De waarheid: socialistisch weekblad

1130 0
24 december 1916
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1916, 24 December. De waarheid: socialistisch weekblad. Geraadpleegd op 29 maart 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/f76639mn38/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

9e Jaargang. Nr 39. Prijs : 7 Centiemen. Zondag 24 December 1916 DE WAARHEID Orgaan van den " Vrijen Socialistenhond „ Slechts hij die de vrijheid van anderen lief heeft is die zelf waardig. ALLE BRIEFWISSELINGEN TE ZENDEN. NAAR: F. Oe Witte, ¥erspyen£ ftpaat, 10, Sesit Verantwoordeli|k« Dltaever ABONNEMENTSPRIJS : Voor 3 maanden, fr. 1-25. Voor 6 maanden fr. 2-50. Voor 1 jaar fr. 5-00. — Op voorhand betaalbaar. — Annoncer! worden geplaatst volgens omeenkomst In den Slanaenkull II. We hebben verleden week vertoond, in wat voor een benarden toestand Nand ver-keerde, blootgesteld als hij was en is, aan het venijn gebraakt door de drie mytholo-gische slangen Gentenaar, Kleine Patriot en Landwacht. Wij hebben waarachtig mede-doogen met den armen kere!, en dat mede-doogen wordt nog vermeerderd door de omstandigheid dat een nieuw wangedrocht nu, op zijn beurt, zich gaat bemoeien om hem in dien afgrijselijken kuil te belagen. Dit wangedrocht is namelijk — horresco referens— eene drake, gekend als DeWaar-heid. Hit afschuwelijk beest heeft drie kop-pen : het verleden, het heden, de toekomst ! En ziehier wat gift dit ondier zoo allemaal uitspuwt aan het adres van Nand en zijn vrienden en bondgenooten : Er is in Vlaanderen eene stad, gelegen aan Lei en Schelde, die men om hare uitge-strektheid, haar bewpnerstal, hare ligging, haar bedrijf, hare nijverheid, moest aanschou-wen als de hoofdstad van Vlaanderen. Inder-daad, ten gevolge van al die hoedanigheden kon — en moest — van haar uitgaan een Ov . ' .. cp gc 'Df!\wikkchftg; den voorspoed, den vooruitgang, de geleerd-heid, de beschaving en de kultuur van al de kleinere vlaamsche steden en dorpen. Zij kon geweest zijn voor de noeste vlijt der bur-gers, boeren en werklieden dier heerlijke streek, als de wagen van Thebus voor de planeten van het zonnestelsel, eene bron van helderendlicht, van koesterende warmte en weldoende vruchtbaarheid. Helaps! Die noodlottige stad was in de macht van eene rampzalige kliek van groot-kapitalisten en vlasbarons, die op niets anders belust waren als om zich te verrijken en van dien r jkdom te genieten op de platste en kleinzieligste wijze. Een van de meesi kenteekenende « spij-tige » voorvallen daarvan waren de nachte-liike straatlullebakkerijen der zoogenaamde Esprits de la nuit (nachtgeesten), waarin de -fils-à papa de nachtpolitie — die zoo vet daarvoor betaald was: 2 fr. per nacht — straffeloos mochten tergen en uittarten « pour s'amuser un brin ». Die kiiek had geen tijd en geen lust om zich zelf met de zaken en het bestuur van 't vlaamsche volk bezig te houden, zij waren te veel in beslag gennmen met hunne geld-zwendelarijen en overi^ens met de prêt en den zwier welke dit geld hun toeliet te Brus-sel en t£ Parijs te smaken. Daardoor kwam het dat de taal van Frankrijk hun meer te pas kwam dan de taal van Vlaanderen. Maar daar het amblelijk bestuur der stad nu toch door iemand min of meer moest waargenomen worden, lieten zij zulks maar onbezorgd en min chtend, over aan de knoeierijen van eenige slimme, kneeperige, praatzieke politiekers. Deze, om hun zaakjes te drijven en hun schaapjes op 't droge te brengen, — zonder de vlasbarons aanstoot te geven — moesten maar zorgen dat al de lasten en onkosten, hunne profijijes induis, werden afgewalst op den nek der vlijtige en spaarzame middelklas. Om deze in bedwang te houden, werd er zelfs jarenlang door die slimme politiekers gespeculeerd op den steun der zoogenaamde « neering », 't is te zeggen op de herbergiers, die den kiescijns van 10 fr. betaalden. Wat zuike « politiek » kon opleveren, zal elke staatkundige zonder geestesinspanning begrijpen. ' ' ''V „ • ' ■" • • Maar de vlas-en katoenbàrons vonden het onberispelijk ! * * * Maar toen stonden er onder de werkersklas en zelfs onder de grootburgers, mannen op zooals Moyson, De Boos, Verbauwen, Van Beveren en anderen, die het met het vlaamsche volk medelevende deszelfs nooden en ellenden van dichtbij beschouwden, en wier gemoed in opstand kwam tegen zooveel ver-waarloozing en verongelijking. Z j vatten het werk aan der heropstanding der vlaamsche ' mer.igten en, zonder misschien juist te be-seffelî waarheen, was het door hun beaamde doeleinde : de groote kuisch der politieke Augiasstallen hunner gemeente ! Voorzeker, die kbene strijders waren — onzes inziens — niet immer op de hoogte van de moeilijke en ingewikkelde vraagstuk-ken welke zij opwieipen, maar hunne ver-dienste was des te grooter, van met bekrom-pen middelen, die zware taakaante durven van de maatschappelijke toestariden te ver-beteren en herin te richten, als wanneer de hoogere geleerde en onderwezen standen, de spreuk niet indachtig « noblesse oblige », hunnen plicht niet wilden vervullen. En die mannen kregen bemoedigende en verblijdende uitslagen. Door taaien arbeid en belanplooze hemoeiingen br-ariifen y-jj in d« werkende kîas en in de kleine burgerij een beetje meerstaatkundig bewustzijn tôt stand, hoe onbeholpen en verkeerd soms ook. Maar men mag niet vergeten dat die kloeke strijders, meestal ook maar werklieden waren. Na veel tasten hadden zij eindelijk hunnen weg gevonden, een samenwerkend vennoot-schap van verbruik en daarmede de middels om een blad uit te geven, dat hun wat hoo-gers opdischte dan de centenpers welke de « politiekers» van dien tijd hun voorwier-pen.Dit blad en die samenwerkirg zouden voor de vverkeflde klas eene leerschool en een proefveld wezen om hunne maatschappelijke begrippen te v'erheffen, op te klaren en te vestigen. Maar, nogmaals helaas f nieuwe « politiekers » die bij de aan 't roer — en aan 't scho-telke — zijnde « politiekers » niet binnen mochten of uitgestooten waren, lagen op den loer. De werklieden en hunne noeste voorman-nen Hadden iets tôt stand gebracht, dat uit-baatbaar, en dus ook uitbuitbaar was, en zij vielen er op als raven op een koornveld. Dat was het eerste ongeluk der vlaamsche werkliedenpartij. .v. * X- Maar die samenwerking kon ook tôt een « politiek » werktuig omgezet worden ; dat begrepen de slimme politiekers weldra. En zij richtten ze in tôt lym doeleinde en begon-nen, luidruchtig en rumoerig, de « rechten der werkende klasse » op te eischen onder den vorm van schepenzetels en andere ge-volgende aandeelen in den gemeentelijken koek. Wel stonden hier de vlas- en katoenbarons onthutst en aarzelend. Maar dewijl zij ver-waarloosd hadden de taal en de zeden hunner Iandgenooten te leeren en ze daardoor heelemaal van zich vervreemd hadden, moesten zij op den raad afgaan hunner gewene kuipende « politiekers », en deze, vreezende van hun politieke baanijes, de tenige waar-toe zij zich geschikt voelden, kwijt te gera-ken, overtuigden ze dat het eenige middel om hun macht en gezagte redden was van de wolven in den schapenstal binnen telaten. En dit was het tweede ongeluk der vlaamsche werkliedenpartij, en dit der kleine bur- gers daarbij. Sphinx. * | fOORUITIIENDE WERKLIEDEN Welke zijn dat? Volgens hen die ej moeten van leven, de leded van muUialiteiten en syndikaten —in goed. Vlaamsch, de leden van ziekenbeurzen, onderiingen bijstand en vakvereenigingen, zoo i is het vroeger heette, en ook meer ver-staar»'>aar is voor ons volk. La - i ons nu eens onderzoeken in hoeverre de bçwering der belanghebbenden — die men altijd moet wantrouwen — gegrond is. Het is buiten kijf.dat de menschen die de mogelijkheid voorzien van tegenspoed, hetzij dooÀiekte, werkeloosheid of wat ook, en er zich „willen tegen vrijwaren door wat een oud spreekwoord noemt: «een appeltje tegen den dorst overhouden », van hooge^edelijk gehaïîe zijn, van hoogere beschaving, dan hij, die zijne begeerten en driften niet kan intoqmen, ér tôt den laatsten cent aan ver-teerd, en aan het heden den dag van morgen geheel en gansch opoffert. Zoo immers doen ook de meeste diersooçten en de negers van Midden Afrika, die Stanley zooveel zorg ge-baard hebben, omdat hij hen njet aan het verstand kon brengen wat het wilde zeggen levensmiddelen te hebben voor een maand. Hij had hun goed aan te bevelen er zorg voor te dragen, oïndat, e'eris die dp, èr geeii andere meer te krijgen waren, het kon niet helpen. Als de^vracht te zwaar werd, aten zij zich eerst dik, en wierpen dan het overige weg, niet kunnende beseffen, als ze verzadigd waren, dat het slechts voor korten tijd was. Maar, of çjie werklieden die in een zieken-bond of in èë'n vakvereeniging treden wel de eenigen zijn die bewijs geven van vooruit-zicht, mag betwiifeld worden.. Zelfs bestaan er gewichtige redenen om te beweren dat er onder de niet gesyndikeerden zijn die deze deugd in hoogere mate bezitten. Hat zijn de ulk m die door e :en overles:, nie' door su "■estie, niet gedwongen, noch door anderen meegesleept, op hun eigen sparen. Deze kunnen op eigen beenen staan, en zijn dus van zedelijk en verstandelijk hoogergehalte dan de zwakkelingen die door de vereeniging tôt vooruitzicht en sparen moeten verplicht worden. Menigmaal hebben wij op'gemerkt en vast-gesteld dat die vereenigingen voor onder-linge hulp, in de laatste jaren opgericht, veeleer tôt verkwisling dan tôt zuinigheid aanleiding gaven. Vele huisgezinnen hebben wij gekend met groot inkOmen, "'aar nooit geen cent in kas was. « Voor wat zouden wij moeten sparen, zegden die eenvoudige zie-len ? Zijn we ziek, den bond is daar ; is het werkstaking, we trekken uit de vakvereeniging ; liggen we gebroken, wij hebben daarvoor het braakfonds ; zijn we werkeloos, het werkloozenfonds springt bij. Als de inleggen betaald zijn' mogen we al het overige ver-teren. » Aldus redeneerden velen. En zou deze vorm van vooruitzicht en spaarzaamheid meer aanmoediging verdienen dan deze van den enkeling? Wij meenen het niet. D ze spaarders ge-lijkende kind ren die een spaarpot moeten hebben die zij »-iet kunnen op-?ren, omdat de centen dansen in hunre> z k en zij die zoud n kunnen vers ot p n Z moeten ze aan anderen geven cm togen de bekoring. bevei'iigd te zijn. Maar daardoor gaat hitr een goed deei van het gespaarde door hen verloren. Schrijvers, bewaarders, boden, toe-en opzichters moeten er van leven. Nu nog, terwijfhet geld voor de meesten onzer zoo schaarsch is, dwingt men de syndi-kalisten voort te sparen, niet zooveel als in vredestijd, enkel genoeg om de beheerders van hun centen hun voile loon te betalen, waaruit blijkt dat de ware vooruitzienden die beheerders zijn. Zij die zelf kunnen sparen geven bewijs van wilskracht en zelfstandigheid, veelal voortkomende uit het nastreven van een hooger doel dan alleenlijk onderstand te genieten bij tegenslag of ongeluk, zij willen zich hooger opwerken in de maatschappij. De verstandigste en krachtigste individuën die wij van over vijftig en meer jaren in de werkersbeweging gekend hebben, wachtten niet lang om «vooruitzicht» aldus op te vatten : Velen werden van eenvoudig .werk-man baas, koopman, winkelier, handelsrei- , ziger, enz. Heden tracht men ook hooger te geraken, maar bij middel van baantjes in de verschil-lende bonden en syndikaten ofwel door de politiek, dus, met de spaarcenten van anderen. Daarmede zij natuurlijk niet gezegd dat vakvereenigingen en ziekenbonden er niet noo-dig zijn. Wij voor ons, en velen met ons die even als wij arme werklieden zijn, hebben ze altijd kunnen ontberen, maar wij weten ook dat de groote meerderheid zich te zwak voelt om op eigen beenen ie loopen; voor hen zijn krukken onmisbaar, en wij geven hun gelijk er zich van tebedienen. Maar men moet ons niet willen wijs maken dat die gebrekkelijken een keurkorps vormen die voorrechten moeten genieten. Wij weten ook dat er onder de niet ver-eenigden veel afval. is, wij wezen er reeds hooger op, doch niet aile vereenigden zijn vereenigd uit vooruitzicht, zeer velen zijn het door dwang, omdat het anders in vele werk-huizen onhoudbaar is. Wie weet hoe sedert de laatste twintig jaren de vakvereenigingen aan hun groot ledental gekomen zijn, weet dat we waarheid spreken. En als nnze stadhuisbazen f"e zoogenaamd gesy dik erden bevoordeeii en, is dat als solde, voor de stemmeri de er leden in de verkiezingen. Zoo iets van kies ^mkooperij in 't groot. Zoo doet ook de kliek gekend onder den naam van Tamanny-hall te New- York. Scepticus. — VAN ALLES WAT " Vooruit „ drukt het artikel over, waarbij « onze confrater M. Karel Lybaert, in den Moniteur du Bâtiment eene li.fbeoordeeling geeft over de Tentoonstel-ling « der Kunstschatten van den rooden gezel » sche-pene Coppiete^s », Daarin stippen wij aan : « Ik (K. Lybaert) wil daardoor nog eens hulde brengen aan de artistieke begaafdheden van kunstenaars, die, in hunne loopbaan, het zuur en het zoet smaakten dat fataal verbonden is aan den strijd welke aangebon-den wordt door al wie streeft naar het schoone, het verhevene, nàar een ideaal. » Wij kunnen ons niet onthouden van .erbij te voegen dat nochtans in den strijd des levens de eenen vooral het zuur en de andere voornamelijk het zoet krijgen. Ziet maar eens naar het lot dier kunstenaars waarvan de meesten in benarde omstandigheden gestorven zijn of nog leven, en naar dit van gezel Coppieters, die met hunne kunstprodukten, welke in zijn bezit waarschijn-lijk nog in waarde gestegen zijn, denMecenas uithangt! Mag men hieruitniet opmaken dat het voordeeliger is te streven naar het rood ideaal dan naar kunstidea-len? ) K. Lybiert schrijft verder dat « jammer genoeg het getal kunstliefhebbers, of beter beschermers, verre van aan te groeien, dagelijks vermindert, naarmate de mensch meer verslingtrd wordt op al wat stoffelijkis en dat winstbejag en speculafie in den geest van den begoeden mensch de plaats innemen welke zou moeti n heiligend voorbehouden wezen aan kunst, letteren, muziek en hoogere kultuur. » Zeer waar en zeer verheven gedacht, Maar, helaas, de kooplieden uit den rooden ttmpel geven hier weerai het slecht voorbeeld Zii, die het volk, zco wel den werklieden als den rijken, het voor-en toonbeeld zouden moeten geven van soberen smaak en ingetogen

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De waarheid: socialistisch weekblad behorende tot de categorie Socialistische pers. Uitgegeven in Gent van 1906 tot 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Onderwerpen

Periodes