De legerbode

1282 0
22 augustus 1916
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1916, 22 Augustus. De legerbode. Geraadpleegd op 25 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/513tt4g821/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

den Dinsdûg, Ûonderdag en Zaterdag verschfjnende — ^ — — — ■ ■ ■ —» Dit blad is VOOR DE/ BELGISGHE SOLDATEN bestemd ; iedere compagnie, escadron, of batterij oi\tvang-t tien of vijftien Fransche en Nederlandsche exemplaren. OORLOGSTIJD Sclietssn bïi ioirÉken m lie! Roui XIX 't"VVas oudjaarsavond nu. Polleken stak al lang onder de aarde en Rik had bij al de jongens der kompagnie een stniver gebedeld, om een kroontje op zijn graf te koopen. Alleman had de mis bijgewaond, te zijner intentie door den aal-moezenier van 't bataljon opgedragen, in een verlaten en nabij kapelletje. En darmee was 't met P-rffleken amen en uit ! Dé jongens lagen ingefawartierd op een brou-"wèrij. De kapitein had een tonneken bier ten beste gegeven, om 't verloop van 't oude jaar te vieren en 't nieuwe te verwelkomen. Twee struisclie kerels hadden het vaatje op een leege kist getild, den tap in 't gat geslagen, en met den avond draaide de winkel open. De Drupneus speelde herbergier en, één vôôr één, mochten de mannen om een pintje komen. — Me dunkt, Drap, dat ge er 't uwe nog al van pakt, meende de Spioen. — 't Is voor te proeven of 't nog niet troebel is, lolde de Drupneus... 'tWas een maanlichte nacht en geen zierke koud. — Gaan we geen « bal populaire » houden ? vroeg de Tap-van-'t Rietje. Zonder redetwisten beaamden de jongens dit voorstel. La Pomme haalde zijn Irekorgel. Sef-feus huppelden de dansdeunijes en eenieder sloeg aan 't flikkeren, op 't voorhof en in de open lucb.fc. De voeten schoven wel niet al te gemakke-lijkover de kiezelsteentjes, maar met een beetje goeien wii kan er al veel verwezenlijkt. — Half-soekens ! riep de Rik, als 't danske uit ■was. Twee aan twee, stapten de jongens in 't ronde, net ofieder een kermislief begeleidde... En ze sprongen en trippelden, dat de iorren van hun pollevieën hingen. Plots donderde Sooi Ajuin midden in den hoop. Hij had een deken om 't lijf gewonden. dat in breede plooien langs zijn bokkenpootjes viel. Hij draaide als een bol, zwierde met de armen, heup-"wiegde _ slank en wulpsch. Vôôr den Drapneus bleef hij even staan, boog sierlijk, schaverdijnde rond, licht en gezwind, deed zijn puntbnikje wip-pen, zijn heupbekken wentelen, heel zijn romp kronkelen en plooien, met de Oostersche beval-ligheid van Salomé dansend voor Herodias... Eindelijk buiten adem, groette hij hoofsch en plechtig 't gezelschap, en droop vandaaD, om de verbouwereering der jongens monkelend met de zelfvoldoening van een scheepskapitein die een onderzeeër den grond komt in te boren ! 't Spektakel veranderde. Met een blatend geilenstemmetje blerde 't Zwierken : — Miss Tipperary ! Miss Tipperary was Stokken-en-Zeilen in hoogst eigen persoon. — a L'orchestre, s'il vous plaît » ; riep hij tôt La Pomme, die sehoklachend de toetsen van zijn harmonika bevingerde. Zijn plunje was waarlijk koddig. Hij had de pijpen van een oude, versle-ten broek afgeknipt, en die als een zwembroekje aangeschoten. In zijn k»usen had hij vodden ge-foefeld, zoodat zijn kuitspieren met een herku-liaansche dikte uitzwollen. Zijn sloefen flodder-den hem losjes aan de voeten lijk saudalen. Om zijn lenden gordelde een rood-flanellen buikband, Waarin een tinnen vork en lepel flonkerden, en rond zijn hais had hij een bont zakdoekje ge-knoopt. Kruisgewijze over zijn borst wappcrdcn de franjes van een driekleurigen sjerp. Onder een papieren boed zat zijn voiiemaansgezicht te lachen. In vredestijd had hij met bloemkoolen gestaan op de groentenmarklen, als 't seizoen daar was ; anders ging hij 't platteland af met een kar en een ezel, en leurde met ellegoed en sajetten. Zijn beroep had bij hem een klowneske wel-sprekendheid aangekweekt. — Dames en heeren, ltefte hij, alvorens de Werkzaamheden te beginnen, zal ik nie even voorstellen. Ik ben Miss Tipperary, de wonder-vrouw van Amerika, die in de grootste cirken yaa de wereld gespeeld Ueeft. Voor de eerste .. maal in Europa, heeft generaal Sabelslip me onmiddellijk ontboden, om een vertooning in open lucht te geven, aan de piotten van 't achtste ! Per vliegmachien ben ik naar hier gekomen. Al degenen die twijfelen en die denken, dat hetgeen ik doe, niet natuurlijk is, geef ik seffens honderd dollars tôt beloonicg, als hij 't bedrog kan be-wijzen.Hij verzwolg zijn speeksel, boog lijk een halm en bazuinde : ■— Poses plastiques ! Ik begin met : « De On-schuld ! s De jongens, ongeloovig glimlachend, vernauw-den den ltring. Stokken-en-Zeilen stak zijn vin-ger in den mond, als ften schoolknaap die een fabeltje opzegt en in 't midden van 't stultje haperen blijft, beteuterd. — « De Wraak », deklameerde hij. Met het gebaar van een roodhuid die uit zijn wigwarn komt gewipt, en zijn skalpmes dreigend omhoog zwaait, trok hij de vork uit zijn gordel-band, en bleef dan pal staan, 't wapen opgeheven, en de oogen in toorn verstard. 't Zwierken verlichtte die parodiaal-symbo-lische beelden met een stallantaren. 't Roode olievlamke deed fantastieke schaduwen dansen. _ — « De Liefde », vervolgde Stokken-en-Zeilen, aangemoedigd door 't gejok der makkers... Hij plooide 't vel van zijn -yvezenin een boertig-onnoozel masker, kruiste de vingers en draaide met de duimen, bijna schuchter. Daarna verzon hij nog een heele boel zotte dingen, vergastte de jongens op een levende kinemavoorsteliing, door een spel van schaduwen op den wit gekalkten gevelmuur en eindigde met een dans uit te voeren, zijn persoonlijk fabriekmerk dragend. Die fantasia oogstte zooveel bij val dat hij ze moest herbeginnen. La Pomme begeleidde 't janklase-rig harlekijntje op 't klavier van zijn tierelan-tijnend speeltuig. De jongens ook floten mee. En in den kiaren winteravond klonken die boheein-sche straatmuzikantenliedjes, als 't veraf getin-geltangel van een regiinent London Scottish, dat pluimpjeswaaiend en rokjeszwaaiend, bij 't berg-landersche en bijbelsche mineuren van doedel-zakken en fijfers ten oorlog tiegt... (Wordt çoortgezet.) Fritz Fuancken. De Roning en de Schildwacht Koning Albert bezoekt dikwijls het front dat door zijn leger bezet is. Men mag zelfs zeggen dat niemand beter dan hij de veertig kilometers loopgraven kent, waarachter onze dappere troe-pen verscholen liggen. Zijne Majesteit houdt er bijzonder van de voorposten te bezoeken. Maar men mag zeggen dat onze soldaten nooit heel gerust zijn, als zij den Koning, met zijne groote gestalte, zieh zoo geheel ongedekt op de voet-bruggetjes zien wagen, op slechts eenige honder-den meters afstand van den vijand. Want de granaatkartetsen ontplofTen verraderlijk overal rond, overal flu'ten de kogels en laten de ma-cbinegeweren hun akelig geklapper hooren. Onze piotten voelen zich eerst gerust als Zijne Majesteit weer veilig verdwenen is. Onlangs was de Vorst een vooruitgeschoven post gaan bezoeken die midden in de overstroo-ming gelegen is. Natuurlijk wordt hij door een schildwacht tegen gehouden.Na het wachtwoord te hebben gegeven, begint de Koning den soldaat te ondervragen. Op een gegeven oogenblik zegt de Vorst : •— Geef mij uw gewecr ! Daar de soldaat deed alsof hij niet gehoord had, herhaalde de Koning: — Geef mij uw geweer ! — Ik geef mijn geweer niet, antwoordde de soldaat, een Vlaamsche buitenjongen. En daar Zijne Majesteit bleef aandringen, nam de schildwacht den grendel van zijn geweer en terwijl bij het stevig met de twee handen bleef vasthouden, bracht hij den loop onder het oog van den Koning : — Gij moogt kijken of het goed proper is, maar u mijn geweer geven, dat doe ik nooit ! Onnoodig te zeggen dat de flinke soldaat, die zoo goed het konsigne nakwam, beloond werd. A, M, Rat nlsuw Wsf-Besluit en ifô Vrijwiliip Dienstnemfngen De Minister van Oorlog, Gezien artikel 28 van het besluit-wet van 21 Juli 1916, luidende als volgt : De opgeroepenen zullen dendatum, vastgesteld voor hun in werkelijk dienst treden mogen voorafgaan door eene vrijwillige dienstneming aan te gaan voor den duur van den oorlog, in de voorwaarden die zullen vastgesteld worden door den Minister van Oorlog. De mannen die niet begrepen zijn in dezen oproep zullen, indien zij de vereischte geschikt-heid bezitten, eene vrijwillige verbintenis mogen aangaan voor den duur van den oorlog, in het wapen of den dienst naar hunkeus ; , Besluit : Artikel 1. — Belgen die niet vallen onder de toepassing der besluit-wetten van aanwerving : Deze mannen zullen, van 16 lot 4o jaar, voor den duur van den oorlog, mogen worden toege-laten eene verbintenis aan te gaan zoo zij de vereischte geschiktheid bezitten. Zij zullen hun wapen of dienst mogen kiezen naar gelang de vereischten der aanwerving het zullen toelaten. Art. 2. — Belgen die onder het bereik der mi-lilieverplichtingen vallen : Onder voorbehoud van geschiktheid zullen zij, voor den duur van den oorlog, eene verbintenis mogen aangaan vodr den datum vastgesteld voor hunne intrede bij den werkelijken dienst als miliciens. Hebben de keus van het wapen of den dienst naar gelang der vereischten der aanwerving : a) De gehuwden die vôôr den 1 Juli 1886 ge-boren zijn ; b) De ongehuwden vôôr den i Juli 1881 geboren ; c) De mannen die, thans in Holland verblij-vende, de grens overgesteken hebben met het verlangen eene verbintenis aan te gaan. Art. 3. — Tenzij zij slechts tôt de hulpdien-sten geschikt wezen, mogen alleen hun wapen kiezen, de ongehuwden die na den 30 Juni 1881 en vôôr den 1 Juli 1886 geboren zijn. Art. 4. — De onderdanen van het Groot-Her-togdom Luxemburg, die in de verbondene landen verblijven, minstens sinds het begin van den. oorlog, zullen insgelijks van 16 tôt 45 jaar eene dienstverbintenis mogen aangaan, zoo zij geene betrekking met de Daitsche of Oostenrijksche nationaliteit hebben, 't is te zeggen zoo hunne bloedverwanten in opgaande linie deze nationaliteit niet bezitten of niet bezaten. Dit voorbehoud is insgelijks toepasselijk op de Belgen die aan geene militieverplichtingea onderhevig zijn en zou, desgevallend, tôt de weigering van toelating tôt aienstneming aan« leiding geven. Art. S. — Om te kunnen worden aangenomen, zullen de vrijwilligers min dan 18 jaar oud, de toestemming van den vader, de inoeder of den voogd hoeven voor te leggen, met uitzondering, evenwel, dezer die uit Holland komen en die deze toestemming niet dienen te bezitten. Art. 6. — Al de vrijwilligers, zonder onder-scheid, zullen naar een I. K. der infanterie worden gestuurd waar zij, gedurende eenige weken, het onderricht van infanterist zullen ontvangen. Art. 7. — De akten van dienstneming zullen worden opgemaak1\volgens de door de belaug-bebbenden overgelegde eenzelvigheidsbeschei» den en, bij gebrek aan deze, volgens de verklarir.-gen dezer mannen, in zoover deze verklaringen, namelijk voor wat aangaat den ouderdom, als waarschijnlijk kunnen aanzien worden. Art. 8. — De vôôr 1 Januari 1887 geboren Belgen, chauffeurs of motcrwielrijders van beroep of die volkomen op de hoogle zijn van het bestuur en het onderhoud der automobieivoer-tuigen, mogen worden toegelaten eene verbintenis aan te gaan met het oog op het bekleeden van soortgelijke bediening. Hunne aanvragen zullen, te dien einde, hoeven toegestuurd aan den « Commandant du Grand Parc Automobile de réserve, à Calais », Art. 9. — Worden ingetrokken de vroegere schikkingen aangaande de vrijwillige dieustne-mingen voor den duur van den oorlog. Havre, den 14 Oogst 1916. 22 Aug-nstns 1P1f> Nnmmer 307

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De legerbode behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Antwerpen van 1914 tot 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Onderwerpen

Periodes