Het Vlaamsch heelal: katholiek - zondagsblad

980 0
24 november 1917
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1917, 24 November. Het Vlaamsch heelal: katholiek - zondagsblad. Geraadpleegd op 28 maart 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/mc8rb6x442/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

24 November 1917 Nr 47 40* Jaargang HET VLAAMSCH HEELAL Vrii en OnafhankeHik Katholiek volksqezind weskblad voor Vlaamsche en Âlqemeene Belanqen IN8CHRMVIIVGKPBIJ6 Voor ean jaar fr. 5.— Vaor 6 maanden » 2.75 Voor S maanden » 1.50 Voor Nederland » 5.50 Voor 't Groot Herrogdom Luxemburg. . » 5.50 Voor andere landeii » 7-00 Dit blad verschijiit den Zaturdag margemd.— Men teekent in bij dm Uitgeeer en in aile postbureelen, alsooh bij de briefdragtrs. Hoofdopstellbr : JOHAN LEEMANS Deo Juvante Vincam ! Aile artihelen en mededeelingen moeten vddr Donderday nvond ttn bureele besteld zijn, alsooh de aankondigingen. Afzondarlijke iiummers van dit blad zij a te bekomem ten onzen bureele, Car»otplaats 65. — IO centiemea het nuramer. AANKONDI61NGEIV Den regel . ir. 0.ή Klei*» ia»kondigi»g » 0.50 . Begrafeaisbericht 5.00 Groote aaakoadiginge.il bij ov»re»«korast. Voor aamkondigingen buiten de provincie, wende me* zish tet de Agencle HAVA8, Martelarenplaats 8, Brussel, au Beurg-plaats 8, te Parijs. Voor aile andere aankondigingea ten ,bureele Cai'nutplaaMi (Laar) 68, Bercerhout-Antiverpeu Met het oog op de steeds toeiieuieixle pnpierscbaarschte, iiaogen de uieuws-bladen, tôt Dader bertclit, slechts op tnee bladasijden verscbijneu. Huizen en Meubelen Deze laatste jaren hebben huizen en meubelen eene groote roi gespeeld in de overdreven pracht en de uiterlijke wel-vaart. Veien streefden er naar een schoon huis en schoone meubelen te bezitten, die bij gebrek aan kunstige en degelijke opvatting, onder de klater-gouden benaming van moderne of hedendaagsche wierden opgesolferd. » * * Dat huizen en meubelen tevens nauw verbonden zijn met de zeden en gebrui-ken van een volk, dit weet iedereen die iets of wat nadenkt en eenige verkleefd-heid heeft behouden aan het leven en de doenwijze der voorvaderen. Daarom trof ons het volgende dichtje, voor-komende op eenen scheuralmanak : Ouda meubels spreken, Elk vertelt ons iets, Nieuwe zijn vaak mooier, Maar... ze zeggen niets. * ** Dat oude huizen en meubelen iets te vertellen hebben over het lief en leed der familie, over het leven en streven onzer voorouders, over kunst en vlijt van den ouden werkmansstand, wie zal dit betwisten ? Zij zijn gezelliger en dikwijls ook doelmatiger dan al het nieuwe dat onder allerhande vreemde benamingen wordt opgedrongen. Zij zijn minder prachtig, maar kunstiger en steviger, en spreken tevens, zooals het dichtje zegt, tôt ons gemoed en verwek-ken herinneringen, die den familiegeest doen herleven en versterken. * * » Dat nieuwe huizen en meubelen niets zeggen onder dit opzicht, is waar en echt ; maar zij spreken toch ook en zeggen aan velen iets dat hoegenaamd niet verkwikkend of aangenaam is. Immers, hoevelen zijn er niet die zicb in moeielijkheden hebben geplaatst, die heel hun familieleven vergalden om te pronken met een schoon huis en schoone meubelen ? Hoevelen zijn er niet, voor wie dit huis en die meubelen een gedurig verwijt zijn voor hunnen ondergang? * * Bij de gelukkigen die zonder zorgen met nieuwe huizen en nieuwe meubelen kunnen pronken, zijn er toch velen die daarin geene voldoening vinden, althans geene ingrijpende zielsvoldoening, zooals dit bij oude huizen en meubelen het geval is, wanneer die huizen en meubelen een erfgoed zijn der familie en de deugd en de vlijt herinneren der voorouders. Het ouderlijke huis en de ouderlijke goederen waren destijds een geheiligd iets, dat men nietgemakkelijk in vreemde handen liet overgaan en waarvoor men, gelijk voor hetVader-land, zou gevochten hebben om het te behouden. *** Bij die oude bezittingen, zoo duur-baar voor de herdenking en herinnering aan geliefde wezens, zijn taal, zeden en gebruiken niet minder aan te bevelen. Zij ook worden maar al te dikwijls vertrapt voor vreemde taal en zeden die niets zeggen aan 't gemoed, zoo min als nieuwe huizen en meubelen. De taal en de zeden der voorouders verdwijnen in den kolk van al die nieuwigheid, en velen denken genoeg gedaan te hebben wanneer zij op 't graf hunner ouders een koud, verlaten en niets zeggend gedenkteeken zetten, maar het schoonste gedenkteeken, de zoogezegde « patri-monieele » woning, de taal en zeden j i der voorouders versmaden en door j ; vreemden tooi vervangen. * * * Nieuwe huizen en meubelen hebben dus vele nadeelen. Zij kunnen niet opwegen tegen het heilig pand, ons door het voorgeslacht nagelaten. Zij missen aile opwekkingen, aile herinneringen die het leven kunnen veraan-genamen, gelijk vreemde taal en zeden den mensch vernederen in plaats van hem iets meer te doen schijnen dan hij werkelijk is. * * * Hoogmoed en pracht gaan gewoon-lijk. samen, maar zij brengen ook vele lieden ten val. En 't getal dergenen die bij het uitbreken van den oorlog het meest in moeielijke toestanden kwamen, waren juist zij die, door hoogmoed en pracht gedreven, zich niet wisten te matigen en zich ook veelal lieten bedriegen door kladergoud en mismaak-sel. Kunst en vaardigheid waren in het zoogezegde moderne weinig of niet te vinden ; oogenverblinding en uiterlijke schijn waren de broze steunpilaren van dien misplaatsten hoogmoed en die dolzinnige pracht. # * * Laat on? hopen dat de nieuwe tijd, die na dewereldschudding zal optreden, een beter besef van waardigheid en levenswijsheid zal ingeven. De wereld-oorlog is een uitvloeisel geweest van de zucht naar macht en pracht ; hij heeft dit ailes overhoop geworpen en zal bij het volk betere gedachten over het huiselijk leven doen ontstaan. Het heilig pand van familiebezit, van taal en zeden kan daardoor terug in eere komen, tôt groot nut en welzijn van buisgezinnen en volken. J. L. DE TOESTAfiD HIER EN ELDE8S NEDERLAND. — De Liberale partij in Nederland is verdeeld iD Vooruitstrevers en Behoudsgezinden, en hier en daar nog in andere scbakkeeringen. Bij de eerste toepassing der Evenredige Vertegenwoordiging zou dit tôt I eene groote verzwakking kunnen leiden. (j Daarom ook hadden eenige aanleiders of partij- | leiders gewenscht, dat er eene overeenkomst f zou getroffen worden, om overal gezamentlijk J op te treden en geene enkele stem te verliezen. j Maar die overeenkomst is niet tôt stand j gekomen. en bij de aansiaande Kamerkiezing j gaat elke partij op haar eigen den strijd aan, S ten einde elks kiesmacbt te kunnen bepalen. jj Het is in hunne oogen dus eene « proefktezing», | die nogtans groote nadeelen kan opleveren, 5 want er kunnen vele verloren stemmen zijn s indien niet aile partyen bet noodige kiescijfer ' bereiken. In Nederland blyken de partijen nog t niet ganscli op de hoogte te zijn van de inge- j wikkelde becijferingen waarop de Evenredige f Vertegenwoordiging stsunt. Wij in België [ hebben er al de mistoestanden van ondervonden j en beleefd, zoodat wij op voorhand kunnen verzekerd zijn, dat de Liberale party veel zal verliezen door haar verbrokkeld optreden. De klaarziende leiders vreezen dan ook, dat de Socialisten in eenige kiesomschrijvingen de plaats van Liberale aftredende leden zullen innemen. De « verplichte» stemming is ook ingevoerd. Het getal onthoudingen was vroeger zoo groot, dat niet de helft der kiezers in aanmerking kwam. Er was dus geene enkele partij die kon zeggen, dat zij de meerderheid van 't land vertegenwoordigde. —o— RUSLAND. — De bloedige strijd tusschen Kerenski en Lenin is nog niet uitgestreden. Indien het zoo voortgaat, is er voor burgeroor-log te vreezen of voor 't uitbreken eener Commune, gelijk te Parijs in 1871. Oorlogen hebben gewoonlijk een nasleep van omwente-lingen, bij gebrek aan dadelijke orde en tucht. FRANKRIJK. — Clemenceau is er dus eindelijk in gelukt het Ministerie-painlevé ta doen vallen en in dezes plaats op te treden. I Ondanks zijne persoonlijke vyandsctiap tegen 1 M. Poincaré, voorzitter der Republiek, en den haat die vele Socialisten h«m toedr&gen, zal de - Kamer hem toch, om beterswil, eenige weken of maanden dulden. Hij die als redder van Prankrijk wilde optreden un ailes slecht vond j bij zijna voorgangers, moet nu eens toonen wat hij kan. Maar met woorden zal hij er niet kunnen komen, want met schoone en krachtige ! woorden ware de oorlog reeds lang gewonnen ; geweest, zelfs zonder de hulp van Clemenceau. —o— AMERIKA. — Het geschil met Nederland en andere onzijdige staten nopens bet zenden van eet- en koopwaren en allerhande grondstoflen die deze noodig hebben voor hunue bevolking en hunne nijverheid, is nog niet opgelost. Hoe langer dit geschil duurt, hoe nijpender de toe-stand in die landen wordt. De oud-Minister van Oorlog M. Colyn, van Nederland, heeft reeds wraakmiddelen voorgesteld tegen de Belgische bevolking in 't bezette gebied, ten aanzien der eetwaren naar hier verzonden, maar de Neder-landsche Siaatslieden en ook het Nederlandsche volk treden zijne zienswijze niet bij. Ten andere, op voorhand zulke middelen voorstel-len, zou de verdere onderhandeling, die ten goede van beide volkeren kan uitvallen, «erder schaden dan bevoordeelen. Wij hopen dat recht, goede trouw en menscblievendheid, langs beide zyden zullen zegepralen. Pax UIT DE GAZETTENWERELD Antwerpen is de stad waar het eerst een nieuwsblad gedrukt en uitgegeven wierd door Abraham Verhoeven. Er bestaan hier en daar nog dagbladen die uit vroegere eeuwen dagtee-kenen. Te Stockholm bestaat nog de Nya Dagligt Allehanda, in 1767 gesticht, dus nu 150 jaar geleden. Vroeger bestond daar de Postzeitung, die in 1741 een mededinger kreeg in Stockholms Gazette. Allehande beteekent allerhande, zoodat er niet veel verscbil tusschen het ZWeedscbe en het Vlaamsche woord bestaat. Ten andere, meest aile Noordsche talen komen met het Vlaamsch veelal overeen. * * * Nr 4 der Bahherijschool bevat een aantal nuttige raadgevingen, niet alleen voor bakkers, maar ook voor de verbruikers, alsmede meer andere bijdragen over het misbruik van koper-sulfaat, over het broodverbod voor zekere zieken, over bonig en zijne voedingswaarde, over het gebruik van atkookwater van aard-appel *n, over bet ei als voedingsmiddel, over brandnetels als grosnte, cv§r het bewaren vau zout, enz. Nu de volksvoeding aan de dagorde staat en iedereen een beetje keukenfrul is, kunnen die raadgevingen en waarschuwingen goed te pas komen. * * * m. Clemenceau, boofdopsteller van het dag-blad U Homme Enchaîné, doelende op m. Poincaré die niet vrij maar geketend zou zijn, zal nu de titel van zijn blad wellicbt kunnen jj veranderen in Le Ministre Enchaîné, want I oprecht vrij zal of kan hij niet meer wezen. Hildebrand i OORDBELEN EN VITTEN Nu de politiek sluimert en haren zeg niet mag hebben, is veler aandacht en veler bedil-zucht op de Komiteiten gevestigd. Dit kan niet anders, want zy leveren «en ruim veld aan allerhande beoordeelingen en bevittingen. Sinds die komiteiten zich in de plaats hebben gesteld van de gemeente- en andere besturen, althans voor vele aangelegenbeden die het volk in 't algemeen betrcffen, moesten zy natuurlijk aile gebreken maar ook aile bevittingen over erven, waarmeê openbare besturen doorgaans hebben af te rekenen. Tusschen de hoofden dier Komiteiten zijn er enkelen, die vroeger smaak vonden in het atbreken en beknibbelen van Staats-.Provincie-•n Gemeentebesturen, en die nu ondervinden dat zij wel eens onbedacht en onrechtvaardig handelden, vermits zij nu zelven, ondanks hunne beste bedoelingen en het groot gedacht van hen zelven, aan allerhande bedilzucht zijn bloot gesteld. In die beoordeelingen en bevittingen wordt dikwijls verwarring gebracht. Het zijn nog meermaals de gemeentebesturen die verant-woordelijk worden gesteld voor zaken en regelingen waar zij niets in te zien hebben en die uitsluitelijk in de bevoegdheid vallen der Komiteiten. Die verwarring spruit voort uit het feit, dat de Komiteiten zich eene macht toeeigenen die ; op geene enkele wet of op geene enkele bevoegdheid gesteund is. Niettemin moeten de Gemeentebesturen onder hunne oppermacht « bukken en hebben af te rekenen met dreige-menten nopens het niet-uitbetalen van vergoe-dingen of toelagen. Maar niet enkel de Gemeentebesturen lyden daar onder, ook neringdoeners en bu'gers. Hoofden of bedienden dier Komiteiten eigenen zich recbten toe die op niets gesteund en die in gewone tijden met de rneeste wettelijke voorzorgen en waarborgen moesten omringd zijn. De tegenstoot wordt gegeven door de beoor-deelaars over misbruiken en mistoestanden bij de Komiteiten zelven, die daar een ruim veld vinden om bunne beknibbelzucbt te voldoen. Daar zijn er zelfs die op voorhand iets beknibbelen. • wanneer zij weten dat er eene nieuwe regeling in aantocbt of genomen is. Zij pronken dan met de bewering, dat het dank aan hen is dat die maatregelen genomen wierden, alhoewel zij heel goed weten dat lij er voor niets tusschen zijn. In de oogen hunner lezers meenen zij dan mannen van gewicht of gezag te wezen. Tusschen beoordeelen en bevitten is dus een groot verscbil : beoordeelen wordt door goede trouw en tôt nut van 't algemeen ingegeven ; bevitten is eene stelselmatjge en ongegronde afbreking, die meer kwaad dan goed doet. Zij ontaardt veelal in zagerij. En dit hebben wy nu wel het minst noodig. Het volk moet opgebeurd en niet ueergedrukt worden door nuttelooze bevittingen, die maar al te veel voortkomen van personen die nooit te vreden zijn en enkel hunne eigen gebreken te raden gaan. Hildebrand Voor Denkende Menschen VI De Opvocding van het zwarte Ras Slot » Een schip zwalpte reeds langen tijd op ze« rond. In de verte zagen de matrozen een bevriend zeil. Aanstonds werden vlaggen opgestoken om te zeggen : « Water ! Water ! Wij st«r»en van dorst ! » Het antwoord liet zich niet lang wachten : " Werpt uw emmers uit waar gij zij t ! ■> Een tweede maal werd het sein gegeven : « Water ! Water ! Wij sterren van dorst ! » en nogmaals was het antwoord : " Werpt uw emmers uit waar gij ziji ! .. Drie, vier maal herhaalde zich die seinwisseling tôt eindelijk de kapitein gehoor gaf aan het antwoord en de emmers deed uitwerpen ; zij werden opgehaald vol zoet water, want men bevond zich te midden van de monding van een grooten stroom. Eu aan diegenen .van mijn ras die om hun toestand te verbeteren meenen verre weg te moeten trekken, of die nalaten in goedo verstandhouding te treden met hun blanke geburen, wil ik ook zeggen : « Werpt uw emmers uit waar gij zij t ! » » Dompelt uw emmers in de groote see van landbouw, nijverbeid, koophande], buisarbeid, vrije bedieningen ook .. Het grootste gevaar dat wij geloopen hebben toen wij aan de slavernij ontsnapten om de voile vrijheid te genieten, was het miskennen van het onweer-legbaar feit dat wy voor het grootste deel van het werk onzer handen moeten leven, dat onze macht bestaat in het verheerlijken van den arbeid en dat wij al onze behendigheid en al ons verstand op die nederige bezigîieden moeten toepassan. Geen enkel ras kan slagen in het bestaan zoo het niet begrijpt dat er in het bewerken van een akker evenveel waardigheid is als in het scbrijven van een heldendictit, Wij, wij moeten van beneden beginnen en niet van boven ! » En eveneens zal ik tôt de blanken, die de herwording van het Zuiden afwachten van vreemdelingen met onbekende talen, toeroepen wat ik reeds aan myn eigen ras zegde : « Werpt uw emmers uit waar gij zyt ! « Werpt ze uit tusschen die acht millioen negers wier gewoonten gij kent, en wier getrouwbeid en genegenheid gij ondervonden hebt gedurende die dagen, wanneer een verraad u zou in den grond geholpen hebben. Werpt ze uit tusschen die lieden, die zonder werkstaking noch opstand uw velden bebouwd, uw spoorbanen gelegd, uw steden opgetrokken, uw schatten aan den schoot der aarde ontwrongen hebben. Steunt en helpt mijn ras, moedigt het aan, opdat zij gebruik makende van de opvoeding en de handvaardigheid die zij verworven hebben, uw braaklanden koopen, uw dorre streken vruchtbaar maken, uwfabrieken doen werken. Op die wijze zult gij u voor de toekomst verzekei-en wat gij voorheen genoot : de diensten van een getrouw, geduldig, zacht-aardig volk, vol eerbied voor 's lands wetten. Eertijds brachten onze vaders en onze moeders uw kinderen op, waakten bij de legerstede van uw stervenden, volgden met de tranen in de oogen uw ouders tôt aan hun laatste rustplaats.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Het Vlaamsch heelal: katholiek - zondagsblad behorende tot de categorie Katholieke pers. Uitgegeven in Borgerhout van 1878 tot 1930.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes