De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad

1343 0
07 augustus 1915
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1915, 07 Augustus. De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad. Geraadpleegd op 29 maart 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/804xg9g82w/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

I r<ofste ^aargang nignaa XiixifzrtAS&gÏ! A5iS"»ïw» H^ae» s C^erst DE VLAAMSCHE STEM M volk zal met vergaan! ÂLQEMEEÎI BELGiSCH DAGBLAD Eendracht maakt maoht — _.,lilieToiiTicDiiDcci eu »- l AB.OàftLMEàiTbPJJIJb (by vooruitbetaling) : Voor Nederland per jaar gld. 6.50 BEOACTIE- EN ADMINISTfiATitHUKfcfcLfcH i HoofdopsteBBer: Mr. ALBERÎK DESWARTE, j — per kwartaal gld. 1.75 — per maand gld. 0.75. Voor België, Engeland, Frankrtyk «. • > iinTcon a in en andere landen dezetfde prtfzen, met verliooging van verzendingskosten (2U eent KALVERSTRAAT 64, bovonhuis, AMSTERDAM, Opstolraad: CYRJEL BUYSSE — RENÉ DE CLERCQ Dr. A. JACOB — ANDRE DE RIDDER. ■ Telefoon No. 9922 Noord. . -, \ ^DMiBTEMIES: 20 Ont rer regel. 1er en là dsn Qorlog. » [jet Internationalisme en de ooriog II T vt nu ojmiogelijk terzelfdertijd „we-il°LT" en ..landsburger" te zijn, zoo-£mif 'persoonlijk dikwijls opgeworpen ' In 'ziiîke aûting meen ik een geest van u rompenheid ta ontwaren. Het> zou ons i r heel wonder opvallen moesten we ZU die i'i «jne geflachten terug keerde , r',rtijden, hooren bevestigen dat men v teB^fdwtijd familiehoofd eu gemeen-M -lin kan of, tôt een diebter stadium ïsrêiid terzelfdertijd Gentenaar en Vla-l £ijn kan. Wij Belgen ondemndw £ Jeel wel dat we heel goed kunnen S» of AVaal en Belg zijn en dat zulks de mbsto moeite geeft. Hoe yer-■ ilen Vlamingen en Walen ook ziju uit "t van ras, taal, zeden en gebrm-tock erkenrien we allen de hoogere boe-i„ii»heid van Belg, en vereeren we allen |..|sl«iscjie driekleuri symbool van het met*lie en tweerassig vaderland U het nu onmogelijk nog een stap "idei , «aan en onze hoedamgheid van lands ■■rer oudergeecliikt te maken aan die yan JKh evenals we ons Vlamiiigechap onder-sckikt maken aan ons Belg zijn . Eerst Vlaining, dan Belg, zal menigeen ■,wn Ik verzet er roe niet tegen, maar 3°enisel va5t dat in de tegenwoordige om-■indï®Ww de bei<le stoed5 oïder elkaar ibbelende broeders eendraohtig hun ge-«nschappelijk Belgiscb vaderland moeten iidedigen. îraissn Wurternburgers, baisers, ±seyei-, en de àndere volkstammen van Duitsch-nd bebbeii ook bun particulier standpunt èrlatfn ,om Duitscbers te worden. Even-; Vlamin^en en Waleu zich tliana, in ne "ruwelïjke omstandigheden, éérst Belg x!m, zijn Fruisen, Saksers en anderen -■ en voirai Duitseliers. omdat aan beide •den één gemeen6cbappelijke gedaclrte lien aielt. Wie zoo iets voor enkele eeuwen m jezegd hebben, vrare aangezien als m ? hërseiis gekrenkt. Doet ons eigen Belg-zijn wellicbt sebade m ons Vlaamsob gevoel? Het ware on-nuiff zulks te beweren. Nà den ooriog zul-J Vlatniugcn en "VValeu misschien weer -, kibbelen. gaan: <-«to arrive daim les «Hairès familles. Maar wanneer een :me3iicchappelijk gevaar dreigt, wanneer si gr^ofcere E&lgisch ideaal dreigt te be-irijken, het Ylaamsch ideanl in zijn val cdcslepend, dan geven ze elkaar de hand n huniie Belgifiche rechten tô verdedigen. Ds g€3chiedfcoiis leert ons — dat is eene in. haro kleine voordeelen — dat de ge-ifienschappelijke kringen zich. al meer en icer uitgebreid. liebben. Van man tôt man wam men tôt fami.lie tegen familie, lot am tegen stam, tôt gemeente tegen ge-eente, tôt heerlijklieicl tegen lieerlijkbeid, it landje tegen landje. Nu is bet reeds >cver gekomen dat één gemeenscbappelijke n de twee rassen in België, de drie rassen i Zwit&erland, de twee en twànfcig Staten au Duitschland, de veertig Staten van oord-Amerika's Unie omvat, dat een v.ecboiid, een Driebond, tbans z-elfs een icrboiicl en -\veldra misschien een Vijf-, •• of Zevenbond als 'zeer natuurlijk be-nouv/d wordt... ilaar 't blijven toch altijd memehen oui. meméhen. En dat is een grnwel in ■t oeg van God, voor elk verlicht gewe-n,... en vcor de internationalisten. Zij stel-n als hoogste ideaal het mensch-zijn; zij 'cdiouwen aile menscben, welke ook bun i3 of kleur zij, als ,,Kinderen van éénen l'fden Vader; zij aanzien den ooriog als 'Do broedermoord, en "\villen liun beete rachten ilispannen om die zoozeer ge-?nsrhte broedei*schap te bevorderen. Daa-r-i stichten zij internationale vereenigmgen m allen aard, die de banden der vriend-hap en der innige medewerking aan een ■rfteenscliappelijk ideaal ' snoeren over de enzen, over de zeeën, en zelfs over de *auen heen. De twisten ontstaan uiiî onvoldoende nnis, uit onvoldoende waardeering. 'dien, om' bij het tegenwoordig schrik-:^ind en 6chrikverspreidend pleit te ijven, Duitschland beter zij ne tegen-anders gekend en gewaardeerd had, denkt «n wellioht dat het tôt de huidi'ge vree-lîjke uitbarsting ■ zou gekomen zijn ? Het ^ft er geen schijn van! Dus is het enkel j|ebrek aan kennis en vaardeering dat iljoînen frissohe en hoopvolle levens gru-elijk verminkt of geheel en al afgesneden orden. de menschen elkaar kennen en vraar-is de leus die elk internationalist z,jn vaandel voort. Hoe dit uitgewerkt Qrdt moge uit mijn eigen beeclieiden po-blijken. In het maandschrift dat ik had iedereen recht van spreken, en Werd door mij geene censuur uitgeoefend. ^schen de medewerkers, leden van het '^rnationaal Bureel, vond men allerlei Qden vertegenwoordigd: op de algemeene "gadering van 1912 in Den Haag mocht r^da op vijf en veertig landen wijzen ; ^peanen uit Oost, West, Zuid en Noord , fosrikatoen ^ls o.a. de neger Booker Was-Bgton; Aziaten als mijn Cliineesche vriend c Teng-Hwee en de gewezen Japaneeî5che pister van Ondenvijs, Baron D. Kikuchi ; ''-kanen als Dr. Hoogenhout, de bekwa-B bcstuurder van Pretoria's normaalsohool e zelfs met e©n bezoek vereerde, allen ,ndener yrij het woord in voeren ten voor-van het gemeenschappeJijk ideaal ; ^mscli-Katholieken, Protesta nten der •derreheidene Kerken, Kristeft-anarchis-n' GrJeksch-Katholieke'n, orthodoxe Rus-ni ^lahcmedanen, Boeddhist-^n, Shintoïs-^ tôt zelfs ^odlo(x*heu .er op het voorplan en deden hunne wenschen kennen. Noch bairgersehap, noch ras, noch kleiir, noch godsdienst, konden den minsten strui-kelsteen werpen op de baan van het op die wijze begrepen internationalisme, omdat ons aller leuz© was: Zoekt hetgcn& verecnigt; verniîjdt hctgenc verdeelt. En zoo kon men op het Tweede Congres voor Zedelijke op-voeding een Hongaarsche ongeloovige zien, die een Hollandsch Kristen-anarchist op het podium drong omdat een Belgisch Roomech-Katholiek hem had leeren kennen en waardeeren, daarin geliolpen door een protes.tantschen Franschman ! Dàt is het internationalisme zooals 5k het mij steedg voorstelde gedurende mijn langjarig ijveren en werken in deze rich-ting. Breidt deze gedachte nu uit; stelt het, in plaats van in de handen van een een-voudig ondenvijzer die alleen over.de vruch-ten van zijn eigen noest . en onophoudend ■\\erken beschikt, in die van een invloedrijk man wien de financiëele steun gedurig toe-stroomt, en ga dan even lia hoever men in die richting geraken- moet, wel ko uitkom-eten onfeilbaar moeten bereikt worden tù8schen de menschen. En dan ook zullen de menschen, klaar ziende geworden, niet meer als slachtvee gedrild en tôt moorderij in ' tgroot wilUji gedrongen worden, omdat hun, boven de Staatsidealen, de hooger menschelijke idealen zullen toeblinken, waaraan ze dan alléén zullen gehoorzamen, aile diplomaten ten spijt! EDWARD PEETERS. Verzen. Aan mij ne Moedtr. I. Opeens, de aartsengel blies ten liemel op zijn horen het glorierijke ontwakcu van dien dageraad, en de aarde beefde, bij de moederlijke daad der zon, die pijlen echoot op zaad ter vore en spore... Alover 't land, van dorp tôt stad naar trans en toren, daar Maas en Schelde door vallei en bergpas waadt, of daar in mijn en smids baldadig 't leven slaat, is toen, bij klokgelui, een gulden eeuw geboren ! Reeds lag het schandhout klaar 0111 Vlaanderen te kruisen, en toondé men den koning met een schamper riet: aï mij, men zafc alreeds 0111 kroon en hemd te tuischen ! Maar vrijdom en gemeente deden keuren gelden, vorst Albrecht toog zijn zwaa-rd en Roeland zong zijn lied op 't mannelijke stappen van verrukte helden ! II. En vorst en volk, ter kruisvaart, woelfc de poorteu uit... De wiud doet onverpoosd de zwarte leeuwkens dansen op standaard en banier 3 het licht speelt op de lansen ; 't gepeupel juicht en jankt en teert zijn laatste duit. De speelman zit op 't dak en troetelt-wijf en bruid, en neuriënd naast de ^vieg vlecht moeder . lauwerkransen. Waar zijn de barden ? naast de kerels op de schansen ? Ei ! dichters, breekt ter knie uw al te broozé luit! Ik trek het leerken in van mijn ivoren toren. Geen rijmpjes nu, maar da-den rijp als koren ) dit weet ik, .Vlaanderen : uw borst nufc kloeke spijs! Ween, moeder, niet om mij. Ik zal uw # liëfde meten naarmate deze dood u minder heeft geSpeten, al zijn uw slapen thans van wake en weedoiUj.grijs... III. Een rei van grieksche vrouwen strooide vérsche rozen op 't ziltig lijkenschrijn der al te booze zee, en brandde wierook in amforen langs de rêe en spon het doodsgewaad van stuurluk en matrozen... Zoolang wat olie de gevoolde lamp deed blozen klonk daar het' godd'lijk koor van 't mensclielijke wee, en ieder woord was eene bede om rust en vrêe: geen man had tôt nog toe zoo schoon een dood gekozen ! Te Luik misschien, te Haelen, en te Dendermonde, Stuyvekenskerke, Ramscappelle en Het Sas, daar dropte er heilig bloed uit glorierijke wonden. en zijn de pleinen en de weiden hol van graven... Daar ligt «1* menig helâ onder wat èchamel gras te luist'rea naar 't geklep der hongerige raven... FRITZ FRANCKENa Pi.amscappelle 25-7-1^. ,vJJit: i;De yiif ^lorierijkç ffionden^ KLEINE KRONIEK Het Karst'sebsrste. In de Àugustuf>-aflevering van Vragen van den Dag geett dr. H. Blink in een artikel over de kusten der Adriatische Zee in 't verleden en heden, do vOlgendo beschrijving van het Karst-gebergte, dat an de communiqués viyi het Zuidelijk oorlogsterrein zoo vaak genoemd wordt: In het îsoorden eindigt het type der Dàl-matische ku.ststreek hailr eilandenformatie bij een massief, spitsvormig in zee voortuitstc-kend schiereiland, Istrie, een vooruitgeecho-ven ibrok van het Karstplatêau, dat is blijven staan, terwijl de lagen der gesteenten'in het Noorden en Ziiiden doo» inzinkingen zijn afgebroken, waardoor de golf van Quarnero in liet'Zuiden en die van Triest in het-Noorden ontstonden, inhammen die later tôt aanleg der havens van Fioemë en ïriest dienden. Het achterland van de bovenbeschreven kust-streek vormt een woest bergland, tôt berg-ketens ge^looid en daardoor mef moeilijk toe-gankelijke dalen. De afwisselende terrein-vormen .de c\ emvijdig met de kiist loopende ke-tens, maken het verkeer van de ku6t uit moeilijk, en alleen mogelijk langs enkele passen; welke de rivieren die met kronkelenden loop en veel watervallen uit het bergland naar zee stroemen, hebben weten te vinden. In het Noorden liggen de terreinen van het z.g. Karst-gebergte, çen uit kalkgesteenten gebouud voinvmgs^ebergte met zandsteenfor-matie van jongen~ouderdom tusschen de ke-tens. De ketens van het Ivarst-gebergte be-staan vornamelijk uit breede, plateau-açhtige vlakke ruggen, en vormen terreinen met eigenaardige vonnen van erosidalen, kommen, ondergrondscîhe rivieren, verzakkingen, [ho-len, druipsteengrotten, periodieke bronnen, verdwijnende en weer ontstaande meren, die te zamen in de aardrijkskunde als ,,Karstver-sehijnselen" worden aangeduid. Het ontstaan daarvan wordt verklaard door den uitspoelen-den en uitloogenden invloed vàn het water op de oplosbare kalltgesteonten. De waterafvoer van dit land vindt grootend'eels langs onder-aardsche wegen pla-âts, Avaardoor bovengrondr sche rivieren zeldzaam zijn. In den ouden tijd is het Karstgebergte . met w<iuden overdekt geweest, die evenwel in de middeleeuwen door de Venetianen voor hun scheepsbouw grootendeels zijn uitgeroeid geworden, terwijl de geitenhouderij de opkomst ^an nieuwe wouden tegenging. Daardoor is de Ivarst een vrij woest en kaal gebied, alleen op enkele hoogere bergruggen met woud "be-groeid, en in Isterië een naakt plateau. Op de hoogë gedeelten heeft de Karst, trots de Zuidelijke ligging, door den vrijen toegang der Noordelijke winden een ruw klimaat/ droog in den wmter en den zomer, en met lente- en herfstregens. In den zomer heerscht' er gloeien-de hitte, op de boomlooze terreinen, terwijl in den winter de ijzige Bora, een krachtige Noor-denwind, met sneeuwjachten evrgezeld, het verblijf in dit landschap nog onaangenamer maakt. Verder naar het binnenland verliest het ge-bergte het woeste Karst-karakter, is meer met Vruchtbare bodemlagen overdekt, deels met uitgestrekte wouden begroeid, en kan bij goede cultuur uitstekende vruchten opleve-ren, terwijl het hout er een belangrijk han-delsartikel vormt. De hoogvlakten zijn daar met gras begroeid en kunnen dienen tôt weiden voor het vee. Het vruchtbaaret zijn de dalen lan^s de bij rivieren van de San en de Donau, welke dienen tôt den akkerbouw : teelt van mais, tarwe, hennep, tabak. De bodem is hier meestal voldoende vruclitbaar om zelfs zonder bemesting een goeden oogst te leveren, terwijl het klima-at in de dalen zeer aa-nge-naani is, geschikt voor aile culturen. In de streken van het dal der Mqrawà, in de buurt van Nisj en in eenige andere dalen, wordt wijn verhoiiwd. De uitgestrekte eikenwouden hebben hier groote beteekenis voor de varkens-houder^ en me6terij. Cenoegens In de vuurzons. Een oorlogscorj-espondent aan het "Westelijk front 6chrijft d.d. Dinsdag 27 Juli uit Pélican : Men zegt, dat men de zuiverste indrukken krijgt van iemand, als hij in heftige toorn is of in groote vreugde. Beide komt bij de sol-daten hier aan het front zelden voor. De ge-moedsstemmingen zijn hier van zeer bijzon-deren aard. Ik woonde hier een uitvoering bij van amateurs. Zang, muziek en gymnastiek werd door de soldaten ten beste gegeven. Daar had ik gelegenheid lien van ongewone zij de te zien. Ninimer nog bezocht ik onder zulke omstandigheden een variëté. " Van de plaats waar ik me bevond moest ik allereerst letterlijk wegsluipen. De kanonnade toch was steeds in hevigheid toegenomen en overal rondom kwa-men de projectielen neer, met doffen dreun om onmiddellijk daarna met groot geraa» aiteen te spaaten. Zoodra men een schot lioort valleu. gàat men plat liggen en wacht tôt eenige secon-den na de ontploffing, alvorens op te staan. Hoeveel malen ik die exercitie wel gedaan heb op mijn weg naar het theater, weet ik niet meer. Ik was flink moe toen ik de 2-500 meter had. afgelegd. Doch liet eigênaardige is dat men niet alleen die oefeningen doet. lu zulke uren lijkt het in de beschoten zone wel een klas waar oefeningen worden gehouden in liggen en opstaan. Eerst wanneer men buiten de gevaarlijke zone komt, ziet men weer dat de mensch is een wezen dat rechtop gaat. Voor eenige uren zouden de soldaten pogen te vergeten dat er ooriog is. Met een haast als gold het een gang naar het hoogste geluk> komen ze naar de schuur waar de voorstelling wordt gegevçn. Voor de schuur staan schild-wachten, om zoo noodig de feestgangers te waarschuwen, wanneer soms een Taube het feest zou willen verstoren. Tegenover den ingang waar vroeger een karn stond, heeft men nu een s'oort podium geslagen. De artisten zijn allen soldaten. Doch er zijn er bij die hier niet het eerst voor het voetlicht traden. Een piano die in een ter vernieling gedoemde villa was achtergebleven had men hierheen getranspor-teerd, die diende nu ter opluistering der feesten. De liedjes die gespeeld en gez.ongen werden waren meestal dezelfde die men in de cabarets te liooren krijgt. en werden met goeden smaak ten gehoore gebracht, voor een publiek dat zelfs voor minder zijn dankbaarheid zou hebben bewezen. Als ventilator dienden de gâter door het geschut'in het dak gemaakt, want deze schuur was reeds meermalen getroffen en rondom stond niets meer overeind. De omrin-gonde puinhoopen dienden feitelijk als bescher-ming van dit theater. Merkwaardig was het te ziena hoe zorgeloon 4e bijeeuziUencleti ge- noten, terwijl elk oogenblik de dood lien be-dreigde. Het is juist het bewustzijn daarvan. dat die eigenaardige gemoedsstemming wekt. Er is geen uittarting in die vroolijkheid en niets van brooddronkenbeid is daarin. Die menschen scliijnen iTeer kind geworden. Men gaat er heen 0111 de verveling te vev-drijven, en de eentonigheid te onderbreken van het waohten. Daarom heeft de militaire overheid de legerzône ' toegankelijk gemaakt voor de Parijsche Cabaretzangers, en andere artisten. Die zijn een welko'me bondgeno-ot 0111 liet moreel, dat door verveling dalen kon, op peil te ûiouden. En dat doel, de gedachte 11 uit de.sombere.oorlogsstemming te trekken, wordt inderdaad bereikt. Toch kan op da'gen als wanneer. het kan011 zoo luide spreekt, a-ls . lieden, die stemming niet lang duren. Terug in hun kwartieren- vinden ze dan soms de post door een ander liunner kameraden ingenomen, wijl de vorige zoo. juist is getroffen door een gra-naat. Men uit een verwensching tegen den vijand, een medelijdend woord met en voor den kameraad, doch de zorg voor het behôud neenit ze aanstonds weer in beslag. De voor enkele uren ontspannen trekken, krijgen weer dat eigenaardige strakke, dat «men den stempel van de loopgraven zou kunnen noemen. Het is alsof deze aandoeningen zich op de gezichten van de soldaten inkerven, vandaar, dat ze op elkaar beginnen te gelijken, die soldaten in de loopgraven. Den rimpel tusschen neus en oogen van het gespannen luisteren krijgen ze allen heel spoe-dig. Dezelfde gemoedsaandoeningen ondergaan deze meiisclien voor'tdurend, geen wonder, dat dat ook in hun uiterlijk op dezelfde wijze zicht-baar wordt, en te scherper daar deze aandoeningen zich steeds weer herhalen. De familieieden der uit den ooriog terug-komenden zullen zich wel verbazen over de ,vcr-a.ndering, die het wezen der teruggekeerden heeft'ondergaan. Hoe al die opgedane indrukken zich later zullen weerspiegelen in 't rnaat-schappelijke leven, is niet tè zeggen. Toch wil ik nog op één ervaring den nadruk leggen. Toeneming van .pevsoonlijke wreedheid bij- hen die te velde staan heb ik niet bemerkt. In-tegendeel. J lieden die met wraakgierige gevoe-lens tegen den vijand uittrokken, zijn hier heel wat veranderd in tegenstelliug met sommige intellectueelen die niet aan liet front zijn, en wier ' wraakgierigheid toeneemt in de mate dat ze verder van het front zijn. Luchtpost. Een aan'tal aan de Dardanellen gemaakte Turksche' krijgsgevangenen. die op een der eilanden in den Griekschen Archipel waren geint erneerd, hadden vergunning gekregen om aan hun familie in Turkije te schrijven. Daar er echter geen middel ^ as om dêze correspon-aentie op de gewone wijze naar Turkije over te brengen, werd door de Fransclie militaire autoriteiten besloten dat dit per vliegtuig zou gesohieden. De zaak was eenigszins moeilijk. omdat de hrievenzakken van een hoogte van ongeveer 2000 meter naar l>eneden moesten worden ge-worpen.Men liet 1111 door een kleermaker speciaal daartoe ingerichte zakken maken van aero-plaan-linnen, van drie en vierdubbel dikte. Het pakket met brieven werd stevig inge-pakt. en toen in den zak gedaan. Om den val van den zak te breken, werd er nog een groote Fransclie vlag als parachute aan .bevestigd. Aan de eene zijde van dezen zak was met groote letters in ihet Franscli geschreven : .,Correspondentie der gevangenen om aan hun familie te overhandig'en". Aan de andere zijde in het Turksch : ,,Correspondent der Turksche gevangenen voor liiîn familie, overgebracht door een Fransch vliegtuig". Gilbert. Een correspondent van de ,,Matin" heeft een bezoek gebracht. aan den Franschen aviateur Gilbert, die, gelijk men weet, onlangs door een gebrek aan zijn machine gedwongen was te landen op Zwitsersch grondgebied, en toen te Hospenthal bij Andermath werd geïn-terneerd. Gilbert was vol lof over de sympathie, die hij in Zwitserland onder vond. Dage-lijks krijgt hij ruikers toegezonden met bloe-men in de Fransche kleuren, door een vrouwe-lijke bloedverwante van den Engelschen aviateur "NYarneforst, die, zooals men weet, een Zeppelin vernietigde en kort geleden door eer ongeluk om het leven kwam. Op den Fransclier feestdag van 14 Juli, ontving Gilbert eveneen; een aantaî ruikers, in de Fransclie kleuren. Als de oorzaak, die hem tôt een noodlandinc op Zwitsersch gebied dwong. gaf Gilbert op^ dat een klein pompje, hetwelk dient om benzine van het eer6të re.servoir naar het andere te pompen, door de trillingen der jnachine ui1 elkaar was gesprongen. Ds beteekenis van het woord MKrn'\ In een Duitsch blad wordt thans door eer lezer, die de Sloweensclie taal machtig is, naai aanleiding van hetgeen over dezeN quaesti< geschreven, ■nerd, het volgende medegedeeld : Het woord .,Ivrn'' (spreek uit Kern) is een ir de Sloweensclie taal algemeen gebruikt zelf standig naamwoord. Men benoemt daarmed( een scherpen kant of ook een top van eei rots. Ook de bijvoeglijke vormen ,,I\rnast" o: ,,Krnjav'' — afgekort, verminkt, en lie-werkwoord ,,Okrniti'' — afkorten, A-erminken worden in het Slowenisch algemeen gebruikt Ieder, die do Slowenische taal kent, en d< steile, boven ietwat afgeknotte pyramide vai den Karstberg gezien heeft, zal toegeven, da er in het Slowensch geen treffender benamin^ daar voor ikan worden gevonden. dan Krn Deze naam moet dus wel van Slowenischei oorsprong zijn. Dat de Italianen daarvoor bi het begin van den ooriog den naam Monti Nero bedacht hebben, zou op een foutiev© ver klaring van het woord ,,Krn" kunnen berus ten, doordat zij het met ,,crn" (spreek uit: tsjern) — zwart, v<*rward hebben. Er bestaa wel in dezelfde keten een berg, die ' .,Crn; prst" — zwarte aarde genoemd wordt (nie Crni prst — zwarte vinger). De^e berg, di> sleclits een hoogte van 1844 31. heeft, ligt ech ter ruim 20 K.M ten oosten van de Krn, zoo dat een verwisseling van beide toppen vrij wel uitgeeloten is. De Haringvlsscherij op de Zuiderzeo. De haringvisscherij op de Zuiderzee is wee afgeloopen. 0^-er 't geheel is de va^gst scliran geweest. De^ prijs was vooral de leatste^maan j den zeer hoog. In geen jaren heeft deze vis J seherij zoolang geduurd als dit jaar. Vorig jaren toch was ze omstreeks 15 Mei reeds al geloonen. Met het 00g op de slechte. residtate A-an de ansjovisvissoherij hdbben dan ook onz visschesr. de haringvissçher zoolang mpgelij gerekt^ KantteeKemngen bij „9n Oorlogsîîjd" van Stijn Streuvels. I. In oorlogstijJ. — Augustus-Xovember lWi. Uit het dag- 1 hoek van Stijn Streuvels, Amsterdam, L. J. Yeen. Het ergerlijkste in de „campagne", den x^ers-strijd die oiilangs door yele BeJgisch'e en ook sommige Hollandselie schrijvers en intellectueelen ondernonieai werd tegen ■ Ihet Ooriogsdagbock van Stijn Streuvels — niet tegen het ,,oeuvre" van Stijn Streuvels, zooals enkele Nederlandsche literatoren, lieelemaal ten onrechte, hebben ver'ondersteld — was de vei'dachtinaklng, de soms lage verdaclitmaking Avelke tegen den grooten man werd uitgespro-ken en welke, door enkele journalisten, op fan-tastisch-overdrevene, gemakkelijk-lyrische manier is uitgebuit. Ik meen — in voile oprecht-lieid van geweten, en ik durf het des te reclit-zinniger neerschrijven daar Streuvels geen 011-bekende voor 111e is — dat we allereerst die verdaclitmaking uit den weg moeten ruimen ; ik kan en wil lieelemaal niet aan de opzcttelijlc-heid ^van Streuvels' lauw-vaderlandsche liou-ding, aan het ,,gewilde" van zekere kwetsende zinnen of aan een overtuigd ,,lieulen" met de Duitschers geloof liechten. Zoolang men me niet met reclitstreekscke, daadzakelijke argunienten de voile verantwoordelijke ;=cliuld van Streuvels zal bewezen liebben, zal ik me tegen quali-fikatieven als ,,verrader", ,.onmensch", e.n.) die thans Streuvels naar het hoofd worden ge-slingerd, met soms wat al te liclitzinnige haast en onberedeneerdheid, blijven verzetten. Ik begrijp. en waardeer de schrijverssolidari-teit, die auteurs zooals Coenen, Robbers, Van Looy, Verwey, De Meester, de besten onder de Nederlandsche literatoren, genoopt heeft den handsclioen op te rapen en ter verdediging van Streuvels hunne vaardige pennen aan te wenden: Eeus te meer bewijzen ze, door hun confraterneel en broederlijk optreden, h'oe groot de waardeering is waarop Streuvels in Nederland aanspraak mag maken, hoe innig de band die Noordnederlandsche en Zuidneder-landsche literatuur 6amenQioudt... en voor die broederlijkheid zijn we hun dank schuldig. Eén woord vindt men in al die monden, om Streuvels' houding te wettigen, en 't klinkt luid: ,.hij is objectief". Ecrlijli is Streuvels zeker, daar ben ik overtuigd van, en ook dat hij de heerschende oorlogptoestnnden in Vlaanderen beschrijft zooals /iy ze ziet, maar aan zijn objectiviteif. kan ik heelemaal niet gelooven. Pe toestanden worden in het Oorlogsdagboek alléén door het temperament van Stijn Streuvels bekeken, met de oogen van Fraiis Lateur, en- voor zoovûrre Lateur ze Iccnt. Of Streuvels heel veel van den ooriog heeft gezien? Of de geruchten die in de Westvlaamsche dorpen den ronde doen, voldoende bronnen zijn voor de zoo moeilijke kennis van de oorlogsgebeurtenis-sen, of ze genoegzaam waarde hebben om te worden ' opgeteekend en, nog gedurende den ooriog zelf, te worden gepubliceerd ? Eens dit voorbe'houd ten gunste van Streuvels' eerlijkbeid en rechtschapenlieid gemaakt, moet ik, heel nuchter, maar heel béslist, — ! want ik heb lang geaarzeld vooraleer mijn meening over het geval neer te schrijven — mijn geringe sympathie voor In oorlogstjd luchten. Na de November-aflevering, die onlangs van de pers kwam, kan geen belgisch-voelende Vlaming nog langer onvoorwaarde-lijke instemming uiten met al de gedacliten en indrukken van Streuvels over eii rond dezen strijd. Het gaat niet over de Utcraire hoedanigh'eid van het werk — ofsehoon ik, ook uit artistiek opzicht, vele bezwaren tegen dit meestal op-pervlakkig-journalistiek impressie-werk en deze goedkoope beschouwingen van al te geraakke-lijke en soms naïve dorpsfilosofie zou kunnen opperen — maar over do mensche-lijkc waarde van liet werk. Met opzet wil ik nadruk leggen op de beteekenis van het woord menschelijke waarde. Als mensch, hebben we een dubbelen maatschappelijkeh ach-tergrond : lo. de vaderlafldsehe, 2o. de internationale, de eerste met onze liefde voor den ge-boortegrond, de eigen taal, het eigen volk, do instellingen en de zeden van ons land..., de t.weede met ons breed besef Van samenlïang met de broeders yan over de grenzen, in.aile landen der wereld, mensohen gelijk wij, vechtend den-zelfden zwaren, moeilijken levensstrijd... Ik vrees dat Streuvels' boek, dat alleszins van weinig vaderlandsliefde getuigt, even-' mm al heel weinig tôt broederlijkheid in de internationale verstandhouding zal bijdragen. Reeds in mijn vorige studie over Dorpslucht wees ik er op hoe Streuvels- altijd als letterkun-diûe — en met het sterk-individualistisch en meestal egoïstisch karakter dat den grooten kunstenaar eigen is — de wereld beziçt. Bij hem voegt zich bij die ingeboren zelfzucht van den artiest, — en waar deze moeilijk boven ' kan groeien — een traag-ontroerd karakter, ! niet rijk aan nienschen-liefde, sober, ingetogen, een beetje zwartgallig. Degenen die _ zijn ■ werk kennen, weten dat hij fvltijd méér liefde had voor êe natuitr dan voor den mensch, ' méér voor het dter zelfs, dan voor den ; mensch, de kinderen uitgezonderd. De scherpe liekeling waarmede hij hier tegen elk en ieder-' een te keer gaat, tegen den burgemeester van 1 zijn dorp, tegen den dokter en d'en notaris, den | pastor en den onderpastor, de gendarmen en de > vrijwilligers, tegen boeren en stedelïngen, den L Pans erT de koningen, de dagbladschrijvers en ; de diplomaten, tegen groot en klein, kritiek 5 die niemand spaal't, iedereen aanrandt en kleineert, min of meer in 't belaclielijke trekt l — die satire lcan niet, in een tijd gelijk dezen, i die veel vergeven en vergeten d'oet, uit een ' breed, liefdevol, medelijdend gemoed Opwellen, ■ al behoeft er een zekere kranigheid om die kri-• tiek op zulke scherpe manier uit te oefenen. AVat zal de toestand van Streuvels later moe-' ^ ten zijn, in een dorp wâarvan hij, al de notabe-^ len, één voor één, Tieeft ,,afgetakeld ', in een t land waar zijn lauw patriotisme heelemaal - niet gewaardeerd zal worden ? * * * In zijn November-dagboekje (liet vïerde) geefti - Streuvels de volgende opteekening vooraf: „Is het geen heerlijke tijd alswanneer de niinste gebeurtenis van het dagelijksch leven, belangrijk genoeg is en waarde genoeg oplevert r om aangeteekend te Avorden! Zoodat iedere ge-1 wone burger of landman — late varen dezen - die den strijd meemaken ! — met goed gevolg - een lezenswaardig gedenkboek zou kunnen e schrijven ! Bampen en ellende en de vreeselijke - A-ernieling zelfs wordt iets grandioos waarbij 1 men huivert, niet van vrees maar van eene e verrukkelijke aandoeninc: die geen mensch te <: voren kende of ondervonden had. Maardeveihuudingçn van ';gçcn "e 't ijua en noemen zijn omgeKeeru ; al ue D]jlioo-ngheden zijn eraf en we voelen het nu alleen nog in zijn elementairen vorm. Het grootsche der gebeurtenissen heeft al het andere klein gemaakt en we voelen ons-zelf en al het wcn-Bchelijke, als ijdele kafblaadjes in een wervel-Rind, voor den vieeselijken adem van liet aoodlot'weggeblezen.'' ^ Die inleiding is kenschetsend... Een iÏÏr- i-jken tijd te noemen een tijd gelijk deze, omdat liij stof levert oui een boek te schrijven. omdat iedere gewone burger met goed gevolg een boek zou kunnen maken! Hier staan we voôr 2en literaire verziekelijking, de literatuur ge« ireven tôt in het maniakkerige, dat weerlîn iv'ekt... Sedert wanneer meet men' de grootheid van 2en tijd, de waai;de van het leven, naar het aantal boeken dat uit de-omstandigheden is ontstaan? Ik sta verstomd : hoè kan één mensch zich verheugen over het schrijven van 3en boek, wanneer dat boek niet anders is dan liet diarium van het lijden en het Avee van zijn volk, Avanncer dat boek is gemaakt met het bloed en het angstzAveet, de puinen, het leed en de vernedering van zijn land en zijne land-genooten? Het als de hoogste wellust te be-schouAven, het uit te jubelen dat do tijd zoo ,,heerlijk" is, omdat er, 't allen kante, inotiefjes van literatuur te grijpen liggen! Reeds in de vorige boekjes, waar Streuvels ons de tochten per fiets beschrecf, die hij ondernam om iets te weten, iets te zien, om zijne ongezonde nieuAvsgierigheid. te A-oldoenp had ik een gevoel van at'kéèr met moeite onder. drukt, om hèm, den groote, die er op niets anders op uitging dan op een klopjachtje naar het ,,document humain", wanneer dat ,,document''. .was het nog bloedende lijk van Vlaanderen... AVie kan er den moed vinden het lijk van zijn moeder, nog op haar stcrfbed, terwijl het lichaam nog niet heelemaal koud is, te be-schrijven, met de krampen, die Tiare leden hebben misvormd, -met de vertrokken uitdruk-king van haar gelaatr En daarom ook kon hier ,.objectiviteit" niet gelden. Men kan, men mag eenvoudig niet objectief zijn tegenover een :\vee zoo. bitter als het A\$e dat over Vlaanderen is gekomen, tegenover een lijden, zoo vlijmend als dat Avaar-door onze landgenooten zijn getroffen geworden, tegenoArer eene verAvôesting zoo OA"erweldi-gend als de in heel ons land gestichte... In een roman bewonderen Ave de objecliviteit A-an een schrijA'er, zijn niet ,,romantiseeren'.', zijn zich niet door 't gCA-oel gemakkeli.jk verAveeken la-ten, zijn sclierpte van ziening tegenover aile mogelijke leArensmanifestaties, zijne onpartij-digheid tegenover de menschen, maar derge-lijke toetssteenen kunnen niet op een dagboek van dit soort AA-orden toegepast... De vergis-sing van Streuvels schijnt me dan ook te zijn : het oorlogstijdperk te. hebben Aw.argenomen met. de gewone literaire methoden. en het lijden van zijn land ,,liter'air" — en als iudividualist-let-terkundige — te hebben beschieven:.. en met hetzelfde critérium oordeelen in Xederland, de kun'stenaars die Streuvels'- objectifitéit op het ^oôrplan brengen. Plaatst hij zich op 't standpunt van de vxiar-heid? Zijne vrienden ibeAveren 't. Maar de Waçùrheid is al eA-enmin ecnzijJig als het Leven. En zoo de ooriog in ons land, hier en daar, lafheid en zelfzucht heeft aan 't licht» gebracht, hoeA'eel heldenmoed, hoeA'eel opoffe-ringsliefde, hoeveel verzaking en toewijding heeft daarentegen ook die onrlog geopenbaard — en niet op het slagveld alleen, maar in de kleinste dorpen, Jjij de simpelste menschen, en zich uitend in eenvoudige, maar sterk-ontroe-rende trekjes. Naast liet dagboek van Streuvels, waar in bi.jna niet0ndfirs dau het slechte en het belaclielijke van ons land tôt uiting komt, zou een ander boek te -schrijven zijn, dat, integendeel, één blijk van sakriiitie, één roep van trou>v zou zijn. De oorlogstijd in Vlaanderen leeft niet in dit boek. Men hoort er minder de klok van den tijd dan de klok van Streuvels' stem.... Nog nooit sclireef hij een boek zoo door en door auto-biographisch, maar toont ons een Streuvels op zijn slechtst.... Ondanks het grootsclie. der gebeurtenissen wordt ailes klein, ook Streuvels' vizie en vooral de eclio A-an zijn ziel. Ik blijf maar schrijven zooals ik 't zie, wil hij zeggen. maer hij weet zelf niet hoe eng, hoc harteloos en egoïstisch zijne visie is. En dat sluit opnieinA- aan op zijn .reusachtig individualisme en sijn eigen-lièfâc als mensch en kunstenaar... Er zijn waar'heden die' moeten verzwegen worden. die niet, op het oogenblik zelf van den strijd, mogen bekend, Avil men niet arge-loos wapèns A'oor den vijand smeden. Moesten Ave eens allen gaan cpbiechten si het ver-keerde, het laqore dat hebben gezien of bijgeAVoond! Liever. zAvijgen... eerbiedigen hen, die kunnen. gefaald hebben, maar die hun fout betalen met het offer van hun leven, met de gave van hun bloed, de 1>oete vjn hunne pijn en hunne ontbering. Het past hèm niet, die rustig in zijn dorp zit, om zijn t'jd alléén maar te ..verslapen", te morren en te heke-lën, gelijk een oude brompot, een A'oorbarige misanthroop, en eindeloos te kibbelen op hen, die de Avacht van het la-nd hebben, de rer-dedigi'ng van zijn huis ook, van zijne bclangen en van zijn roem.... ^ ANDRE DE RIDDER. —' - ■■ ivJÎ " Q-»«3Eig=— — Voor de OstgeweScenen, Belgîsohe sohool vaf^ Amsterdam. Heden, Zaterdag wekelijksche A-aeantie-U't-stap van de Belgische ïSchool. Vereeniging, ten 2 uur, TramAvaclithuisje Leidsche Boschjes. Nederlandsoh Comité tôt steun van Bolgischtf-en andere siachtoffeç-s. 49e, 50e en oie A-erantAvoording van «en penningmeesterj. , Van 10 tôt 30 dezer zijn bij den penning-meester A*an bovengenoemd Comité de volgende giften ingekomen: -Mevr. M. d. C. (wekelijksche gif t) f 1 ; P. H. F. (idem) / 5; 0". G. (idem) f 5 ; P. H. F. (2e Wekelijksche bijdragen) elle / 0; J'. G. (idem) elk f 5; mevr. M. d. C. (idem) elk f 1; C. D. S. / 25; allen te Amsterdam. Belg. Steuncomité Soerabaya f 1500 (het totaal der uit Soerabaya ontvangen bijdragen is hierdoor gestegen tôt / 76,500). De Afdeeling Huisvesting van bovengenoemd Comité, gevestigd Heerengracht 305, is alleen geopend.des Maandags, Woensdags en Vrijdags- morgen van 10-12 uur. >'■' FiBissisiisi!» Geldkoers van 6 Augusius 1915, Medegedeeld door de Rotterdamsche Bankver-eeniging, "Rokin, AmsterdAm: Belgische b'i.ietten •••«••»• 40.10—40.50 Fra.nsche biljette)i. ••■»•••• 43.2">—44.00 Engelsche biljetten « . t , . . 11.7.0—11.80 EDg%ob goud

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Amsterdam van 1900 tot 1916.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes