De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad

1619 0
25 februari 1915
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1915, 25 Februari. De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad. Geraadpleegd op 19 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/2804x55f9f/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

I fierste Jaar^aïïg N«. 25 Dondertiag 35 FebfMM 191g 5 Cents DE VLAAMSCHE STEM ALGEMEEN BELGISCH DAGBLÂD I Een volk za! niet vergaan! Eendracht maakt machtî reoactiebureel. PALEISSTRAAT 31, AMSTERDAM. - TELEFOON No. 9922 Noord. Oa Vlaamsche Stem varschljnt ts Amsterdam elken dag des morgens M vVer bladzijden. Abonnementspi'ijs bij vooruifcbotaling : Voor Hollani en BelgiS per jaar / 12.50 — per kwartaal / 3.50 — per maand /_1.'25. Vocr ïîngeland en Frankryk Frs. 27.50 per jaav — Frs. 7.50 peï iwurbiAl — Frs. 2.75 per maand. Hoofdopsteller s Mr. ALBERIK DESWARTE Opstefraad : CYRIEL BUYSSE - RENE DE CLERCQ - Mr. LODEWIJK DOSFEL Mr. JAN EQGEN. - ANDRE DE RIDDER ■ . ■■ ■ , i . Voor ABQNNEMENTEN wende men zieh tôt de Administrât!® van het blad-: PALEISSTRAAT 31, AMSTERDAM. Voor AANKONDIGINGEN wende men zich tôt de Firma J. H DE BUSSYi, ROKIN 60, AMSTERDAM. ADVERTENTIES: 25 Cents per regel Korte Inhoud. ij de: • l'en Belg die vooruitzag. — Eugènt Ccx* i Un de Jonge Belgen. — Jan J. Zeldenthuis Kleine Kroniek. | België door Duitschers beoordeeld. —H. y. 0 Ken ander Standpunt. — Drt P. D. Kn 3e blad z ij de: Pit-het Vaderland. Brieven van het front. De economische toestand. Brieven uit Limburg. — Jacl, Boonen* Jantje Verdure. (3) — Stijn Streuvels. 3e blad z ijde: Do Europeesche Oorlog. Brieven uit Parijs. — Wilma Knaap. Telegrammen en Berichten. Een Manifest. Ingezonden Stukken. U bla d zij d e: Pruisenangst. — Jaak Booncn. Financiën. De Duiteche alchimisten. — Toto Pakan, Voor de Uitgewekenen. Tit de Kanipen. Het Belgisch standpunt. (2) — Goble d'Alviella. ? n i J* !i Een Belg, die vooruitzag T^ce jaar geleden is het, dezen winter i dat een Brusselsche advocaat, even beroeme m de balie als in de politiek en de litte ratuur, onder de auspiciën van de jong< Balie in de strengsfcijlig veraierde zaal vai de eersfce kamer van het Hof van Appel een onvergetslijke rede over het Duifcsch< gevaar hield. Mr. Ëdniônd Picard legde voor een talrijl gehoor — dat zich uitstrekte tôt aan d i estrade en dichtbij den zwarten voorhang dien de conférencier had doen opstellen — met ïijn bijtende stem en zijn pakkend< geestçlrift, zoo geschikt om te overtuigen de eischen van groot-Germania voor, dit meer dan een toehoorder verrasten en tal ; looze onverschilligen en sceptici tôt naden ken brachten. Man had tenauwernood het incident vai Agadir achter den rug. De „coup" van dei I „Panther" was maar al te best geslaagc om geen ongerustheid verwekt te hebben Ik liàd mij persoonlijk rekenschap knn nen geven van de geestesgesteldheid ir Duitschland, waar i^éen eenparig verlangei om den oorlog te beginnen had geconstateerc en iedereen leefde^in de koorts van af wachting... Ik had slcchts vaag aan het Duitsche ge vaar gedacht, en de Fransche nationalistischi S bewegingen deden mij de schouders ophalen Dat ailes, zei ik tôt mezelf, was litteratun of politiek; welke groote mogendheid zoi tegenwoordig niet terugdeinzen voor de ont zaggelijke kosten van den oorlog en de ver woestingen, die hij met zich sleept? Mijn eerste aanraking met den Duitschei grond moest aan' dit zachte optimisme eei démentie geven. De conférence van mr Edmond Picard kwam deze overtuiging ver sterken, die krachtig voedsel vond in di zeer merkwaardige studien, welke door di Fransche schrijver Jules Huret ovor Duitsch land heeft geschreven, studiôn, die duidelijl de monsterachtige enormiteit der Teutoon organisatie aantoonden. En toch, indien men er over had gespro ken, in België een bond tegen den Duitschei inval te stichten, zou iedereen u in het ge zicht hebben nitgelachen, en voornamelijl de handelaren, wier bestaan onhoudbaa werd door de Germaansche verrotting, di< zich meer en meer uitbreidde in de zaken vrereld, zelfs in de wereld der balie of de: litteratuur. Want die inval was een vol dongen feit, lang vôôr den oorlog. Herinnert u, mijn Brusselsche vrienden hoe het van hen wemelde in de restaurants de koffiehuizen en de schouwburgen, van a die Duitsciie „vreedzame kooplui", pionnie ren van het groote leger, dat aan gene zijd van den Hijn werd saâmgesteld. Het zoû Antwerpenaren, een beleediging voor u zijn u te wijzen op ' de gestadige toename vai die vreemdingen, die meer en meer uv kantoren en zelfs uw clubs binnendrongei en overstroomden; „zij" hadden zich zoo bi & geacclimatiseerd, dat zij, om zoo te zeggei Het burgerrecht hadden verworven, en mei Hun namen aan strat.en gaf. In Lui! waren „zij", in weerwil van de scheldpai tijen en de direkte aanvallen der bevolkin, (nzij" deinzen boslist voor niets terug), e in geslaagd, zich in de groote industrie i: te werken, en er zich* koste wathetkoste: moet, aan vast te klampen. Om op onze conférence terug te kome — ik heb er mij overigens niet te zeer va verwijderd, aangezien mr. Picard zinspeeld op al die gedragingen van vreemden —, i heb mij, sederfc het ontstaan van het tegei woordig conflict, met schrik den door de redenaar vôôr zijn verbaasde toehoordei uiteestaldô kaartea herianerd, do kaartoi die op cj'iiische wijze het „grosse Deutsch-land" afteekenden en een plaat van een atlas weêrgaven, in Leipzig uitgegeven en in gebruik op de gjmnasia van het Keizer-rijk.In „gross Deutschland" waren België en Holland begrepen, zoomede een deel van het Noorden van Frankrijk, indien mijn geheu-gen mij niet bedriegt, tôt aan Cap Gris-Nez, . tusschen Calais en Boulogne. De Duitsche scholieren hebben dus de aanwijzing ontvaDgen om die uitbreidingen van grondgebied op te eischen ! Zoo bereiden ds schoolmeesters van het land der groote „Kultur" de jeugd tôt den strijd voor. De paedagogen hebben Sadowa en Sédan ge-maakt; zij hoopten België te „maken".... en andere naburige landen, indien de slag gelukte. Mr. Picard legde uit, dat Duitschland aan zijn grenzen in het nauw zat, dat het ma-ritieme kusten noodig had om als basis te dienen voor zijn koloniale doeleinden, en dat de kusten, die redelijkerwijze voor Duitschland nuttig zouden zijn, die waren, waar de groote Duitsche stroom zich in zee kwam werpen. Dat was duidelijk, onweêr-legbaar, en men behoeft niet iemand van groote geestesgaven te zijn om te begrijpen, dat Duitschland, belemmerd in zijn uitbrei-ding oost- of zuidwaarts door de natuurlijke, weinig gunstige grenzen, grondgebied ten onzen uadeele trachtte te winnen, zooveel te meer daar op dat grondgebied een der nijverste volkeren der aarde leefde. De voorbedachtelijkheid van Duitschland is vastgesteld. Zijn kanselier moge plechtig verklaard hebben, dat België nimmer gean-nexeerd zoii worden, maar dat, indien het noodig was geweest zijn neutraliteit te schen-den, dit voortsproot uit eenvoudige strate-gische noodzakelijkheid — niemand gelooft er meer aan. Het kwam er voor Duitschland op aan, den kriDg door te breken, waarin het zich beklemd en in zijn eerzucht tegen-gehouden gevoelde, en het had België noodig om met karrsr<*p- succès tegen Engoland te strijden — de eenige westersche mogendheid, die de mededinging kon onderstaan tegen den handelsreiziger van de meest ver-bijsterende beschaving van lapwerk, die ooit