Vooruit: socialistisch dagblad

1360 0
close

Pourquoi voulez-vous rapporter cet article?

Remarques

Envoyer
s.n. 1915, 01 Mai. Vooruit: socialistisch dagblad. Accès à 28 mars 2024, à https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/fr/pid/th8bg2jn2m/
Afficher le texte

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Drekster-Uttgeefster gain; Maatschappij H ET LICHT bestunrder ; P. DE VISCH. Letieb«rg-Qent . . REDACTIE . .• ADMINISTRAT1E HOOGPOORT, 29. GENÎ VOORUIT Orgaan der Belgische Werkliedenpartij. — Verschijnende alle dagen. ABONNEMENTSPRUS BELGiE Drie maanden. , » , , fr. 3.25 Zes maandea • . , , . fr. 6.50 Een jaar fr. 12.50 Mets abonneerî ziclt op aHc postbureelca DEN VREEMDE Drie cnaanden îdageiijka versenden). * . • • . fr. 6.75 EEN MEI 1915 Gezel EDUÂR0 Aît'SOELE sprak gis-teren, in de Groote zaal van ons « Feest-lokaal ï, volgende redevoering uit : Gezellinnen, Gezeïlen, EERSTE MEI 1915 ! De Menschheid en de Arbeiders vooral zullen U eeuwen lang her-denken, rillend onder den gruwel van den yolkenslag en den menschenmoord. En als zij, tôt bezinning gekomen en over zich zelven beschikkend, hun vonnis uitspre-ken, — wat niet lang uitblijven kan, — dan zullen zij hun vloek slingeren naar de schul-digen : onze huidige heerschende klassen ; en het droevig beweenen dat het socia-listia:h proletariaat, zoo rechtzinnig den Wereldvrede genegen, die slachtingen en barbaarschheden niet heeft kunnen belet-ten.EERSTE MEI ! Zoete, zinnebeeldige Dag van nieuw Leven en nieuwe Liefde ; het In-ternationaal Proletariaat had uwe pracht als verdriedubbeld. Gij, o Meidag, gij bracht ons de herboren Natuur, rijk getooid in teeder groen en zaclite loover, geurend den balsem harer Biillioenen bloemen en gestreeld door haar vogelenkoor, en het Socialisme voerde op dien dag, op pleinen en markten, onafzien-bare scharen bewuste, denkende werkers : den Nieuwen Mensch va.n de Nieuwe Wereld des Arbeids, heerschend in de zonnige heer-lijkheid van het gewaarborgd Recht op Leven en van den Wereldvrede. Nooit, neen nooit, zoovele eeuwen aie wij terugblikken kunnen, stonden de standen van heerschers en beheerschten zoo helder Sn het licht hunner eigene inzichten, doel-einden en beginselen als thans. | Van de Noordzee tôt do Alpen, van Klein Azië tôt de Baltiache zee, over hon-derde en honderde kilometers, troont het Kapi-talisme als het zinnebeeld der Maatschappelijke | Wanorde. ■ Het troont-, al dat lijden ondergeschikt achtend aan zijn belang en opgejaagd door de koorts naar nieuwe markten voor zijne produkten, naar nieuwe loonslaven voor zijne ondernemingen en naar nieuwe kolo-niën als afzet- en plaatsingsgebied voor zijne wassende ka.pitalen. En tôt het bereiken van zijn doel deinst het niet terug de nationaliteiten tegen elkander aan te voeren, om ze als te ver-morzelen in den smeltkroes van zijn we-reldsch produktiewezen, met honderde mil-lioenen loonslaven en enkele tienduizenden van wereldbezitters en wereldbeheerschers. En daartegenover staat het Internatio-naal Socialisme in het prachtig Licht van de Wereldsche Verbroedering aller Werkers; het Socialisme, dat aan de huidige Maatsvhappij van het Geld1 den Genoot-Bchappelijken Arbeid als grondvest wil geven, het Recht op Leven aan aile Werkers en hunne gezinnen verzekeren, de na-Sionaliteiten erkennen, haar bestaan waar-borgen, om de Menschheid alzijdig te ver-rijken met de oorspronkeliikheclen aller volkeren en rassen en met de eigenschappen Bn gaven aller menschenkindersn, tôt hun toppimt van ontwikkeling opgevoerd. Het Kapitalisme is de Wereldoorlog ! Het Socialisme is de Wereldvrede ! Gezellinnen on Gezeïlen, Wanhoopt niet aan de verwezenlijking van ons Ideaal. De menschheid en onze klasse komen dit bloedbad door, gerijpt en gesterkt. îleen, wanhoopt niet, want dan is ailes verloren, ailes ! In de wereld is er maar één menschen-groep, één macht. die rechtzinnig en met kracht den Vrede wilde en dien nog wil, en die zijn -vij ; de Sociaal-demokraten ! Buiten ons streeîden nog menschen naar den Vrede, maar zij waren niet tôt eene macht gebonden, noch gegroeid. Moesten wij, socialisten, aan den Wereldvrede twijfelen, en verzaken aan den kamp voor dit hoog-beschavend doel, de werkende mensichheid wa.re bedreigd tôt de barbaar-scheid te vervallen, ondanks hare hooge wetenschappelijke vlucht en hare technische volmaking, omdat de zegevierende réactionnaire machten, door niets meer in hare onverzadelâjkheid zouden worcUç gestuit. Herinnert u, hae çomrmge avonden, zoo-v«î kglj oog reikt, de hemel rood is, zoo rood als ware hij één bloed en één vuur. 't Is dan of de Aarde smachten zal in 't bloed of in een bloedigen dauw moet ont-wa-ken.En toch, 's morgens, na zulk een bangen hemel, ontwaakt dikwijls de zon als op gou-den wolken gedragen. Zoo is het ook thans in de wereld. Schrikkend voor al het ontzettendes dat zi] zien, lijden en lezen, vreezen vele menschen voor een wereldondergang, en dni-zenden stroomen in vertwijfeling naar ker-ken en tempels, voor het bedaren van den vertoornden God, die, naar priesters bewe-ren, tôt de scharen spreekt door den mond ^er moordende kanonnen, en zijne liefde doet blijken door honderd duizenden on-"Idige jonge mannen als strooilialmen ^eg te maaien of voor het leven te vermin-a en ia enkele maagdsa tiida meer ta ver* nietigen dan vijftig jaren van Vrede kunnen opbouwen. Neen, Gezellinnen en Gezeïlen, do wereld zal niet ten onder gaaji, maar na den oorlog zal hij staan voor het problema : steects dreigeiide en terugkeerende Wereldoorlog of Wereldvrede! Nog nooit zal het Idee van den Wereldvrede zich treffender en onverbiddelijker aan de Menschheid opgedrongen hebben, als na dezen oorlog. O ! mocht dut Idee onweerstaanbaar we-zen en triomfantelijk uit deze zee van tra-nen en weëen oprijzen, al die ontzetting wat met te vp±guels gi^weest. Wat ook de uicslag dezes oorlogs zij, nieuwe oorlogen zijn te vreezien, als de drang naar Wereldvrede, oprijzend uit het gemarteld openbaar geweten, zoo groot niet wordt, dat de voikengeschillen aan internationale verdragen verplichtend onder-worpen worden. De belangen, verzuchtingen en ambities der groote moderne volkeren hebben zulk onbetwistbaar wereldkarakter ; zij worteien zôô diep in ae économie aiier werelddeeien, volken en rassen, dat elke gewapende bot-sing tusscnen twee dezer werelcititans tôt Wereldoorlog zal voeren. Of de volkeren po-litiek verbonden blijven zooals zij thans op de slagveiden tegenover elkander staan, of andere verbonden worden gesloten, de uit-slag blijft dezelfde : oorlog tusschen deze wereldmachten voert tôt Wereldoorlog. En terwijl de ouderen treuren over hunne gevallen geliefden en hunne verwoeste haardsteden, groeien de opkomende ge-elachten in het Noodlot van den nieuwen Wereldoorlog. De militaire uitrustingen zullen vermeer-deren, de lasten verpletterend worden, d© onzekerheid wegen op handel en nijverheid, de onrust heerschen in de gemcederen, de wraakzucht en het chauvinisme oplaaien bij aile volkeren en de mcnschlieicl gaat een der rampzaligste tijdperken van haar bestaan te gemoet. Te midden dezer ontketening der driften, zal het Idee van den Wereldvrede oprijzen als de eenige oplossing aan dezen rampza-ligen toestand. Verscheidene neutrale volkeren hebben bij den huidigen ooriog staatkundige, eco-nomische, godsdienstige en rassenbelangen, en toch blijven zij nog altijd buiten den kamp. Die volkeren hebben den tijd gehad zich te hszinnen, hunne belangen en hunne roi met beradenheid te overwegen, en zij zijn onzijdig gebleven, alhoewel oorlogsgezin-den in hun eigsn land en oorlogvoerende mogendheden niets onbeproefd lieten om lien in den algemeenen warkolk mede te slepen. Dit zegt niet ailes, — ik geef het toe, maar zegt het niet veelî Mogen wij er niet uit besluiten dat, waren de thans kampende naties door de gebeur-tenissen niet verrast en niet verbonden ge-weest door hunne geheime verdragen, ook deze oorlog wellieht ware vermeden gewor-den, gelijk in de laatste tien jaren de Ios-barsting aan Europa is gespaard gebleven? Het huidige werelddrama, waarin millioe-nen onzer zonen eene lijdelijke roi spelen, hunne vaders en moeders de rampzaligie en machtelooze toeschouwers zijn, leert den volkeren dat het voor hen tijd wordt hunne zaken zelven in handen te nemen, willen zij in de naaste toekomst geene ergere ram-pen beleven. Eens de oorlog gedaau, moet het luide worden verkondigd en dringend geëischt, dat de geheime verdragen tusschen de volken plaats makien voor overeenkomsten, aan de Parlementsbesprekingen der betrok-kene naties onderworpen. Het Internationaal Socialisme moet het aan allen laten hooren, dat het zich verzet-ten zal tegen het bieknotten van het recht van gelijk welk volk, dat het uit moet zijn met aile nationale onderdrukking en onder-werping, omdat de Wereldvrede maar mo-gelijk is tusschen vrije en zelfstandige volkeren.En de volkeren moeten elkander leeren waardeeren, hunno rechten erkennen en hunne belangen regelen ; zij moeten naar elkander gevoerd in plaats van als thans, op school, in de kazerne en door de pers, kunstmatig tegen elkander opgeruid te worden. Het Socialisme moet dit laatste vooral te lceer gaatt, ondanks de werkers wellieht thans verder van elkander staan dan ooit. Die taak zal ondankbaar en soms ge-vaarlijk zijn, en toch : het moet! Deden wij zulks niet, vrienden, wij zouden beneden onze taak zijn en onwaardig van onze roeping: de arbeider3 aller landen te verzoenen en te vereenigen, ten einde door hunnen Internationalen Bond de wereldmachten te ontnemen aan hen die ze misbruikteo om volkenoorlogen als beursspekulaties te organiseerep en hunne macht op de ruine van millioenen te vesti-gen, als eene vlag wordt épiant op eene in gruis geschoten vesting. Het is een reuzenwerk, na den oorlog, ,deg. aa:beùi§j;s hum« eeabçidr Ean belan-^ gen laten zien, hen tôt de eenheid der strijdmiddels tegen het kapitalisme voeren ; hun de internationale solidariteit voorhouden, niet als iets vaags, onbereik-baar voor hen en hunne klasse, maar als iets mogelijks en noodzakelijks, opgedrongen door de wereldvoortbrengst en de daaruit ontstane machten, wat onmisbaar is om aan de werkers het produkt van hunnen arbeid en het beheer der Sfcaten te schenken en aan de menschheid de zeker-heid, dat zij in rust en vrede haren kamp voor het dagelijksch brood en voor hoo-gere levensidealen kan voortzetten. Als wij dit niet durven doen, en vooral nu niet, midden in den oorlog, waren onze demonstraties op len Mei enkel straatpa-raden, die de zwakken streelen en de machtigen grimlachend de schouders doen ophalen. Overigens de Internationale Socialisti-sche Vredeskonferentie van Bazel in 1912 verplichtte er ons toe. Die Konferentie. wier roep om Vrede, begeleid door de klokken der Dom-Kerk, ondanks ailes, weerklank zal blijven vin-den in het hart der proletaren, besloot dat de werkers aller landen zich tegen den oorlog met kracht moesten verzetten en zij voegde er aan toe : « En wat er ook gebeuren moge, de verbroedering tusschen de proletarische par-tijen der wereld moet onderhouden en ver-sterkt worden ! » Gezellinnen, Gezeïlen, Wij hadden voor heden in ons nieuw en prachtig Feestlokaal een grootsch Mei-feest gewenscht. Met zang en woord zouden wij hebben willen verheerlijken den wettelijken acht-urigen dag, thans op den achtergrond ge-schoven door de tragische giebeurtenissen, waarin het gaat om de onafhankelijkheid van verscheidene Staten en om de beheer-sching der wereldpolitiek. Zij die over het leven der natfen be-schikken hebben het anders gewild en daaroin is ons Meifeest stil en gezellig. Terwijl wij hier, droomend van betere tijden, beslissen ons groot reddingswerk der werkers voort te zetteo tôt den zege, denken wij met weemoed, liefde en eerbied aan al de gevallenen in den schoonen strijd der onafhankelijkheid, en aan hen die thans voor dat edel doel nog hun leven offeren. Wij zijn hun veel versohuldigd en zul" len er hun immer dankbaar voor wezen. En laat nu de driften tieren en de kanonnen dondereo, onze hoop in de verlos-sing der arbeiders is onvergankelijk als de arbeid zelf, en daarom mogen wij hier met een hart, gloeiend va® geestdrift, onzen kreet aanheffen : Oorlog aan den oorlog! Leve de Eerste Meiî Gloriedag van Internationale Werkers-verbroedering en Wereldvrede! GEORGES MAES Sshepeno van Openbaren Bijstand, ProvincSaa! Raadslid, Voorzitter van den Oeheerraad van den Berg van BarmhartSgheki, Vocrzitter van het Intercommunaa! Werkloozenfonds, Oisd'Sskretads der Bcigische Werklâed en-Partij, Voorziïter dsr OndeHinge BïjstandsStas van het « VcSkshisîs », VoorzFctsr van de Nationale Federatîo der Scciafistisch® BtjetaMskasssn van Beigie, Stiohter van dsn SosSaSîstfsohen Propagar.daoîySi. Een stroom van volk, Donderdag namid-dag in den volkswijk waa-r de trouwe strij-der woonde. Van af 1 ure begon het rouwbeklag en te 2 1/2 ure stonden nog honderden te wach-ton om den afgestorvene voor eene laatste maal te groeten, toen heel de brusselscbe gemeenteraad in het sterfhuis kwam. Daar nam M. Lemonnier, d. d. burge-meester, het woord en schetste het goed vervulde leven van Maes, als schepene van de hoofdstad. Na hem sprak M. Fontaine, ondervoor-zitter van het Werkloozenfonds, op zijne beurt over de verdiensten van onzen be~ treurclen vriend in deze instelling, overal tôt stand gebracht door de werking van de socialistdsche partij. Aan gezel Van der Smissen was de taak opgedragen te spreken in naam der partij. Hij heert het uitstekend gedaan in de volgende termen : Mijne heeren en Waarde Gezeïlen, De onverbiddelijke dood, die in deze droeve tijden zijne slachtoffers met honder-den duizenden wegmaait, komt de Werklie-partij te berooveh van een harer beste man-datarissen, van een harer oudste voorkam-pers.Spreken over Georges Maes, dat is spreken over de heele Werkliedenpartij, wier strijd hij medegestreden heeft van af de eerste oogenblikken. Geboren te Sint Joost, op 5 April 1865, moest Georges Maes nog heel jong vaar-wel zeggen aan de Normaalschool, om den stiel van letterzetter aan te leeren. Als in 1886 de opstanden zulk akelig licht kwamen werpen over den ellendigen toestand waarin de werkende klas lag verzon-ken, en als dan de Werkliedenpartij tôt stand kwam, dan was Georges Maes pas een-en-twintig jaren oud, onder degenen die zich rond Jan Volders kwamen scharen, — Jan Volders die de ziel was van de nieuw-geboren Partij. Van dezen dag afaan wierp Georges Maes zich met lijf en ziel in de propaganda voor de verspreiding der socialistische gedachten en er bestond weldra geene werkersstich-ting' meer waaraan hij niet uit al zijne krachten meehielp. Het was aanvankelijk in den wijk waar hij nog woonde, dat hij werkte en den socialistischen Propagandaclub stichtte, waarvan hij steeds de schrijver is geweest, zoowel als de afgevaardigde voor de brus-, selsche federatie van de Werkliedenpartij. In 1887 werd hij toegevoegden schrijver van die brusselsche federatie en gedurende lange jaren maakte hij deel van het fede-ratiekomiteit.Als stichter van den Echo du Peuple, als lid van den brusselschen Werkersbond, als voorzitter van de onderlinge verzekerings-kas van het Volkshuis, als lid van het socia-listisch Persbureel, als schrijver van La Prévoyance Sociale, als stichter van de samenwerkende drukkerij Lucifer, werkte Georges Maes uit .al ziioe krachten aaa de I onwikkeling der inrichtingen, in den naam ! van dewelke wij hem hier een laatste vaar-wel komen toeroepen. In 1908 als toegevoegd kamerlid gekozen, zetelde Georges Maes sedert 1903 in den provincialen raad van Brabant, waarin hij een ruim deel nam aan de besprekingen van het minimum van dagloon en de voorge-stelde hervormingen op het gebied van het technisch onderwijs. Maar de werkzaamheid van Georges Maes b&perkte zich niet binnen de brusselsche omgeving. De werklieden van aile waalsche en noordfranschc nijverheidscentrums kennen hem en wisten zijne goedhartigheid zoowel als zijn geest van organisateur op hoogen prijs te schatten. In den tijd dat de socialistische werkers-beweging hare eerste schreden waagde werd Georges Maea vereerd met den post van vaandeldrager voor het arrondissement Doornijk, waar hij weldra aangeduid werd als kandidaat voor drie opeenvolgende wet-gevende kiezingen. De eerste werkersgroepen werden aldaar op zijn aandringen gesticht en al de ouderen van het Doornijksche denken nog met ont-roering aan zijne eerste veldtochten voor de kiezingen. Het was dan ook in de groote stemreoht-beweging, vôdr de eerste grondwetsherzie-ning, dat Georges Maes als propagandist ailes gaf wat hij te geven had. Eene gloeiende redevoering, in 1893 uit-gesproken over de verwerping van het Alge-meen Stemrecht door de Constituante, haal-de hem drie maanden gevang op den hais die hij moedig boette. Georges Maes had de eer de belgische Werkliedenpartij te vertegenwoordigen op verscheidene internationale congressen en mede te werken aan talrijke organen der Werkliedenpartij, ook in het buitenland. Georges Maes was een vurige redenaar en tevens een voortreffelijke bestuurder, en reeds in 1888 duidde het partijeongres van Bergen hem aan als lid van den Lan-delijken Raad der Partij. Als in januari 1903 de ontwikkeling der Partij het schepnen van den post van be-stendigen secretaris noodzakelijk gemaakt had, was het onze vriend die aangeduid werd om hem waar te nemen. In de hoedanigheid van partijsecretaris vooral was het, dat Georges Maes zîclï met lijf en ziel opofferde en het was grooten-deels aan zijn krachtdadig streven te dan-ken dat de inrichtingen der Partij zich ontwikkelden, zoowel in diepte aïs in breedte. Georges Maes was ook een der stichters van de Syndikale Commissie der Partij en in haren schoot, waar hij den Algemeenen Raad vertegenwoordigde, verdedigde hij steeds met eene onvermoeibare volharding de broederlijke eendracht tusschen aile be-staande werkersorganisaties en werkers-krachten . Qq 15 feferuari 1910 «firoenea qjb sian diepbetreurden kameraad Vandendorpe op te volgen, verliet Georges Maes zijn pois van partijsecretaris, om <vat hem nog over-gebleven was, te gaaii opoîferen in het ambt van schepen der Weldadigheid der hoofdstad. Ik heb het inzicht niet hier den bilan op te maken van de werkzaamheid die Georges Maes in dit nieuw en gewichtig ambt aan den dag gelegd heeft. MM. Lemonnier en Fontaine hebben u gezegd wat hij zoo allemaal gedaan heeft op gebied der Weldadigheid en der Sociale Werken — wat hij nog allemaal zou ver-wezenlijkt hebben in het belang der onterf-den en der ongelukkigen, ware de onverbiddelijke dood niet gekomen om hem in de voile kracht des levens uit ons midden te rukken, om zijne trouwe levensgezellin en zijne teerbeminde kinderen in den diepsten rouw te dompelen, met al degenen die hem gektend hebben en die hem hebben kunnen volgen in het aan den dag leggen van al zijne voorbeeldige werkzaamheid. Ik zal u ook niet spreken over de on-schatbare diensten die door Georges Maes aan ailes bewezen werd buiten datgene wat hij in den kring der Werkliedenpartij ver-richtte.Als ik er in toestemde om hier het woord te nemen, beschouwde ik het als mijn plicht alleen eene schets te geven van het goedi vervuld leven van den socialistischen voor-kamper, en een blik te werpen over eeniga episoden uit zijn schoon leven, dat heele-maal gewijd is geweest aan de sociaal-democratie.Ik verlangde hem te zeggen, alsof hij het nog hooren kon, hoe erg zijn afsterven ons getroffen heeft, hoe het ons pijnigt hem ta moeten missen, juist in een tijdstip dat zoo-veel uitverkoren mannen ons ontrukt worden, juist Is een tijdstip waarin onza Werkliedenpartij meer dan ooit zooveel nood zal hebben aan zonen die haar werk zullen moeten voortzetten! Wat in deze omstandigheden onze droef-heid nog veel komt vergrooten, dat is dat naast de duizenden werklieden die aan de deur staan te treuren, niet de duizenden uit den lande staan, die het als een heili-gen plicht zouden beschouwen hem naar zijne laatste rustplaats te vergezellen, maar door de tijdsomstandigheden terug-gtahouden worden. Ah, arme vriend Georges, gij verlaat ons voor altijd, op dezen prachtigen aprildag, op een dag dat ailes ons de wedergeboorte der natuur toezingt... Daarom te meer is de rouw ons diep in de harten gedrongen, zooals hij diep door het land gedrongen is... Onze roode banieren zullen niet treurei in onzen rouwstoet, om aan de vreemde voorbijgangers te zèggen dat de naar het graf gedragen dooie een dappere soldaat van het sociaal-democratisch leger was. Maar dat zal voor ons geene reden tôt wanhoop zijn ! Als de gezichteinder zal opgeklaard zijn, als wij het werk van socialistische propaganda en organisatie zullen heraanvatten, dan zullen wij de noodige krachten vinden in de aanroeping van het aandenken onzer eerste voorkampers, onzer baanbrekers, waaronder gij een der schoonste figuren zijt geweest! Waarde Georges, de armen die gij zoo vurig bemind hebt, brengen bloemen aan om uwe laatste rustplaats te versieren en te balsemen. En als zij na den rouwûag weer gezamenlijk aan het werk zullen zijn in hun gezamenlijk Huis, zullen zij zich dankbaar herinneren dat gij een dergenen waart die er den eersten steen van gelegd hebben. Rust in vrede ! * * * Na die rede, die grooten indruk ver-wekte, werd het lijk van Maes, te midden van eene dubbele haag ontroerde toeschouwers en gevolgd door duizenden partijge-nooten en vrienden, naar het kerkhof van Evere gevoerd. De lijkwagen verdween onder de bloe-inenkransen, terwijl ook twee rijtuigen er mede gevuld waren. — bewijzen van de groote toegenegenheid die den voorbeeldi-gen en den ons te vroeg ontrukten mede-strijder genoot. Kleine jongens polemiek De Gentcïtaar had ons beschuldigd van op 12 Februari 1912 het volgende geschre-ven ta hebben : Wij zijn boven ailes sociaal-demokraten, die « de geheele waterzooi der burgerij zullen aanvallen » en ons programma in al zijne natuurlijke gevolg-trekkingen zullen verdedigen. V/ij looehenden zulks en met recht, want in ons nummer van 12 Februari 1892 trof-fen wij dien volzin niet aan. Maar wij stelden ook de collectie van Vooruit ter beschikking van De Gentenaar om onze bewering te controleeren en te zien of hij zich soms van datum niet ver-gist had. De Gentenaar heeft van ons aanbod ge-bruik œemaakt ea een zijner medewerker* 31e ?aar -» NB 120 Prijs per auœmer : ?oor Beigie 3 csntiemen, voor den . reemde5 centiemen TeSofoom : Redacine 247 «■ Aidlininistpatîe 2845 ZateP- eiî Zondaj| 1-2 Îï4tia>

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.  

Il n'y a pas de texte OCR pour ce journal.
Cet article est une édition du titre Vooruit: socialistisch dagblad appartenant à la catégorie Socialistische pers, parue à Gent du 1884 au 1978.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Ajouter à la collection

Emplacement

Périodes