De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad

1452 0
07 september 1915
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1915, 07 September. De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad. Geraadpleegd op 25 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/nv9959dg3z/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

«œffs ^S£t£kr&ark& Mo. 2«5S Dinsâag, 'B Seplemher ï^FS S Cerat DE VLAAMSCHE STEM [en volk zal niet vergaanf ALGEHEEH BELGISCH DAOBLAD Eendracht maakt macht REDâCTIE- EH AOMÏNISTRATIEBUREELEH I KALVERSTRAAT 64, bovenhuis, AMSTERDAM. Telefoon No. 9922 Noord. Onder leiding van RENE DE CLERCQ en Dr. A. JACOB. ABONNEMENTSPRIJS (by vooruitbetaling): Yoor Ned erJand per jaar gld. G.ô — per kwartaal gld. 1.75 — per maand gld. 0.75. Voor België, Engeland, Frankrjj en andere landen dezelfde pru'zen, met verhooging van verzendingskosten (2een per nummer), .A D VJiETENTIES : 20 Cent per regel. ie tau Itrijl. (Slot.) In tegenstelling met de toestand te Ant-werpen heerste te Gent de grootste eens-oezindheid : ,,Eendracht ontbreekt er tus-schen ons, zonen van den grooten Jakob van Artevelde, niet," lezen wij in de Gents correspondentie van de Antwerpse Roskam. H?:t brandpunt van de nationale gedaclite W2s er het Vlaemsch Gezelschap, dat in Jlaart 1846 door S n e 1 1 a e r t, R e n s, Heremans e. a. was opgericht en vooral de gentsche jongelingschap in haren iot lokte". ,,Gy zyt de zendelingen der nationaliteife," zeide S ne 11 a e r t eens in. een toespraak tôt deze geestdriftige schaar ;onge mannen, ,,gy moet in de worsteling, gy moet in het lyden groot worden. Aen u komt de zending toe van den vaderlandscben crond die lavakorst weg te rukken, welke de groeikraclit verdrukt en het land ver-kwynen doet." Evenmin als de Antwerpenaars bleef net Ylaemsch Gezelschap in 1847 bij de Kamer-vorkiezingen werksiloos : werd te Antwerpen de kandidaat van de nationaal-vlaamse Roskam gekozen, te Gent was men minder ge-lukki?, waar men de kandidatuur van Prof. Do Block, deken van de faculteit van Geneeskunds aan de Hogeschool, gesteund had. Het volgende jaar echter bracht de Gemeenteraadsverkiezing drie flaminganten, waaronder twee leden van het Vlaemsch 1 Gudschap, in de Raadsvergadering, en zo namen de Vlaamsgezinden die, naar 't zeg-c9n van hun tegenstrevers, een lieerszuchtig cotsrietje vormden en ,,maer gekend waren van Mariakerke tôt aen Ledeberg en van S:nfc Amandsberg tôt aen Sint Denys", ook hier een veelbotekenende wearwraak. Ailes fcezamen genomen hadden Conscience, Snellaert en hun mede-jtauders gegronde reden om zich te verheu-gen over de uitslag van hun optreden in het politieke strijdperk. Trots de onverkwikke-like persoonliko twisten, die door sommige tijdschriften aldoor werden aangeblazen, hâd de Vlaamse Beweging een uitbre-.ding en betekenis gekregon die zij een ^aar jaar tsvoren nog niet bezat : ,,Wy %ebben van sommité onzsr hooggeplaetste tegenstrevers wlven," verklaarde de Roskam, ,,in t openbaer hcoren beweren, dat de Roskam de verkiezing gemaakt had. Zy die dat zeg-gen, doon ons bladjs oneindig te veel eer aen; ma-sr indien het waer was, wat zou het bewyzen? Dat de Roskam de stem is der Antwerpse burgery, en luid op zegt, wat iedereen in zyn hart denkt. Ware de Ros-ham geen vrend en geen voorstander van de waerheid en het recht geweest, dan had hy ncch den invloed uitgeoefend, noch de uitbreidinçr bskomen, die hem zyn te^ beurt gevallen." En De La et schrijft in een brief aan Snellaert: ,,Met dat ades (hest il an) in- Antwerpen tienmaal meer vlaemsch dan over zes maend. Wie z'ch met don toestand der geesten in Antwerpen wil b°1c?nd houden, moet nu vlaemsch lezen." Ze'fde voruitgang te Gent: ,,Nimmer klom (er) do geestdrft zoo lioog als heden," sehrijft men van daar uit aan de Roskam. ,.Er is in Gent geen jongen van tv/aelf jaar meer. of hy weet van de vlaemsche Weginç mede te spreken. Over twee iaer t?He (lent ja verdienstelyke schryvers, doch d;o sckrwers hielden zich afpezonderd of Z'?en zich onderline weiniçr. Tlians is die s'fet van zaksn ?eheel veranderd. De vlaem-^'i9 letterkund,:»en werken op het volk, en dat b^-ntwcordt warm aen hunnen vader-la«^^chsn oprcep." T-T3.'l dus in de verk:ezingwamna °"ne van 1W7 de nat:onale richting in de Vlaamse Be^eqinçr haar kracht gemeten en die reeds vrii sterk bevonden. zij werd er bovendien een ervar^i? riiker door. De hoop die men tad fresfcsïd op. het tôt stand komen in de Kimer van een gematigde tussenpartij bleek i: ^ : met een srrote meerderhe^d kwamen m Brlçrië de vriizinnigen aan het bew nd en s^:rt zou meer en meer het gesternte van libéralisme riîTen. Zoo la g het dus voor dp hand ria^fc do Vl.aamse Beweging voortaan g^^el ail'en zichzelf zou moeten r?dden. Niet blind waren de Vlaamse le'ders voor dpz© nieuwo noodzakeliklieid : zowel te Gent s1s te Antwerpen werd zij levendig eevoeld. Tussen baide frrote steden, de brand"nunteu ïan de bewe?;n?. komt in de tweede lielft 1847 een drukke briefwisselinç tôt stand liet stichten in Vlaams Belçië van eene î'foçmscJie Staetsparty. Van de onderhan-delingen hierover te St. *Nikolàa-s tussen C-ent.se en Antwerpse Vlaamsgezinden, was e~n m^rkwaard:'.7 vlusrschr^t. uitvloei-sel ; YJaemschç B"weaincj. Verklaring van 9Tr)^(1bp.mnselm, door de verdodiqers d<°r wderduitsche volksvoten- aen hunne land-H'nont.en qcqeven (d.d. Gent 6 November Conscience en Snellaert waren er de schriivers van. ( mDs voor?tanders der Vlaemsche bewe-,.lieet het in het bewuste stuk. heb-'•ten de overtuiging, dat de verwezenlij-van het bovenetaende fn.I. van het 'Jns jyroriramma) alleen ter oritw^'keling ware nationaliteit kan leiden : dat wy, indien de teqenwoordigç onvruchtbare rig-des geeetes blyft voortduren, binnen ^yftiw jaren nog geen enkelen stap zullen RG'lnen linbben naer de vestiging op vaste STonden rlier nationaliteit; dat intussen de yaderland^liefde verslapt. het betrouwen 311 de toekoïost. vergaet. het volkî'karakter ^rdwijnt en al de edelste krachten der in mxtteloDze worstelingen worden vpr?n-|fi Yoqrsf,qnders der Vlaemsche behooren diensvolgens. als zooda-n:'• tôt de e^ne ncch tôt de andere staets-' zv. a^en hunne eigene vaderland-' 3 zendmw verheven genoeg, hunne voor-?^-°men arbeid zwaor genoeg, hun doel °mvattend genoeg cm tôt hun aendeel in CJ* ^^^^antîélvke -str^kking voldoende te n. T)? vin/>^e.«'ho v-TT7orr*r>rr is sransch 011-4iliaukeliil- «-n „oi langs de zyde dergenen, die door hunn< daden of in hunne inzickten 's lande wezen' lyke ontvoogding zoeken, de V-laémsche bevolking werkelyk regt willen laten weder varen, de nationaliteit bevorderen, der vrede handhaven, het volkskarakter en d* voorvaderlyke zeden bewaren, en ons poo gen te beschermen tegèn de verderfelyk< uitwerkselen van deïi vreemden inyloed.': Tôt een werkelike organisatie van eer Vlaamse Volkspartij kwam het voorlopi^ niet. Wel echter bleven de betrekkingen tussen haar voorstanders, met name t€ Gent en Antwerpen, levendig en hartelik, en, wat wel het voornaamste was, ook de jsugd bleek er veel voor te voelen. Treffend zou, dat laatste blijken in de zitting van 29 Aug. 1849 van het eerste Nederlandsch Taal- en' Letterkundig Congres te Gent. Het denkbeeld van een ,,Vlaemsche Staeteparty" wordt hervat en verder ontwikkeld door den jongen Z e t-t e r m a n in een merkwaardige rede yiover eene Vlaemsche verbintenis tussclien al de dorpen van Vlaenderen,,Wij willen," zeide hij, ,,dat het Vlaemsch, in Vlaemsch-België de grondsteen van ailes, ook voor allés zou staen;" ook in politieke zaken. ,,De tyd der gemystifieerde depu-tatiën, der mislukte kiezingen en der naem-looze petitiën", die tijd moet voorbij zijn: ,,Iedermael dat er ergens in de Vlaemsche gewesten eene kiezing plaets zal hebben, moet het comiteit voor eenen Vlaemschen candidaet zorgen, en aile mogelyke midde-len gebruiken om hem te doen gelukken." Het enige richtsnoer van de Vlamingen in de politieke strijd moet zijn ,,het Vlaemsch princiep". Zij zullen ,,niet kampen dan voor het verkrygen der regten en het her-stel der grieven in de verklaring van grond-bèginselen (door de verdedigers der Neder-duitsche volksrcgten aan hunne landgenoo- ten gegeven). opgenomen. Maer de karnp voor die regten moet het comiteit volhouden, tegen al wie ze zou willen be-twieten, van welke kleur hy zy of aen- welke party hy mogt behooren. Dat is nu toch wel klaer en wy zyn zeker dat elke ware Vlaming, van welke politieke overtuiging ! hy overigens zy, deze inzichten zal toestem-men ; immers koesteren zy allen de overtui-! ging dat het Vlaemsch voor Vlaemsch-België toekomst en beschaving is." 'Als dan de Vlamingen op deze wijze ,,in het politieke leven opgeleid", besloot Zetterman, ,,zelven hunne representanten zullen kiezen en geen opruijer van deze of gene party de stem bus vullen zal ; alsdan, herhalen wy, zullen de Vlamingen geëerbiedigd worden". Zelfs in Van Kerckhove n's ge-nootschap — Olyftak — komt omtrent deze tijd een jcciiv^-niig en dringen de na-nationale denkbeelden binnen. Ook hier geeft het jongere geslacht de toon aan, en in 1850 verschijnt, in opdracht van de Olyftak, een vlugschrift Aen het Vlaemsche volk, van de hand van de jeugdige ro-manschrijver Lodewijk Gerrits, waar-in deze tôt de slotsom komt, dat ,,de Vlaemsche party" moet worden ingericht. ,,Wj 1 hebben dus zegt hij, ,,van de bestaende partyen geen medewerking te wachten. Wj moeten de kracht in ons zelven vinden. Het eenigste middel, dat nog overblyft om het Vlaemsche volk, om het Vlaemsch vader-land te redden, is het daerstellen van een nieuw verbond, sterk genoeg om zyn ge-wigt in de politieke wereld te doen gevoe-len, groot genoeg om de edelste gedachten in zich te bevatten. Die magt ligt in ons zelven besloten, zal ons door het vlaemsche volk ^egeven worden. Men overwege hoe verdorrend sedert twintig jaren de party-oorlog van katholyk en liberael was ; men overwege hoe weini^ nut die persoonlyke twisten hebben voort-'gebragt, hoe veel goed door dezelve belet werd — en wy zyn overtuigd, dat ieder bur-^er, ieder rtiensch, die zyn vaderland en nec ware beraind, ons zal bytreden, wanneer hy ziet hoe grootsch en schoon onze wer-king is." Uit deze aankalingen van Gerrits en Zetterman kan men zich een vrij duidelik denkbeeld vormen van de geest der Antwerpse Vlaamsgezinden bij het be-gin van de jaren vijftig belieerste. Spoedig ook gingen zij van de theorie tôt de toepassing over. In 1851 kwam te Antwerpen, met het 00g od de Gemeenteraadsverkiezing, een Bond van Vlaamsgezinde maatschappijen tôt stand, die verklaarde: ,,onder geen liberael of katholyk banier (te) stryden ; maer onder dat van Vlaemsch en H e n d r i k Conscience. tegelijk met den koopman L y s e n en den rechter bij de rechtbank van eersten aanleg De Ram, kandidaat stelde. Warm gesteund werd de onafhanke-like lijst door het Handelsblad, maar zij viel — Conscience met een minderheid van slechts 114 stemmen — na een venvoede verkiezingstrijd (einde Oktober) waarin d< grote romanschrijver, die ,,de standaerd der party" was, met smaad en laster overladen werd. ,,ITebben wy niet in eens getriom-feerd," zeide hij in de toespraak waarin hij zijn kiezèrsdank betui'gde, ,,het is ontwyfel-baer, dat vry eene sclirikkelyke bres in d-f franschgezinde magt hebljen gemaekt, en na eene organisatie, den zegeprael moeten be-halen."De dertigste Oktober 1851 was een dat van betekenis voor de Vlaamse Beweging. een mijlpaal in haar ontwikkelingsgang : ,,Wy hebben eene vlaemsche burgerpart> gesticht : de party van burgerbelang er burgerwelzyn. Dit werk is groot, is onver-wacht."Met deze woorden van het Handelsblàa is de nieuwe stand van de Vlaamse Beweging aangegeven. Hoe aanlokkend het ook is, irr de eerst-volgende jaren de verdere loop van de hiei geschetsie stromingen na te gaan — tier jaren later viert de nationale richting te Antwerpen met de ,,>reetingpartii" haai grote triomfen en heeft te Gent met V u y 1-s t e k e'rle omkeer plaats — wij moeten on< hier •(■/>+. Vipf. bnvpnstaa.Tida bftnerken en ziil" > met het jaar 1851 aan de grens van ons bestek gekomen. Zo zagen wij dus, in de tweede helft van de jaren veertig en het begin van het volgende decennium, de Vlaamse Teweging, ondanks persoonlike twisten en verdeeld-heden van andere aard, zich steeds meer uit-1 breiden tôt een in waarheid nationale be- f weging. * • Van haar taaiie levenskracht) ^etuigden ook drie grote organisaties die het gehele land omvatten en kort na elkander waren opgericht : op 25 December 1848 het Neder-duitsch Taelverbond, voor de Letterkunde ; op 26 Augustus 1849 het N ederlandsch Letterkundig Congres te eGnt, voor de Ver-broedering van Noord en Zuid, en 00 25 December 1849 V a 11 der V o 0 r t'a Vlaemsch Middcncomiteit te Brussel, voor de Vlaamse Grieven. Op deze wijze ingericht, en met het hier geschetste verleden, ging de. Vlaamse Bewe'ging de komende jaren tegemoet. Dr. A. JACOB. ■■a» lit îÉ-Ifrii De betooging der Zuid-Afrlkaansohe vrouwen. De Zuid-Afrikaansche bladen bevatten zeer uitvoerige verslagen over de betooging der Zuid-Afrikaansche vrouwen, welke ten gunste der veroordeelde ,,rebellen" den 4en Augustus to Pretoria gehouden is en waarvan wij reeds vroeger melding hebben gemaakt. Aan het verslag van de ,,Volsstem" ontleenen wij het volgende : Wie die de stille vrouwen-^chaar daar aan de Beatrixstraat zag, heeft niet opnieuw be-wondering en eerbied gekregen voor de afri-kaanse vrouw, die in lijden, in leed, en vreugde steeds waardig blijrt. Niet rumoerig, niet be-wegelik, was 't aantreden van al deze duizen-den van wie velen reeds lang voor half twee daar waren tezamen gekomen. Ieder wist, dank zij de vèrschillend gekleurde rozetten dadelik waar zich aan te sluiten. In korte tijd waren aile provincies bij elkaar en altoos meer vrouwen kwamen op 't verzamelpunt, elke nieuwe trem bracht nieuwe betoogsters. Grote rozetten op stokken gedragen, wezen de vrouwen waar zij zich heen moesten begeven : wit-oranje voor de Vrijstaat; wit-blauw voor de Kaap ; wit-rood voor Natal en wit^groen voor Trans-vaal. _ Tussen deze dichte menigte bewogen zich de dames-leden van de regelingskommissie, die nog de .nodige aanwijzingen gaven en behulp-zaam waren, waar dit nodig bleek. Tegen twee uur reden 't motorrijtuig van den heer Jan Joubert, waarin Mevrouw Gene-raal Joubert en 't motorijtuig van Mevrouw Eloff de Kerkstraat op. Voor de oude Mevrouw Joubert en voor Mevrouw Eloff waren stoelen neergezet. Mevrouw Ds. Roos van Kaapstad, de voorzitster die reeds op de verzamelplaats 'aanwezig was, voegde zich daar bij hen. Terwijl de stoet werd geregeld zaten de ere-voorzitsters omringd door 'n kring bekenden. Vélo ouden van dagen, mannen en vrouwen die met Mevr. Joubert de geschiedems van Vrijstaat en Transvaal hadden medegemaakt, kwamen haar daar begroeten. 'n Heel oude man, rug gebogen, witt'e baard tôt op de borst, kwam haar even do hand drukken : ,,Ile liet baie saamgegaan met jou man", introduceeide hij zich met z'n oude stem. Dan trok hij zien bescheiden ter us; om zijn plek aan anderen te laten. Maar Mevr. Joubert's handdruk was warm geweest. Mevrouw Joubert en mevrouw Eloff, beiaen in 't statig zwart zijden kleed, yormen met de haar omringenden 'n aantrekkelike groep te midden van 't gewoel der zich opstellende be-toging. Zodra de stoet geregeld was, stapten mevr. Jonbert en mevr. Eloff in de motor van de heer Jan Joubert, namen er^plaats en mevrouw Melt Marais, de onvermoeido sekreta-resse, trots haar reuzentaak van dagen en ( weken nog even krachtig, las van uit deze j motorwagen 't welkom voor door mevrouvr | Joubert en mevrouw Eloff allen toegeroepen. . In dit welkom werd in de allereerste plaats i het doel der betooging uiteengezet n.l. ver-nietiging van het vonnis tegen generaal De Wet geveld en het inroepen van de clementie der regeering voor de veroordeelden. Wij aldus ging mevrouw Marais voort, gaan nu op naar de Goeverneur-Generaal, als er-tegenwcordiger van Zijn Majesteit, de Koning, om daar vernietiging van de vonnissen te sme-ken In de gevangenissen zitten zij, die wij wensen te helpen. De Heer biddende om een gunstig gevolg aan onze ondernemmg. ij gaan op in de volste overtuiging van de recht-vaardigheid van ons verzoek, en tegelijk met het vaste veri<rouwen, dat wat 't antwoord ook moge zijn, deze beweging zal medewerken tôt hct°beste heil van ons volk. Is de uitslag ontmoedigend, laat. Zusters, gij niet ontmoedigd worden. In de afgeloopen maanden moesten wij meermalen onze boop verijdeld zien door teleurstelling. Hier leggen wij, wat ook gebeurt, 't fondament van 'n volksverbintenis, dio geen scheidingslijnen kent. Zuidafrika heeft nog zulke onderneming nooit te voren gezien. 't Oprichten en de vol-tooiing van dit gebouw, hier heden door ons begonnen laten wij in de hand van onzer vade-ren God, Wien het aan wijsheid en aan mid-delen nooit ontbreekt. En wanneer wij onze taak, vrijwillig door ons oogenomen hebben volbracht, keert dan van hier terug naar uw haardsteden en wo-ningen om a^n allen daar de verzekering te geven, dat de boom van onze Volkseenheid eindelik door U hier is geplant. Op.de rechte tijd zal daar de vnicht op volgen. De tijdpn van gevoelloosheid zijn voor altijd voorbij. De Docliters van Zuidafrika zijn ontwaakt en hier hebben wij onze groto Volksza?k gelegd in de hand van Hem, die de oprecht-wachtenden nooit 'teleurstellen zal. De toekomst zal ons wellicht tôt veel hart-zeer en strijden en lijden roepen, Zusters, maar wij zijn een, en onze eenheid is heden voor de eersto maal werkelikheid geworden. Vervolgens las mevrouw Roos uit Kaapstad de petitie voor. die aan den gouverneur-gene-raal zou worden aangeboden on als volgt luidde : Uwe Eksellentie! Ondergetekende Moeders naderen Uwe Eksellentie met de bede. om verhoor in 't nieuw-geschapen verdriet, dat op heden de vrouwen c«n dochters van Zuidafrika's reeds zo tragies verleden met nog groter smart dreigt te over-weldigen.Wij wenden-ons tôt Uwe Eksellentie, als do vertegenwoordiger van Zijne Majesteit, Zuid-Afrika's Opperheer, met het eerbiedig en ern-stig overwogen verzoek, dat genade moge worden verleen'd aan hem die de lieveling is 1' van zijn Volk, en de .held van menige eerlike en ridderlike strijd. — aan de grijze generaal 1 Uhnstiaan de Wet, en eveneens aan zij) mede-ge vangenen. 't Ligt niet in onze bedoeling hier reden rend aan te voeren wat nopen mag tôt ve zachting of rechtvaardiging, tôt verschonii of genade; dat zou vreemd zijn aan ons g voel als vrouwen en aan de plaats die wij i: nemen in de maatschappij niet alleen, i)ia; is ondergesdhikt buitendien, aan het ail overlieersend gevoel, dat ons vandaag hier t Uwe Eksellentie brengt. Daar waar- verdriet geleden en smart ve duurd wordt Uwe Eksellentie, is 5t reeds < vrouw die 't zwaarste lijdt. Zw.aar hebb< ongetwijfeld deze mannen reeds geleden, ma; wat is hun leed vergeleken bij 't verdriet d: sedert zoveel maanden zijn- intrek heeft gen men in de harten hunner ^rouwen en ki: deren? Wat is hun straf vergeleken bij 't g brelc en de ontbering door zovelen hunn nabestaanden verduurd ! Als moeders die zelven geleden hebben Ut Eksellentie, die 't verdriet van nabij geker hebben en neergedrukt worden door de ran die ons Volk trof, gaan onze harten uit t dezen die tans lijden, en hun smart is oc onze smart. Terwille van de vrede die ieder onzer so lai en so vuriglik verlangt voor ons Volk, terwil van de Toekomst en de onderlinge verdraa zaamheid in dit land waarin wij toch all< samen hebben te wonen, en onze kinderen 1 ons, naderen wij Uwe Eksellentie in aile b scheidenheid om te vragen de opheffing v£ aile opgelegde straffen. Voorts vragen wij Uwe Eksellentie om strak wanneer 't Hof uitspraak gedaan heeft, gena< te verlenen ook aan hen wier vonnis totnut< nog niet is uitgesproken. ' Niet slechts.de nabestaanden dezer manne en niet slechts de ondertekenaren van dit Ve zoekschrift en de duizenden die zij volgens < hieraangehechte geloofsbrieven, direkt vert genwoordigen, maar geheel ons Volk zal Ut Eksellentie dank verschuldigd zijn. Met de betuiging onzer biezondere hoogao! ting, enz. Dit verzoekschrift wàs ondêrtekend door : drietal afgevaardigden uit elke Provincie, u naam van aile ondertekenaren der geloof b ri even. Nadat de aanwezigen door het opsteken d' handen haar goedkeuring aan de petitie ha1 den gehecht, werd nog een schrijven van m vrouw Steyn voorgelezen, waarin deze c wensch uitsprak, dat de deputatie haar do zou bereiken, waarna de stoet, ruim 4000 vro wen, zich naar het Unie-gebouw begaf, terw: de deputatie door Lord Buxton, den gouve neur-generaal, werd ontvangen. Lang moesten de vrouwen in het Unie-g bouw op den uitslag der zending wachte: 't Werd laat over vieren. Maar geen ongedn dig woord werd gehoord. Eindelik tegen ha vijf werd bij 't spreekgestoelte ruimte g maakt, en statig trad de deputatie naar vore: Mevrouw Joubert en mevrouw Eloff vooro; •dan volgden de drie afgevaardigden van < Vrijstaat, de drie van de Kaap, de drie va Natal en ten slotte ds. Greyvenstein, die c deputatie aan de Gouverneur-generaal ha voorgesteld. » Door één drang bewogen, stonden allen o; geruischloos bijna, dadelik in strakke luist ring. Mevrouw Prof. Muller trad naar vorc en sprak : ,,Moeders van Zuidafrika, die Goevernei het ons heeltemaal vriendelijk ontvang. Hij hi egter gesô, dat dit nie in sijn mag is nie o dalik antwoord te gêe. Die versoeksohrift mo< eers door. hem aan die ministers voorgelê wori want huile alleen kan beslîs. Die Goevernei sal ons so spoedig molik antwoord gê, bi kien morre. Ons het gesê : die deputasie sal n huistoe gaan nie, die deputasie sal vir die an woord wag." Dr. Gey van Pittius herhaalde met zwai stem 't gesprokeno. Om evenwel allen te b reiken ging 'n deel der deputatie eerst na? de linker vleugel van 't gebouw en daarr naar den rechter, om ook daar verslag uit -brengen.Mevrouw Genl. Joubert, die was achterg' bleven, stapte naar de balustrade en ke€ naar 't ple-chtigste wat ooit Pretoria te aai schouwen had — deze grootse menigte vroi wen, van wie vriendelike groeten uitginge naar deze voortrekster. In herkennen groet" deze 85-jarige hartelik terug. Stil als de statige schare gekomen wa ging 't nu bergaf naar 't ÏCerkplein. Vek dood-moe, verkozen do trem om zich daarhec te laten brengen, zoodat de stoet welke < stad introk, zeker tôt op twee-derden geslo: ken was. V'ele ouden van dagen trachtte me over te halen ook van deze trem gel egenhe: gebruik te maken, maar ongebroken klon 't terug: ,,Wat maak dit? Ons generaal s vier jare, kan ons dan nie loop vier ure aie? En dapper lounden zij 'n ietsje zwaarder < vrienden-armen. Dezelfde mannen en jong lingen, die tôt nu toe gezorgd hadden vo< lafenis, liepen ook tans langs de rijen emmers water en drinkbekers. En de stoi werd begeleid door mannen die zich vrîjwill de ongevraagde taak niet hadden willen lat< ontnemen.om te^en molest te waken. Op 't Kerkplein aangekomen, richtten aile zich naar de steenen trappen. waar de d' putatie zic-h had opgesteld. Hier sprak mev Roos dank aan allen uit voor hun deeln ming aan deze tocht en nog eens herhaalc m) 't antwoord van Lord Buxton. Later is er in den Dierentuin receptie g weest. Mevrouw Joubert en mevrouw Eloff, < beide gastvrouwen, namen plaats in de m' ziektent, en om deze verzamelplek schaa den zich allen, die in bewondering opzagt naar die twee vrouwen, die 't plan had de geopperd, dat sterke weerklank in de h art* van 50,000 afrikaanse vrouv/en had gevonde: De heer Jan Joubert heette allen welko namens mevrouw Joubert en mevrouw Elof waarna Ds. Neething in gebed voorging 0 daarna mevr. Ds. van Broekhuizen verzocJ 'n woord te willen spreken, omdat zij gra£ zo spoedig mogelik naar 't Hof wilde gaa: waar de zaak van haar man voor ^was. Mevr. van Broekhuizen gaf 'n heldere ve gelijking : 't zaadie in de koude grond geleg ontkiemde. En eenmaal boven de aardoppe vlakte gekomen, zou 't groeien in voile zonn scliijn, sterker worden, toenemen in pracht < kracht. ,,En dat dik zaadje'zal groeien, d. dit ailes niet 'n droom is, ik wijs op giste Was daar roem te oogsten, waren daar bete betrekkingen aan'de "■mannen of zonen te b zorgen? Neen, eerder konden zij hunne b trekkingen verliezen, eerder was er kans b spot te worden". Spreekster dankte ten slot voor de sympathie haar be wezen, die zij noc zou vergeten, tôt 't einde van haar leven nie Nu werden telegrammen, te veel om aile noemen, voorgelezen, enkele humoristies al ,,Waar» de man van vreze trilde, s'treed < vrouw"; vele : ..Wij denken aan U" ; uit K kamas: 2,Van 300 vrouwen 'n groet; en lie ie bode; de Kweekschool-studenten van feteUen-bosch : ,,De God van Vechtkop en Bloedrivier e- zegene Ûw edel werk." r- Mevr. H. Steyn vroeg dan of zij misschien ig nog eens de boodschap van Mevrouw Président e- Steyn zou voorlezen, ,,ja, ja", klonk 't uit de 1- kleurige, fleurige vrouwenkrans rond de tent. tr En nadat zij dit had gedaan, sprak zij zelf : j ?s ,,Mede-moeders en dogters! U sal mij verskoon, ij ik is nie 'n spreekster nie, maar mij hart is | dat van 'n moeder van seuns'. En als moeder j r- het ik 'n groot versoek aan U. Dio stadsbe- j [e woners voel dit nie so sterk nie, maar ons kin- 1 n ders word van ons volk, ons geskiedenis ver- | Lr vreem. Ik sal nie se nie, die skole wat huile j it besoek, is daar die skuld van; ik sal ook nie 1 > se nie, dis die skoolmeester s'n skuld. Misken I !- is dit die moeders huile Neie skuld. Maar die j g. kinders leer huile geskiedenis dor vreemde en ons moet dit in die aand thuis doen...... dor ons eie taal. Menigmaal vra mijn seuntje : r0 "Waarom is de Wet s'.n naam altijd op moeder d s'n lippe? En ik vertel vir huile van die kam-p pe, waar ons waans vol met kiste, klein en | groot, het sien voorbij trek, en ons het geswijg. , ,k Ogtend aan ogtend het ons die honderde kiste naar die grafte sien breng, sonder dat die va-1(y der of moeder daar agter volg, en ons het ge- , le swijg. Ons het gedenk : So lang de Wet veg, ! y. is dit goed. Moeders, ons het die toekoms van , J die land in hande. Die taal is ons toegestaan, ia laat ons vasstaan. Laat ons die foute wat ons begaan het, vergeet, maar goed maak." n ,,Mevrouw de Wet. Is Mevrouw Generaal de Wet hier? Ons wil Mevrouw de Wet sien", s :>onk 't daarna dooreen. 1q En mevrouw de Wet kwam 't trapje op en >0 richtte zich tôt haar zusteren : ,,Tcen ik gister in die ojîdog saamloop, het ik swaar gekrij, want mij bene is zwak en mij ' voete kan mij nie al te goed dra nie. Maar als I ik dan wanhoop en uit die stoet wil gaan, a_ dan sie ik voor mij die kleur van mij land, -A die oranje van die Vrijstaat, en als ik agtei mij kijk, sie ik die grote skare en moedig is . ik op mij sere voete verder gegaan. Ik dank julle almaal voor die opoffermg. Jullie moet 71 met ons, dit toon julle opkoms, en als die l Heer met ons is, wie kan dan teen ons weesf' En als 'n bezielde vreugdekreet klonk uit S" de menigte de stem ener brede moeder: Die God van Daniël leef nog, die God van Daniel 1 leef nog! l~ Aangedaan luisterde de schare naar de tril-r lende stem. ^ _ , Dan sorak mevrouw Genl. de la Rey : ,,Mi]n man wat s'n laatste droppel bloed voor sijn m la'hd sou het wil gee, het sij^ asem uitgeblaas en is nie meer nie, maar ik sê voor jullie: Als L'" God S'n aangesig no u voor julle verberg, daar sal 'n tijd kom dat Hij weer S'n ligt laat skijn. "" Hij het ons gehoor." î" Uit de menigte werden nu de namen ge-roepen van vele vrouwen die zwaar getroffen waren in deze dagen. Zij allen werden door 3~ de heer Jan Joubert voorgesteld, en vele lian-1" den wuifden hen toe. _ . Een der aanwezigen riep in bewondering: 16 Née man, dio vrouwens \an die gevangene is n al te mooi. 7 Hartelik lachte men. d Het procès tegen ds. Van Broekhuizen, e- j)0 Zuid-Afrikaansche bladen bevatten n groote verslagen van het procès tegen ds. van Broekhuizen. ir Zooals men weet, i s hij tôt twee jaar ge- 't vangenisstraf veroordeeld. Do zaal, gevuld t n met belangstellenden, stond, aldus het ver- j -t korte verslag in de ,,Volkstem", gedrukt op, 1> toen 't vonnis was gevallen. Lr Wat nog te vertellen van 't getuigenver- 3- hoor. Do verdediger zeide gistei : „Was hier i© n engels hof, twee der kroongetuigen zouden t-. reeds voldoende zijn geweest om bekl. van rechtsvervolging te doen ontslaan." Doch t ■e Hof weigerde hedenroorgen 5t verzoek van 2- verdediger om ontslag, omdat er zijns inziens -i" geen zaak tegen bekl. was. a De Staatsprokureur zeker van zijn zaak, ;e was kalm vernietigend in zijn aanklacht. De verdediger maakte 'n vergelijking met 3- de rechtspraak in Rusland. Het Hof zat er k onbowogen bij. Verdediger sprak van de grote 1- vriendschap van bekl. voor Genl. Beyers, n 1- vriendschap sterk als staal voor de man die n hij tevens bewonderde — bekl. zag hier de e rechters fier aan, evon te voren had hij 't ook zelf gezegd : ,,ik zou mijn leven voor Genl. 5, Beyers hebben gegeven." Die vriendschap had 11 hem de Generaal doen volgen. n Dr. Krause met zijn macht over woord en [e stem bracht ook nu weer 't publiek onder de 1- betoovering van zijn geest en gevoel. Maar de n rechtbank kon liem niet zijn overtuiging op- d dringen, dat ds. Van Broekhuizen onschuldig k was en dat hem geen daad was ten laste ge- it legd, *die zijn schuld bewees. " Bekl. zelf had waardig en met heldere uit- ip eenzetting " der feiten en beweegredenen zijn 3- verklaringen gegeven, liet zich geen oogenblik >r van de wij's brengen door ^e strikvragen van »t den Staatsprocureur. ît Toen 't vonnis was geveld en bekl. werd cr weggevoerd, wachtte 'n groote schare hem aan 11 de achterwerf op en toen hij naar buiten trad en in de tronkmotor werd weggevoerd. zong n men hem t<5e: Dat 's Heeren zegen op U daal. 3. Onder de getuigen van heden was ook Mi- r nister De Wet, die even 'n verklaring kwam afleggen betreffende 'n brief door bekl. aan [e de Regeering geschreven na 't^bezoék van hem met Genl. Beyers aan Près. Steyn en waarin 3_ bekl. zijn bemiddeling aanbood om de menschen te bewegen naar huis te gaan. De ondervraging. |e en de beantwoording waren thans in 't Hol- 2 landsch. t._ Genl. Do'Wet en Genl. Kemp waren in t n Paleis van Justitie aanwezig, maar werden n niet voor de verdedigfng opgeroepen. 11 Cenls. De Wet en Kemp to Pretoria. 1. m Hedenmorgen, meldt de ,,Volksstem" van 6 f, Augustus, kwamen met den trein van 9.20 uit n Johannesburg hier aan Genl. De Wet en Genl. it Kemp, om getuigenis af te leggen in de zaak •g van ds. Van Broekhuizen. Zij waren begeleid 1, door 'n tweetal bewakers. Op de statie was 'n groot aantal vrouwen r- aanwezig, die Woensdag hadden deelgenomen 1, aan de betooging en met den trein van 9.40 r- zouden vertrekken. Nauwelijks kwamen de s- l>eide generaals in 't zicht, of de vrouwen 'il drongen naar voren en voor de bewakers 't it hadden kunnen beletten, hadden zij Genl. De r. Wet en Genl. Kemp in hun midden genomen •e en brachten zij hun 'n opgewonden ovatie. De e- bewakers waren machteloos dit te beletten, e- doch de beide generaals maakten spoedig 'n e- einde aan de beweging en stapten naar buiten, te waar de gevangenismotor wachtte. De vrouwen it wilden evenwel niet dat Generaal De Wet en t. Generaal Kemp daar zouden instappen, om- te singelden hen weder en brachten hen in hun 5 : midden weg in de richting van de tronk. le Inmiddels was er blijkbaar om versterking a- naar de tronk getelefoneerd, want weldra .1- kwamen er meer bewakôçs, opdagen en ^werd t geleide van de beide generaals verder over- gelaten aan de bevoegde macht. — ■ Het nieuwe Grijsboek. Van het nieuwe Belgische Grijsboek be-helzen de Engelsche bladen uittreksels. Wij ontleenen er aan het volgende: De Belgische gezant te Berlijn maakt melding van een incident, dat toont dat het Duitsche département van buitenland-eche zaken en de oorlogspartij te elfder ure het niet eens waren. Het incident kwam voor op 1 Augustus, den dag, waarop het Duitsche ultimatum aan Rusland afliep. Op dien dag schreef de gezant aan zijn regeering : ,,Te zes uur 's avonds, toen e:-nog geen antwoord was gekomen van Pe-tersburg op het ultimatum van de keizer-liike regeering, begaven de heeren Von Jagow en Ziinmermann (staatssecretaris en onderstaatesecretaris v|in buitenlandsche zaken) zich naar den kanselier en den Keizer. teneinde nog uitstel te verkrijgen van de order tôt algemeene mobilisatie heden. Maar zij moeten zijn gestuit on het onwan-kelbaar verzet van den minister van oorlog en de legerhoofden, die den Keizer de nood-lottige ge volgen van een vertraging van 24 uren onder het 00g brachten. Er wordt gezegd, dat de Keizer misleid is en dat hij listiglijk tôt de overtuiging is gebracht, dat hij al het noodige deed om den vrede te handhaven, terwijl Rusland beslist op oorlog aanstuurde." Deze opvatting wordt versterkt in een bericht, waarin de Belgische gezant mede-deeling doet van een gesprek, dat hij op 5 Augustus met den heer Zimmermann had. In antwoord op de' vraag, hoe de Duitsche regeering België 11a zoovele jarèn van vriendschappelijke betrekkingen kon be-handelen zooals ze wilde doen, verklaarde de Duitsche onderstaatssecretaris alleen, dat het departemen^ van buitenlandsche zaken machteloos was. Sedert de mobilisatie-order door den Keizer was afgekondigd, was aile macht overgegaan op de militaire autoriteiten. Zij waren het die oordeelden dat de inval in België een oorlogsnoodzaak was. En de gezant zegt dan: ,,Ik heb den indruk, dat de heer Zimmermann met zijn gewone oprechtheid tôt mij sprak en dat sedert het begin van het Oostenriiksch-Ser-vische conflict het département van buitenlandsche zaken voor een vredelievende op-lossing was en dat het niet aan dit département heeft gelegen dat zijn opvattingen eu adviëzen niet werden gevolgd." Een zeer belangrijk document is een tele-gram van den gezant te Berlijn per koerier naar zijn regeering gezonden en gedatesrd 26 Juli 1914. De gezant zeide: ,,Herhaalde besprekingen die ik gisteren had met den Franschen ambassadeur, de Grieksche en Nederlandsche gezanten en den Britschen zaakgelastigde gaven me den indruk, dat het ultimatum aan Servië een ..coup" is tusschen Weenen en Berlijn voorbereid of liever hier uitgedacht en te Weenen uitge-voerd. Dat is juist het groote gevaar. De wraak voor den moord op den aartshertog-troonopvolger en voor de Pan-Servische agi-tatie dient slechts tôt voorwendsel. Het eigenlijke doel is naast de vernietiging van Servië en de Zuid-Slavische aspiratiën om een doodelijken Rlag toe te brengen aan Rusland en Frankrijk, in de hoop, dat Engeland buiten den strijd zal blijvem Ter rechtvaardiging van deze opvatting herinner ik u aan de meening, die in den Duitschen generalen star overheerscht, dat een oorlog met Frankrijk en Rusland onvermijdelijk is en niet verre meer — een meening waar-toe de staf ook den Keizer heeft weten te brengen. (In het grijsboek zijn deze regels ook gecursiveerd.) Deze oorlog, vurig verlangd door de militaire en al-Duitsche partij, kan nu worden ondernomen, rrieent deze partij, onder voor Duitschland zeer gunstige omstandigheden, die wellicht zich niet zoo spoedig weer zullen voordoen. Duitschland heeft zijn militaire verster-kingen volgens de wet van 1912 voltooid en aan den anderen kant, is het overtuigd, dat het niet tôt in het oneindige den .wedstrijd in bewapenîngen met Frankrijk en Rusland kan voortzetten. daar dit het zou ruïneeren. De Wehrbeitrag was een teleurstelling voor de Keizerlijke regeering, aan welke nu de grenzei_ vau den nationalen rijkdom zijn gebleken. Rusland heeft, voor het zijn militaire reorganisatie heeft voltooid, de foùt begaan zijn kracht te veel bloot te stellen. Die kracht zal over eenige jaren ontzaglijk zijn, nu echter mist het nog de nood.za.ke-lijke spoorweglijnen. Wat Frankrijk bo-treft, de heer Charles Humbert heeft ont-huld, dat het aantal zware kanonnen on-voldoende isj en dat is juist het wapen, dat, naar het schijnt, het lot der veldsla-gen zal beslissen. Engeland, eindelijk, dat de Duitsche regeering twee jaren geleden zonder eenig succès Van Frankrijk en Rusland heeft trachten te scheiden, is verlamd door bin-nenlandsche scheuringen en door de Ier^ sche twisten. Het bestaan van een gecon-certeerd plan tusschen Berlijn en Weenen wordt in de oogen van mijn collega's en van mij bewezen door de hardnekkigheid waarmee de Wilhelmstrasse beweert, dat het geen kennis had voor Dinsdag 1.1. van den tekst van de Oostenrijksche nota. Het was ook op Dinsdàg dat die tekst i te Rome bekend werd, hetgeen de veront-i waardiging en ontstemming van den Ita-; liaanschen ambassadeur hier verklaart. 1 Hoe kan men aannemen, dat deze jiota, die als het ware bestemd is om den onmid-dellijken oorlog onvermijdelijk te maken, zoowel door de buitengewone scherpte van de eischen als door den korten termijn voor de uitvoering aan het kabinet te Belgrado gèsteld, zonder medeweten van de Duitsche regeering zou zijn opgesteld en zonder haar actieve medewerking, nu zij zoo ern-stige gev_q1 gen_nioetjnedebrengen ?

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Amsterdam van 1900 tot 1916.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes