De legerbode

1170 0
03 augustus 1916
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1916, 03 Augustus. De legerbode. Geraadpleegd op 19 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/ff3kw5855c/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

den Binsdag, Donderdag en Zaterdag verschijnende Dit blad is YOOR DE BELGISCHE SOLDATEN bestemd ; iedere compagnie, escadron of batterij ontvangt tien of vijftien Fransche en Nederlandsche exemplaren. Na Twee Jaar Oorlog Reeds twee lange jaren voeren de verbonden ïiatiën, aïs trouwe kampioenen van recht en menschelijkheid, hun goeden strijd tegen de meest verschrikkelijke barbaarschheid die de wereld ooit heeft ontketend gezien, en blijven daarbij ook vast besloten al de o lier s te brengen die er tôt de zege noodig zijn. Heden, nu kun hardnekkigheid, die steeds door een stalen wil werd recht gehouden, voor het eerst hare beloo-ïiing vindt in de zegevierende overmaclit die de vijand weldra om genade zal doen smeeken, hebben zij het recht trots te zijn over de verkre-gen uitkomsten. En ten voile bewust van de heilige taak die zij te vervullen hebben, mogen zij de toekomst te gemoet zien met het reine geloof en het vaste vertrouwen, die het voor-reeht zijn van de sterke volkeren, als dienaars van vrijheid, van eer en recht. Hun grootste roem, misschien, zal nog eenmaal zijn, nooit te hebben getwijfeld aan de recht-vaardigheid, 't is te zeggen aan de eindoverwin-ning. Geene beproeving vermocht het hun moed en vastberadenheid te verzwakken. Zell's in de somberste uren, konden de verbonden volkeren, in den liemel, die zwart van bedreigingen was, hun blik richten op de laatste ster die daar steeds schitteren bleef : De hoop. Door haar goddelijk licht geleid, bleven zij standvastig den weg van den plicht volgen; en in hun hardnekkigen wil om niet onder te gaan, wisten zij de zielsterkte, die wonderen kan doen, ongeschonden te be-Waren.En daar zij, door hun wonderen van dapper-heid, die voor eeuwig het voorwerp van de bewondering der toekomstige geslachten zullen blijven, wisten te weerstaan aan de reusachtige inspanning die de hoogmoedswaanzin en de heerschzucht konden tôt stand brengen, hebben de Bondgenooten hun vijand ten slotte te pakken gekregen. Zij zullen hem niet meer los laten. Hij heefl goed trachten zich nog te weren of nog te willen bijten, door wanhopige middelen willen beproeven te ontkomen aan de omknelling die hein steeds meer en meer versmacht ; ditmaal is hij veroordeeld om zijn onverbiddelijk lot tôt het einde toe te ondergaan. Het is inderdaad een wonder dat twee jaar bovenmenschelijke inspanningen, van baast ■wonderbare hardnekkigheid en onhuigbare wils-kraclit, er in geslaagd zijn dergelijken uitslag te bereiken, en zich aldus een weg tôt de zekere zegepraal te banen. Zeker, hun taak is nog niet voleindigd. Er zullen nog heel wat inspanning en heel wat zware offers noodig zijn, men zal nog heel wat moeten vergen van den onverge-lijkbaren moed hunner legers, alvorens de hel-scbe macht tôt het booze, die zij vernietigen moeten, geheel zal zijn geveld. Maar de Bondgenooten weten dat zij heden het wonder hebben verricht, het zoover te hebben gebracht dat zij minstens met gelijke wa-peas den ontzaglijken vijand kunnen bekampen die veertig jaar lang zijn aanslag had voorbe-raamd en voorbereid. Zoo hebben zij reeds dat-gene verwezenlijkt wat de Duitsche hoogmoed onmogelijk waande. Hoe zou men er dan nog aan kunnen twijfelen of zij hunne roemvolle zending wel ten einde zullen brengen, vermits zij als bewonderenswaardige dienaar van de rechten der zelfbewuste menschheid, voortaan het meesterschap hunner macht ten dienste van hunne zaak kunnen stellen. Het zal voor België eene eeuwige eer zijn twee jaar geleden slechts te hebben geiuisterd naar de stem van eer en plicht, toen een even valsche als machtige nabuurstaat het een schandelijken koop dierf voorstellen. In een oogwenk misschien, hebben Koning en Regeering op deze tragische stonde, al het ontzet-tende leed, al de onberekenbare puinen over-tien, waardoor België zijn trouw aan het ge-«woren woord betalen moest, en zijn onwrikbaar besluit om zijne soevereine rechten als vrijen en onafhankelijken Staat te doen eerbiedigen. Toch ïiebben zij niet geaarzeld. Met hen heeft het. geheele volk op trotsche wijze de uitdaging van een oneerlijken en misdadigen tegenstrever f Cu.twoord. belgië heeft beter gedaan dan de beschaafde wereld den weg tôt den plicht te toonen. Het heeft zich met roem bedekt ; zijn léger heeft met den meest bewonderenswaardigen heldenmoed gestreden, ondanks eene minderheid die zoo groot was, dat zij aan sommige ldeinzieligen slechts eene roemrijke dwaasheid kon schijnen. En dien heldenmoed heeft zijn loon gevonden van af den dag waarop ons in lompen gehuld leger aan den Yser den stormloop van den vijand brak en hem terug wierp aan gene zijde van den kleinen stroom, wiens wateren van liet bloed rood kleurden en de verminkte overblijf-sels van het Duitsche leger in hun schoot mede voerden. De Belgische bevolking, in hare treurige bal-lingschap, of zuchtend onder de laffe dwinge-landij, heeft bewijs vandezelfde hardnekkigheid geleverd. Zij heeft ook verschrikkelijk geleden, zij vooral die sedert twee jaar de dwingelandij van den verdrukker moet verduren en zijne verlijnde en steeds vernieuwde wreedheid. Maar hare ziel blijl't vrij en ongetemd, haar trots is niet gebro-ken, haar misprijzen en haar haat voor .den valschen vijand blijven even onaangetast. En hoe roerend zijne marteling ook mocht zijn, heden roept België noguit voile borst, juist zooals het gisteren deed : « Ik betreur niets ! Liever de dood dan de slavernij en de schande !» Overigens is de hoop nooit zoo groot en zoo innig diep geweest. Deze uren roepen zeker een gansch verleden van folteringen te binnen, maar is dat ook niet een verleden van onvergankelijken roem? En toch, ofsehoon wij ookninimer zullen vergeten, wat er heden in ons nog al het andere overstemt, dat is het vertrouwen, het geloof in de toekomst, het is de zekerheid van de nabije verlossing, van de herwonnen vrijheid ; het is het voorgevoel van de groote zegepraal die aile barten zoo onstuimig kloppen doet. Commandant Willy Breton. Wij zijn zésf laa de OnrHlmlig lien Dagorde van generaal Jollre In de Bulletin des Armées vinden wij de vol-gende dagorde van generaal Joffre : Soldaten van de Republlek ! Uw derde jaar oorlog begint. Sedert twee jaar draagt gij sonder wankelen den last van een onverbiadelijken strijd. Gij hebt al de plannen van onze vijanden doen schipbreuk lijden. Gij hebt ze over-wonnen aan de Marne, g.j hobt ze tegen-gehoudon aan den Yser. verslagen in Artesië en in Ghampagae, terwijl zij in de vlakten van Rusland vruchteloos naar de zege zochten. Dan heeft uw zegevierende weerstand, in een veldslag van vijf maanden lang, de Duitsche inspanning voor Verdun gebroken. Dank aan uw hardnekkige dapperheid, hebben de legers van onze bondgenooten wapens kunnen smeden, waarvan onze vijanden heden de kracht ondervinden. Op al de fronten nadert het cogenblik dat, onder de algemeene drukking, de Duitsche militaire macht zal ineenstorten. Soldaten van Frankrijk! Gij moogt fier zijn over het werk dat gij reeds hebt volbracht. Gij zijt vast besloten tôt het einde toe te gaan. Wij zijn zeker van de Overwinning! JOFFRE. Ëij de « Zwaits Duiveitjes » Onze wakkere karabiniers-wielrijders hebben met opgeruimdheid den 21 Juli gevierd. Een sportfeert — begiftigd met 120 fr. prijzen — liet toe aan tal van onze « zwarte duiveitjes » zich in de verschillende prij-skampen te ondersehei den, welke prachtig door sergeant-majoor Rai> heu en korporaal Dcinarttt wareu ingericht. DE DUITSCHE MISDADEN in Fransch -Vlaanderen De Fransche minister van buitenlandsche zaken heeft onlangs eene nieuwe reeks gruwel-daden van de Duitschers tegen de burgerlijke bevolking uit Fransch-Vlaanderen in het daglicht gesteld, en zal eerlang daarover een Geelboek publiceeren. Intusschen heeft de regeering der Fransche Republiek de meest in 't oog vallende feiten medegedeeld, uit de nasporingen welke ze heeft gedaan ter staving harer beschuldigingen tegen Duitschland. Deze feiten zijn uiterst gruwelijk en afschuwelijk. De van razernij aangetaste Duitsche hyena, heeft zich in hare blinde wreedheid, in al hare wreedheid van wild dier ontketend. In de Leger-bode hebben wij onlangs van den aard der aldaar gepleegde Duitsche misdrijven gewag gemaakt. Maar de feiten zijn zoo ontzettend zwaar dat wij er op terugkomen. De Duitscher, die deze misdaden heeft'bevolen, en de uitvoering ervan heeft voorgezeten heet von Heinrich. Hij draagt den titel van generaal, maar de titel van beul zou liem beter le stade komen. Ziehier hoe die feiten zich hebben voorgedaan. Op 't einde der verloopen maand April, gedu-rende de Paaschweek, gaf generaal von Heinrich bevel 25,000 Fransche mannen en vrouwen uit Rijssel, Roebaais en Toerkonje, uit hunne haardsteden weg te nemen en onverwijld naar de lokaliteiten van het bezet grondgebied te sturen, om ze daar aan het veldwerk te zetten. (Onder deze ongelukkigen bevinden zich verscheidene duizenden Belgen, bewoners van Fransch-Vlaanderen.)Den 22 April (Zaterdag voor Paschen), te3ure 's morgens, werd er tôt de uitvoering van dit barbaarsch besluit overgegaan. Ten einde de taak der Duitsche gerechtsdienaars te verlichten, had de etappencommandant op de deuren der huizen waar die monsterachtige maatregelen moesten worden toegepast, volgend gruwelijk bericht doen aanplakken : « Al de bewoners des huizes, behalve de kinderen beneden de veertien jaar, dezer moeder, en de ouderlingen, moeten zich vaardig maken om binnen anderhalf uurte worden weggevoerd. Een officier zal beslissen welke personen er naar de concentratiekampen zullen opgebracht worden. Te dien einde zullen al de huisbewoners vôôr hunne woning; en, in geval van slecht weder, in den gang hunner woning zich verga-deren. De huisdeur zal moeten open blijven. Aile ingediende bezwaren zijn nutteloos. Geen bewo-ner des huizes, zelfs zij die zullén mogen blijven, mag voor 8 ure 's morgens (Duitsche uur) het huis verlaten. Hij die zal trachten zich aan het ver-voer'te ontrekken, zal onmeedoogend worden gestraft. » Toen men dit afschuwelijk werk ging aan-vangen, werden al de straten afgesperd door soldaten van het regiment infanterie nr 64, bewapend met machinegeweren. Op het bevel van een officier, begon het solda-tenschuim zijn werk : Meisjes te beginnen van zestien jaar, jongelingen, vrouwen en mannen tôt vijf en vijftig jaar werden weggevoerd. In afwachting van ftun droevigen uittocht naar onbekende streken, werden zij in lokalen als kerlcen, scholen bij«engebra%ht, waar ze maar ondereen werden samengehokt, de volks- en burgermeisjes met de ontuchtige vrouwlui. Ter verontschuldiging dier ongehoorde maatregelen, verklaarden de Duitschers ze te hebben geno-men, ten einde de van dag tôt dag stijgende moei-lijkheden van de ravitalieering te keer te gaan, en naar aanleiding der houding van de wferke» loozen die weigerden op het veld te arbeidtu. Uit toppunt van wreedaardigheid, schtidden de beuVen zelfs defamiliëa ; de officier giijg deze voorbij twwijl de leden op het gaanpad stonden geschaaid; sij die tôt de wegvoering werden aangeduid, kregen wat tijd om hunne 30 kg. pakgoed (keukengerief, kleergoed enz.,) te ver-garen.De ongelukkigen werden naar de overweldigde departeinenten van de Aisne en van de Ardennen opgebracht, waar zij aan hunne landgenooten als vrijwillige arbeiders door de Duitschers werden 3 Ang-ristus î 916 Ntimmer 299 ^ '■ .I-AW , ...

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De legerbode behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Antwerpen van 1914 tot 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Onderwerpen

Periodes