>or den kijker keek. De roode daken waren vol gaten en rustten op brokkelende muren. Gaen mensch in de straten. En in heel dat liefîijk land, als men er maar eene op lette, ge>en mensoh. De laactjee lang* de slooten — verlaten. D» akkors — ver-wilderd. De huiuen — leeg of puin. In de verte bouwvallen van Yperen,grijs in het zonlicht. De Hallen en de katfaedxaal beheerschten hefc »tad«beeld n<Sg. Wrtt» wolkj«s versohenen elk oogienbiik boven de stad, en het gerommel van verre ontploffin-gen drong in de stilte toit ons door. Yperen werd gebembardeerd. Een» zag ik een vuilgroene wolk: een lyddietfcom. De loop-graafiijn was met den kijker zonder moeite te volgen. ' En 00k daar gedurig de witt» wolk j es. Het afgebîrolken gjebombardeer vormde een wonderlijk concert in dion atj%-lJkàen aonnedag. H®t vm niot alleen bal gedonder vsjj het zwaar geschnfe, an Ter, dan uichterbij. Van tijd tôt tijd klonk oofc het kort en vinnig geraitel vaa een sael-vuurkanon. En dan zagen wjj ope«n« & hefc blauw y'an d* luoht kleine witt» wolkjea ontspringeo en er volgden hard© bonsendo knallen. Dat wSldte zeggen, daffe er een ylie-ger besohoten werd en wij zochten hem met onze kijkers. Daar kwam hij van achter een stralenàwitte wolk te roorschijti. în de zon fliklceren zijne vleugels als <le vlengela van eene waterjuffer. De oirkels ondera-an geschilderde toonen, dat het een Engelsch-man'is; eens zagen wij een Duitsche r, heel hoog vliegçnd, met hét ferais onder de vleugela. * ¥ ¥ SB© ®t@lSl8ag©iî we#ton «aaa i© iHan© Çeorg Queri beschrijft in het «Berliner Tageblatt» het Fransche front ten westen v ?. -> -;l t» : / « Het front, dat generaal Bàzslaire als bevelhebber van het «groupement rive gauche de la Meuse» verdedigt, heeft, on-danks de sterke krommingen, niet meer dân achttien kilometer lengte. Van deze lengte vormt niet meer dan ze-van kilometer het hoofdfront voor den strijd, namelijk de zuidwestelijke stelling aan den Mort Homme, de hoek die onge-veer tusschen den Termietenheuvel en hoogte 304 in suideiijke richting loopt en Jiet zuidelijk gedeelte van het bos-ch vàn AVocourt. De sterke wil van dien generaal zendt steeds weer stormtroepen cyer dien weg Esnes-Cumières naar het golvende terrain, dat hier ten westen en ten auiden vàn den Mort Homme in onze handen is. Wij hebben hier steunpunten veroverd, waarte- ' gen de vijand met bnitengewone opoffe-î-ing zich vooruit werkan wil. Een beekje loopt hier noordelijk naar Béthineourt âtyor een inzinking. Deze trekfc de vijan-delijke stelling tussohen hefc stuk boseh ten zuidten van 304 en het benedengedeeite an» de zuidtelijke helling van den Mort Homme ver uit elkaar. Daarentegen loopen van beide punten van het front flinke verdie-digingsstrcoken naar den zoogenaamdeo rug van Marre. Da&rachter groepseran zich om het fort van Marre de forten Bel-i lies Epines en Vacherauxvidle in het oostea en fort Bourrus in het westen. Tusschen het fort Bourrus an het Bois Bourrus ligfe het belangrijke tuBSchenwerk Bryères op 295 meter hoogte. Men vergist zich zekor niet, als men op deze linie van ongeveer vijf kilometer uitgestrektheid de groote reserves van den vijand zoekt, die voor he* verdedigingsgebied tusschen Oumièree en den Mort Homme in aanmerking komon. De tweede groote verdedigingsbazis vait generaal Bazelaire moet men zoeken in d® lijn Montzéville-Esnes-hoogte 304. Hier lign gen sterke vijandelijke troepen geconoen# treerd. Zij hadden tôt taak de hoogte 304 te houden. Nu kan er alleen nog spraka zijn van een herovering of van verdediging van hoogte 310. De vijand heeft zich hier in eenige stroo-t ken bosch goed kunnen nesbelen, in allen gevalle heeft hij in Esnes zeer omvangrijkei werken aangelegd. De opperbevelhebberi bevordert de uitbreiding van de verdedi-gingsschansen en yveldbevestigingen meH aile middelen en de soldaten in zijn gebiecî zijn op een wijze met de spade aan hei) wark geaet, die men in dezen oorlog nog niet heeft aanschouwd. Als derde frontlinie van generaal Baze< laire komt het rechite eind van de zuidpunt 1 van het Oheppy-bosch over Avocourt naar de hoogte 304 in aanmerking. Dit is ongeveer 7 kilometer. Drie zeer uitgestrekte bosseben versterken deze lijn ten zuide» van d6n rug. Het Hessein'bosch met de 3061 meter hooge Hermont en voor het bosch van Chattencourt, waaruit vier kleineis bo.ichjes naar voren schuiven. NaAuurlijk staat de verdediging ten zuii den van 304 met die tegen het boseh van Avocourt en het Camardbosch in de nauw-I ste vorbinding. Terwijl wij, zoo wel van deA Termietenheuvel als van het bosch van Ma<i * laneoujpt d# we^teliiko vad

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Vooruit: socialistisch dagblad appartenant à la catégorie Socialistische pers, parue à Gent du 1884 au 1978.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes