Vooruit: socialistisch dagblad

1537 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1915, 06 Mai. Vooruit: socialistisch dagblad. Accès à 28 mars 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/sj19k47441/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

VOORUIT BERICHT De Burgemeester van Gent, heeft bericht ontvangen dat feiten, vallen-de onder de toepassing van do wet op de yrijheid van den arbeid, in deze laatete dagen werden gepleegd. Verscheidene vrouwen, ten huize werkende voor reke-ning van patronen die vervaardigde voor-werpen a-an de militairen leveren, werden beleedigd en bedreigd zoo ten huiïe als in de straat. Twee plichtigen, een man en eene vrouw, iwerden in heclitenis genomen. De duitsche overheid houdt ze te harer beschikking en tal over hunne daden beslissen. Op bevel van zijne Exe. de Lieutenant-Qeneraal-Opzichter der Etapen, doet de Burgemeester een oproep tôt de Gentsc-ie bevolking opdat dergelijke aanslagen zich niet meer zouden voordoen. Zij zouden hen die ze bedrijven blootstellen aan gevangen-zitting en tevens aan de stad zware boe-ten doen oploopen. Gedaan te Gent, den 3 Mei 1915. De Burgemeester : E. Braun. # * * Bekendmaking Aan het publiek wordt herinnerd dat aile Duitsche pasmunt ao.et gegevei en betaald worden tegen den koers van 1,25 fr. de Mark. Gent, 3 Mei 1915. De Etappcn-Kommandant. HENDRIK CONSCIENCE Het was eene gelukkige gedachte van de tedactie «Vooruit» na Uilenspiegel, het machtig epos van den strijd der Geuzen itegen de Spaansche dwingeîandij, de publi-ceering te beginnen van Conscience's Jacob van Artevelde, do geschiedenis van dat ander roemnjk tijdperk in onze nationale geschiedenis ; het tijdstip, waarin de inacht, de grootheid en de luister der Vlaamsche gemesnten een nooit-gezien hoogtepunt bereikten en zij de wereld ver-vulden van den roem hunner daden. De groote, wereldberoemde romanschrij-ver werd den 13 December 1812 te Antwerpen geboren (in de Pompstraat) van eene Vlaamsche moeder en een Franschen va-der, die, eerst onderhavenmeester van het Keizerlijk Arsenaal te Antwerpen, door ,den val van Napoléon gedwongen-werkloos werd en voortaan moeite had om de beide cindjes van het jaar aan elkander te knoo" pen. Toen na den dood van zijne eerst-o vrouw vader Conscience hertrouwde en het gezin met verscheidene kinderen ver-rijkt werd, moest de jonge, tengere en bloode droomer Hendrik den last van het gezin helpen dragen. Na eerdgen tijd het ambt van onderwijzer — zonder veel aan-ïeg echter — bij Mr. Delin vervuld te heb" ben, nam hij in 1830 geestdriftig als vrij-Williger dienst in het Belgisch leger. Daarvoor echter evenmin in de wieg ge-3egd, verliet hij in 1836 voor goed het leger en werd door zijn vriend Jan De Laet (die 'ondertusschen in onze taal was gaan dich-,ten), in Vlaamsche kunstenaarskringen ge-introduceerd. In dien tijd schreef hij zijn (©erste werk Het Wonderjaer, een hyper-romantisch, opgeschroefd verhaal, dat 'echter veel bij val verwierf. (Zie daarover Anseele's artikels in de eerste drio num-mers van het Zondagsblad.) Na eene ontgoocheling met Phan(azij,een bundel onbeduidende verzen, zette hij zich aan zijn Leernv van Vlaanderen.Eene rilling van fierheid en nationale trots schokte door net Vlaamsche land, toen de heldendaden zijner roemrijke middeleeuwsche zonen op onsterfelijke wijze vereeuwigd werden,toen een machtige stem de grootheid en de glo-rie van zijn volk uitgalmde met geniale be-zieling. In vlammende pracht- rees Vlaan-deren's roeping voor de oogen der ver-baasde Vlamingen op en zij zwoeren, dab hun volk te groot en te schoon was om nu reed3 te sterven. Meer dan zijn volk leeren lezen heeft Conscience verwezenlijkt : hij heeft zijn ingedommeld nationaal bewust-zijn wakker geschud,hij heeft de Vlaamscne nationaliteit gered en hare toekomst op stevige basis gegrondvest. Wel werd de arme volksjongen door de uitgave van dit gewrocht in een omdraai beroemd, maar zijn stoffelijke toestand werd er niet beter om. Door allerlei tegenkantingen ontmoe-digd, gaf hij zijn ontslag op het provincia&l gouvernement en ging bij zijn vriend, don bloemkweeker Karel Van Geert, wonen. Daar leefde hij acht maanden in volledige afzondering en bestudeerde er ijverig de botaniek. Na dien tijd sprak hij eene diep-gevoelde Vlaamsche redevoering uit op het graf van den bestuurder der Akademie y an Schoone Kunsten en werd, door tuschenkomst van sijn vriend, den historieschilder Wappers, die tôt bestuurder der Akademie banoemd geworden was, tôt sekretaris aan dczelfde iûrichting gehecht. Op uitnoodiging van de Belgische regee-ring schreef hij zijne Geschiedenis van Bel-gië en werd tôt ridder van de Leopoldsorde benoemd. Kort ha zijne benoeming maakto hij kennis met Mej. Maria Peinen, waarmee hij het volgend jaar in het huwelijk trad ; een echt, die voorbeeldig-gelukkig ia ge-■weest.In 1843 begon hij, met Hoe men Schildcr wordi, die reeks idealistische, eenvoudige, maar betooverende verhalen, v/aarin hij *66 goed tôt het hart van zijn volk wist door te dringen, dat honderden en honder-den ze nu nog dagelijks lezen en herlezen. Hier toonde hij zich werkelijk een waar en groot dichter van het hart, zooals Pol de ♦tf.ont hem geaoemd heeft : osn dichter, die 78t leven zioc doorheen de glazen van zij* idealiseerenden bril, die zijn personen schildert niet zooals hij ze ziet, maar gelijk hij ze wenscht te zien. Dat is het ook wat vojk in r®,taan xerlanst : niet d» photographie van het leven, dat het iede-ren dag veel schooner, veel bonter en rij-ker in de voile werkelijkheid ziet en be-loeft, maar een fantastische wereld van ideale personen, waar het goede steeds zegeviert. Verre van ons de gedachte dat de opinie van het publiek als norm voor de letterkundige kritiek moet gelden, inte-gendeel : uit zuiver-literair oogpunt is die opvatting onbetwistbaar valsch en dikwijls wansmakelijk. Dien gaiischen rommel van on-werkelijke personen, feiten en toestan-den hebben de moderne romanschrijvers met reden over boord geworpen. Conscience heeft niettemin verworven de kinderlijk eenvoudige liefde en de grenzelooze ver-eering, waarmee zijn volk hem omringt,als-mede de buitengewone populariteit, die iiij in korfcen tijd verwierf. Thans brak echter voor den grooten man een droevig tijdperk aa-n. Meenend, dat hij ook op politiek terrein voor zijn volk iets kon, ja moest tôt stand brengen, stelde hij zich als zuiver Vlaamschgezind kandidaat voor den Antwerpsehen gemeenteraad voor. Op de laagsto en lafste manier werd hij door de toenmaals verfranschte politiekers gelasterd en beschimpt. Uitgeput en gebro-ken, vluchtte hij naar zijn geliefd Kempen-lanc>f waa-r hij in de rust en den vrede van de natuur De Loteling, Rikke-Tikkc-Tak, Baaa Ganzendouk en De arme Edclmau schreef. Na korten tijd keerde hij echter naar Antwerpen terug en werd in 1857 naar Kortrijk als arrondissements-kommissaris verplaatst. Het was een kalme tijd in ziijn leven. Hier schreef hij die reeks verhalen, die schoon niet zoo frisch-naïef als zijn Kempische vertellingen, toch nog door het volk met liefde gelezeu worden : Batavia, Het ijzeren Graf. De Koopman van Antwerpen, enz., maar vooral dat innig-ont-roerend Bavo en Lievekcn, waarmee hij den vijfjaarlijkschen prijs voor letterkunde won. In 1868 eindelijk werd hij tôt bewaarder der koninklijke musea van schilder- en beeld-houwkunst te Brussel benoemd. Daar ont-rukto de ziekte hem ■'ijne twee zonen Hilde-bert en Hendrik.Zijne dochter Maria hawde met den dichter Gentil Antheunis. Daar schreef hij nog eene heele serie werken, waaronder De Kerela van Viaanderen. In 1880 verscheen zijn honderdste boek-deel en te dier gelegenheid stroomden dui-zenden en duizenden naar de hoofdplaats te samen om den grooten man een vorstelijke hulde te bewijzen. De 12 Augustus 1883 werd zijn bronzen standbeeld in zijn geboorte-plaats fecstelijk onthuld,maar hij. Conscience, was er niet tegenwoordig : ziek lag hij te bed en eene maand later,den 8September 1883, gaf hij den geest. Koninklijk werd nij in Antwerpen begraven. Aan Conscience da-nken wij de herge-boorte onzer literatuur. Nevens Jan-Erans Willems, die langs meer theoretischen weg door het verspreiden onzer middeleeuwsche letterkunde ons volkswezen nieuw leven trachtte te schenken, heeft Conscience door ; zijne romans en novellen net Vlaamsche volk uit zijn eeuwenouden slaap wakker geschud. Als bij intuïtie heeft hij aan de geestelijke behoeften van zijn volk passend voedsel ge-geven ; hij heeft zijn volk weten te boeien en, niettegenstaands zijne massa gebreken, is hij een verteller van eersten rang geble-ven. In zijn nistorische romans heeft hij de liefde voor eigen land en volk bij zijne lezers doen ontvlammen, lijk geen het ver-mo:ht, en het fiere verleden van Breydel, De Coninck en Artevelde, hun da.ppere daden en gloeiende v/elsprekendheid in dienst van de vrijheid en de onafhankelijk-heid, dat ailes is met overtuigende kracht in zijn werken geteekend. Ook ziijn Ant-werpsche verhalen, waarin hij de oude stra-ten soms pakkend kan doen leven, maar vooral zijne Kempische romans, mcesterlijk weergevend soms de weemoedige stemming van onbegrensde verten, en zijn warnv gevoelig Bavo en Lievekcn vonden den weg tôt het hart van het volk. O zeker, veel kan de moderne kritiek op het werk van dien volbloedigen romantikus afdingen.Voorzeker mogen zijne historische romans, tec opzichte van samenstelling en dramatisch^f-i bouw, kunstmatig en soms zwak genoemd worden. Van een anderen kant zijn zijne meeste personen psycholo-gisch zoo on-reëel geteekend, zoo weinig waar. zoo fel-overdreven in fie p.on of aa, , dere richting,dat onze moderne kunstsmaak maar bitter weinig meer voelen kan voor de levens-echtheid van Qie_ romans. En hoe koud-cerebraal, hoe a 'tificiëel zijn zijne sre-schiedkundige romans ontleend aan de historié van andere volkeren, zooals Batavia, Hlodwig en Clotildis en De Burgemeester van Luikî En wat daji gezegd van zijn bombastisch-opgeschroefden, deklamatorischen stijl, "jn oppervlakkige keuze van het juist-typeerend woord, zijn enorm-slordige taal 1 Laat het ons openhartig bekennen dat het grootste deel van Conscience's produktie maar moei-lijk het onderzoek van de huidige kritiek kan doorstaan ; dat schrijvers als Buysse, Vermeijlen, Teirlinck, Van de Woestijne, in hun angstvallige bezorgdheid voor het sterkteskenend woord, oneindig hooger staan, dat uit dat oogpunt Conscience zelfs met onze tegenwoordige tweede-rangschrij-vers niet kan vergeleken worden. Maar la.at er ons dan ook onmiddellijk bij- voegen dat hij geweest is de groote baan-breker, die de hoopvolle opbloei onzer moderne literatuur heetf voorbereid en moge-lijk gemaakt, dat hij was een kind van zijn romantischen tijd en meeging met dien tijd waarin ook het hart van het volk nog zoo naief-eenvoudig was en moeilijk vatbaar zou zijn geweest voor anders. Laat ons daarom de schrijvers uit die periode niet zoozeer negeeren als literatoren, maar hen eeren en liefhebben als strijder- _ die 6ns werk hebben mogelijk gemaakt ; zingen wij Benoit's melodie op de la Montagne's liefde-voll3. woorden : «Het is uw triomf dien wij huldigen thans ; voor immer omstraald met onsterfelijkheids- [glans zal rusten des zangers heilig gebeente in 't heerlijk gesteente ten dank hem gewijd door zijn Viaanderen fgansch ! > Ach.-J. Volkmaa. De Internationale vakorganisatie der werkiiedan, voor, tijdens en na des oorlog il Het zijn de duitsche syndikaten die den grootsten sprong maakten in den loop vtn 20 jaren. In 1892 telden de vrije (socialis-tische) organisatiën 237.049 leden ; in 1912 waren zij geklommen tôt 2.583.492 ; begin 1914 tôt meer dan 3 millioen leden. (iiet juiste cijfer voor 1913 kunnen wij niet ge-ven.)DE STEEKTE DER VAKORGANÏSAÏIE DES VEHSCHILLENDE PABTIJEN IN DUITSCHLAND. Versohillende partijan Einde Einda iî)ll 1912 Socialistische federatiën 2.421.465 2.583.492 Hirsch-Duncker 107.743 109.225 Kristene syndikatea 350.574 Onafhankelijken 763.935 814.745 Syndikaten" voor den vrede 162.262 231.048 Confessioneele syndikaten (1) 128.000 125.614 Id. vrouwelijke (2) 30.300 30.0C0 Totaal 3.964.279 4.215.054 De Centralen telden in 1912 als middel-matig ledental : Metaalbewerkers 535.903 Bouwarbeiders 335.560 Transportarbeiders 215.948 Fabriekarbeiders 205.026 Houtbewerkers 192.645 Textielbewerkers 140.217 Mijnbewerkers 117.875 Letterzetters 66.673 Schrijnwerkers 61.872 Schilders 51.621 Gemeentewerklieden 50.058 Brouwers en mulders 49.834 Kleermakers 49.533 Schoenmakers 46.227 Tabakbewerkers 36.269 Boekbinders 32.374 De andere centralen, min dan 30 dui-zend leden tellend worden niet opgegeven, de lijst te uitgebreid zijnde. De sterkste federatie, — deze der metaal- (1) Reichsarbeitsblad, Februari 1914. (2) Bijzondere Fascicule van het Reichsarbeitsblad, Berlijn, Cari Heymann, 1914. bewerkers, — telde einde 1913 meer dan 600.000 leden. De socialistische vakfederatiën hierboven aangegeven hebben 222.800 vrouwen als leden; in 1911 hadden zij er maar 191.332. Daarvan zijn er 53.363 in de textielnijver-heid, 17.912 in de tabakindustrie, 15.979 in de letterzetterij, 10.840 magazijnbedienden en 10.486 in de kleedernijverheid. De andere federatiën tellen min dan 10 duizend vrouwen. Volgens Legien was het getal vereenig-den in de verschillende landen aangesloten bij de internationale vakfederatiën in 1912 van 13 millioen tegen 11.435.498 in 1911. * * * GETAL VEREENIGDEN PER NIJVER-HEID OP EINDE 1912 IN GROOT BRITTANJE (ENGELAND). Nijverhedea Getal leden Bouwvakken 203.7ol Mijnen en steengroeven 757.128 Metaalindustrie, machine en scheepsbouw 478.991 Textielnijverheid 477.340 Kleedingindustrie 91.855 Spoorwegen 202.329 Iramwegen en vervoer te land 66.638 Zeelieden 104.908 Haven- en dokwerkers 140.070 Verschillende vakken * 429.339 Boeknijverheid 76.807 Arbeiders 251.787 Totaal 3.281.003 Dit zijn cijfers die verschaft zijn door den «Board of Trade» van Londen. Het lijn de mijnwerkers die het ster^st vereenigd zijn in evenredigheid van het aantal arbeiders in de nijverheid. Daarop volgen de katoenspinners in het distrikt Lancashire die met meer dan 95 % zijn vereenigd. De engelsche syndikaten hadden in 1913 meer dan 125 millioen franken in kas en de duitsche evenveel. Vele millioenen zullen nu moeten uitge-keerd worden in de oorlogvoerende landen om de ellende te lenigen, gevolg van de groote werkeloosheid en dit oJles ten voor-deele der groot-kapitalisten die dezen oor-log hebben gewild. (Slot volg-t.) Jan Saniyn. Het werk aan de larsen TE ®E®Y Van bij het uitbreken van den ooi'log, had het iichepen-College vooral t'.vce be-kommeringen : levensmiddelen aanbrengen en werk verschaffen aan de arbeidsloozen, die wekelijks vermeerderden en in korten tijd tôt duizenden zouden zijn gestegen. Voor hen werd het werk aan de Darsen aangevat. Het bestaat in het graven van een grooten dok aan den iNieuwen Bassijn (Port-Arthur). In vredestijd ware dit werk geschied met baggermachienen, waardoor het zoo goed-koop mogelijk zou verricht zijn gewordfcfl. Het Schepen-College, esteund door de algemeenheid van den gemeenteraad, be-sloot echter dit werk te doen uitvoeren met spade en kruiwagens, alhoewel dit veel, veel duizenden kostte, maar vooral om aan duizenden werkeloozen arbeid te kunnen verschaffen, hun een loon te laten ver-dienen en daardoor niet volledig van de liefdadigheid af te hangen. Het bchepeu-College ist natuurlijk dat de wijze waarop en het doel waarvoor bet werk waa ingericht. alsook het beroç.p van de massa der personen, die er aan j|ebe-zigd wetden, niet toelieten een maximum van voortbrengst te verwachten. Ook heeft het College dit nooit gedaan en zich steeds tevreden ^esteld met de voort" ! brengst, die door een redelijk voortwerken kan verkregen worden. En deze voortbrengst, die met reden kon verwacht en gevraagd worden, is 200 kruiwagens grand storten in 4 uren per ploeg. Het College heeft dit minimum van voortbrengst gebracht op 1200 kruiwagens in zes dagen arbeid, omdat er, door redelijk voortwerken, al iets meer kan gestort wor" den dan 200 kruiwagens :n 4 uren en daardoor de vermindering van het getal kruiwagens door slecht weder veroorzaakt, kan ingehaald worden. De voortbrengst van 200 kruiwagens ge-storten grond in 4 uren is cîoenlijk en zie-hier het bewijs : Van 18 tôt 24 April werd door verschillende ploegen het volgende getal kruiwagens gestort: Ploeg van 16 man 122 kruiwagens in 58 mi-nuten.Ploeg van 18 man 147 kruiwagens in 1,06 mi-nu ten. Ploeg van 18 man 140 kruiwagens in 48 mi-nuten.Ploeg van 18 man 122 kruiwagens in 1,05 mi- I nuten. | Ploeg van 20 man 108 kruiwagens in 80 œî- ! nuten. Ploeg van 18 man 161 kruiwagens In 1 uur 3/4 minuten. Den 31 Maaart heaft een oloeg gawerkt, \mmm n mh—IH die gemiddeld per uur 75 Kruiwagens stortta of tegen 300 .fier dag. Die voorbeelden kunnen vermenigvuldigd worden en allen bewijzen dat 200 kruiwagens per ploeg vragen in 4 uren tijd niet te veel is, aangezien verscheidene ploeg an 200, ja 220 kruiwagens, verschillende ma»-len, in 4 uren gestort hebben. Verre er van dat de voortbrengst lang-zamerhand tôt de 200 kruiwagens steeg, daalde zij en zoo erg, dat verscheidene ploegen 100, 60, 30, 10, 2 kruiwagens in 4 uren stortten en sommige ploegen nie-mendal en ook in 4 uren. Schepenen en gemeenteraadsleden hebben tôt de werkers gesproken; dit had een goeden invloed voor een tijdje, maar niet lang. Bij den aanvang van het werk hadden 'Je darsenwerkers 40 centiemen per uur ; zij werkten 6 uren, wat op 6 dagen een loon van fr. 11,40 uitmaakte. In die maanden werkten 2 ploegen daags. Honderden en honderden nionwe werkeloozen drongen aan om werk en de Stad kon hun dit niet verschaffen met het twee ploegenstelsel. T'akkoord met de darsenwerkers werden , de 2 ploegen van 6 uren elk, gebracht op op 3 ploegen van 4 uren arbeid elk on het uurloon werd gebracht vaf 40 centiemen op 50 centiemen per uur. De werkers zagen hun weekloon vermin-deren van fr. 14,40 op 12 franken, maar honderden en honderden werkeloozen meer konden aan den arbeid worden gesteld. Sinds het weekloon op 12 fr. was vermin-derd, heeft de Stad de darsenwerkers van de stedelijke soep laten genieten : eerst eene familie met 4 kinderen, dan met 3, daarna met 2 kinderen en cnlangs besloot het College de soep of de v. aarda der soep in brood of aardappelen te geven aan de familiën der darsenwerkers met één Kind. In deze droeve tijden, waarin de finan-tiën der stad zoo verpletterend belast zijn, heeft het College, door den j.uaad gesteund, iets schoons verricht met het werk aan de Darsen. Het College meende het recht te hebben van wege de darsenwerkers te mogen verwachten, dat zij de goede inzichten eu groote werken van het College zouden beantwoorden met een redelijk werk. Dit was voor velen het geval niet. De darsenwerkers vroegen : 15 fr. in de week voor 150 kruiwagens per dag. Het College kon dit niet aannemen. Gaf het 15 fr. per week of 62 1/2 centiemen per uur voor het vervoer van eenige kruiwagens grond, de stadsfinantiën werden verschrikkelijk belast, nieuwe werkeloozen kondsn niet meer ergezet worden en de werklieden, welke nog arbeidden bij patroons of in fabrieken, zouden allen naar de darsen zijn gestroomd om 62 1/2 c^itie-men per uur, of 15 fr. voor 24 uren te ver-dienen.De darsenwerkers schijnen dîE begrepen te hebben, want zij hebben niet meer aan-gedrongen, doch de voortbrengst verbe-terde niet. Het College dacht dat het zulks niet mocht toelaten. Met geduld en goedheid heeft het College van de darsenwerkers redelijke voortbrengst willen verkrijgen. Den 21 April deed het Schepen-College een beroep op de darsenwerkers, hen be-leefd en met goedheid verzoekende hun werk te doen. Het wilde tôt de wekelijk-sche voortbrengst van 1200 kruiwagens per ploeg komen, doch eischte maar als over-gangstaak 720 kruiwagens in de week en per ploeg. Het College wenschte ook dat de werkers niet meer als vroeger, in massa het werk vo6r den gestelden tijd verlieten. De uiislag van dit eerste beroep van het College op de darsenwerkers was niet sehitterend. Den 21 April deed i.et College een plak-kaat uithangen aan de darsen, waarbij het bestatigde : 1. dat de darsenwerkers doorgaans de 720 kruiwagens als hun peil haiden aan-aien en niet meer hadden vervoerd, en 2. dat zij in massa en met de grootste meerderheid het werk voôr den tijd hadden verlaten. Het College verwittigde de darsenwerkers dat zulks moest eindigen en eischte vooral : 1. Voor de week van 3 tôt 8 Mei minstena 960 kruiwagens per ploeg. 2. Voor de week van 10 tôt 15 niei 'min-stens 1200 kruiwagens per ploeg. S. Dat er regelmatig werd voortgewerkt, wat ook de produkfce was, omdat de Stad voor 4 uren arbeid betaalt. 4. Het verwittigdi de darsenwerkers dat het werk zou stilgelegd worden als zij nog in groep vdor den tijd doorgingen of in iHffissa het règlement overtraden. Wat was de uitslag van dit geduld, die voorzichtigheid en dat herhaald beroep op àofc verstand der werkers ï Onze lezers hebben het derde plakkaat van het College -an de darsenwerkers in « Voorult » van gisteren kuni^n lezen. darsenwerkers hebben vwveden week ia overgroote meerderheid min dan 720 kruiwagens per ploeg gestorb. Eeé College heeft daarop het werk stilgelegd voor eene week en het zal enk»* 31" 3285" PS» 1&4 Prijs per nommor : voor België 3 oanliemen, voor den reemde 5 centiemen Telafoosi ï Radacîio 247 «■ Adisilsaistpatse 2S45 sioiniîïeriiïEîg fb HiEI 1S15 Il» ■HM»MMl«MIIII«milll -■ Hli.l.ll II «.1 II.I.I..M».. m». ■■■—.-1 ...-.ï — -ï,. ..-il.—1 1 11 I 1 M1IIMII1I1 I M ———IIMIl—m I'mTm II H—IBBlM——M

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Vooruit: socialistisch dagblad appartenant à la catégorie Socialistische pers, parue à Gent du 1884 au 1978.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes