Antwerpen boven: orgaan der Groeningerwachten van Antwerpen en omstreken

992 0
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1915, 01 Mei. Antwerpen boven: orgaan der Groeningerwachten van Antwerpen en omstreken. Geraadpleegd op 19 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/1r6n010m9r/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

3de jaargang, Nummer 2. Prijs : 5 Centiemen. Eerste Mei-nummer igi5. Men zegt dat 't Vlaamsch te met zal gaart.... 't En zal ! Geen rijker kroon Dan eigen schoon. ANTWERPEN BOVEN Ailes voor Vlaanderen VERSCHIJNT OM DE VEERTIEN DAGEN Orgaan der GROENINGERWAGHTEN van Antwerpen en Omstreken. Al wat dit blad betreft moet op ons bureel besteld worden. — Elke inzender is verantwoordelijk voor het door hem ingezondene stuk Bureel en Opstelraad : 't Hof van Keunen, Carnotplaats, 3g, Borgerhout. Aankondigirgen volgens overeenkomst. Ongeteekende stukken worden niet opgenomen. Hulde aan Het Vlaamsehe Standpunt. Enkelen maar zijn er geweest, die zeiden : « 't Is het oogenblik niet om uit te komen .. » Ik had het gedacht, maar hun klein getal heeft me ver-wonderd. Is't omdat we «in den uitkomen» zijn? Nu, hun klein getal heeft me verwonderd. Hun soort is ons bekend ; ze zijn de stok in het rad, de doren in den vret van den renner, het paard, dat den wagen langs achter wil doen gaan, terwijl zijn vier gezellen flink aan de berries sleuren— Ruk den stok uit het rad en breek hem ; knijp den doren uit den voet, en gooi hem bij 't haag-scheersel, waaruit hij kwarn ; en trek die oude, schunnige, achterbaksche merrie omver, dat ze rolt.. . Dat moet de uitslag zijn- van ons gewetens-onderzoek in deze harde dagen. Ook kleine men-schen doen daaraan meê. Dat is plezierig. En wat vermogen ze veel in onze herwording, de « kleine » menschen. Want als we eens duizend werklieden op en-top « flamingant » hebben in elke groote stad van Vlaanderen, dan is 't morgen Paschen in dees land. Ik zie liever een wattman, een herbergier, een beenhouwer, een haarkapper flamingant, dan een advocaat, een professor, of een klerk, omdat de eerste door onmiddellijke aanraking veel meer volkskracht ontwikkelt in zijn werksfeer, die zui-ver is; terwijl de andere niet naar buiten uit zich uitbreiden kan in een sfeer, die ten minste half on-Vlaamsch is en maar gedurig wieden moet aan 't onkruid, waarvan zijn stand en zijn omge-ving kwistig de vlotzaadjes in hem blazen. Daarom mag onze beweging van geen enkele gezonde democratische uiting gescheiden worden, en daarom ook moeten we als uit den booze aanzien elke democratische beweging, die tegen-over haar als vijandin zou opt^eden. Want voor wie begrijpt, is zoo'n démocratie leugen in haar wezen. Wanneer worden de stakkers bewust dat uit hooger stamleven meer brood zal komen? Die Vlamingen, die ploeteren in de mijnen van Cen-trum en Borinage ; degenen die ieder Zaterdag-avond in de treinen lagen van Luik, op weg naar hun huizekens en huttekens in Limburg en Zuid-Brabant; de « Franschmans » uit het Rijselsche, en de Limburgsche trekkers naar den Rijn; en zij die gegaan zijn naar Katanga en \merika... De naneven van Rubens en de kozijns van Guido Gezelle zijn geworden de stakkers, de koe-lies, de sjouwers de grondkruipers, de aard-kruiers, de koolkappers,de graanpikkers, de beet-hakkers, de ertsgravers, de knechten van al hun geburen, omdat ze geen Vlamingen meer zijn. Leden van dit groote lichaam — Vlaanderen — zijn niet menschelijk bewust meer, zijn machines. Maar we halen ze naar ons toe, die half-vergane beenen en armen, en maken ze warm en levend met het bloed uit het liart van het groot wezen : ons volk. Vlaanderen was groot door zijn démocratie; het leerde de menschen van West-Europa de vrijheid, den handel, de kunst. Wanneer en waar het op zijn best was, was 't een volksgezinde staat, wars van doodende centralisatie ; daarom durf ik denken dat er nog veel moois verborgen ligt in de verborgen volksenergie, die vroeg of laat zich uitspreken zal in eigendommelijk han-delen en zijn. Ago. BllliliÉBI JULIANA-DAG. Deze Juliana-dag mag België niet laten voor-bijgaan, zonder zijn eigen wenschen uit te druk-ken voor het welvaren van de jonge prinses, waaiop het Hollandsche volk al zijn hoop heeft gesteld. Ook jonge prinsen worden vroeg wijs in deze harde tijden; ook prinses J uliana heeft dees laatste maanden veel menschenwee, rondom haar gezien, hoewel haar land nog vreedzaam bleef. En dit bekennen wij loyaal, dat Hollands hand open is gegaan en heeft gegeven. Toen de hon-derdduizenden, bij den val van Antwerpen, het land overstroomden, heeft het geen oogenblik geaarzeld. Burger en militair — de laatste zeker niet vergeten met zijn veel lieve attenties — hebben de deuren van Holland opengegooid als ware het geweest éen groot hôtel, waar de vluch-tenden brood, rust en kalmte vonden. Bij hun vriendelijke kalmte zijn we ook weer kalm geworden, wij die zoo plots uit huis en erf en land gerukt, verbijsterd binnen ijlden. Ons kinderen hebben ze verzorgd en gevoed, en nu nog ken ik families, die wekelijks hun briefje thuis krijgen met nieuws van geliefden, die ginder nog wonen, in het gastvrij land. Geen rechtgëaard man vergeet hier zijn gastheer in dankbare herinnering ; want wie dit doet, bewijst daardoor dat hij in zich geen medelijden zou hebben gevoeld, moesten vluchtenden bij hem hebben aangeklopt. Daarom ons hulde aan de stamverwanten van over den Moerdijk, met wie dooi dezen uittocht ons volk thans op groote schaal heeft kennis gemaakt. Het gevolg van dees kennismaking zal de banden van ras en taal vernauwen, die dees lage landen bij de zee aan elkaar houden. En daarom worde door het heele volk onze vriendelijke hulde aanvaard aan het jarige kind, op wiens kostbaar bestaan Holland zijn hoop heeft gebouwd Moge deze teere oranjebloesem schitterend bloeien door langen zomer ! En moge zij, als hare doorluchtige Moeder, haar volk leiden langs wegen van vrede en welvaart. Antwerpen Boven. 1 Mei 1830. De beroerde dagen die we thans doorworstelen, e drukkende onzekerheid over hetgeen ons de aaste toekomst brengen zal, hebben in ons het evoel der dankbaarheid niet uitgedoofd. Te mid-len van het zenuwachtig krijgsgewoel en krijgs-ledrijf heriijze voor onzen geest het beeld van en vredelievend man, wien Vlaanderen veel, ieel veel verschuldigd is : de vreedzame, stille guur van Guido Gezelle. Op 1 Mei i83o, in het zoete seizoen der leven- wekkende Lente, op den dag nu aan arbeid en wereldvrede gewijd, ontlook voor de geestelijke gaarde van 't lieve « Vlaanderen » de dichterziel, die het heerlijkst ons land en ons vo'k beringen zou. Die gebeurtenis is een zegen geweest voor ons volk, evenals de verschijning van Hendrik Conscience en enkele andere onzer letterkunste-naars, die zonder strijdende Vlaamschgezinden te zijn, den weg gebakend hebben dien we betraden, en zullen blijven betreden, tôt heropbeuring van onzen Vlaamschen stam. Tôt vôôr twintig jaar heeft Grzelle voor een betrekkelij k beperkten kring gezongen, maar sedert de waardeering algemeen werd en zelfs in som-mige middens in verafgoding ontaardde, breidt zijn invloed én als kunstenaar én als Vlaming zich meer en meer uit. Op aile Vlaamschgezinde fees-ten weêrklinken de forsche strofen zijner menig-vuldige strijdliederen, nu het gemeengoed geworden van aile flaminganten : Groeninghe, Groenin-gheveld, De Goedendag, enz. Zijn gedichten hebben onze oogen geopend voor de schoonheden der Vlaamsehe natuur, onze liefde aangevuurd voor 't plekje gronds, waarvan hij zingt ? O Landeken ! o zijt maar kleen : niet meerder zou 'k u geren ! en 'k zie u — zulk en is er geen — en 'k zie u toch zoo geren ! En de taal, die onder zijn handen geworden is een tooverinstrument, dat schildert en beeldt of de teederste aandoeningen- met ragfijnheid ver-tolkt, hij moest haar wel liefhebben, hoe misacht hij ze dan ook gezien heeft : HOLLAND Mijn Vlaanderen sprak een eigen taal f God gaf elk land de zijne, en, laat ze rijk zijn, laat ze kaal : ze is Vlaamsch, en ze is de mijne I De liefde voor land en taal werd bij Gezelle ook wel eens op de proef gesteld, zonder dat zijn aan-geborengevoel ook in het minst veranderde. Zou-den wij dan, nu ook voor ons aan den gezicht-einder donkere wolken zich samentrekken, die nog geen k'aarte doorlaten, ook maar eenigszins in onze liefde voor Vlaanderen, :n ons vertrouwen geschokt zijn ? « Neen, Gezelle, met u vragen we nog steeds, en dringender dan ooit : Waarom, rechtuit gezeid, die wijs zijt, zou ik moeten, omdat ik Vlaming ben geboren, altijd boeten ? (l) » Niets is meer bij machte Uw volk van zijn hoogere bestemming, zijn natuurlijke ontwikke-ling, vrij van vreemden invloed, af te keeren. Uw Vlaanderland, het blommeken, dat ook het onze is en dat we meer nog dan vroeger hebben leeren liefhebben, we zijn het Uwer nagedachtenis verschuldigd : « 't Zal nooit ten gronde toe bederven ». Daarover te waken is thans ons werk. Gezelle heeft het zijne volbracht : een groote roemrijke taak, waaruit reeds ettelijke bloemen gesproten zijn en nog vele andere zullen groeien. De arbeid die vôôr ons manmoedig werd aan-gevat, kan niet door enkelen tôt een goed einde worden gebracht. Daartoe zijn aile krachten noo-dig, die in't vruchtbare Vlaanderen geboren wer-den en vaak ongebruikt ble*en. Wij moeten Gezelle's woord indachtig zijn: « al dat Vlaamsch is, dat blijve één ! » opdat de toekomstdroom des dichters eens verwezenlijkt zij. Van onze Krijgsgevangen Vrienden uit Duitschland. « Flamingantenvereenigingen werden ontbon-» den, daar zij plotselings het gevaar en het » onrechtvaardige hunner pogingen om hunne » gewesttaal de bewonderingswaardige taal hun-» ner Zuiderburen te doen overheerschen, inza-» gen,... » schreef Harry zonder blikken of blo-zen in de Petit Journal. Zeker de meeste onzer vlaamschgezinde kringen staakten hunne wer-kirg, maar niet om de redenen welke Harry aan-haalt. Eerstens, velen dier kringen konden onmo-gelijk vergaderingen beleggen, omdat bijna al hunne leden onder de wapens geroepen waren, ofwel vrijwillig optrokken voor de verdediging van het bedreigde vaderland. Tweedens, zij wil-den den Godsvrede, welke stilzwijgend tusschen de partijen aangenomen was, eerbiedigen. Doch andere kringen teekenden in stilte op, al de miskenningen van onze taalrechten, en wanneer het al te bar werd, sprongen zij recht en verzetten zich tegen de lage aanvallen op onze duurbare Beweging. Maar wat Harry zeker niet had durven ver-moeden is. dat, nog tijdens den oorlog, en wel in de krijgsgevangenenkampen van Duitschlaiid, Vlaamschgezinde kringen zouden ontstaan. Inderdaad, een onzer flinke strijdmakkers, Mr J. Midy, Voorzitter der Groeningerwacht van Ber-chem, meldt ons dat hij, in het kamp van Soltau, waar hij krijgsgevangen is, met eenige Vlaamschgezinde jongens, een Algemeen Nederlandsch Verbond gesticht heeft. Regelmatig worden er voordrachten en liederavonden gehouden, en niettegenstaande de tegenwerking van eenige franskiljons, worden deze bijeenkomsten talrijk bijgewoond. Uit andere kamp n ontvangen we even verheugend nieuws : daarover meer in ons volgend nummer. Dit zal Harry en zijn kornuiten reeds een voorsmaaksken geven van den bloei onzer be-weging, wanneer onze Vlaamsehe jongens weêr in ons midden zullen zijn ! Netels. (*) De volledige werken van Guido Gezelle zijn te ver-krijgen in den Nederlandschen Boekhandel, St-Jacobs-markt, îo, Antwerpen.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Antwerpen boven: orgaan der Groeningerwachten van Antwerpen en omstreken behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Antwerpen van 1915 tot 1916.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes