den Dinsdag, Donderdag en Zaterdag verschijnende " — —■ ■ ' ii —— —-— " ■.* Dit blad is VOOR DE BELGISCHE SOLDATEN bestemd ; iedere compagnie, escadron of batterij ontvang't tien of vijftien Fransche en Nederlandsche exemplaren. De Duitsche Vervlaamsching DER HÛOGESCHOOL VAX GENT Besluiten der Belgische Regeering De Moniteur Belge van 14 October 1916, kondigt den tekst af van een verslag aan den Koning en van een koninalijk. besluit betrekkelijk de vervlaamsching, door de Duitschers, der Hoogeschool van Gent en de medewerking van zekere Belgen aan deze wederrechtelijke instelling. Deze gouvernementeele daad zal de door Duitsch-land zoo arglistige aïs ijdele verzonnen kuiperiien, ©m de oneeuigheid onder de Belgen te verspreiden, verijdelen. Ziehier den tekst de^er twee bescheiden. VERSLAG AAN DEN KONING Sire, De Duitsche gouverneur gencraal in bezet Belgiê heeft onl{ings te Gent eene nieuwe inrich-ting voor hooger onderwijs gestjcht, in vervan-ging van de aldaar bestaande Universiteit. Ten èinde de daartoe noodige leerkrachten aan te ■werven, heeft hij zich gewend zoo tôt vreemde-lingen in Duitsçnland doceerende aïs tôt Belgen. Om ze te verleiden, liet hij zijn beroep vergezeld faau met aanlokkende voorstellen en verze- eringen. Vruchteloos zocht de Duitsche overheid dit machtsmisbruik te verrechtvaardigen met zieh te verschuilea achter de bepalingen van de alge-meene akte der Conferentie van Den Haag. Met het inzicht zooveel mogelijk de stoornis, door den oorlog in het bestuur van een bezet land gebracht, te verminderen, heeft deze internationale vergadering aan de bezettende macht de vei'plichting opgelegd de bestaande wetten en verordeningen te eerbiedigen en toe te passen, behalve in geval van volstrekte noodzake-lijkheid.Zulke noodzakelijkheid bestaat nu toch niet in Bel gië, vermits daar de bezettende macht, door hare bekommernis om de hoogere studiën te herslellen, — die noodlottig door den oorlog werden onderbroken, — niet werd aangedreven om de Universiteit van Luik opnieuw te openen. De Duitsche overheid heeft aan de Vlamingen het stichten eener hoogeschool te Gent voor-gesteld als eene schitterende erkenning van bunne taalrechten, en eene gift door Duitsch-Jand's welwillendheid aan den Vlaamschen stam geschonken. In werkelijkheid jaagt de vijand, onder het masker van een schijnheilige bezorgd-heid, geen ander doel na, dan een beweging te verwekken waardoor de nationale eenheid zou vernietigd worden, — dan onder het Belgische volk de kiemen der verdeeldheid te zaaien, — en tevens, tijdens de bezetting, een centrum van Duitschen invloed op te richten. Is het trouwens noodig die looze handelwijze aan te klagen van eene regeering, die zoo dik-wijls zonder gewetensbezwaar de taalrechten der door haar onderworpen nationaliteiten heeft geschonden, evenals zij aile internationale verdragen met den voet heeft getreden ? De kwestie van de vervlaamsching der Gent-çche hoogeschool was vôôr den oorlog bij het Belgisch Parlement ingeleid. Aan de Belgische t welgevende macht behoort het, na den oorlog, haar eene oplossing te bezorgen. Het geldt hier een nationaal vraagstuk, enkel te beslechten door de nationale souvereiniteit, wanneer deze inet volkomen onafhankelijkheid in een vrij en aan zijn eigen wedergeschonken België wordt uitgeoefend. De Regeering is overtuigd dat, ter-stond na den herstelden vrede, door de samen-werking van aller goeden wil, dien Zij dan ook ral trachten voor te staan, aan de Vlamingen, 700wel op gebied van hooger onderwijs als op elk ander, die volledige gelijkbeid in rechte en in feite zal worden verzekerd, welke moet be-staan naar den wensch zelf van ons grondwet-telijk verdrag. lu afwachting moet de Regeering, op de araderlandsliefde van aile Belgen betrouwend, em de oplossing der vraagstukken van inwen-dige politiek te verdagen tôt na haren terugkeer in Belgiê — hare ganache werkdadigheid en al bare pogingen weadeu tôt het eenige doel waar- aan zich onze gemeenschappelijke wilskracht moet bepalen : het zegevierend voortzetten van den oorlog en het vrijmaken van het grond-gebied.Geleerden en schrijvers, in aanzien onder de hoofden en leiders der Viaamsche beweging, hebben met verontwaardiging geweigerd te do-ceeren in de inrichting door de Duitsche vlag • beschut ; twee beroemde meesters in de Belgische geschiedkundige wetenschap werden naar Duitschland weggevoerd. Toch hebben enkele onzer medeburgers, ambtenaars of bijzonderen, — plichtvergeten landverraders — den oproep van den vijand beantwoord, en erin toegestemd les te geven onder het toezicht der vreemde bezetting. Dergelijke zwakheid steekt ellendig afbij de bewonderenswaardige en onbuigbare boudin g van gansch de bevolking. Het spreekt van zelf dat al de onwaardige ambtenaars die aldus met den vijand hebben geheuld, voor immer zullen ophouden tôt den dienst van den Belgischen Staat te behooren, en dat de diploma's door de nieuwe hoogeschool af-geleverd, later geen de minste wettelijke waarde in België zullen bezitten. Onmiddellijke maatregelen dringen zich echter ook tôt bekrachtiging op : Reeds werd, door het koninklijk besluit van 20 Augustus laatstleden, aan drie leeraars, door de Duitsche overheid ingelijfd, de rang dien zij in de Leopoldsorde bekleedden, om reden van onwaardigheid, ont-nomen. Heden stellen wij Uwe Majesteit voor soortgelijken maatregel toe te passen aan de Belgen, ambtenaars of bijzonderen, die aange-nornen hebben hun werkelijke medehulp te ver-leenen aan het onderwijs in de nieuwe hoogeschool, en ze te schrappen uit onze nationale Orden.onverminderd de maatregelen welke later al dezen, wie ze ook zijn, kunnen treffen, die tegen de nationale belangen verraad hebben ge-pleegd.Indien Uwe Majesteit zich verwaardigt ons voorstel goed te keuren, gelieve Zij het hierbij-gaand outwerp van besluit met Haar handteeke-ning te bekleeden. Wij hebben de eer te zijn, met den diepsten eerbied, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer nederige, zeer getrouwe en zeer gekoorzame dienaars : De Minister van Wetenscàappen en Kunsten, P. PûULLET. De Minister van Baitenlandsche Zaken, Bon Beyens. Sainte-Adresse, den 8 October 19i6. * Ht if ALBERT, Koning der Belgen, Aan allen,tegenwoordigen en toekomenden.HEit. Gezien het besluit-wet van 1 December 1915, de wet aanvullend van 11 Juli 1832, die de Leopoldsorde ingesteld heeft ; Gezien de decreten van 15 October 1897 en van 24 Augustus 1900, de Qrde der Kroon en de Orde van Leopold II stichend ; Op voorstel van Onzen Minister van Weten-schappen en Kunsten en van Onzen Minister van Buitenlandsche Zaken en op het eensluidend adyies van Onze Ministers in Raad vergaderd ; Wij hebben besloten en Wij besluiten : Artikel 1. — De Belgische ambtenaars en bijzonderen die aangenomen hebben les te geven of een ambt te vervullen bij de nieuwe hoogeschool, te Gent door de Duitsche overheid ge-sticht, en die dragers zijn van een ordeteeken in de Leopoldsorde of een andere nationale Orde, worden uit de Orde geschrapt, onverminderd de maatregelen die hen later kunnen treflen. Art. 2. — Onze Minister van Buitenlandsche Zaken, het beheer hebbend over de Orden, wordt met de uitvoering van dit besluit belast. Gegeven in Ons hoofdkwartier, den 10 October 1916. ALBERT. Van 's Konings wege : ï)e Minister van Wetensckappen en Kunsten, P. POULLEX. De Minister van Buitenlandsche Zaken, Bon Bjsïens. \ DE TOESTAND ALGEMEEN OVERZICHT Op het Belgisch front eenige artillerie-Mi bommengevechten, ¥ * # Op het Britsche front, werden er door onza bondgenooteu eenige gelukkige krijgsverrichtin-gen uitgevoerd in de richting van de Stuff- en de Schwaben-redoete. waar merkelijke vorderin-gen werden gemaakt ; de liniën werden insge-lijks vooruit gebracht ten N.-O. van Gueuae-court. Meer dan 350 gevangenen werden gemaakt en zware verliezen werden den vijand toegebracht. *** Op het Fransch front, hebben twee schitterende aanvallen ten Zuiden van de Somme, d« Duitsche linie ten Oosten van Belloy en-Santerr» îngenomen over een front van s kilometer, bene-vens het gehucht Guermont en de suikerfabriejf. 1 100 niet gewonde gevangenen zijn in ds handen van de Franschen gebleven. *** Op het Russisch front grepen er verschil* lende gevechten, zonder veel belang, plaats op de Kara, op de Marajnowka en ten Z.-W. van Roernovo. Op de Stokhod, hebben Russische verkennia-gen eenige loopgraven ingenomen; ten N. van Korytnitza insgelijks waar zij eenige machine-geweren hebben huit gemaakt en gevangenen genomen ; hevige tegenaanvallen werden er af* geslagen. Vijandelijke aanvallen, in het gebied van Skrobeff, Mitchistchoef en Dornawatra werden afgeslagen. * m * Op het Italiaansch front, hebben onze bond» genooten hevige aanvallen afgeslagen in hêt Pasubio-gebied en hebben er eenige vorderingen gemaakt, waarbij zij 32 gevangenen maakten. Op verschillende punten van het front in Tren-tino, meldt men een tamelijk hevige artillerie-bedrijvigheid en weinig belangrijkè infaaterie-gevechten.In het Codmagnon-gebied hebben de Italianen eene batterij met 4 bergkanonnen buitgemaakt. Op den Garso, na verscheidene tegenaanvallen te hebben afgeslagen, waarin de vijand zware verliezen leed, hebben de Italiaansche troepen terrein gewonnen ten N.-O. van Oppacchiasella en /foo gevangenen gemaakt; ten Z.-O. van Gorizia zijn zij een weinig vooruitgerukt en hebben zij enkele gevangenen en aanzienlijken huit in materieel veroverd. Op het front van Salonika, zijn de patroeljes van de Bondgenooten ten O. van de Stroema ip aanraking gekomen met het vijandelijk front dat zich uitstrekt van Sérès in de richting van Saviak-Barakli, in de richting van het N.-W. De Servische troepen rukken op den linker- oever van de Cerna vooruit. * * * O^hetRoemeenschfront.tenN.en ten N.-W., grepen er gevechten plaats over bijna geheel het front. De vijand werd op verschillende punten afgeslagen, zooals te Predeal, Gyorgin, Gai-neni, Douano, Ornona, enz. ; onze bondgenooten hebben een dorp in de Gituz-vallei hernomen en hebben de Sigleul-, Mio- en Minelulmiobergea stormenderhand ingenomen, waarbij zij den vijand zware verliezen toebrachten. Te Guivala zijn de Roemeensche troepen op den Rucar moeten terug Irekken, waar zij stand houden tegen den vijand. In de Puzen-vallei hebben zij al de aanvallen afgeslagen en 64 gevangenen gemaakt. In de Jiul-vallei, hebben zij de Negru en Zancaga-bergen ingenomen en 41 gevangenen gemaakt. Zij hebben insgelijks den vijand uit de Blioto-ca-villei verjaaga, bij Predeal. In Dobroedja, werd een vijandelijke aanval op de linkervleugel afgeslagen. Hat totaal gevangenen tôt nu toe door dft Roemeaen gemaakt, is meer dan 15,000 17 OctoïDer 1 01 0 Nummer 331

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.