De legerbode

1202 0
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1916, 11 Maart. De legerbode. Geraadpleegd op 25 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/736m03zg13/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

DE LEGERBODE den Dinsdag, Donderdag en Zaterdag verschijnende Dit blad is VOOH DE BELGrISCHE SOLDATEN beslemd ; iedere compagnie, escadron of batterij ontvang-t tien ol vijftien Fransche en Nederlandsche exemplaren. VERHALEN YAN STRIJDERS De Laatste Uren van bet Fort van Lier Cdoor een G arnizoens-Officier) (Vervolg) r,n October. — Op hooger bevel, en in samen-•werking met de naburige forten en intervalle-batterijen, openen wij, oiu 2 uur en om 4 uur, een snelvuur van twintig minuten lang op de plaatsen en de wegen vôôr de verdedigingslinie. Om 7 uur begraven wij onze dooden. Van af 8 uur worden de intervallen, het fort van IConingshoyckt ea de Tallaert-redoete, ge-•weldig gebombardeerd. Eerst om kwart over 10 zijn wij aan de beurt ; slechts negen projec-tielen worden op ons afgevuurd. , Om 1 uur 's middags herbegint het bombardement, en evenals den vorigen dag wordt er aile zes minuten een projectiel op ons afge-schoten.Rond 3 uur wordt de halve rechter capon-nière getroffen door een te kort schot, daar liet vuur over het algemeen op het linker gedeelte van het fort gericht was ; het grootste deel van het personeel had er eene schuilplaats gezocht. Niemand is gewond ; maar de koepel van la cen-timeters is vast gezet door de betonblokken van den half afgebroken toren ; sommige blokken zijn grooter dan een kubiekmeter. Het personeel Iwordt spoedig naar het hoofdfront geëvaeueerd. , Een kanonnier, met inlichtingen, komt aan, geheel met slijk bedekt. Daar men de koepels bij middel van vochtigen grond heeft gemaskeerd, dacht men dat hij over de koepels was gekropen, en mannen verweten hem dat hij ze zoo weer had bloot gemaakt. Daarop, groote verwondering van den dappe-ren kanonnier. Onder het vuur was hij in een kuil gerold, waaruit hij in dien schoonen toe-tand te voorschijn kwam. Er komt geen einde aan het bombardement, en onze ongeschonden dekkingen worden steeds zeldzamer. De artilleriecomrtiandant van het fort is in een kuil gevallen ; hij is onbekwaam om te .gaan en men moet hem naar de ziekenzaal bren-igen. De commandant van de fusiliers, overspan-nen en vergiftigd door de gassen van de ontplof-fing, is in zwijm gevallen. Een van de genees-'heeren is ziek. De gassen oefenen meer en meer hun sehade-lijken invloed uit. De mannen vallen in zwijm ; anderen weenen ; sommigen, geheel ter neer gedrukt, sehijnen gelaten den granaat af te vvachten die hen verpletteren moet. Noch aan-moedigingen, noch bedreigingen van den commandant van het fort, bijgestaan door den hoofd-geneesheer van den dienst en den almoezenier, gelukken er in het nioraal wat te verheffen dezer I niannen die, gelijk eene onbewuste kudde, ' den dood afwachten. [ Rond half 8 vermindert het helsche bombardement; weldra houdt het op. Het fort werd I door 60 granaten van 420 getroffen. De commandant van het intervalle Lier-Tallaert meldt een aanval van de vijaudelijke infanterie, gesteund door veldartillerie. De mannen krijgen nieuwen moed ; de koepels ■worden bezet en fusiliers en mitrailleurs nemen plaats op de vuurliniè. De redoete van Tallftert kan slechts zwakjes optreden en vraagt hulp. Wij bescbieten met al onze stukken het terrein vôôr de bijgevoegde verdedigingswerken van het intervalle. Onder dit vuur mislukt de aanval rond 9 uur. Geheel het garnizoen heeft deel ge« nomen aan het gevecht, zelfs de zieken. De commandant van de fusiliers heeft opnieuw zijn ï>ost op de wallen ingenomen. Daarna wordt het fort opnieuw gebombar-deerd, en om 11 uur gaat er een nieuwe aanval i®p bet intervalle los, met geen beteren uitslag «an den vorigen. 2" October. — Om 2 uur, derde aanval op bel intervalle. De vuurliniè van het hoofdfront ^an het fort wordt met de kogels van de vijande-jWjke machinegeweren overgoten. De fusiliers lantwoorden met razernij ; hun commandaut moet |Overal te gelijk zijn om het vuur teregelen. De warm geworden geweren weigeren te JWei'ken. Dat doet niets. De Duitschers zullen er niet door. Onze kanonnen vuren zooveel zij kun-nen ; er heerscht een oorverdoovend geraas. Gedurende meer dçin twee uur leven wij te xxxid-den van deze hel én hooren zelfs niet meer het gegons van de kogels, die lijk een bijenzwerm langsonze hoofden fluiten. Een van de kanonnen van de traditore wordt door het vuur buiten dienst gesteld ; het tweede legt nu dubb^l werk af, maar het duurt niet lang of het kan ook niet^ meer van dienst zijn. Om half 5 vernemen wij door de roode vuurpijlen van den vijand dat hij terug trekt. Hij is niet door de intervallen gekomen ; geen enkele prikkeldraad van de verdedigingswerken is doox-gesneden. a Deze goede uitslag geeft aan onze mannen de hoop en het vertrouwen terug; zij zijn bijna vroolijk ; men kan nochtans merlcen hoe ver-moeid ze zijn. Yan af dat de vijandelijke aanval werd afgeslagen, beantwoordt het geschutbureel onze vragen niet meer Men gaat zien ; heel het personeel slaapt ; de officier, die neeriag op een stroozak, wankelt als hij recht staat. Er was eene rustpoos van slechts enkele oogenblikken geweest en, zoohaast de spanning niet langer op het personeel drukte, was het in slaap gevallen. De commandant van het fort zelf was korten tijd vroeger, te midden van het gevecht, in een koepel in slaap gevallen. De artilleriecommaudant van het fort, die nog steeds niet kan gaan, wordt met een andere gewonde geëvaeueerd. Men deelt levensmidde-len rond en doet de noodi^e herstellingen. De koepels worden van munitie voorzien langs de nog bruikbare gangen. Om twintig minuten over 7 herbegint het bombardement heviger dan ooit. Vijandelijke vliegiuigen zijn zich over den toestand van het fort komen rekenschap geven en nu wordt de verwoesting stelselmatig. Aile zes minuten komt een projectiel van 420, « een bloktrein » zooals de mannen zeggen, op ons af. Met beklemd hart volgen wij den gang van het bombardement. Men hoort de projectielen van verre afkomen; beurtelings tretien zij den linker en den rechter kant van het fort. Daar de vooruitspringende gedeelten van de flanken zeer dicht bij elkander staan, treft het schot nu eens het eene, dan het andere vooruitspringende deel. Soldaten hebben het bemerkt en gaan aan het wedden, zoohaast een projectiel zich laat hooren. Het vooruitspringende deel I wordt eerst duch-tig beschoten, dan nadert het vuur het hoofdfront. De rechter gang van het hoofdfront stort in. Het was langs daar dat men de koepels van munitie voorzag. Hoeveel man zijn er onder de puinen gebleven? Het is onmogelijk een appel te doen. "Wij moeten een gedeelte van het hoofdfront eva-cueeren en de helft van het personeel zoekt eene schuilplaats in de rechter halve caponnière. Al de telefonische en telegrafische verbindingen zijn gebroken; het bureel van Lier antwoordt niet meer, daar de stad geëvaeueerd is. Het vuur nadert de rechter halve caponnière en een granaat komt op la meters van den ingang ontploffen. De mannen krijgen bevel zich naar het andere uiteinde van het fort te begeven, dat reeds ge-bombardeerd is. Het is onmogelijk de mannen 1e verwittigen die in de caponnière van het hoofdfront gebleven zijn. De ontploffingen vojgen aile zes minuten op elkander en het bombardement wordt stelselmatig voortgezet door ééne reeks in onveranderlijke richting. Als men dus de plaatsen gadesloeg waar de projectielen vielen, kon men het oogenblik voorzien waarop het tijd werd te vertrekken. Het eerste schot alleen is gevaar-lijk. Zoohaast de ontploffingen al te ,dicht bij kwamen, snelden de mannen bijeen op het ffuit-signaal, wachtten den val van het projectiel af Ds Oosd van dan " Vriend des Isiîscten" Aile honden. die geen eclite rashonden zijn, zullen voortaan in Duitschland moeten afgemaakt worden. Vaarwel de Schoothondjes en straat-keffers ! Yoorbeen vetten de Moffen de honden voor hun eigen verbruik. Het besluit bepaalt dat de <r vriend des menschen » voortaan zal dienen tôt het vetten der varkens... Anne honden ! Arme rff Arme Duitschers! f " en snelden dan naar hunne nieuwe schuilplaats. Maar dit spel kan niet lang blijven duren. De projectielen sehijnen ons te volgen, de gewelvea storten in naarmate wij ze verlaten. Rond 2 uur wordt er aan den commandant van de fusiliers bevel gegeven zijne mannen in groepjes bijeen te doen komen en zoo, tusschen de sehoten door, naar de ingangsposteerne van het fort te gaan, die tôt dan toe ongeschonden is gebleven. De beweging Wordt in de grootste orde uitgevoerd. Als bij mirakel sluipen wij tusschen de projectielen door. Het vuur blijft eehter nog een geheelen tijd duren, op den berm, tegen het buitentaluds van het linker halve lceelfront. Op dit oogenblik was de twee honderd vijf en der- ' tigste granaat van 420 in het werk gevallen. Behalve de stukken metselWerk en de scherven die gelukkiglijk niemand zwaar troffen.heerschte er eene nog al tamelijk groote veiligheid. Daar tegen den middag de projectielen nader komen, worden de mannen, die zich onder de ingangsposteerne bevinden en in de wacht, naar binnen geroepen. Al de organen van de verdediging zijn op dit oogenblik vernield of vastgezet. De gangen en posteernen zijn versperd door reus-achtige blokken metselwerk. Alteen de koepel van 57 millimeters van het vooruitspringend deel IV, scheen in goeden staat, doch hel was onmogelijk hem te bereiken. De laatste dekking van het garnizoen wordt weldra op hare beurt bedreigd. Een projectiel komt op den rand van de gracht ontploffen, op eenige meters als tan d van den ingang van het fort en veroorzaakt een oogenblik paniek. Het bombardement wordt voortgezet en laat niet toe het werk terug te bezetten. Om half 3 doet eene ontzet tende ontploffing, vergezeld van een dichlen rook. ons vermoeden dat het fort van Ivoningshoyckt gesprongen is. Wij zien het vuur van onze veldbatterijen, die achter ons zijn opgesteld, korter worden om den aftocht van de intervalle troepen te dekken, en hun granaatkartetsen ontploffen op onze hoogte. Duitsche batterijen komen plaats nemen aan de rechterzijde van het fort ; wij staan tusschen twee vuren. Het is niet meer mogelijk terug het vernielde fort binnente gaan. De granaten van 420 blijven met wanhopende regelmaat aile zes minuten op het fort neerkomen. De reserve-levensmiddelen en de patronen liggen onder de puinen begraven. Geen drinkbaar water meer ; de geweren zijn ledig en de mannen uitgehongerd. Het is mxs-schien nog tijd om eene omsingeiing te voorko-men. Wij beproeven het onder een regen granaatkartetsen. De mannen zijn uitgeput ; met een gevoel van eindelooze neerslachtigheid en ontmoediging besluiten de officieren, rond 6 uur, ze naar Lier te brengen. De verdediging had aldus vier eindelooze da-gen geduurd, onder een bombardement dat aan het personeel geen oogenblik rust liet en iedere aflossing onmogelijk maakte. De Duitschers, die al te vroeg rekenden op de ontmoedigende uitwerking van hun verschrik-kelijk oorlogstuig, meenden, in den nacht van l*n op 2,n October, dat zij door een aanval in groot getal meester zouden worden van het fort. Hunne drie pogingen tôt aanval waren even zoo veel mislukkingen. Toen zij er, vier en twintig uren later, in doordringen, was het nog slechts een puinhoop waarvan zij zich meester maakten. Vechten is niets ... op voorwaarde dat mea slechts kan terug slaan. En de draagkracht van de vijandelijke artillerie, die aanzienlijk grooter, was dan die van onze stukken. stelde haar buiten bereik van ons vuur. Wij waren aldus verplicht met de armen gekruist te blijven en de dood gelaten af te wachten. Dat w ichten, in een donkeren gang van tnetsel-j werk, waarvan men weet dat bij ieder oogen-bl k vernield kan worden, en alie zes minxîten de kans loopt verpletterd te worden onder een projectiel dat men van uit de verte hoort aan~ komen, dat is een voortdurende doodstrijd. Het werkt op de meest gestaalde zenuwen, en de heldenmoed van hen die den dood verwach-ten, alleen omdat men hun gezegd had dat het, moest, is des te meer bewondei'enswaardig omdat hij steeds onbekend bleef en niemand eç .■ooit ieis vun geweten heeft. 11 Maart 1916 Nummer '23/

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De legerbode behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Antwerpen van 1914 tot 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Onderwerpen

Periodes