bestaan heeft. En toch, me heeft de avonden van Mr. Edmond Picard niet beschouwd als orato-rische overdrijving? De onafwijsbare doku-menten, die hij te voorschijn bracht, ver-mochten zelfs niet do oogen onzer landge-nooten te openen, zoo naief was ons geloof in de tractaten, Men heeffc gezien hoeveel waarde men te Berlijn aan een handteekening hechtte.... EUGÈNE COX. I m- —g Lied aan de jonge Belgen. blUU UUII uu jgiiyu uuiyuii. Op! Belgen, op! Yecht achter Vlaand'rens dainen : Geen nederlaag kàn :t volk, dat recht steeds zooht, Doen keeren na dit leed van de een'ge tooht Door braak-kil land, waar winterwind de kruinen Van 't lage hout beweegt in verre bocht. 0, winterwind, gij bracht uit 't troost'loos Ooaten De reuk van kruit uit nooit-tevoor-aanschouwd Kanon, *) dat de effen, strakke hemelgrauwt En op welks zegepraal de Pruisen toastten, Daar 't breken zou elk fort, te zwak gebouwd. Maar, dat het nooit een volk zou kunnen breken, Geen liefde voor het zelf-bezaaide land, Gewonneu achter zee en amaller strand, Doorvoord met de ons- vertrouwde, suelle beken, ■VVaar jong elk Vlaming vond zijn dierbaar pand, Daaraan -wilde onze vijand nimmer denken, ' dacht hij niet nit onbezonnenheid, î Maar lang bleek hem de korte, kleine tijd Om door der Vlaam'gen landen heen te zwenken Naar schoone stad, **) die nog de heirsehaar beidt. Op! Belgen, op! Yecht nu in Vlaand'rena landen ; Waar ge eenmaal zelf de donk're vore gneed, Graaft nu Uw vijand, dieper als gij 'tdeedt, Loopgraven nog tôt aan uw schoone stranden : Op ! Belgen, op ! Vecht voor dàt schrijnend leed! Amsterdam, 19 Februari 1915. r JAN J. ZELDENTHUIS. J *) 42 cM. Kanon. **) Parijs. " Zîe onze telegrammen e L: en laatstelegerberiohten n op de derde bladzijde. Kleine Kleine De Legende van Herstal. In het Nederlandsch dagblad Nieuwe Courant" van 19 Sept-eanber. 1.1. versolieen het relaas van het Derde Ver- i, slag der onderzoeks-kommissie over de n- wreedhodèn door de Duitschers in België h bedreven. Daar v/aar sprake is dat de Dîiit- d* schers veriialen .smeden waarin men o.a. de s vrouwen van Herstal besc'huldigt ziedende ^ olie op de voorbijtrekkende solda ten te heb- 0 ben gegoteiij voegt de ,,Nieuwe Courant" v er in een noot bij: ,,Indi*en ons geheugen e< ons niet bedriegt, is het de Belgische pers, n die het eerst deze daden heeft bevestigd." ^ De ,,Nieuwe Courant'' bedriegt zich: M 't Is een Nederlandscli dagblad, ,,De Tele- ^ graaf'% die het eerst de buitengewone ge- ^ beurtenissen heeft verhaald die te Herstal h zouden voorgevailen zijn. Sommige Belgi- g sche dagbladen hebben dit verhaal ovêrge- i nomen; soanmige, zelfs/deden er onmiddel- K lijk al het onwaarschijnlijke van uitschij- nen. ^ Wij kunnen be vestige n — zonder vre^s v van logenstraffing — dat de geschiede'iis p der vrouwen van Herstal een verzinsel is e)i v geen enkel woord waanheid bevat. Oni er h zich van te overtuigen, ware het voldoende — zooals wij het deden — de bewoners der ^ stad te oridervragen, alsook de Duitschers die er doortrokken en met lof spraken over het ontliaal dat zij er genoten van wege de p bevolking. s< Ten andere de Duitsche soldaten hebben b te Herstal de wreedheden niet bedreven die ei hen in andere streken eene zoo treurige ver- ^ maardheid gaven. I>e stad bleef gespaard r Geen enkel huis werd verbrand, geen enkel C1 burger als gijzelaar genomen noch gefusil- n leerd. Indien de bewoners de minste tegen- z; stand geboden hadden, geen twijfel of Her- d stal had het lot van Visé en andere steden s' ondergaan. ^ Verscheddene maleu reeds, en onlangs -£ nog, heeft de ,,Koelnische Zeitung'* de legende van Herstal willen exploiteeren on i d. de Duitsche gruwelen in België te recht- g vaardigen. d Voortaan zal zij ook van deze aantijging a goen gebruik meer kunnen maken, ^ Bezit ziji er nog andere? v " o Teutoonische onderzoeken. v Zou de ,,Koelnisclie Zeitung" zich eindelijk bewust worden van het afgrijzen bij de be- schaafde volkeren verwekt door de Duitsche ^ rooverijen en misdaden in België? Men zou ^ geneigd zijn het te gelooven na lezing van t haar artikel van 26 September over het ver- i< slag der Onderzoelcskommissie opgesteld v door M. Orts, gezantschap-sekretaris. Dit verslag heeft be trekking op de gruwelen van " Aerschot, de arme stad, die gedeeltelijk ver- (. nield en totaal verlaten werd. v De ,,Koolnisohe Zeitung'' bestempelt als t ,,oneerlijk" de wijze waarop dit onderzoek gedaan werd en zij vraagt zich af wat g Duitschiland doen inoet om zich tegen die J besdiuldigingen te verdedigen. Zij herinnert er aan uit Brussel bericht te hebben ontvangen dat een onderzoek geop>end was betrekkelijk de beschuldigingen die in te brengen zijn tegen de... Belgen. Maar dat ia haar niet voldoende. Van nu af aan zou zij verslagcn wllen van de gebeurtenissen die, van wege de Duitschers, ,,weerwraak noodïakelijk gemaakt hebben ', verslagen die zoo spoedig mogélijk zouden openbaer gemaakt worden. Dat zou, volgens haar, een ,,middelweg" zijn tusschen het ,,gron- t dig" onderzoek der IXiiteche overheden en de ,lasteringen" der Belgische Onderzoeks- j kommissie. Wie zal het door de ,,KoeInische Zei- t tung'" voorgesteld officieel onderzoek be- v gturen 2 Men zegt het ons niet : maar wij j mogen veronderstellen dat die kommissie \ uitsluitelijk uit Duitschers zal samengesteM i zijn; ten andere, men neemt de vooraorg ^ ons te verwittigen dat dit onderzoek tegen j te Belgen zal gcricht zijn. Welke onpartijdigheid kan men verwaoh- ten van dit eenzijdig ondei-zoek? ^ -y Ook de verslagen door de ,,Koelnische g Zeitung" voorgesteld zijn bestemd om de , Duitsche ,,weerwraak" te reahtvaardigen. t En zij twijfelt er niet aan da't voor zulk een onderzoek, voor zulke verslagen, de ^ besaliaafde opinie het hoofd zal bnkken. f Welke schoone ongeveinsdheid ! Wat botreft een tegensprekelijk onderzoek, geleid door de vertegenwoordigers van onzijdige landen, de ,,Koelnisclie Zeitung" heeft er niet eens aan gedacht. J België zou dit onderzoek aanvaarden, zoo ; zeer ie het overtuigd van zijn goed recht. — , Kostbare lading. Een spoorwagen met een waarde van eenigo milliarden fr-ink, die door de Fransche Ban-ken bij het begin van den oorlog te Genève in veiligheid warei gebraent, is dezer dagen weer Iiaar graakr^k ven Hedîn, commis-voyageur van de Pruisische Kultur. Sven Hedin, rermoeid van zijn reizen in de ^ogvlakten, van Thibet, en willende wat meer esclmafde menschen dan de woeste bergbewo-3rs, ginds in 't verre Oosten, Ixstudeeren, eeft cen tocht ondernomen in het land, waar i moderne beecliaving haar lioogtepimt van Aoonheid en kracht bereikte. Zoo erg is hem die laatste onderzoekings-îcht meegevallen, zoo'n bewondering heeft hij pgevat voor het volk van Wilhelm, kandidaat. oor den Nobelprijs van den Vrede, dat hij m der vurigste verdedigers van ,t. Pruisiseh lilitarisme geworden is, en zijn land tegen eug en meug wil begiftigd zien met dezelfde oldaden en dezelfde voorrechten. De Kaiser, die heusch nog zoo'n kwade niet , gunle hem dan ook, in welwillendo dankbaar. îid, een plaatsje in zijn auto en 8vem Hedin eeft dan volop kunnen genieten van de ze-aningen der nooit volprezen Duitsche kultur. [ij heeft gezien de platgebrande en verwoeste ieden, en alom de stille, eenzamo graven, \ 't lijden van een kk>in heldenvolkje, en zoo root was zijne begeestering dat hij al dadelijk jn, ,impressions de voyage" ging néerschrij-on, net als iemand die terugkeert van een lezierreis en z'n lollige avonturen eventjes artellen wil in den gezelligen kring van het uishouden. De goeje man had zijn land willen verrasaen oor zijn boek als nieuwjaarsgeschenk aan te eden. Het heeft helaas naar „I>e Temps" srneemt, zoo niet mogen zijn ! Wel was de schrijver klaar en had hij zijsie roeven zorgvuldig verbeterd, maar de Zweed-:he regeering, ongetwijfeld uit groote dank-îarheid voor zijn goede bedoelingen, heeft ■ aangehouden *>r cenige kommentaTieën bij > voegen, om alzoo de waarde van dit reisver-aal nog te verhoogen. Maar zoo wij goed begrepen hebben is • van Sven Hedin's oorspr<mkelijken tekst iet veel overgebleven. Dat hij met kennis van iken over Thibet schrijft of over een of an-?ren barbaarschen volksstara, goed, maar het jhijnt dat hij een beetje troebel ziet, waar-3hijnlijk ten gevolge van dat lange verblijf tus-ïhen goddelooze heidenen. Wat er van zij, hij onbevoegd gebleken om over het van God tverkore.n volk tu schrijven ; met andere woor-m : de Zweedsche regeering heeft een echaar spalct en flink geknipt met het treurig gevolg »t er van het kostelijk dokument zoo goed Ls niets ovei-gebleveai is en Sven Hedin in 't ervolg beter zal doen over menschenetors te yreken, dan over beschaafde rmanschen, ie tort hiertoe steedff en oveTal met de oreischte rechtvaardigheid en edelmoedigheid ptraden ! Bewijzen er van zijn, de schending an de Belgische onzijdigheid, de verwoesting an Leuven, Dendermonde, Dinant,....^, Duitschland onuïtputtelijk? Welk artikel men ook in een Duitsch blad iest, telkens wordt er in gesproken met ver-azend mooie woordon eener verjaarde roman-ek, over het kulturland dat onuitputtelijk , niet alleen wat voedingsartikelen^ maar ook :at manschappen betreft. Fier wijzen de Duitschers er op da zij nog ver een reusachtige reserve beschikken —- wat och niet wegneemt dat zij het onmogelijko oen om al wat maar man is en een geweer asthoudén kan, in te lijven bij de Kèizerlijke roepen. Soms gebeurt het echter dat de bladen ver-eten te... liegen en per ohgeluk do waarheid eggen. De aandachtige lezer kan hét in elk lad, dagelijks vinden, hoe chauvinistisch het ok opgesteld zij. Waeht maar, geduld ! als ens de honger zich zal doen voelen ! Menschen iet woorden paaien gaat goed aoolang de j lagen gevuld zijn. Maar honger redeneert -iet, en laat zich niet cussen, maar oischfc vol-oening. Wie zal dio voldoening geven? De Ceizer ? Zijne legers? Zullën zij plunderen en an het muiten slaan, da ar waar niets meer reg te halen is? Wat er ook van zij, rooskleurig ziet het er iet uit in Duitschland en 't zou mij erg ver-ronderen indien de bom niët binnen zeer kor-en tijd losbarste. Intusschen trachten zij maar manschappen an te werven. altijd maar door, om ze roeke-oos den dood in te jagen. Laatstelijk nog bepaalde de militaire over-eid dat wanneer arbeiders van fabrieken, die oor l»3t leger of do vloot wcsrken de taak neer-eggen, of zelfs indien zi.i van patroon willen eranderen, onmiddellijk dienst zullen moeten lemen bij het leger. Of wel moordtuigen ver-aardigen, of wel zelf moordtuig zijn. Er valt liet te kiezen. ,,Het Vaderland (met een hoofd-etter V 1) heeft u noodig, en als je er om be-ankt kanonnen te gieten en wapens te sme-en, dan vinden de Pmisischo intollectueelen rel middel oan je van het voordeel te doen o nie ton als pionier eener glorieryke toekomst de kultur", aan do barbaarscho ot aan men van et Oosten en Westen te brengen." Wat niet wegneemt dat zij cen moreele^ en toffelijke zélfmoord plegen, en zoodoendo zich-;elf straffen voor het kwaad en het onrecht den cliuldelooze bedreven.... Een nleuw koningschap. Naar do „Koln. Ztg.n weet mede te deelen ;ouden in sommige Fransche kringen propa-canda gemaakt worden om koning Albert tôt îoning van Frankrijk te verkiezen. Dit nieuws vord^ ook opgenomen in ,,Le Bulletin", aan le lcrijgsgevangenen in het kamp te Wesel „Wilde koning Albert morgen koning van frankrijk worSen. ETj zou geen den minsten egenstand ont moeten." Er zal waarachtig voor een vorst geen groo-;er en heerlijker titel bestaan, dan ,,Albert I, Koning der Belgen", want het zal beduiden : «#HelçL v©rst ïâû oon îmlSùnvûlk*'* Ouitschland's optreden i tegenover België door Duitsche rechtsgeleerden veroordeeld. Teruggaande tôt op den 3den Augustus 1914, kunnen wij de internationale rechtsver-houdirtgen tusschen Duitschland en België* nagenoeg aldus samenvatten : Nog op 3 Augustus getuigde de Duitsche •Staatssecretaris, de heer Von Jagow van België: 3>Vat het steeds als onzijdig land een onberispelijkc hovding had ao,ngenomcn,>. Duitschland, België's Oosterbuur, zou weldra als oorlogvoerende partij komen te staan tegenover België's Zuiderbuur, Frankrijk. Evenals Nederland, had België het recht, evenals Nederland betuigde het ook zijn wil om in het dreigend conflict een houding van rolstrekte onzijdigheid te blijven in acht nemen. Jn het ultimatum nu, dat de Duitsche gezant, in den avond van 2 Augustus, aan de Regeering van het onzijdige België overhan-digde, werd van dit land gerorderd, dat het ,,een wclvnllende onzydiqheid'1 had in acht te-nemen tegenover do noodgedwongen invallende legers, zooals het heette, van het oorlogvoerende Duitschland. Tegen stand cou als oorlog.s-daaid toorden besclicniwd. Koning Albert's Regeering betoogde daartegon dat een derge-lijke eisch, afgezien tiog ervan dat daarvoor werd afbreuk gedaan aan de eer der Belgische natie, onvercenigbaar tvas met België's strikte onzydigheid. Deze immeis legde haar op zich daartegen te veraetten met aile te liaren dienste staande kraohten. Onmiddellijk daarop volgde op 4. Ananstus de Dnitscho oorlogsvorklaring aan België, ,,ten gevolge", verklaarde het stuk, van de weigering door de Itcgceritig van Zijne Maies-teit den Koning gesteld tegenover de goeabe-doelde voorstellen der Keizerlijhe Regeering" (Grijsboek, nummer 27). Om deze reden dus zijn de gruwelen van den oorlog over het arme België gekomen: in wat het gewetensvol als een door zijn neutraliteit opgelegde verplichting beschouwde, heeft Duitschland gemee«nd een aanleiding te mogen zoeken om het den oorlog te verklaren. De VoHxische Zeitmi-g durft zelfs beweren dat België, door zich te verzetten tegen den indringer, te kort is gekomen aan de verplich-tingen, die de neutraliteit het oplegde en zich daardoor zelf buiten het Volkenrecht gesteld heeft. In verband met deze voorstelling kan het niet van belang ontbloot zijn, even het oordeel te vernemen van een paar meesters van het Volkenrecht, .waarop Duitschland steeds, en terecht, zoo prat ging; ,,Een onzijdige Staat, aldus de beroemdo leeraar in het Volkenrecht aan de Heidelberg-sche Univorsiteit, Bluntschli, ,.mag niet ,,dulden dat de oorlogvoerende partijen zijn ,,grondgebied gebruiken tôt het bereiken van ,,hun krijgsdoel. De doortocht over onzijdig ,,gebied moet aan aile oorlogvoerenden worden .,antzegd. De onzijdige Staat is verjdicht, de ,,noodige maatregelen te nemen om zijne onzij-,,digheid door derden te doen eerbiedigen; ,,daartoe mag hij desnoods wapengeweld aan-f,wenden. De oorlogvoerenden hebben ten ,,plicht, het grondgebied *an de onzijdige Sta-,,ten te eerbiedigen. Van elke schending van y,dat, gebïed moeten zij zich onthouden, welke t,ook de omstatidigheden mogen zijn en hoe ,,groote strategisehe belangen ook op het spel ,,staav. Het feit, gewapenderhand onzijdig ,,grondgebied tegen een aanvai te verdedigen, ,,doet geenszins do neutraliteit te niet maar ,,komt die veeleer bevestigen.'> (1) De Berlijnsche hoogleeraar H e r f t e r, die met zijn boek ,,Het Internationaal Recht in Europa" ook in het buitenland grooten roem verwierf, zegt niet minder stellig : ,,Elke ,,natie", schrijft hij, ,,heeft het onvervreemd-,,baar recht do onzijdigheid, die zij heeft ver-,,klaard te willen in acJit nemen, gewapender-,,hand te verdedigen en met geweld eenen aan-„slag daartegen af te slajin. De neutraliteit ,,brengt zekere verplichtingen mee, welke de ,,volkeren, die er de voordeelen van willen, ge-;,nieten, gehouden zijn na te komen. Dezo „ verplichtingen bestaan hoofdzakelijk in: ,,het zich verzetten tegen elke vijamdelijke ,,dciad, die een der oorlogvoerenden op het >soneijdig gebied zou ondememen tegen zijn „iegenstrcver, onz." (2) Zoo luidt de uitspraak van uitstekende Duitsche reclitsgeleerden, wier geest niet door do oorlogspsychoso is aangetast. België's held-haftigo weerstandskrijg, zoowel als Duitsch-land's wederrechtelijk optreden tegenover België mogen hierdoor worden geacht door zeer bevoegdè en hoogst onpartijdige rechters te zijn beoordeeld. H. V. O. (1) j.Ret gtcodificeerd-e Intem-aMonaal Recht" H 769—770—784—790. (2),,Ret Ititcrnationaal Recht in Europa" No. 145—46. Hoezeer het oordeel dezer Duitsche rechtsgeleerden overcenstemt met de positieve rege-len van het Volkenrecht blijkt ook uit do hier-onder a-angehaaldo artikelen uit het ook door Duïtschland op 27 November 1909 geratificeer-de „Vcrdrag nopens d>t recht.cn en verplichtingen der onzijdige mogendheden voor oorlog te latnd" van 1907: Art. 1. Het grondgebied der Onzijdige mogendheden is onschendbaar. Art. 2. Het is den oorlogvoerenden verboden het grondgebied eener onzijdige mogendheid door troepen of konrooien te doen doortrokken.Art. 5. Een onzijdige mogendheid mag op haar arondgebied geene der in de art. 2 en 4 bedoeîàe daden dulden. Art. 10. Als eene vijandige daad kan niet beschouwd worden het feit, dat eene onzijdige mogendheid, zelfs met geweld, inbreuiieR op Een ander standpunt. Het standpunt door den Duitschen lui tenant Kuhn, leeraar in geschiedcnis aan de tech-nisch-militaia-o Academie te ('hariotbouburg, in zijne boruchte brochuro ., Wtvre Oorzaken van don Ooi'log" ingenomen, blijkt door de uitln-tingen van vole Duitscl^rs in den laatsten tijd tôt het officieel Duiteche standpunt te zijn gehuldigd. De Wereklcorlog, door afgnnstige Europee-sclio mogendheden van het machtige Duitsche Rijk ontketend, moet den strijd beduiden van het Duitecb*3 Idéalisme, de Duitsche Kultur tegen het hedendaagseh Etiropoesch matériau lisme. De 'zegepraal van het Duitsche Idéalisme in dezen Oorlog is aan geen den minsten twijfel, althan6 volgens luitenant Kuhn, onder-worpen.Het door den bekondon Noor Fritjof Xan-sen in zijn voordracht over: Het Recht der kleine Naties — voordracht sinds October jl. berhaakle maien op verscheidene plaatsen go-houden en tlians in drtik verschenen — ingenomen standpimt wijkt te eenemaal van het Duiteche standpunt af. Denkende aan het jammoriijk 'lot van België en Servië in dezen oorlog beBchoren, vraagfc Nansen zich het volgendo af : Hebben de kleino naties îecht een eigen leven te willen levi?n, h un eigen gang te willen gaan, zelfs wanneer zij door het streven in de>n weg komen te staan van oen groote en machtige naburige natie ? Vaak wordt op dezo vraag neen geantwoord, men cntkbnt a an »3en kleino natie ihefc reclit een groote natie te vei'hinderen zich ten voile te ontwi kkelen. Men steunt dan gewoonlijk op de biologische wetenschap en m<\n roept de wot van den stenkste in. Volgens Nansen is dit do ergste aller drogredenen. In den levensleer ziet men dat de best zich aanpassendo blijft voortleven, meer nîet. Maar hier is er hoego-naamd geen spraak van kwaliteit, maar van lcwantiteit. De burgers van een groot land staan niet op eene hoogero sport van beschaving dan de burgers van een klein land ; zij zijn geenszins beter, zij zijn alleen maar talrijker. Aan die-genen. die verblind worden d.oor den stoffe-lijkecn bloei van de groote landen, âultfovmïîr Nansen dat de mensch niet alleen van brood leeft, en met het volgendo: Wat kan n de ganseho wereld schelen wanneer zij uw ziel schaadt ? Dit is waar, zegt hij, van het leven der naties als van het leven der individnën. Er is iets dat men noemt de aiel van een volk. En wanneer deze ziel schade lijdt boo ia dit een onuitwischbare smet voor do gansche menschheid. En de natie, die aan een ander haar bestaan ont neemt, begaat een hietorischen moord. een der ergste rooorden die de geschie-denis kent. En in naam van do geschiedcnis, spreeJet Nansen den lof der kleino naties uit. Zonder hen, zeg thij, waar zou de ontwik-keling di^r menschheid zijn? Het Engelandvan Shakesp>eare was niet grooter dan het Ztt.o-den van heden en Londen, toeai Harnlet vooi de eerste maal werd opgevoerd, had ongeveer de oppervlakte van Christiania toen Ibfen • hect Poppenhuis schreef. Het Duitschland van Bach, Goethe, Schiller en Kant was niet het groote Duiteche Rijk. maar een verzaTrreling r»n ^ kleine Staten. Maar het is niet allen dat de kleine naties het recht van een eigen leven zouden b^izitten, zij hebben er don plicht toc. Zij hebben een zending te volbrengen en zij hebben het recht niet van deze zending af te zien. Een kultuur bezittende, moeten 'zij die kiinnen verdedigen. Dit ligt in het dienste instinct van het volk, en hoe sterker dit instinct, hoe intenter het nationale leven. Verkiest men zich _ wereldburger te noemen ? Goed zoo. Ds ontwikkeling der menschheid lx?staat in de ont-wikkeling der naties en het is noodig dat de vrije kleine naties om dfcze reden ge^aard en bevraard blijven. Want de vrjjheid is zoo noodzakelijk v<v>r de volkeren als de zon voor de planten. En indien het noodlot wil dat een klein volk voor zijne vrijheid lijden moet, dat zelfs is jiiet zonder goede gevolgen. Do etrii'd von de Grieken tegen de Perzen, van Zwitserland en Holland voor hunne onafliankelijkheid hebben ry niet de kultuur van derae volkeren versterlct? En Nansen eindigt alzoo: ,,Een ding is be-lftngri.TktM* dan het leven : dit is de overerving van onze kultuur, die wij verrijikt aan on'«? nakomelingschap moeten overmaken, wat aan de kleine naties het recht op leven geeft. Op het standpunt van Nansen staan da.n ook «tterk en onwrikhaar, de Vlaamsche Belpïm. die als deel uitmakende van con kleino sraitie door een groot, machtig Rijk op 4 Augustus jl, schandelijk trerden vei'ongelijkt. IV. V. D. K. V66r en nà den Oorlog. Onder deze. nituwe rulrieh zal onze mtât* werlcer Edward Peétcrs in eene reeks op-eenvolgende opstellen onderscheidene tôt-standen in oogenseliowio nemen, in betrcli met den thans woede-nden oorlog^ Achter-eenvolgens zullen dan verschenen: Do School en de Oorlog. De Opvoeding en de Oorlog. 6od en de Oorlog. De Codsdienst en de Oorlog. Het Hulsgezin en de Oorlog. D» Naastentiefde en de Oorlog. Het Rasgevoel en de Oorlog. De Rassenhaat en de Oorlog. De Weeldezucht en de Oorlog. Het Handwerk en de Oorlog. De Drankbestrijding en de Oorlog. Het Internationalisme en de Oorlog, Da Letterkunde en de Oorlog. De Drakenlitteratuur en de Oorlog. De Vlaamsche Beweging en Oorlog. BelglS en de Oorlog,

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Amsterdam van 1900 tot 1916.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes