De legerbode

1170 0
19 december 1914
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1914, 19 December. De legerbode. Geraadpleegd op 25 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/3x83j39h72/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

den Dinsdag, Donderdag en Zaterdag verschsjnende Dit blad is VOOR DE SOLDATEN bestemd ; iedere compagnie, escadron of batterij ontvangt tien Fransclie en tien Nederlandsclie exemplaren. Duitschlands Aartsvijand De Duitschers beijveren zich meer en meer, om de ver a ntwoord elijkheid van don oorlog op anderen te werpen, geesel die op al de volkeren schijnt te willen drn/îken. Bij den aanvang, gaven zij zich de moeite niet ophelderingen te geven. Waarom zich trachten te recliïvaardigen wanneer men de sterkste is ? Net, was namelijk ten iijde dat de kanselier van het keizerrijk, de heer Bethmann - Hollweg, sijrt misprijzeti iiit-drukle tegenover den gezant van Engeland over de «vod papier » die zijn heer en mees-ter had onderteekend, en dat de beruchte schrijver Max Harden in zijn tijdschrift « Die Zukunft » sehreef : « Met is niet favaadschiks dat wij dit r eu sac ht ig avontuur hebben willen oploopen. Wij hebben het gewild en dienden het te willen. » Dnitschland, het groot Dnitschland dieht zijn daad niet te verschoonen. Trouwens, hebben zijne hedenclaagsche wijsgeeren niet geleerd clat kraehtrecht baart? Ook heeft heer Harden slechts spolie m ij vqov Engeland, Frankrijk en België, die oorlog voeren om een gedacht van recht te doen zegepraien. Duitsehland voert integendeel oorlog daarhet eene grootere plaats op de wereld wil, en tevsns meer uitgestrekte uiizelgebieden voor zijne bedrijvigheid. Dus was het schenden van België's onzijdigheid wettig. Het Duitsch Keizerrijk hunkert naar de verovering van België, naar Kales « om de Keizerlijke vlag daar te hijschen, op de oevers van het en g kanaal dat de deur van den Atlanlischen Oceaan is. » Ziedacir nu dat Duitsehland opmerkt dat het recht door zich zelf eene kracht uilmaalit, dat de schending van België's bodem haar eene onherstelbare kwaal in de Vereënigde Staten heeft berokkend en tegen haar de beschaajde volkeren, het eene na het anclere, heeft doen opstaan. De oorlogsklaroen van heer Harden schet-leri niet meer. nu hoort men een aria voor Jluit. Het was Duitsehland niet dat heeft aan-gevallen, het heeft zich enkel verdedigd, het arme schaap. Het is het slachtoffer van een helsche samenzwering. Niet Duitsehland, maar het gluipend België zelf heeft België'a onzijdigheid geschonden. Ziedaar het thema van heer Bethmann-Hollweg dat hij, na zijn ruwe bekentenis van de verleden oogstmaand, in de jongste zitting van den Beich-stag heeft ontwikkeld. Het is het nieuw wachtwoord dat hij aan zijne kruipendepers, aan zijne vervciardigers van vlugschriften, aan zijne inlellectueelen, aan zijne diplomaten, aan zijne dagblad-schrijyers heeft gegeven, ze tevens belastend, mits klinkende munt, zijne leugens in de onzijdige landen te verspreiden. Maar van waar is dan de aanranding gekomen ? Door wien is Duitsehland in zijn bestaan bedreigd ? De meeningen der Duitschers dienaan-gaande loopen zeer uiteen. Om zich te vcrontschuldigen hunne grond-regéls, hunne leer. al hun beslissingen ge-nomen bij wederlandsche congressen te hebben verworpen, beweren de socialen-demokraten dat met België te vuur en le zwaard te verwoesten, de Duitsche troepen den oorlog tegen Rusland voeren. Zij, die zoo gedwee en sedert lang de onbeschofle be-heersching van de militaire kaste en van de Pruisische Junckërs dulden, schieten in toorn zooàra men hun spreekt van de Russisclie autocratie. Voor de nalionalislen en chauvinislen, is Frankrijk de grootste schuldige. Het heeft het oogenblik gunstig gemeencl voor zijne revanche van 1830. Iïet is noodig tôt den wereld,vrede clat het aan zijn droom van herovering van Elzas-Lorréinen voor immer vaarwel zegge. De phariseërs van al de ker-ken en de strenge bewakers « van het begin-sël van gezag » meenen bovendien dat, de lijd daar is om dit brandpunt van godde-loosheid, anarchie en bederf uit te dooven. Maar voor het groot aanlal, voor de massa, is Engeland de aartsvijand, nagenoeg de enkele vijand. Naarmate de gebeurtenissen plaats hebben, de màcht der bondgenooten aangroeit en cle Duitschers neerlaag na neerlaag lijden, stijgt de Duitsche toorn tegen het snoode Albion. Den dag waarop men het treffen. het vcrslagen, hei vemecle-ren kunncn zal, zal Dnitschland, vreugclc-vuren door heel het keizerrijk aansteken. Maar waaruit komt al die haat ? Heer-schap proj'essor Werner Sombart heeft de oorzaken opgezocht en zef ze uiteen in eene studie verschenen in het Berliner Tage-blalt. Het artikel is holklinkcnd, vol hoog-jnoed en duister, zooals steeds de wr.rkcn, der Duitsche inteUectiieelcn zich kenschelsen. Sombart haat België niet. Hij laat vol, verachling de kleine naties op zijde. tôt zelf s Japan. Hij voelt diep medelijden voor Frankrijk. dat strijdt tegen een al le over-machtigen vijand, dat met een kvnderlifk geloof bezield is en clat zich vastklampt a/s een zieiiogende drenkeling aan eenen stroo-halm, en voor hem blijft de Fransche « Don Quichotte » steeds de adelijke ridder die nog immer denkt tegen windmolens te veehten. Herr proj'essor koestert ook liefde voor de Slavische ziel. mer « overdreven tèergevoel-heid aan de Duitschers geeft wat hun ziel ontbreekt ». Ziedaar ten minste een recht-vaardig woord. Maar Engeland is de mire vijand. en herr professer heeft geene ron-kende volzinnen van noode om die verkla-ring te uiten. De oorlog zal voortgedreven worden zoolang « de vervloekle natie » niet zal gefnuikt zijn, zoolang ze in deemoedige houding aan Duitschlands voeten niet zal neergestrekt liggen. Werner Sombart zelf geeft toc. dat het, zeer moeilijk is die haat uit te leggen. Al de redenen die men opgeeft, : Het verraad waar-aan kozijn ,loris zich heeft plichtig gemaakt, de dubbelhartigheid van het Britsch politiek, de blufder Engelsche pers, de bedreigde Duitsche belangen, schijnèn hem niet afdoende. Neen, daar ligt de oorzaak niet. Maar de hoofdoorzaak van den Duitsch en haat tegen Albion zet hij uiteen als volgt : « Het komt me voor dat die haat, tegen Engeland zeer diep in onzen boezem ligt, op een plaats waar de beschottwingen der rede niets meer çer-mogen, waar het onlogische, het instinct-nuitige hun macht. nog aitoefen. Wij haten in den Engetb'chman hei aan het innerlijksle en verhevemte van onzen aard vijandelijk beginsel. En het betaaml dat wij ons daar-van rekenschap geven daar wij derwijze beter de di.epe beteekenis van den huidigen strijd begrijpen. Herr Prof essor heeft ongeli/k de oorzaak van den haat der Duitschers tegen Engeland op zulke duistere zielkundige wijze uit te leggen. Irouwens, ze (lient elders gezocht en men hoeft geen wijsgeer noc/i dokter te zijn om z'e op te speuren. Grool-Breianje stelt den voornaamslen hinderpaal daar aan de Duitsche uitbreiding, aan de verwezenlijking van Duitschlands drift toi wereldbeheersching. Het heeft niet lijd-zaam die schending wiilen aanzien van het traClaat dut België's onzijdigheid waar- borgde. Het is niet van zinnens Frankrijk le lalen verzwakken ' en voor eene tweede maal te laten verminken. Hei heeft als ver-dediger willen oplreden van het recht der kleine volkeren, van de vrije volksontwil'lîe-ling, van deware beschaving. Al zijne slaal-kundige, œconomische en militaire macht heeft het ten dienste gesteld van de zaak der Bondgenooten. Het heeft een beroep getlaan aan de bcvolking van zijn uitgestrekt grond• gebied en van zijne bezittingen. Het heej't besloten den strijd voort te drijven tôt he& uar waarop het Duitsch militarisai onscha-àelijk zal worden gemaakt. En heel waar-scliïjnlijh zal het Engeland, wezen dat. clank zijne ohuitpulbare middéten in manschappen en geld, den Duitschen reus den genadeslag toeclienen en dezes grootsche plannen van wereldoverheersching voorgoed verijdelen zal. Dat, alleen volstaat om den woeslen haat uit te leggen weiken Werner Sombart en zijne geestverwanten tegen de vrije groote Britsche natie hebben gezworen. KiiWe aan België Priester Serlilanges heeft in de Magdalena-kerk van Pari]s over het « Heilig bondgenoot-schap » gesproken. en over den toestand van elkeen der verbonrlene volkeren. Ziehier de hulde die hij aan België bracht : « Laat me nu spreken over de lielden onder de lielden ; over dat heldenvolk dat op zulke grootsche wijze zich heeft opgeoft'erd. «België heeft deze laatste jaren het sehouwspei gegeven van eene Avondervolle ontwikkeling op staatkimdig en œconomisch gebied. In verhouding met de uitgebreidheid van het grondgebied, stond het onder dat oogpunt aan de spits der volkeren. Zooveel ais wie ook, en meer dan het meerendeel, heeft het de vrijheid in praktijk we-ten te stellen zonder tôt anarchie over te slaan. De Belgen zijn zuiver van zeden en diep gods- ■ dienstig. Ook heeft België met eer zich uit de kiôschste zedelijke toestanden vveten te trekken. « Maar "Waarom nog heden die beschouwin-, geu ? België's roem is hooger gestegen. Het i«» een zinneb'èeld van een voile geworden. Aan het lioofd der aanrukkeude scliaren der verdedigers van het Becht. stapt het als vaandeldrager. « Vaandeldrager, heb ik gezegd. En wat prachtvaandel dat het omîioog steekt, ten spijt der schaamtclooze schenders, tôt geruststelling van 's werelds gewôten? Ha ! zoekt het niet aan den vaandelstok waarop de nationale kleuren vonkelen. Het trillend vaandel van België ver-toeft elders : de hand die het draagt geeft het eea meer tragischen luister, en ofschoon het nog aan. vroegeren rôemherdenken doet, aan dien waar-i van César getùigde, laat het een roem verboopen-dat dezen van voorheen in de sc.haduw stelt. Het vaandel van het herboren België is de a vod papier » doorwelkl van België's bloed. « Druipend van dat edel bloed, bleef het fier in de luclït wapperen. in de omgeving der adela Luikerstede, wanneer de Duitsche horden als een iawine daar kwamen aangestormd. De woest-aards hadden gemeend dit glorierijk iets te ver» trappen, in tlarden te sclieuren en zoo te vernie-lendat er geen flarde tôt aandenken meer zou overblijven. Maar fier hield de onverschrokken vaandeldrager het roemrijk zinnebeeld met de vuist omkneld, tartte 's woestaards stormloo-pen, en dekte 's vaderlands bodem onder zijn breede plooien : die bodem. die tôt verwoesting en plnndcring zou gedoemd worden, vooraleer er hulp ging opdagen. Het rechtschapen Beigië weigerde niet ailes ten offer te brengen voor het behoud van zijn eer. Verheven waren 's Konings woorden, wanneer hij den plieht aan zijn soldâtes voorsebreef. Kranig zegde hij wat hij te zegge n had en onverschrokken deed hij wat hij te doen diende, naar het heerlijke woord van Schiller, dat de Duitschers nooitbegrepen : « Schande der natie die niet ailes met vredgue ter behoeding van haar eer zuu wagen ! * 19 Decem-ber 1914= » INummer 45

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Toevoegen aan collectie

Periodes