Het nieuws van den dag

1486 0
16 augustus 1914
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1914, 16 Augustus. Het nieuws van den dag. Geraadpleegd op 29 maart 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/5q4rj49w19/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Dertigsts jaargang Nr 195 2 centiemen per nummer Srusse!,!û5îdag10 en Maasidag 17 Augusîus1914 HET NIEUWS VAN DEN DAG abonnementen : Zes œaanden • 4 frank. 8 irank. Voor Holiand * • ^ * "~ Voor do andere landsn Tan het postverbond ». 2 0 — BESTUUR EN OPSTEL : Zandstraat, 16, Brussel TBLEPOON A 171 DAG BLAD Gesticht door Jan HITYGHB BURCEL DER KLEINE AANKOKDIGINGEN : Zandstraat, 6, Brussel TBLEFOON A 7948 AANKONDIGINGEN : Gevraagde en aangeboden plaaisen. Gewone, per kleine regel... 30 e. In de week. . 60 e. 's Zondags. 75 c. M., >s Zondags : 40 C. Iederen re°geïde week; 2' bladz- cerregel• • 2 fr. en 3 fr. 40 c. 's Zondags. Rechterlijke herstell., prregel 2 fr. DE VIJANDELIJKHEDEN IN BELGIE Gevecht fusschen franschen en duitschers nabij Namen. — De duitsche bezetting van Luik 1s ontmoedigd. Men verwacht deii grooten slag. — Revolutie te Berlljn. België, een steenrots Twaalf voile dagen reeds -wciedt de ijzing-wekkende oorlog, en. evenals den eersten da?, staat België nog paalvast, als ware het eene oninnceinbare veste, çgne on-overwinbare rots. Twaalf voile dagen reeds zijn wij ge-wikkeld in eeii krijg tegen een voik, dui-zendmaal machtiger dan het onze, en ncg zijn wij het vrije, het onafhankelijke België van vroeger. Zonder twijfel kenden zij ons slechtj die oneérlijlce duitschers. die verbrekers van de heiligste eeden. Daehten die mei-needigen misseliien dat wij, de fiere Belgen, ons zo~> nuar zonder slag of stoo-t gingen ovërgeven? Hebben zij misschien gémeend dat wij onze eer en onze plicht zouden met de voeten treden om de hand te leenen aan liunne oneerlijke bedoelin-gen? Ja, voorzeker, de duitschers kenden ons slecht want, indien zij door hun onge-jàiert, dat hier als spionnen woekerde, goed ingelicht geweest waren. dan moesten zij weten dat een Belg onbekwaam is tôt eene oneerlijke, tôt eene onvadlcland-sche daad. Hadctfen de duitschers onze geschiedenis gelezen, dan zouden zij gezien hebben dat onze cude provincies en gemeenten nooit geweken hebben ncch voor de aanmatigin-gen, noch voor de macht van den vijand. Zij zouden- geweten hebben dat de Belgen altoos met eene heldhaftigheid, grenzend aan waanzin, hunne vrijheden verdedigd hebben. Ook zouden de meineedigen, bij het doorbladeren onzer roemrijke geschiedenis, bevonden hebben dat drie eeuwen van vreernde overheersching er niet in gelujft zijn bij de Belgen die nationale kracht. te vernietigen, waarop in 1830 onze onafhankelijkheid gebouwd werd. Die onafhankelijkheid berust. op ijzersterke grondslagen, zij is gebijteld in reuzensterk graniet en die rots wêerjstaat aan aile geweld, hoe woest en hoe geweldig ook de slagen er mcchten op bonzen. Hadden de duitschers onze geschiedenis gelezen. dan hadden zij ook beter op de hoogte geweest van onze krijgskundigc weerde. Zij zouden geweten hebben dat de zonen van dezen die door Julius Cesai verheerlijkt werden, weerdig zijn van hun-ne vaderen. omdat zij alt«os tegen iede: en tegen allen met leeuwenmoed huant rechten en vrijheden wisten te verdedigen Haï de duitschers daehten dat zij ir België gingen te doen hebben met para desolda-atjes, die bij het eerste schot oj de vlucht zouden geslagen zijn ! Hunne mis rekening is hun reeds duur te staan geko-men en duchtig reeds hebben zij kunnei voelen dat onze soldaten leeuwen zijn weerdige afstammelingen van de onver saagde krijgers die de machtigste vor-sten deden sidderen'en beven. De duitschers hebben het gewildi D( germaansche reus, met zijne 67 millioei onderdanen en zijne 6 millioen soldatei heeft het kleine belgisch volk aangevallen Zonder eeniie aarzeling. maa,r eensgezint en eens van liart, sterk door zijn recht ei geestdriftig tôt in den dcod is het belgiscl volk vol verontweerdiging opgesprongen Achteruit den meineedige ! zoo klonl het uit duizenden borsten. De v-rijheid c de dood! zoo klonk het er achterna. Ei onder de forten van Luik leerden de hor den ran den overweldiger onze kranigi troepen kennen, de troepen van het held haftige België, wiens dàpperh'eid door di gxcrjtste mannen geloofd en .door di dichters bezongen werd. De ' steenrots blijft ongeschonden. Zi weerstaat- aan ovèrmacht, aan overgeweld ■omdat zij gebouwd werd op het goedi irecht en op (de rechtveerdigheid. Crod die gebiedt over aile natuurkrachten ei ook over aile menschelijke kracht, is me het kleine land dat zich in het gewee heeft- moeten stellen tôt handha.ving de rechtveerdigheid, tôt behoud der bescha nng die een eeuwenarbeid verte°'enwoor àSgt. België. een steenrots! Geen schilfer ko er afgerukt worden, omdat het, granie weerstaat aan aile menschelijke macht België zal niet verwonnen worden, omda het begen kan op een leger, klein welis waar, roaar meedig en heldhxftig onde ftllen, aahgevoerd door ma.nnen wier krijgs kundige bekwaamheden legendarisch ge worden zijn. 'twaalf voile dii.gen reeds duurt de strrjd I>e vijand, die h,et gewaagd liad een o»t heiligenden stap te zetten op ons grond-gebied, werd met leeuwenkracht terugge-beukt. Overal heeft hij in het zand ge-beten, de grond. die door hem geschonden werd, is dcor zijn bloed gedrenkt en met zijne liiken bezaaid. Bitter heeft de overweldiger het bezuurt zijn weerd gebro-ken te hebben. zijn eed ontrouw te zijn geworden. Overal waar de vermetele op-daagt, staan onze leeuwen hem af te waeh-ten cm hem den weg te versperren, en de vijand wordt bij drommen weggemaaid. België zal en «fioet overwinnen. Het zal overwinnen door den heldenmosd zijner zonen en icmdat het bloed der rechtveer-digen, die stierven voor eene lieilige zaak, wraak ro'ept ten Hemel. God zal met*ons zijn en blijven. Hij zal den arm orner soldi-ten sterken, Hij zal den laffen overweldiger vergruizen en hem in het stof nederslaan. Gij moeders, echtgenooten, die weent. droegt uwe tranen, beurt kranig het hoofd op. blijft immer sterkmoodig en fier, ondanks allé'!. Wel heeft het behoud onzer onafhankelijkheid reeds bloed gekost, het bloed onzer dieibaren, doch het getal onzer gesneuvelden is onbeduidend in verhouding met de vijanden die verdelg'd werden. Als de eindzegepraal zal bevochten zijn, zullen ■wwe zonen, uwe echtgenooten terugkeerep vol roem. veredeld in uwe oogen, gevierd en gefeest door het dankbare Vaderland. Moeders en echtgenooten, denkt er aan dat het uwe zonen, uwe mannen zijn wien de eer' toekemt ons dierbaar -België be-hqed te hebben voor vreem.de overheer-Schinjg. ^ . !Met. qftwrikbaflr betrouwen op God en in de rechtveerdigheid onzer zaak wach-ten wij de verdere gebeurtenissen af. De toestand voor België is zoo schitterend als het maar mogelijk zijn kan in de droeve tijden die wij beleven. Hoog de harten, dus ! Dat de geeatdrift van het eerste uur ons immer bijblijve, want de omstandigheden zijn ons allergunstigst en het verder ver-loc.p der zaken zal leeren da.t. wij ons betrouwen niet misplaatst hebben. Op dezen Godgewijden dag zullen wij allen een vurig gebed storten voor de zie-len onzer gesneuvelde dapperen. j\Iaai tevens ook zullen wij den Heer het behouc 1 afsmeeken van de?en die nog. het gewee] ' omkneld, op den vijand losgaan. En nog ■ zullen wij God bidden opdat Hij Belgiè ' beheude w&t- het is : vrij en onafhankelijk ' De Algoede zal de beden in genade aa^ . veerden; Hij zal de nederigen opbeurer i en den machtige beschamen. België za immer zijn en blijven: eene onverwinban > steenrots! . ; De toestand zaterdag COFFICIEEL) yrijdag- uacht, werd er nergens" il ons land gevochten. Zaferdag mor i gend was de algemeenè toestand noj i aitijd regelmatig, 't is te- zeggen tei j voile geruststellend. : De groote slag Men verwacht den grooten slag. Da - de bevolkingen vertrouwen blijven stelle: f in onze dappere soldaten. die thans nie ■ meer alleen staan, doch gesteund worde: • docr aan-zienlijke legers onzer bondgenoc ; ten. Op hoop van zege! - BRÎEF der militaire g^medaljejrden vas ■ Frankrijk aan koning ALBERT , M. Poilpot. algemeene voorzitter van d ï Maatschappij der militaire gemedaljeerde: , van Frankrijk. heeft. door tusschenkoïns î van het belgisch gezantschap te Parij> r aan kening Albert den volg&nden brief ge r stuirrd : r «Aan Z. Majesteit Albert I, koning der Belgen. «Dcordrongen van de hartelijkste bewoe dering voor den heldenmoed van het glc î rievolle belgisch leger en voor den krijgs t geest, waarmede Uwe Majesteit zijn m,e . ncg aammurt, vraagt. de Maatschappij de t militaire gemedaljeerden van Frankrijk, a] - eene gunst, waarover zij uiterst fier zo r zijn, de teelating Z. Majesteit Albert - in te mogen schrijven tusschen zijne ee« - leden, tût nu toe allen fra,nsche generaal of admiraaJs. <: Zij biedt hem de verzekering hart - diepste erkentelijkheid met de hulde va zijne eerbiedigste en verkleefdste gevoe-lens. » i5ij gaan achtsruit De toestand is zoo goed mogelijk voor ons leger. De verkenniugen opi grooten a.fstand gedaan door onze voorposten laten veimceden dat al de duitsche troepen op het gros van. 't leger samengetrokken zijn. Duitschers worden scjiier nergens meer ont-inoet.«Den 4en te Rijssel»' In 't bezit van eenen duitschen brigadier, die gewond naar het krijgsgasthuis werd over-grebraeht, heeft men een notaboskje gevon-den. Ee duitscher weigerde het. af te geven. Idocn men nam het hem met geweld af. Men heeft. er heel belangrijke a^nduidingen in gevonden, oncier laitidere de da-tums waarop de rtuitsçhcrs zich in zekere streken moes-ter» bevinaen. Zoo leest men erin; «Den 4en. te Eijssel. » Dtien dag heeft men in die stad vruchte-lo'os naar pruisen gezocht. Nakiank van fiet gevecht te Haeâen-hij-ûiest Volgens de inlichtingen opgedaatx aaîl cie beste bronnen over den veldsJag van Haelen. hebben de duitschers geschoten op de bran-kaadiers van het llocd-Kruis,. die de gekwet-sten op het oorlogsveld weghaalden. De bran-kardiers waren gedwongen verscheidene uren weg te blijven en de gekwetsten zoo lang aan liun droevig lot over te laten. Het is heel zeker dat de duitsche bloed-honden drie boeren van Haelen doodgesclwten hebben. ïerwijl een tiental onzer lansiers patroel-jeeiden op de baan, die overdekt was met doade peerden en bloedplassen. schuifelde nun een kogel rond de ooren. Het» schot, dat gelost was uit een boschje, werd spoedig igcvolgd door een tweede. De lansiers stegen af, drongen dcor het struikgewas en zagen er een officier in een blcedplas liggen. 't Was hij. die naar onze scldaten geschoten had en die zich vervolgens met zijn revolver de hersens verbrijzeld had. 't Is schrik'wekken.d de razernij te zien van de duitschers, uitstra-ilend in dien duitschen officier, die, zeli stervend, nog voi vernielingszucht stak ! Een duitsche gevangene zegde : « Deze oor-log is een officiersoorlog. >: Ja^ maar van wilde duitsche officiers, die tôt de wanhoof gebracht zijn door den hardnekkigen en held-haftigen wederstand van Luik. In eene pachthoeve van Zelck gaf eer mcckleinb>urgsche dragonder. ondervraagd dooi een brancardier, een nieuw bewijs van de onwetendbeid waarin Wilheltn de Meineedige • de kudde laat die op zijn bevel naar d; ' slachtbank geleid wordt. Diie soldaat wa; ' per ijzerenweg' naar Aken gereisd en vandaar in versnelde marsch, tôt, aan de Maas. Ili kon niet zeggen waar hij den stroom everg^ kornen was. Toen hij reeds te Hasselt was wist hij eerst dat hij tegen de Belgen moes vechten. « Waarom voert gij dien oorlog? » woej men aan een gekwetsten dragonder. «j,Wi miissen » (wij moeten) antwoordde de sol daat- op allerdroevigsten t-oon. 1 Vijf duitsche gevangeneD : drie* uhlanen. ew . huzaar ider dood en een officier met den pin helm, istapten tusschen belgische -gendarme] r en soldaten. Al die duitschers zagen er uiters j terneergeslagen uit. 't Waren vijf teere gas ten, graatmager alsof zij met haken en oog-ei aaneen hingen. Voorwaar, men zou mogen zeg gen dat. zekere ra.ssen van het duitsche vol! ontaard of volop op den vreg der ontaardinj zijn. t Een belangwekkend iets, dat sterk opge i merkt. werd in het gevecht van Haelen. 't i t dat. om hunne rm'ferijschadrons te vormen -! de, duitschers manscliappen ontleend hebbei aan al de regimenten: uhlanen, dragonder van Mecklemburg, huzaren der dood. Zoride twijfel hebben zij aldus hunne regimentei moeten verdubbelen om een deel naar Belgl en een ander deel naar Rusland te kunnei 1 sturen. Da duitschers hebben, allen een stuk spel in huime gamellen. De ruiters zijn allen voor e zien van een hoefijzer en ran nagels, tegei i dat hun rijdier een der ijzer^ verliest. Hee j. hunne uitrusting vermag evenwel njets tege: den heldenmoe l ^n de geestdrift onzer solda Iten, idie de bewustheid hebben dat zij strijde: voor eene rechtveerdige zaak. Uhlanen te Oirbeek Te Oirbeek werden denderdag nacht her haaldelijk uhlanen gezien, namelijk ten 11 1/2 ten 12 1/2 eu ten 1 ure. De schildwach " ten sehoten telkens in hunne richting, doc] - fonder hen te treffen. d Sohermutselingen r Vrijdag. rond 10 1/2 ure 's rnorgenils, ha< S te Tissenaeken, niet ver van Cumptieh, een ti schennutseling plaats. Twe3 kompanies duit j sche wielrijders, 't zij 230 werden gemeL Eene kampanie belgische liniesoldaten ver borg zicli longs de baan, waarop de vijan * aankwam. Zcodra de belgen die wielrijder zagen. vuurd.cn zij hunne geweeren op lie T af.. De duitschers maakten onmiddellij n reçhtsomkeer en, vluçhtten weg. Meer dà 50 vijanden waren gcsneuveld terwijl onze jongens er ongedeerd van af kwamen. To Bost, nabij Thienen. stonden eenige thiensche bnrgerwachten van den tweeden ban op schildwaciit-, toen zij een lOOtal uhlanen zagen aankomen. Zij lcsten eenige sehoten op de ker.ds, die aanstonds het hazenpad kozen. Brief van een duitschen officier N'a den Slag bij Haelen stuurde een ge-kwetst duitsch officier den volgenden brief naar zijne vrouw : «Dinsdag avond heb ik een brief gestuurd Uit. Alken, waar wij oageveer 3 uven gelegen l'cbben, daar de overgroote vermoeienis onzer scldaten en onzer peerden ons «volstrekt ver-plichtten rust te nemen. Zooals ik het reeds geschreven heb, werd ik zeer wel verzorgd. Ik weenda bij eene bcerin die mij een lekker warm estmaal opdiende. Ten 4 ure stenden wij o[. en ien G ure bevonden wij ons reeds bezuiden Hasselt, waar ik afscheid na.m van Swembad, die von Bulow aan het hoofd' van de 9e ruiterijafdeeling vervangt Wij trokke.n door Hasselt waar een regiment als voorwaclifc stond. Wij moesten voorzich-tig handelen want verscheidene onzer pa-trcelie3 zijn beschoten, geworden en verscheidene soldaten, namelijk 12 huzaa'en, zijn ver-dwenen.« Te Hasselt was ailes rustig. Ten 10 ure ontvingen wij het bevel naar West-Herck of te rukicen. Daar rustten .wij 2 uren, want vooi ons was de 4e ruiterijafdeeling aan "t strij-den cin Haelen in te nemen. Wij hoorder zeer duideliik de kanons en de geweeren Ten 3 ure sprongen wij te peerd om ove) de heuvelen van Loxbergen Haelen. te be-reiken. Dat was echter gemakkelijker te zeg gen dan te doen, daar de vijand in zijn. af-toeht al de bruggen over de Geete ha;l doer springen. Onze pionniers wierpen eene nieuwt brug waar men sleehts met de grootste voor zichtigheid en traagzaam over kon. Wij moesten dan onze zennwen bedwingen om dooi Haelen te rijden, dat onze troepen platge sehoten hadden om door te kunnen. Ailes lac vol liiken, gekwetsten, zwervende en bebloe de peerden. Schrikkelijk schouwspel ! « De vija-nd nam Haelen, dat vol duitscher: ■nas, in. Onze troepen konden slecht-s " me! de grootste moeite uit het dorp weg, want de vijand had ons als mikpunt gekozen val zijne houwitsers en schrapnels. Zij ontplof ten rondom ons. « Ik wcet niet of onze troepen die in he-dorp lagen, sliepen toen wij ons gereed maak ten t.ot den slag te voet. In aile geval, di slachterij was verschrikkelijk. '< Onze aftoeht werd fel belemmerd doo: het groot getal zwen-ende peerden, en doo: de overblijvenden van het 2e regiment ku . rassier? en het îte uhlanen, dat door d> , mitrailjeuzen beschoten geweest was. - Gurmer most mis geweest ziijn in 't op . geven der getalsterkte van den vijand. <■ Wi] moesten nog een jianval doen i: eene streek vol hagen, braamstruiken en pin \ draad. « Wij werdeu geleid en ritkt-en vooruit- a.l r tijdens eene legeroefening, en niet a,ls i ; locrlogstijd. Dat kostte ons veel bloed, e 1 't. zal er nog meer keston. Tndien een hèi bengier mij waarheict gezegd heeft, liebbe j de duitschers 12 kanons achtergelaten, daa al de peerden dood waren. j « Het. belgisch leger is zolideh twijfel ve< t beter dan wij het daehten. Wij hoorden schi< . .ten en de kogels rondom ons sissen, en wiste j veistrekt niet van waar zij kwamen.'» Hoe de Belgen ten strijde g'aan " Een duitsche> officier, door de Belge 5 krijgsgevangen gemaakt, drukt in ee . schrijven aan zijne familie zijne verbazin ^ uit over den heldliaftigen weerstand.de , Belgen. De man zegt. onder andere : « W i hebben reusaehtige verliezen geleden aa 3 manscliappen. Ik gelcof dat wij er nog ve« r zullen verliezen. want de Belgen rukke î op naar het gevecht alsof zij een eenvoudi 1 spiegelgevecht zouden gaan verrichten. Onze kanons £ Een engelsch artillerieluitenant. M. Franc ■ Fox, die tijdens de laatste balkanoorloge ^ verscheidene artilleritgevechten bijwoondi ' heeft onze kanons nagezien en verklaard da 1 zij uitmuntend zijn. Over de handelwijze oi " zer officiers en de africht.ing der kanoi 1 niers spreekt de engelsche officier ook me den grootatea lof. Onze artillerie mag. vo gens hem, onder de beste der wereld gi . rekend. worden. De eerste gekwetste Het eerste gevecht der belgen tegen t r duitschers werd. gelijk men weet, te Vi-gelevera. Een groep uhlanen was naar < b-rug over de Maas afgezakt en ontmoet 1 er onze tToepen, 't is te zeggen eene afde e ling- van het 12e linieregiment, aan.j - veerd door den kommandant Claude. H is deze laatste, die het eerst gewon.l wer - Zijne ni:i.nschappen hadden te vechten terr< î eene afdeeling van het 35e uhlaneA. M< s weet hoe do duitschers ontva-ngefi werdt a en hce de belgische soldaten en officie lî wedijverden cm de woeste pruisen buiten g a vechfte stellen. . '« De heldenmoed onzer manscliappen, zegde kommandant Claude-, ter verpleging in het» krijgsgasthuis, kan nooit genoeg verkondigd1 worden. » • Vo-egen wij erhij dat. het 12e linie te Herstai den vijand eene vlag heeft afgenomen. Wat een duitsche" onderofïicier over den oorlog te Luik denkt Een onderofficier der kurassiers van Pome-. rancie, die in het krijgsgasthuis te Brussel verzorg'a wondt, spreekt met lof over den weerstnnd enzer troepen te Luik. Dit vleienct oordeel is des te gewichtiger daar de onderofficier, die tôt eene foegoede familie be^ hoort, zeer ontwiklceld is en veel kemiis, heeft van krijgskunst. Hij werd' gewond te War-, sage. « ÉLet gevecht was zeer hevig, zegde hij, en de belgen hebben en zich da-pper verdedigd. » < Wist ge dat gij tegen België gingt komen vechten?:) vroeg men aan den onderofficier^ << 't ls te zeggen, klonk het antwooid. Meni had ons gezegd dat. wij per ij'zerenweg dooi* Beigië zouden rijden en eerst nabij de fran-sche grens afstappen1. Groob was dan ook mijne verwondering, toen men mij te Keulen vorwittigde dat wij tegen de belgen. moesten klainpen, die ons niet'wilden doorlaten. IletJ. is eene kwestie van leven en dood voor ona; land, zegde men' ons1, en ge begrijpt- dat wa dan, hoezeer het ons ook griefde, tegen ,« wilden strijden. 4 En wat derùk't ge over den weerst-'and dec belgen ?» / « Die was bewouderensweerdig, zulks moet , ik biekennen. j\iijn kommandant werd uaastl mij gcdood en velen onzer soldaten lietea ta Luik hun leven. » Dood van generaal van Emmichlt Dezelfcte onderofficier vœgde erb'ij dat gene-raai von Emmich gedood werd tijdens het? gevecht. Ware het niet idftt zijn innememî gelaat^ znne heldere loogen vertrouwen inboezemen, • ware het nieti 'dat hij het met vaste stem! ! zegde, men zoiï aan zijne woorden getwijfeld! hèi ben. . De onderofficier bemerkte eene licht© on^ geloovigheid, en om' aan zijn gezegde meer geloof bij te zetten, voegde hij erbij : L « Ge moet- aan mijne woorden niet fcwijfelen'^ . Ik zal u zelfs meer zeggen. De opvolger van generaal von Emmich is generaal Barwis. » ^ Die duitscher drukte vervolgens zijnen dante . uit voior de goede z,orgen, welke hij. in België ) ontvangen heeft. Uit Luik ontsnapt ^ Een belgische serjant is vrijcLag uit Luik, ' dat door do duitschers bezet is, zooals) [ men weet, kunnen ontsnappen. Hij is za-. t-erdag morgend te Brussel aangekomen, en . verhaalde het -volgende : Een officier van den duitschen legerataf i heeft zelfmoord geploegd nâ een brief, aan - zijne vrouw gericlit, nagela-ten te hebben^ In dezen brief bevestigt hij dat Luik heti 3 igraf van de duitschers zal zijn, en verklaiartî ^ dat hij wenscht ineens met het leven ge-t .. daa.n te maken. n Acht duitsche soldaten zijn in de Maas r gesprongen en verdronken. Deze zelfmo<n'den bowijzeii dat de duit-: d sche troepen te Luik heel en gansch ont^ moedigd zijn. n "Wat de belgische soldaten betreft, die worden va-n uur tôt uur ajjoediger en wan-neer de groote slag zal aanbreken zullen q de « belgische leeuwen » nog eens den n vijand de kracht liunner klauwen doea g gevoelen. r Duitsche trouw i,i De duitschers schijnen de internationale n wetten over het Rood-Kruis ook a.l niet meer ■1 na ta leven. Men wist reeds dat. zij arnbu-q lanciers doodsclioten, en nu heeft men nogj a bestattîgd dat hunne verkenningsa-utomobiels ° scliier aitijd een vaantje van 't Rood-Krui» dragen. Tijdens een gevecht voor het fort te fiouls celles, kwam een duitsch bataljon eensklaps n ait een boscli met witte vaandels, a-ls wilden zij cnderhandelen. Onze troepen lieten t hen naderen, zboals het betaamt, doch toen zij zich nog op 200 meters afstand waren, _ wierpça zij hunnei witte vaandels ten gronde (- en vuurden hunne wa.pens op de belgen af. Te; Boucelles ook îukten de duitschers tegen enza jongens op, âchter belgische- krijgsge-rangenen die zij vcor zich dreveh. Onze troepen waren genoodzaakt op de ongelukkige belgen te schieten, doch zij mikten naar de beenen, zoodat zij licht gekwetst neer-|e vielcn. De belgen velden dan de duitsch» ' rijen de eene nar de andere neer. > Een ambulancier doodgeschoten t Een antwerpsch advokaat, M. Percy, heeft -1. Uit den oiutrek van Luik een brief ontvangeii ■n waardoor een pastoor hem het afstervcn van :n zijn broeder meldt. De ongelukkige was ambu- ■n lancier bij het Bood-Kriiis en werd door rs twee duitsche kogels ia het hcofd getroffen e- tciwiil hij de gekwetsten op het "slagvclCt opnam.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Het nieuws van den dag behorende tot de categorie Katholieke pers. Uitgegeven in Brussel van 1885 tot 1965.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Onderwerpen

Periodes