Gazette van Gent

1669 0
24 december 1914
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1914, 24 December. Gazette van Gent. Geraadpleegd op 19 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/513tt4jw2g/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

247" JAAR. - N- 297. 5 OENTIEMEN DONDERDAG, 24 DECEMBER 1914 GAZETTE VAN GENT IMISCUBIJVINGSPBIJS: VOOR GENT : VOOR GEHEEL BELGIE : Eenjaar .... . fr. 18-00 Een jaar . . . fr. 1SC-OO 6 maanden ...» B-KO 6 maanden . . , » dt'TSt 8 maaaden ...» 3.JSO S maanden . . » » 4-00 Voor Hotland : 5 frank per 3 maanden. Voor de andere landen : fr. 7-50 per 3 maanden. NIEUWS-, HANDELS- EN ANNONCENBLAD Gesticht in 1667 BffiS&TSJUfS EH BK1>ACTIB VELDSTKÀAT, 60, GENT TELEFOON Nr 710 î)e bureelen zijn open van 7 ure 's morg fèt&& tôt 5 ure 's avonds De iuschry vers buiten de staci G ('.ut- moefeu hun abonnement nemen M en ppstkanfcoc.ro îrannér woonplaats. ■■■ Haï, i — —■— DE EUROPEESCHE OORLOG De Oorlog in Belgie en Frankrijk (Duitsche officieele mededeeling.) Berlijn, 21 december. — De Fransche aanval-l«n nabij Nieuwpoort, werden aoidermaal afgeslagen.Tusachen Richeboiirg-l'Avoué en het kanaal ▼ail Paire naar La Bassée, hebben onze troe-peu de stellingen der Engelschen en der Hin-does aangevallen. De vijandelijke stellingen werden stormenderhand ingenomen ; de vijand word met groote verliezen achteruitgeslagen. Wij veroverden een kanon, 5 mitrailleuzen, 2 mijaweipers, en nameo 270 Engelschen en Hindoes gevangen, waarvan 10 officieren. De loopgraaf, den 17 december nabij Notre-Damm» de Lorette verloren, werd door ons hemomen. lin de streek Souain Maasiges, ten Noord-Westen van Châlons, deden de Franschen gis-teren een geweldigen aanval, en rukten op ze-kare plaats vooruit, tôt aan onze eerste loopgraaf. Hunne. aanvallen werden echter door ons geschut verijdeld. De Franschen lieten 4 officieren en 310 manschappen in onze handen ; ▼erders hadden zij een groot aantal dooden. In de Argonne veroverden wij eene belang-rijke hoogite nabij Fonr-de-Paris. Wij nam en 3 mitrailleuzen, 1 revolverkanon en 275 Franschen.De Fransche aanval, met groote dapparheid gevo-erd ten Noord-Westen van Yerdun, is to-taal mislukt. De groote bedrijvigheid der Franschen voor onis front, verklaart zich door de volgende dagorde van gemeraal J'offre, van den 17 december, die op een gesneuvelden Franschen of ficier geivondein werd : "Dagorde van den 17 december 1914. " Sedert twee maanden is het, trots de ge-•Weldige en ontelbare aanvallen, den vijand niet gelukt door oins front te breken. Overal hebben wij zegepralend weerstand geboden. "Het oogenblik is gekomen, om den zwak-ken toestand van he-den te baat te nemen, na-dat wij varsterkinigem aan mannen en materieel zullen bekomen heibben. Het uur van den aan ▼al is geslagen. Wij hebben tôt thans toe de Duitsohe machten bedwongen ; nu moeten wij hunne rangen doorbreken, en ons land voor goed van de overweldigers verlossen. " Soldaten, Frankrijk rekent meer dan ooit op uwen moed, op uwe krachtdadigheid en uwen wil, om ten allen prijze te ovarwiniLeii. Gij hebt reeds overwomnen aan de Marne, aan d«n IJzer, in Lotharimgen en in de Vogeezen Gij zult weten te overwinnen tôt aan den eind-zeigeîpraal. " In Oo^t-Pruisen en in West-Praisan bleef de toestand onveranderd. In Polen duren de aanvallen tegen den vijand roort. (Fransche officieele mededeeling.) Parijs, 19 december. (Officieele mededeeling van 3 ure namiddag). — Wij hebben gisteren bet ter rein, dat wij ten Zuiden van Diskmuide wonnen, in staat van versterking gesteld. In de «treek van Notre-Dame-de-Consolation, ten Zuiden van La Bassée, en in de richting van Carency, vorderden wij meer dan een kilo meter. In de omatreken van Albert beireikten wij, niettegenstaande een hevig vuur, den prik-draad, die de tweede verdedigingslijn der Duitschera beschennde. Ten Noorden van Maricourt hebben wij een loopgraaf, die wij daags te voren wonnen, moe-t«n verlaten. In den omtrek van Marnez en Lihons, hebben wij veraoheddene Duitsche loopgraven veroverd en drie zeer hevige tegenaanvallen afgeslagen. Tem gevolge van een zeer hevigen aanval, vorderden wij bij Saint-Hubert. Parijs, 20 december. — Tuaschen de Noord-zee en de Lei, hebben wij terrein gawonnen bo-ven St-Joris, alaook ten Oosten en ten Zuiden van Ieperen. Tuaschen de Lei en de Oise, veroverden wij loopgraven op het front Richebourne-La Bassée ; ten Zuid-Westen van Albert hebben wij verloren loopgraven teruggenomen. Te Lihons werden twee Duitsche aanvallen afgeslagen. Tuaschen de Oise en de Argonne toont onze artillerie zich bedrijviger dan de vijandelijke. De oorlog aan bet Oostelijke Front (Russische officieele mededeeling.) Peitrograd, 19 december, — Geen enkele verandeiing aan deoi rechteroever der Weichsel. Onze artillerie heeft de poging van den vijand om den rechteroever der Weichsel, dicht Dobr-zin, te bereiken, verijdeld. De vijand heeft ijlinigs het eiland, die hij langs dezen kant be-zette, moeten ontruimen. Wij hebben zea boot>-bruggen genomen. De gevechten op de Bzura ontwikkelen zich. Wij heibben verscheidene aanvallen van den Duitscher afgeslagen. In andere streken van den linkeroever der Weichsel, hadden er maar voorwachten-gevech-ten plaats. Een groot deel van het garnizoen van Prze-rnysl heeft gepoogd zich een weg te banen naar Bircza, waar onze troepen met kans van bijval vechiten. BUITENLAND. ZWEDEN De samenkomst der koningen Na afreis der vorsten van Denemark en Noor-wegen, wei'd de volgende mededeeling aan de Pers overgeinaakt : De conferencie der drie koningen werd den vrijdag, 18 december, geope-nd met eene redevoering van den koning van Zwe-den : hij heeft den eensgezinden wil doen uit-schijnen der koninkrijken van het Noorden, om onzijdig te blijven, eo hij drong er voornamelijk op aan, dat het tevens volstrekt wenschelijk was dat zij gezamenlijk voortgaan in hunne krachtsinspaniiing voor de verdediging hurmer gemeenschappelijke belangen. Hij verklaarle tevens dat he.t het levendige gevoel zijner ver-antwoordelijkheid tegenover zijn volk was, die hem deed besluiten niebs te verwaarloozen dat dienstig kan zijn aan het gemeenschappelijk nut der drie koninkrijken en hij daartoe de koningen van Denemark en Noorwegen tôt deze ver-gadering uitnoodigde. Koning Akon en koning Christian ver-■klaarden zich beiden zeer verheugd over het initiatief van koning Gustaaf en drukten de hoop uit, dat de bijeenkomst voor de drie vol-keren voordeelige gevolgen hebben mocht. De vergadering edndigde den 19 december, 'a namiddags. De onderhandelingen tusschen de koningen en hunne ministena van buitenlandsche zaken, hebben de bestaande betrekkingen tusschen.de drie landen van het Noorden versterkt. Er werd besloten dat, zoo lang de omatan-digheden het toelaten, de vertegenwoordigers der drie regeeringen zullen samengeroepen worden. SERVIS" DE FRANSCHE OFFICIEREN. M en meldt dat een groot gedeelte der Servi-sche machten door Fransche officieren aange-voerd worden. De linkervleugel, die Belgra<lo heroverd heeft, bevindt zich onder het opper- bevel van den generaal Picot, die onder zijne bevelen heeft de kolonels Dumaine, Renaut en Eckermann. SPAIMJE. Bij den koning. — De gezanten van Frankrijk en van Portugal werden door koning Alfons XIII in gehoor ontvangen. In Belgie —a— TE IEPEREN. Een gerueht is hier in omïoop, dat naar het schijnt bevestigd wordt. Een voornaam per-soon was door de krijgsoverlheid der Yerbon-denen beschuldigd Duitschen schietvoorraad in de lokalen van het Stadhuis verborgen te hebben. De persoon in kwestie verdedigde i.ich met te zeggen, dat hij het maar gedaan had om de stad Ieperen voor eene beschieting te bevrijden. De krijgsoverheid zou die uitlegging niet aanvaard en den persoon wegens hoog-verraad, ter dood veroordeeld hebben. Hij zou dan ook eenige dagen geleden door den kop gesohoten zijn. D© plakbriôven SCHIKKINGEN VOOR HET POSTVER KEER VOOR DE INWONERS VAN GENT. 1. De Etappen Inspectie van het Duitsche leger heeft, in het huis, Kouter n. 11, voor de Belgische bevolking een postkantoor geopend. De dienaturen zijn van 10 tôt 12 ure 's mor-gends en van 3 tôt 6 ure 's namiddags. Zondags gesloten. 2. Brieven en briefkaarten worden toegela-ten in de Duitsche, Vlaamsche en Fransche taal, naar Duitschland en Belgie. Binnen Belgie kunnen brieven en briefkaarten slechts naar de in deze bekendmaking opgegeven plaatsen verzonden worden. 3. Tôt nadere kennisgeving worden niet toe-gelaten : Drujkwerken, 'stalen, aangeteekendet ïtukken met of zonder waarde, postpaketten en postwissels. 4. Aile brieven moeten in open ornslag ge-stoken worden en op de achterzijde van den omslag naam en adres van den afzender ver-melden.5. Brieven, die onderwerpen van militairen of politieken aard behandelen, worden niet ter verzending toegelaten. 6. Het port bedraagt : voor brievent (elke 20 gram) : Belgie 10 centiemen ; Duitschland 25 centie-men ; voor briefkaarten : Belgie 5 centiemen; Duitschland 10 centiemen.7. Brieven uit de toegelaten plaatsen in Belgie, alsmede uit Duitschland, kunnen ook in omgekeerde richting, aan de inwoners van het Etappengebied verzonden worden, indien de adressen juist zijn, zooals het in de bekendmaking voorschreven wordt. Het is noodig dat de ontvanger van den afgezonden brief ovër het juiste adres ingelicht zij en het is van eigen belang, dat de afzender van eene zending, in het schrijven, den ontvanger over de bestaande voorschriften inlichtingen geve. a) De binnenste open omslag : Bij voorbeeld : itan den Heer N... N... Koningstraat, 1, Mariakerke-bij-Gent. b) De buitenste gesloten omslag: An die Etappen Inspection Gent. Postlagernd. Brussel. c) Brieven uit plaatsen van het Etappengebied naar plaatsen van het Etappengebied, bij voorbeeld van Ertvelde naar Gent, worden ge- adresseerd met bijvoeging van: via Etappen-Inspektion Gent. Bij voorbeeld : Aan den Heer N... N... Kouter, 11. Gent. via Etappen.-Inspefction Gent. 8. Het overbrengen van brieven voor de inwoners der Stad Gent wordt door het Burge-meeateraambt bezorgd. 9. Verzendingen die aan de hierboven ver-melde bepalingen niet beantwoorden, kunnen aan den afzender niet teruggeven worden, maar worden vernietigd. 10. Aangezien de inrichting geheel in het voordeel der bevolking is, is het ook de plicht van iedereen het verkeer in de grootste mate te ateunen en de gegevene voorachriften te volgen, om den dienat te verlichten. STADSNIEUWS STEÛELljju . ;4;i VAN GENT Geheime zitting van den 21 decmber. (Vervolg). In de geheime zitting van maandag heeft een lid gevraagd om de belasting op de onge-huwden weder in bespreking te brengen. Hij heeft dienaangaande eene nota aan den heer Burgemeester overgemaakt. De bevoegde schepen geeft breedvoerig uit-leggingen over de inrichting en werking van* het nationaal bevoorradingscomiteit. Het ge-meentebtestuur is daar voor niets tussi&hen. Ailes wordt geregeld door het nationaal en de provinciale oomiteiten. Het zijn zij die het deel voor elk en de prijzen van ailes vaststellen. Binnen enkele dagen zal dienaangaande een volledig verslag aan de pers medegedeeld worden.Hij weerspreekt den omzendbrief der bakkers als zouden bij de verdeeling der bloem sommi-ge cooperatieven ten nadeele der bakkers zijn bevoordeeligd geworden. Mogelijks aal er de eerste dagen van januari bloem te kort zijn. Van 10 januari echter tôt einde maart zal het graan in voldoende hoeveelheid. toekomen. o Werkloozsnfonds Het Werkloozenfonds wendde zich maandag tôt den Gemeenteraad, ten einde ter hulp te komen aan de vereenigde werklieden, wier maatschappelijke kas is uitgeput. Het College is de vraag genegen. De lasten zouden gedragen worden, gedeeltelijk door de stad en gedeeltelijk door het Belgisch Comiteit voor Werklooaheidsverzekering. Het volgende ontwerp wordt aan den Raad onderworpen : Ontwerp van inrichting der Werkloosheids= verzekeringjn Belgie. De afvaardigingen, gelast met de bekendmaking van den industrieelen toestand in Belgie en de moeilijkheden, die de werking der werk-loosheidsverzekering belemmeren, en met het opsporen der middelen om er aan te verhelpen ; Na de gedane opmerkingen, aanhoord en den toestand besproken te hebben, verklaren zich t'akkoord, om de volgende voorstellen te doen : I. — De inrichting der hulp aan het werk-loosheidavooruitzicht, zal geschieden door de afgevaardigden hierna aangeduid, die de noo-dige fond-sen en vrijgeleiden zullen bekomen tôt het beheeren der hulp. II. — Het Comiteit zal uit zes leden bestaan. Ieder lid zal het recht hebben zijn plaatsver vanger of suppléant te benoemen. Zij zullen bij het Hulpcomiteit aangesloten worden. III. -— Het Comiteit zal zijne bewerkingen den 15 december 1914 beginnen. Een eerste . crediet van 1,000,000 frank zal hem geopend worden. Al de betalingen zullen dringend moeten geschieden, naarmate de bewijsstukken în- gediend worden. Latere credieten zullen geopend worden, in verhouding met de noodzake-lijkheden en na verslag. IV. — Voor hetgeen het stelsel der verdeeling betreft, zijn de afvaardigingen het eens om eerst en vooral de algemeenmaking te vra-gen van het stelsel, door den Nederlandschen Staat aangenornen, om in de crisis, door den oorlog veroorzaakt, te verhelpen, voor hetgeen de vooruitziende werklieden betreft. De noo-dige verzachtingen of wijzigingen zouden aan het Nederlandsch stelsel kunnen aangebracht worden. V. — Indien dit stelsel te mild bevonden wordt, zouden de afvaardigingen zich ook, bij wijze van transaetie, bij het volgend regiem aansluiten : a) de hier voorziene toelagen zouden dienen om de helft der kosten van de werkloosheids-'. erzekering te bestrijden ; de andere helft voor gelijke deelen, ten laste blijvend van de ge-meentebesturen en de betrokken vereenigin-gen.b) het maximum-beloop van de gewone werk-loosheidstoelage zou, voor een alleenstaande persoon, 1 frank per werkdag bedragen, ver-meerderingen inbegrepen. c) deze som zou vermeerderd worden met ds hieriboven voorziene toelagen, tôt een beloop van 25 centiemen per huisgezin zonder kinde-ren, plus 15 centiemen per kind. d) geene vergoeding zal betaald worden aan ■ de werklieden: 1) die meer dan 30 uren per week werken ; 2) die meer dan 10 frank per week winnen ; ::) die drie normale dagen per week werken. e) mits betaling dezer vergoedingen, zullen de hier bedoelde vooruitziende werklieden aan elke andere deelneming aan de hulpinstellingen nio-^rten verzaken. VI. — De vergoedingen zullen zooveel mo-gnlijk in gel d uitgekeerd worden. In geval van nood. zullen de gemeentebesturen en het Hulpcomiteit de vermeerderingen in vorm van voe-dingsbons of koopwaren mogen betalen. VII. — De verdeelingen zullen geschieden : a) in de gemeenten die werkloozenfondsen be ;itten, onder toezicht en door de zorgen dier fondsen. b) in de andere gemeenten, door de zorgen de" provinciale- of gemeentebesturen. VIII. — Er zal aan de gemeentebesturen en aan de syndicaten, 25 t. h. hunner uitgaven $edort den 2 augusti 1914 gedaan, terugge-keord worden. IX. — De vereenigingen die geene inrich-Usg van vqoruitzioht tegen de werkloosheid be-zitten, zullen gemachtigd worden van de voor-doelen van het huidig Comiteit te genieten, . onder voorwaarde : a) van 20 leden minstens te tellen ; b) van eene reserve van 5 frank per lid, ten minste, te kunnen verrechtvaardigen ; c) van bestendige inrichtingen te scheppen ; d) van de door het Comiteit noodig geachfce voorwaarden te vereenigen, om te kunnen be-wijzein "bona fide" inrichtingen van vooruit-zicht te zijn. X. — De leden van het Comitèit zullen al de maatregelen nemen, noodig tôt het toepas-sen van het tegenwoordig règlement, zich vol-gens de omstandigheden met den zin ervan gedragend. De Raad zal toekomende week over de zaak beslissen. Verslaggever : de heer Van der Ste-gan.VERZEKERING TEGEN DE OORLOG= RISICOS. In de voorloopige vergadering om dit ont-v.erp te besipreken, voorgezieten door den heer Ferd. Feyerick, werden uitleggingen ver-strekt over het doel der nieuwe maatschappij. Er is spraak van aile onroerende en roerende goederen en meubelen, zich bevindende op het grondgebied van Gent, Gentbrugge, Sint-Amandsberg en Ledeberg, te verzekeren tegen de stoffelijke schade die kan veroorzaakt worden door oorlog of opstand. De verzekering zal niet verder strekken dan toi aan het einde van den huidigen oorlog. Behalve eene jaarlijksche bijdrage, zou ieder lid zich verbinden rechtstreeks voor een deel «4 Feuilleton der GAZETTE VAN GENT, DE LICHTENDE STAD XOMAN UIT DE KAAP. Q—— Terwijl hij dit zegde, bleef hij stilstaan bij eens deur, die mij deed denken aan de deur, die mij nog zoo versch in het geheugen Iag. Met een glimlach legde Lumkile de hand op een schijnbaar lossen steen aan den kant, die een roode vlek vertoonde. Toen raakte hij de deur aan en zij ging open. — Het ia goed, dat gij dit geheim leert ken-nen, zegde hij, op den lossen steen wijzend en hem even met den vinger oplichtend. Kijk ! zoo kan de veer buiten werking gesteld worden. Onthoud het goed, Inkosi, want Reinhilda's vertrekken kunnen niet langs binnen geopend worden. Het was een klein gewelf met twee spleten of schietgaten, te hoog om ze te bereiken, waar-door lucht, en miaschien ook soms licht naxr binnen kwam. De bodem was vochtig, en er hing een lucht in het gewelf aie van lijken. On-willekeurig huiverde ik. — Ah ! Inkosana ! zegde Lumkile peinzend, terwijl wij om ons heen keken, hier ia menige afgrijslijke daad bedreven. Reinhild was een verheven vorstin. Zij was edelmoedig en betoo-verend voor haar vrienden, zacht als eene vrouw, en bovenmenschelijk schoon ; doch voor haar vijanden was zij onverzoenlijk en wreed als een tijger, ja, als een tijger. Hij zweeg een oogenblik en klagend blies de wind door de spleten boven onB. Toen ging hij voort, met den voet een zonderling ijzeren TOorwerp aanrakend, dat op den grond lag. — Zie, Inkosi, dit was een martelwerktuig. Ik nam het ding op, en zag dat het den vorm lad van een lepel met een schep gebogen punt. — Waarvoor diende het? vroeg ik. — Om de oogen uit te steken, antwoordde lij grimmig. Zoo waren er verscheidene. Ik heb leel wat oogen zien vallen en breken, bruine 30gen, en soms ook blauwe, helderblauwe Dogen, en het gegil —• maar dat konden wij niet hooren door die deuren heen. Inkosana, op het ?ebied van martelingen, meedoogenlooze mar-belingen, zijn vrouwen erger dan mannen ! Met zijn stok weea hij op een hoop atukken en brOK-ken, die tegen den muur aanlagen. Die gebro-ken ringen, zegde hij, dienden om de borst in slkaar te peraen, totdat de ribben braken, en die sierlijke tangen, om de tong uit te rukken, en dat — maar die heele hoop bestaat enkel uit afval van de klauwen van den tijger. Ja, Rein-hilda, was soms gelijk aan een verscheurend dier ! Het kwam mij voor, dat er in Lumkile's stem iets als bewondering was voor het wilde in Reinhilda, alsof hij dien grootschen tijd be-treurde, toen wilde straf op wilde zonde volg-de. Doch ik beken, dat die zinspelingen en her-inneringen mij afschuwelijk voorkwamen, en met afgrijzen wendde ik mij naar de deur. De onde man greep mij bij den arm en hield mij terug, terwijl hij wees op een in den muui bevestigd en ijzeren ring, waaraan nog eenige roestige schakels hingen. — Toen Ummisi kwa<m zaten er nog men-schenbeenderen in,zegde hij, doeh hij beval. dat zij moesten weggeruimd worden. Lumkile bukte, hield de lamp wat lager, er roerde met zijn stok in den hoop sitof. — Niet behoorlijk gedaan, zegde hij hier liggen nog beenderen, en dit schijnt iets var waarde te zijn. Al pratend nam hij iets op, waaraan een antieke ring bleek te zitten. — Die heeft hem zeker toebehoord, zegde hi, 1 ^—— I * ' . •- — v <f" nadenkend ; kijk eens wat er op gegraveerd is. Ik nam den ring aan en hield hem dicht bij het licht. Tôt mijne verbazing was het zegeî, ondanks zijn ouderdom en de antieke zetting, het volmaakte evenbeeld van het mijne — een springbok in vollen ren ! •— Hoe vreemd ! riep ik ; dat is zeker meer dan een toeval, het graveerwerk is hetzelfde als mijn eigen zegel. Zie maar ! en ik hield de twee ringen bij elkander in het licht van cl3 lamp. — Daar is niets buitengewoons in, Inkoai, zegde de oude Kaffer, terwijl hij zich oprichtte en mij vlak in het gelaat zag. Het is juist wat men mocht verwachten. Meent gij dan, dat gij alleen door een toevallige omstandigheid in den kring van dit zonderlinge leven zijt gevoerd? Gij zijt hier, Inkosi, omdat de groote kring nogmaals gevormd ia, en het treurspel, waarvan gij slechts een deel uitmaakt, opnieuw begint. Het is geen toeval, het is geen samen-loop van omstandigheden, het is de werking van een onverbiddelijke wet. Uw lot is verbon-den met dat van Reinhilda en zal dat voor eeu-wig blijven, evenals het mijne. Zie ! voegde hij erbij, wijzend op den hoop die onder de kettin-gen iag, daar liggen nog atukken perkament tusschen de beenderen. — Daar staat iets op geschreven, zegde ik, de ritselende, gekreukte atukken oprapend. — Neem ze mede, Inkosi, zegde Lumkile, misschien vertellen zij u iets uit het verleden, dat gij gaarne zoudt willen weten. Nu begaf hij zich naar de overzijde van het gewelf, en wenkte mij, hem te volgen. Hij raakte een plek in den muur aan, waar ik niets bij-zonders aan zag, een geheim paneel gleed weg en een zwarte, diepe afgrond vertoonde zich, waar men onwillekeurig voor terugdeinsde. 4- Luister ! riep hij, en een der folterwerk-tuigen van den grond opnemend, wierp hij het in de duiatere diepte. Na verscheidene secon-i den volgde een doffe pions, heel uit de verte. — Water, zegde hij, diep water, dat nooit iemand gezien heeft, behalve miaachien zij, die nooit zijn teruggekeerd om er iets van te ver tellen. Reinhilda's Bad, noemen wij het. Hij zweeg eenige oogenblikken en ging toen zachter voort : — Hierheen werden zij gebracht, Inkosi, al-len, die uit den weg moesten. Geen hulp ! Geen uitkomst ! Niemand zag hen ooit weder ! Reinhilda wist zich van haar vijanden te verzekeren. De heks uit het gewelf, en uw vriend Abdoella, voegde hij er veelbeteekenend bij, kennen beiden dezen weg. Arme schepsels, ging hij op zachten, bijna droevigen toon voort, hoe ver weerden zij zich om hun leven te redden. Zij hebben de steenen glad gemaakt in hun wan-hopig verzet, als zij naar beneden gingen. Kijk, het glimt, en hij raakte den gepolijsten rand van de opening aan. Eens was deze steen dof en ruw, en hier is een lok blond haar in eene scheur blijven hangen. Honderden zijn dezen weg gegaan, mannen en vrouwen en jon ge meisjes, schoon als de dageraad. Helaas ! zij dronken onwillig de wateren des doods ; en toch zijn zij minder te beklagen, Inkosi, dan "ij wier leven gespaard bleef. En een wolk gleed over het gelaat van den ouiden man, terwijl hij het paneel weer voor den afgrond schoof. XXXIX. Den volgenden morgend liet Marion mi; vroegtijdig ontbieden. Bleek en moedeloos lat zij op haar divan, en ik merkte op dat haa: adenîhaling onregelmatig ging. — Selim,_ zegde zij, mij scherp aankijkend ik verkeer in groote moeilijkheden. Ik ben ge heel van streek. Mijne gedachten draaien il een kring rond, telkens opnieuw. Het zijn zee bittere gedachten, en ik heb geen vriend me wien ik eroyer kan spreken en die mij raad kai geven, Zij sprak langzaam, staarde mij voortdurend aan, en moest nu en dan ophouden om adem te halen. — Zoudt gij denken, Selim, ging zij voort, dat gij in het Engelsch een beetje met mij kunt praten, en mij vertellen, waar gij geweest zijt, of mij iets voorlezen? Misschien geeft dat mij afleiding voor mijne gedachten, of schoon al mijne boeken mij vervelen. — Ja, meesteres, zegde ik haastig, al te haastig misschien, maar ik kon haar vermagerd gezichtje, en haar witte, lustelooze handen niet aanzien. Zij wierp mij een blik toe, naar het mij voorkwam, aarzelend en ontsteld, en een blos verscheen op haar wangen, alsof de klank van mijne stem iets^in haar wakker riep. — Welnu, zegde zij na ^eenige oogenblikken, wat kunt gij mij vertellen? Ik had het grootste gedeele van den nacht gebruikt om de stukken van het handschrift die Lumkile had gevonden, te ontcijferen en vertalen. Zij waren geschreven in oud-Hol-landsch, met een verwrongen hand, doch de inhoud was zoo boeiend, dat de uren waren voorbijgevlogen, en de dag reeds aanbrak, eer ik de pen had kunnen neerleggen. Ik had nu de Engelsche vertaling in mijn tasch. Na haar m weinigie woorden iets verteld te hebben van hetgeen Lumkile mij in Reinhilda's gewelf had laten zien, enkele dingen slechts, maar ge-noeg om haar belangstelling op te wekken, Tas ik haar dit fragment voor. Van tijd tôt tijd I viel zij mij met een uitroep in de rede. ; — Wacht eens even, Semlin, zegde zij, toen ik paa begonnen was, wat leest gij goed ! Het is alsof ik uw stem wel meer gehoord heb ! Zij , streek met de hand over het voorhoofd, als om haar gieheugen te scherpen. Ik weet niet hoe i het komt, maar gij doet mij verbaasd staan. r Zegdet gij niet dat die ring was gevonden fc met een verdroogden vinger erin ? Hoe akelig ! i Maar ga nu voort. (Wordt Toortgwi#!)

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes