De waarheid: socialistisch weekblad

1967 0
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1918, 05 Mei. De waarheid: socialistisch weekblad. Geraadpleegd op 16 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/z892806v50/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

11 Jaargang N* 18 Pï^s : 10 Gentlemen Zondag 5 Mei 1918 DE WAARHEID Orgaan van den " Vrijen oroci alistenbond — Aile br iefwisseimgen te zen-den riaar : FOi. DE WJTTê, Verspy anstraat, IO, Gsnt, verantwoordelijke uitgever. " ■ ■ ■ ' 1 . .. 13BB—m—tg—b «w? ■ iiin'wwmii " "n '■ »»»«i —1 1 .i. " i" i1 , . j. i i., m1)1, 'i.. ., m m.i.i. . i i i. m HMggsM-a———sbm»—n. ■ mm • iwn, «uni i"u«un'.n h i maatM m Eënie neians m «eni H'et gebruik, eetiige jaren geleden in voege gekomen, om de Stadsbedienden en werklieden verlof te geven, ten einde Eerste Mei te kunnen vieren, is dit jaar gehandhaafd. Dit gebruik is, zooals men weet, tôt stand gekomen door de intrede der socialisten in het Schepencollege. De Vlaamschgezinden hadden er zich in hunne wekelijksclie openbare vergadering met groote meerderheid vôôr verkltard, on-danks het verzet van een aantal katholieken die in het Arbeidsfeest nietanders wildenzien dan een socialistisch feest, wat het ook oor-spronkelijk was. Zelfs kan men zeggen dat het in den aan-vang, het werk staken op 1= Mei, door de ontwerpers en voorstellers op het internafio-naal socialistisch congres van 1889, niet als een feest bedoeld werd, maar wel als een wapenschouw der troepen in den klassen-strijd.De meerderheid der socialisten verkeerde toen nog in de illusie dat de sociale revolutie aanstaande was. Frédéric Engels, op wie de profetenmantel van Marx was overgegaan, voorspelde de val der kapitalistische heer- ! schappij vôôr het einde der eeuw. En Bebel stelde zelis 't jaartal precies vast, n.l. 1898. De staking op Eerste Mei moest dienen om de aanhangers te tellen, en om door het zicht van hun aantal de weifelende en zwàkken mede te slepen, en aldus te zien wanneer men den grooten stoot totomverwerpingder kapitalistische maatschappij zou kunnen wagen. Geheel klaar werd dit evenwel niet open-lijk uitgesproken, om de goede reden dat dit voor vele leden van het congres gevaarlijk ware geweest, daar dit in strijd was met de wetten van hun land. Daardoor heerschtteer in de bespreking van dit punt nog al veel verwariing. Zij die bang waren wilden er wel in mee dcen, op voorwaarde dat demanifes-tatie de tiaam zou krijgen van een poging tôt het bekomenvan hetachturenwerk. Ande-ren wilden er een feest van maken tôt het hu'digen van den arbeid, en nog anderen stelden voorop de verbroedering aller volke-ren, die den eeuwigen vrede in zich sloot. Ten slotte ging men uiteen met het een-drschtig voornemen overal zooveel mogelijk het werk dien dag stil te doen leggen, maar elk er de beteekenis aan te geven die het zeden, toestanden en wetten van N;?r'n:;te d* j iren verliepen, verdween rnetr en meer het geloof aan een sociale omwenteliffg en werd de Eerste Mei overal gewijd aan den eisch om het schturenwerk, hulde aan den arbeid en den wereldvrede. Allen om te onschuldiger doeleinden, waarbij aile menschen van wat rang, stand, geloof of politieke kleur zich kunnen aansluiten. Zijn het deze overwegingen die ons nieuw schepencollege en de meerderheid der Vlaamschgezinden bewogen hebben door hunne deelname het feest van den arbeid mee te vieren ? O: vreesde men de talrijke schaar bsarnb-ten en aibeiders der stad, die er reeds aan gewoon zijn dien dag vrijaf te krijgen, te ontstemmen ? Wij weten het niet en gelooven het eerste, en men heeft er wel aan gedaan, volgens ons. Zeer waar is het, wat de Vlaamschgezinden in hun strooibriefje aanhalen : « Er ligt in den arbeid een eeuwigdurenden zegen. Arbeid bedwingt onze driften. Arbeid wekt onze sluimerende krachten. Arbeid maakt beter, sterker, schooner. Arbeid adelt. Wie het werk veracht kan nooit gelakkig zijn. Luiheid is des duivels oorkussen. In den arbeid ligt genot, macht en vooruit-gang. De arbeid is de bron van aile goed. » Dit ailes is zeer waar, en is bovenal waar voor handen en geestesarbeid. De machinale arbeid, die meer en meer de handenarbeid verdringt, en voor de huidige maatschappij een zegen is, dreigt een vloek te worden voor den arbeider. De oude handwerker die een meubel of kleerstuk, een trap, slot, vuur, enz. enz. maakte, alleen met behulp van zijn handge-reedschap, vond in dien arbeid een genot dat aan velender tegenwoordigearbeiders onbe-kend is. Wat vreugd bijvoordeeld kan de arbeider aan zijn -werk beleven, die een ganschen dag aan een boor, schaaf, zaag, polier, of ander mschientje staat ? Qeen enkele geesfesinspanning wordt hierbij van hem vereischt, en op de vol-maaktheidof schoonheid van het aldus ver. vaardigde geheel heeft hij geen enkele aan-spraak.Zuiken arbeid moet geestdoodend en ver-velend zijn. Ook is den tegenzin in den arbeid die in de laatste halve eeuw onder de werk-lieden zoo zeer is toegenomen, daaraan toe te schrijven. Van' daar ook de steeds luider wordende roep naar vermindering der werkuren. Op zuiken arbeid zijn de schoone spreu-ken, hooger aangehaald, moeilijk toepasse-lijk, en wil men den arbeid door allen doen eeren en liefhebben, dan zal de maatschappij er moeten voor zorgen dat de arbeiders er niet langer geestelijk door neergedrukt worden.—o— MATRASSEN IN K0N1JNHAAR, Engelsche beddens, G. J. Dumortier, Gebrs., Hundelgemschesteenweg 289, Ledeberg en Lange Munt, 16, Cent. aienei. wenuuuzeniunas mn usni (5e vervolq) Het Bestuur en zijne werkingen Einde 1914 was er kwestie van den onder-stand geheel en al ten laste te leggen van de Stadskas van af 1915. Een Bcsturend lid vroeg ter zitting om af te zien v*n aile voorrechten en elkeen, ge-troffen door de ciisis, op dezelfde voet te behandelen, hierop steunende : Dat het Sted. Werkloozenfonds nooit den weg had open-gezet voor onafhankelijke werklieden welke, door zekere omstandigheden, zich niet kunnen noch willen verbinden »an politieke par-tijen.Deze kreeg voor antwoord : « Heden zijn wlj de baas en doen zooals wij willen; wanneer gij een s de baas zult zijn dan kunt gij het doen naar uw zin !» En het gebeurde aldus dat de vraag om de Stadskas open te zetten naar believe der syndikaten, door de Gemeenteraad werd goedgekeuid — in 't belang hunner kiezers — op voorwaarde : dat zij voortdurend weke-lijks van die ondersteuningsgelden een deel afstaan voor hunne politieke propaganda-kassen door Schepenen en Gemeenteraads-leden beheerd. Zulk misbruik van mgchj is niet alleen af te keuren, maar kan vervolgd worden vol-gens het Slrafwetboek. Tegen de schandelijke politieke dwang richtte « De Voorzorg » het volgend schrijven aan den Gemeenteraad : Aan het College van Burgemeester en Schepenen en Gemeenteraad van Gent. Achtbare Heeren, Wij ondergeteekenden verzoeken U, om bij de bespreking'over het Sted. Werkloozen-■ fonds, tôt wijzigingder statuten, te willen in acht nemen dat talrijke werklieden weerhou-den zijn deel te nemen aan syndikaten, vooral omdat zij er geheel en al afhangen van de grillen der leiders en verplicht zijn afstand te doen van hunne vrijheid van denken en han-delen.De uitsluiting aan een syndikaat, zelfs de onredelijkste, of verplicht heengaan, heeft 'voor gevolg dat al de gestorte gelden verlo-ren zijn en dat tevens de toelage der Stad aan de steeds bezorgde werklieden wordt ont-zegd.Te raeer schrikt het ons af, omdat men in de syndikaten voor het Werkloozenfonds niet kan aangenomen worden, zonder vooraf geld te storten tôt andere doeleinden en wanneer men het niet kan volhouden, ook uitgesloten wordt van het Werkloozenfonds, soms op het oogenblik dat men aanspraak maakt op de toelage der Stad. Wij hopen, waarde Heeren, dat gij zult voorkomen dat werklieden tôt speelbal zou-den dienen van leiders, die ons tôt onbezon-nen d*den verplichten in strijd met de wet-tige vrijheden. Het is redelijk dat de gelden door de Stad geschonken moeten dienen voor al de werklieden door werkloosheid getroffen, die in de kracht van het mogelijke bezorgdheid betui-gen tôt het voorkomen van tegenspoed in het leven. Immers, achtbare Heeren, de bezorgdheid strekt zich uit op velerlei wijzen en elk vol-gens de behoefte. De meest aangemoedigde en rechtvaardigste toepassing tôt tegemoet-koming is deze tegen den ouden dag, door tusschenkomst van den Staat. Wat kan men meer eischen van den huis-vader, bezield met de bezorgdheid, zijn gezin tegen den ouden dag 1 frank daags te verze-keren ? Door zijne bezorgdheid ontlast hij het Weldadigheidsbureel, wiens tekort jaarlijks vergroot en door de Gemeentekas moet ge-dekt worden. Waarom zou men die lieden uitsluiten van de hulp in geval van werkloosheid ? Waarom ze dan nog verplichten geld te storten in syndikaten vol onzekerheid ? Talrijke redenen van verzet, te lang om te melden, kunnen nog worden aangehaald. Daarom richten wij ons tôt U, met verzoek het voorrecht der syndikaten te verwerpen en integendeel te bepalen dat geene drukking mag uitgeoefend worden tegenover werklieden, deel makende van een werkloozenfonds, en geene andere stortingen mogen geeischt worden dan deze voor het fonds bestemd. Tôt dit rechtvaardig doel, wenschen wij de aanvulling aan de statuten van 22 Februari 1904, als volgt : 1* Tôt aanvulling van art. 6 : « De erkenning of aanneming eener veree-» niging kan slechts geidig zijn dan wanneer » hare statuten uitdrukkelijk bepalen dat het » Fonds geene andere verplichtingen oplegt, » noch stortingen eischt dan diegene betref-fende de werkloosheid. » 2° Tôt aanvulling van art. 10, paragr. 3 : « Zij die aangesloten zijn bij de pensioen-» kas, onder waarborg van den Staat, en » hunne afzonderlijke spaargelden uitgeput » zijnde, zullen voortdurend de rechten tôt » steun kunnen doen gelden. » Wij hopen, waarde Heeren, dat gij, in het belang der werkende klas, deze redelijke be-palingen zult aannemen, « Namens « De Voorzorg », Baudewyn, enz. Herhaaldelijk hebben wij ons verzoek tôt onafhankelijkheidaller werklieden vernieuwd, doch vruchteloos klopten wij als aan doove-mansdeur.Zij die in de Gemeenteraad onze gedach- icu £iju uujvcii îu xuiiiuci nciu, uuo machteloos. Voor wanneer en door wie snogen wij nog gerechtigheid verwachten ? P. Baudewyn. (Wordt voortgezet). VAN ALLES WAT HIJ kent zijne < gaaian ». — Op zijn beurt is Nanci zich gaan verdiepen in het inzicht in de toekomst, even als Maeterlinck, de sccretaris van den Gentschen K'.eer-makersbond, Machiavelli, Gustave Le Bon en Sphinx. Zijne opinie heeft maar alleenlljk, zoo als het een echten rooden apostel, zooals hij is, beiaamt, het oog op de toekomst van de roode partij ; die immerï is scheering en inslag van al de betrachtingen de man-nen van Vooruit die van en op die partij leven. Ziehier wat hij, van dit zijn standpum, voor de < naaste toekomst» voorziet en wairop hij zijne vooruitzichten < staaft : « De werkende klasse, schfcjft Nand, is als zooda-nig (!) noch sl«cht noch dom; de waarheid is veeleer dat zij meest al de noodige gegevens mist om hare overluiging te vormen en ook wel tijd en lust om hare sociale keniissen te verrijken. Zijn wij hiervan grondig overtuigd, dan is zulks voor ons eéne kostelijke vin-gerwijzing o.p den weg van strijd en'propaganda dien wij willen opgaanî » In andere woorden, wanneer wij grondig overtuigd zijn hoe weinig onze « gaaiei; » van de maatschapi e-lijke en staatkundige dingen afweten, da'i kunnen wij ze gerust den weg opdrijven dien wij verkiezen. En hij voegt eraan toe dat na al de ontgooehelingen welke de « gaaien » sedert viîr jaren hebben opgeloo-pen < de partij, die goed op haar pooten stond, nog geenszins is ontredderd, en dat alleen is van aard, jubelt Nand, om ons dubbel moed in te spreken en ons gereed te maken omop het eerste appel, klaar en geest-„ driîtig te roepen : prétérit! » Nand, die in zijne artikels. beweert dat de oorlog J aan.de gemoedstoestanden ni,et zoo veel zal veranderd hebben, als sommige denkersi verwachten, schijntzelve uit den oorlog aïs € onverbeterlijke politieker » te voor-schijn te zullen komen. Hij ook, evenals vroeger de Bourbons, schijnt niets geletrd en niets vergeten te hebben. Hij kent zijn gaaiën, maar,niet zich zelven. De < Internationale ». — Van in 't begin hebben wij als onze meening te kenner; gegeven dat de wonde j door den oorlog de Internstionale toege-biacht, riet j spoedig zou kunnen geheeltf worden. Sedert hebben vele fei{en ons in die meening bevestigd. Men herinnert zich nog <!e pogingen door enkele socialisten uit neu'rale landen in het werk gesteld om te Stockholm een internationale Conferen'ie tehouden voor den vrede. Ze botste af op de vijandlgheid van die regeeringen waarin socialisten als ministers zaten — waaronder de Belgische — en die hierin gesteund • werden door de meerderheid hunner partijgenooten. Kende men vroeger geen ar.-dere vijanden dan de kapi-talisten — in woorden — nu was de gewezen broeder • van over de grenzen de vijand die moest veipletterd worden. Dat het met die hatelijke gevoelens nog op geen beteren staat, toont ons hetvolgende bericht : « Onder titel « La meilleure methode» brengt L'Echo Belge met blijkbaar genoegen een bericht uit de Times ' dat meldt dat Kamiel Huysman», die zich op dit oogenblik in En^eland bevindt, zich niet naar Frankrijk heeft kunnen begeven om er ziine Frarsche partijge nooten hunne reis naar Amerika te kunnen regelen. Het Syndikaat der Engelsche zeelieden, oordedende : dat de inrlchtipg van deze reis van de Fransche en Engelsche socialisten en syndikalis'en op dit oogenblik ' ongewenscht is, heeft besloten dat de heer Huysmans ; op geen enkel schip dat bemand is door leden der Zeeliedenvereeniging de overtocht raar Frankrijk zal mogen doen. » 1 Treurig! Zeer treurig ! j Nagels met kopptn. — In een artikel.waar hij de ' vraag stelt wat onze werkende klasse aan de «naaste 1 toekomst » te verwachten hetft, maakt Vooruit's Nand eerst en vooral de rekening van wat het verleden aân de arbeidende standen heeft bezorgd en hij stelt de vraag of deze toestanden inderdaad verbeterd zijn ? « Zijn onze rechten als menschen, als Belgen (van , > de Vlamingen.spreekt hij voorzichtigheidshalve niet) » nu erkend en geëerbiedigd ? » Is de geheele levenswijze der werkende klasse » niet alleen verbeterd, maar gewaarborgd tegen de » menigvuldige, pijnlijke onzekerheden waaraan zij » gestadig was blootgesield ? » Het antwoord schrijft Nand zonder aarzelen, zal onveranderlijk luiden: « daar is aan onzen toestand als onderdrukte, uitgebuite, miskende klasse nitmendalle veranderd. En zoo is het inderdaad» (!!!) Zoodanig is dus volgens de bestaviging van Vooruit's Nand zelve de bilan, van «Vooruit » ten opzichte van de arbeidende standen: niemondalle? Maar er is eene andere «werkende klasse », deze der roode oppervogels voor wieer zeer vetl veranderd is: deze zijn op hunne beurt, langs den rug der aibeiders opgeklcmmen tôt groot-nijveraars, groot-handelaars en Arbeids-bankiers. Voor hen ziet de « naaste toekomst » er niet-zoo don-kër uit! Een afgestorven medeburger. — Vooruit's lijkrede over Pieter Daens, die over eenige weken overleed, bevatte de volgende sappige volzinnen : « Men weet dat Woes'.e de grootste vijand was van Pieter Daens, en de laatste in 't parlement niets liet voorbijgaan om Woeste in de rede te vallen en af te breken. Met Pieter Daens verdwijnt eene groote steun der kristen-demokratie voor het arrondissement Aalst. Ver geven wij hem de tegenover de sociaal demokratie be-gane zonden. Dat hij in vrede ruste. » De grootste zonde van wijlen Pieter Daens, die aan den aarts-voorstander der kapitalisten Woeste, naar de getuigenis van Vooruit zelve, manmoediger het hoofd bood en niet, zoo als de rcode apostels van Gent, met hen verbonden en kartels sloot, was dat zijne door-tastend democratische en vlaamschgezinde propaganda het «gaaiën vangen » aan de roode beunhazenin 'tland van Aalst zeer moeilijk had gemaakt. Daarom : requies-cat in pace ! Een vraagje. — De loonkwestie besprekende, die volgens hem aanstonds — voor na den oorlog — tusschen werklieden en bazen zoude moeten geregeld en vast-gesteld worden, schreef gèzel Aug. V. d. Brugge, in het rir van 27 Maart 1. 1. van Vooruit : « De patroons willen ons ook voldoening geven na d,en oorlog en als de menschelijke bedrijvigheid nor-maal zal geworden zijn. Dus de werklieden moeten wachten! Zij moeten aan het loon blijven werken van vôôr den oorlog, ondanks dat de4evensmiddelen tien dubbel in prijs zijn gestegen. De menschen moeten uitgeput zijn tôt het uiterste. EhweJ, beste Heeren, wij aanvaarden dit niet. Door uwe houding van heden zullen de werklieden zich gereed maken om, van als het oogenblik gekomen is, een bcslissenden maatregel te nemen die tegen u keeren zal. Wij durven nochtans hopen dat Gij verstandiger zult zijn en van nu af de loonen zult opslaan, om trapsge-wijze, zonder stamp of stoot, aan het loon te komen dat de werklieden zullen moeten winnen, om na den oorlog in hun onderhoud te kunnen voorzien. „ Wij, en voorzeker velen met ons, zouden graag eens hooren, op staathuishoudkundige gegevens gesteund, wereld door en, voorramelijk bij ons, er zullen uitzien? Onze kolommen staan open voor de liefhebbers die daar verstandige in- en toe'ichtingen zouden willen Dver mededeelen ! Wat is démocratie? — Over een paarweken schreef een briefwisselair uit St.-Nikolaas zeer snedig aan 1 Vooruit de volgende regelen : « Oprecht droevig is het thans te moeten vaststellen j dat de werkende klasse onzer stnd zoo zeer lijdt aan ! zedelijk verval. Groot is het aantal personetr dat geen i besef meer'schijnt tè hebben van eeren deugd, en die j tiun goeden faam met de voeten treden. Niet alleen zijn het de vrouwen die een verkeerden weg betreden, talrijke mannen schijnen thans aile gevoel van waar-digheid verloren te hebben : de honger is ook een slechte raadgever. En nu willen wij nog eens herinneren wat wij steeds aan de heerschende klassen hebben verweten : ten eerste : dat zij de opvoeding en het onderwijs van ons volk tiebben verwaarloosd ; ten tweede : dat de godsdien-stige leer hoegenaamd geene beschuUing is tegen \ îedenbed rf en andere ondeugden. De blijken zijn er nu van en wij wenschen er onze stadsbestuurders geen gelukom. » Dus moet, volgens dezeji briefwisselaar, het volk uit djnen toestand van vernedering of zedelijk verval Dpgebeurd worden door de leidende standen ; of inders gaat het riet, aangezien de volksmassa, juist iit oorzake van haren toestand van vernedering het loodige besef niet meer heeft en hebben kan om zich zelve op te beuren Dus moet men het bewind niet aan de « gaaien » overlaten, maar wel aan de beter onder-egden die weten hoe men tôt volksopbeuring kan ^eraken Dat is dus de pure verlooehening van Nand's stok-^aardje, het Algemeen stemrecht ! Wat gaan wij nog al beleven ? Evolutie. — « De apostel Nand is op den weg van -);imascus. » Aldus begroetten wij de omkeenng, welke zich in het gemoed van Vooruit's hoofdopsteller bjeek /oorgedaan te hebben, toen hij, ten gevolge van eene lanmerking op een zijner artikels, dezen eenvoudig vedervoegde dat het programma der socialistische partij verouderd en niet meer op gelijken tred met de ;volutie der toestanden was. Den stap welken hij komt te doen is er een van be-ang!Ter gelegenheid van den 80sten verjaardag van VI. Ernest Solvay, den bèkenden mi'lioenrijken nijve-aar, liet Vooruit een lofrijk artikel verschijnen, waar vij niets op af te dingen hebben — wel integendeel naar dat verwondering mig baren van wege het orgaan îener partij, waarvan de bijzonderste Gentsche profeet îens in voile Kameruitriep dat de nijveraars van België ;evergelijken waren aan debende van Cartouche en C°! Wij lezen in het artikel : « De heer Ernest Solvay heeft zijn wil te kennen gegeven : hij weigerde elke manif_statie, zelfs de meest jescheiden. Dit zal geen verwondering baren, het is ,vel in overeenstemming met het karak:er van den irooten filanttoop (!) (D*t is een groot versch 1 met ïedje, die moet gestadig bewierrookt worden —Red ). Van jongsaf aan aangelrokken door de physische lavorschingen, en alhoewel hij slechts de middelbare ichool doorloopen had, werd hij, in 1859, geroepen ot het ambt van onder directeur der Gasfabriek van St.-Joost ten-Noode. Daar is het* dat hij zijn procédé /an de soldafabricatie door de amoniak uitdacht en liet ijpen, hetgeen hemgerangschikt heeft onder de grootste nijveraars der wereld. Hij nam zijn eerste octrooi n 1861. » Het is reeds verwonderlijk Vooruu te norren ver-(ondigen dat m n, door uitdenken en bestudeeren, dus loor werken, zich kan doen rangschikken « onder de grootste nijveraars der wereld ». Maar wat nog str*ffer s voor een collectivist is dat hij er aan toevoegt : « In 1865 werd de eerste fabricatie geopend te Douillet. Men heeft berekend dat ten gevolge van het 'aarlijksche soldaverbruik derwereid en de prijsver-nindering voor den verbruiker de besparing en de iaaruit voortspruitende welstandsverhooging voor ie menschheid zich becijfert met meer dan 300 mil-ioen jaarlijks. (!) De Solvayfabrieken zijn verspreid over de geheele vereld. Geweldig rijk, maakt de heer Solvay een ver-^tandig gebruik van zijn fortuin. Beziggehouden door ie hedendaigsche sociale vraagstukken, wljdt hij ee'n icel zijner rijkdommen en zijner bedrijvigheid aan de t sociale kwestie ». Met dit doel heeft hij de prachtige nstituten van het Leopoldspark opgericht te Brussel. iij heeft er eene werkelijke handelshoogeschool van gemaakt. Ook steunde hij mild onze « Centrale voor \rbeidersopvoeding ». Sedert 1896 is hij doctor honorie causa der Vrije Jniversiteit van Brussel, welke hij rijkelijk begiftigd îeeft.» Dus neemt Vooruit hier aan dat een enkel man, loor zijn vernuft meer kan voortbrengen dan 300 inderen. Maar hoe klopt dat nog met de gelijkheid in ie verdiensten ! Een woordje ui'leg a. u. b. Nand ? Stadsaangeiegenheden KOOLRAPEN Hetuitbesteilen van een rantsoen « tuten > moest natuurlijk onder de bevolking eene zekere opschudding verwekken . en voor een paar uren 'tonderwerp zijn aller gesprekken. Zooals wij verondersteldenis de kritiek daarop niet achtergebleven. In ons laatste nummeris 3. P. reeds te paard gesprongen, die denBe-roorradingsdienst eenvoudig weg van aftrog-ïelarij beschuldigt, wat volgens hem door de svet zou moeten gestraft worden. Niets meer? Wij wilden voor onze lezers het fijne der zaak kennen en begaven ons dan ook recht-streeks naar den Ham waar wij, in afwezig-heid vïn den Bestuurder, door'n paar uiterst minzame bedienden ontvangen werden : muls in den nek, hoed op één oor, piipen die roo-ken als eene fabriekschouw vôôr den oorlog, in eene welverlichte kamer waar eene tempe-ratuur heerscht die u.,. 't waterinden mond brengt als g'aan uwe kille keuken denkt. Op onze vraag naar inlichtingen over de « tutenkwestie » werden ons hieronderstaande ophelderingen verstrekt : « Als getrouwe lezer van De Waarheid — waarvoor wij onzen raadgevei terloops har-telijk bedanken — zou ik mij kunnen beper-ken bij de vraag van « De Sprot » in de laatste bijeenkomst van « De Pijp Tabak : Hoe zoe-det gij doen ? Wete gij wa beters ? Komt er maar mtê veur den dag... Onze bestuurder dringt gedurig aan bij de bevoegde overhëid om voor de bevolking aardappelen te bekomen ; zij die hem kennen weten dat hij niet spoedig « los » laat, eens dat hij eene zaak wenscht door te drijven. Mnar de Duitschers zijn als 't schoonste meisje van Brussel, die niet meer gaf^kon geven dan 't geen zij zelve bezit. In afwachting dat er nog meer dan één aaiuajj^v.ita cai ungtucciu wuiucu zijn eene zekere hoeveelheid koolrapen — tuten — ter beschikldng van den Bevoorra-dingsdienst gesteld. Onze bestuurder heeft er geen oogenblik, maar geen enkel oogenblik aan gedacht dit aanbod te weigeren. Heeft hij wèl gedaan ? Poser la question c'est la résoudre, antwoordt elkeen aie zoolang naar de Fransche school geweest is als ik; nie-mand kan er hem een verwijt van maken dat hij de aardappelen, die er niet zijn, door een rantsoen « tuten » heeft vervangen. Defeiten zijn daarbij welsprekender dan aile bespie-gelingen : op dit oogenblik zijn al de « tuten » verorberd en meer dan één huisgezin —wij o. a. — heeft er een smakelijk middagmaal aan gehad. De verplichtirg opgelegd eerst aan de win-keliers, dan aan hunne klanten, is wederom gedaan geworden in 't belang van allen : de « tuten » waren er, zij moesten afgeleverd en verkocht worden ; de bedienden van den Ham konden niet veroordeeld worden om twee jaren lang koolrapen te eten. De handelaars, van hunnen kant, mochten er niet mede blijven zitten, sommigen geven daarvoor hunne laatste centen uit. Wij herhalen nog eens onze vraag : welke andere oplossing zal men vin-den om iedereen,»schoonmoeder inkluis, voldoening te geven? »... Vooraleer wij afscheid nemen van onzen vriendelijken zegsman, vragen wij hoe de koolrapen bij hem thuis gereed gemaakt werden"?— Samen gekookt, in stukjes gesneden als gewone rapen, met een paar aardappelen en eenige « schellekes » Amerikaansch vleesch. Er zijn verscheidene andere manieren om de « tuten » te bereiden ; persoonlijk hebben wij ze niet beproefd en geven alzoo maar de enkele die ons toegelaten heeft eens goed onzen buik te vullen.lk geloof dat onzeaan-spraken in dezen tijd niet verder reiken mogen. Daarmede was 't onderhoud afgeloopen. Aan de lezers van DeWaarheid zich datgene ervan ten nutte te maken, wat tusschen de regelen te lezen is. Rik. Witte engele AMIDON, slijfselinpotdeienBlauwsel, alsook allerbeste bruine zeep,zeeppoeder en toiletzeep-in 't groot, bij A L. CANNOODT, Antwerpschensteen, weg, 45, St.'Amandsberg. Bri@f van Pe Maerfelaere Heer Opsteller, € De mensch — zeggen de filosofen — het produkt der omstandigheden. » ... Als ik ons Eedje gadesla moej^fe&sipc jea dst zulks waar is. Hij «cbijnt $N^fPffi*?nu>3er mensch geworden te zijn." Zoo grîmmig, koud en norsch als hij vroeger meestal was, zoo vriendelijk, beleefd en voorkomend is hij that s. Om het even waar men hem ontmoet, hij is vroolijk en blij, en als hij alleen is, aan het neuriën of fluiten van een opgewekt deuntje. Dit bewijst hoe waar het is wat ik altijd heb beweerd, namelijk dat hij in den grond een goed karakter heeft en het de omstandigheden waren die dit nobel karakter een geheel andere plooi gaven, en hem van sommige dommerikken de naam bezorgden van tyran. Dit kwam doordien hij nu en dan genood-zaakt was den bullebas te spelen, te tempees-ten, te razen en te donderen als een orkaan, en ook dikwijls te moeten straffen, wat hij dan nog in de meesle gevallen niet zelf deed maar overliet aan de door hem aangestelde rechtets. En wie, al ware het een engel geweest, zou zijngeduld en lankmoedigheid niet verloren hebben bij het ondervinden van zooveel onwilligheid als waarop hij lange jaren voortdurend stuitte, in het nastreven van zijn doel : de vrijmaking der werkende klasse ? Ik zou daar een boekje kunnen over vol schrijven, doch zal mij bepalen tôt eenige gevallen, om de lezers van De Waarheid te bewijzen hoe wreed men onzen grooten vriend gelasterd heeft toen men hem voor « tyran » uitschold. Zoo was er een tijd dat hij gedwongen was aile weken de bakkers voor het bestuur te doen verschijnen, omdat het brood nooit zoo smakelijk was als de klanten verlangden, en zij niet zooveel brooden uit een zak bloem wilden halen als Eedje opgaf. Vôôr Eedje baas van de bakkerij was bakte men 131 tôt 132 brooden uit 100 kilo bloem. (Dit was nog 3 tôt 4 brooden meer dan bij de stichting der samenwetkende bakkerij, toen het den bakker slreng verboden was meer dan 128 brooden uit een zak bloem te bakketi). Eedj», die als zorgzame beheerder, ae maatschappij spoedig rijk wilde doen worden om zijn grootsche kunst en politieke plannen uit te voeren, gaf eersibevel tôt 134 brooden te gaan, daarna tôt 135, 136, en eindelijk tôt 140. De bakkers leverden het getal dat van hen geeischt werd, maar wat deden ze om Eedje te dwarsboomen? Bij elke verhooging ver-minderdtn zij de hoedanigheid van het brood, zoo dat er vele klachten van de klanten opste-gen.Wie zou zich dit laten welgevallen ? Toch geen man als Eedje, hoe goed hij ook is. Van daar aile weken bevel om voor de vier-schaar te verschijnen en zich over hunne onwil of onbekwaamheid te komen verant-woorden.Ziehier nu met wat onbeschaamde vlegels men het in dien tijd te doen had. Zij beweer-den dat men om goed brood te bakken, men niet boven een zeker getal per 100 kilo bloem

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De waarheid: socialistisch weekblad behorende tot de categorie Socialistische pers. Uitgegeven in Gent van 1906 tot 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Onderwerpen

Periodes