BORGERHOUT, 14 DECEMBER 1918 10 Centiemen Nr 50, 4 41e Jaar HET VLAAMSCH HEELAL Allés in te zenden vôôr Donderdag middag — Inschrijvingsprijs : 5 Frank — Weekblad voor Uaanisclie en /tlgemeene Belangen «wmt rr ni laminimini Bdrbel en Drukkerij : Carnotplaatb 65 Aankondigingen : 25 Centiemen den regel VUIST EN RECHT —— Duitschland heeft immer het geweld ! boven het recht gesteld. Het was zelfs het lievelingsgezegde van Bismarck : « Macht gaat boven Recht. » Hij ging zoo verre te beweren, dat het recht zich niet kan doen gelden of opdringen ' zonder de macht, de macht van het ruw geweld. Onder dit voorwendsel • wierden ook vroeger de oorlogen ver- l schoond, wanneer zij ten doel hadden j het recht te doen zegevieren, hetgene ! maar zelden het geval was. De oorzaak der oorlogen was meest altijd heb- en grijpzucht, hoovaardij en dwingeiandij. * * # Wilhelm II, die thans het onderspit heeft moeten delven niet alleen tegen-over zijne vijanden maar ook tegenover zijn eigen volk, zoodat hij twee-maal of dubbel vernederd is, had een meer gemeene spreuk aangenomen om het recht te onderdrukken. Hij sprak immer van zijne gepantserde of stevige « vuist », van zijn blinkend zwaard, zoo bijna of hij een eerste vechtersbaas was, waardig om te « lutteeren » met de eene of andere beroemdheid van den Luien Hoek of van de Vuil Rui te Antwerpen. * * * Zijne nederige dienaars de Rijkskan-seliers, von Bethmann-Holweg en von Hertling, spraken eene zelfde taal. Zij ook brachten er immer hunne «vuist» bij en heweerden dat het over- I rompeld België een « vuistpand » was. Zij hielden het gekneveld en onder-drukt, in strijd met aile recht en met aile eerlijkheid, en hoopten daardoor : en daarvoor in ruil hunne verloren Kolonies terug te krijgen ! * * * Die groote vechtersbazen schaamden zich ook niet van God een vechthaan ite maken. Al hunne zoogezegde zege-! pralen schreven zij toe aan de medehulp van God, zoo bijna of God hunne oneer-lijke en vuile zaken verschoonde en waarnam, om heel het menschdom te onderjukken. Hunne grootste misdaden verscholen zij in 't begin van den oorlog onder den hoovaardigen en volksverdrukkenden kreet : één God, één Paus, één Keizer ! Die keizer moest natuurlijk Wilhelm zijn, die met « vuist en zwaard » heel de wereld meende te onderjukken. Eu daarom ook hadden zijne soldaten geene waarde als menschen ; hij noetnde ze « menschenmateriaal » en deed aldus honderdduizenden van zijn eigen volk sneuvelen zonder den min-sten eerbied voor de menschelijke levens die hij slachtofferde. * * * Tijdens den wereldoorlog is het de meest wreede handelwijze der « vuist-mannen » geweest, dat zij geenen eerbied hadden zoomin voor 't Menschdom als voor 't Recht. In hunne oogen en in hunne vuisten hadden de menschen geene ziel ; zij waren enkel stof of materiaal waarop de hoogmoed van den Keizer, van zijne staatslieden en van zijn volk moest steunen. Ook was er geen volk dat meer onderdrukt en meer vernederd wierd door zijne eigen overheden dan de Duitschers. * * * Om zoo iets te verdragen, moest het Duitsche volk geheel versuft zijn. Dit bleek duidelijk uit de valsche voor-stellingen die de Keizer en zijne Ministère gaven over het ontstaan en het doel van den oorlog. Zij maakten hun volk wijs dat Duitschland zelf den oorlog niet had gewild, maar dat het onverwachts aangerand was geweest ; dat de Keizer dus slechts een verdedi-gingsoorlog voerde tegen eene wereld van vijanden ! Zou hij wel zoovele vijanden gehad hebben, indien hij een deftig en eerlijk man ware geweest ? * ** Niettemin geloofde het volk die valsche Keizerlijke verklaringen en nam zelfs als waarbeid aan, dat België aan Duitschland den oorlog had ver-klaard en met Duitschland aan België ! En om zoo iets te gelooven, moest het Duitsche volk weinig ontwikkeld of geheel versuft ijn, door de jarenlangen dwingeiandij die het van de opperheer-schappij der soldaterij heeft te verduren gehad. * * * De « vuist » heeft ditmaal niet geze-gevierd over het Recht. Ot.danks het ruw geweld, de valsche en trouwelooze daden der Duitschers, is thans het Recht geheel meester van den toestand. De oogen der Duitschers zijn Levens open gegaan en zij hebben gezien dat hun Keizer die zich gelijk wilde stellen met God,' slechts een reus met leemen voeten was, die, gelijk de minste der stervelingen, in stof en assche zal wederkeeren. * * * De Keizer vergat dat zijne onderda-nen ook « menschen » waren, schepse-lenGods gelijk hij. Hij was niet meerder dan de minste der zijnen, en door zijn eigen volk te minachten, beleedigde hij God, die den minsten der zijnen naar zijn evenbeeld schiep. Ten andere, zijne beroepen op God tijdens den oorlog, waren meestal godslasteringen, die hem thans bij zijnen diepen val het zwaarste aangerekend worden. J. L. DE TQESTA1Q H8EP8 EU ELÛEBS BELGIË — Het Belgisch leger heeft thans eeu deel van het Duiisch Rijnland in zijn bezit. Het oefent daar ook het burgerlijk "bestuur uit, zoodat Duitschland geœeten wordt met de maat waar het andere mêe mat. De Engelschen, Pranschen en Amerikanen hebbea het overige deel bezet. X Daar België niet meer onzijdig zal zijn maar geheel onafhankelijk en vrij in zijne handelingen, zullen de vreemde Mogendheden alhier door ambassadeurs en niet door gezanien vertegenwoor ïigd worden. Het verscbil tus-schen deze twee vertegeriwoordigers is, dat een ambassadeur rechtstreeks handelt in naam van zijne Regeering, en een gozant eerst kan han-delen na raadpleging. Het gevolg van deze verandering is, dat België in hooger aanzien staat als vroeger en ook meer rechten in de buitenlandsche politiek zal bekomen. X De lichtingen voor den dienst in 't leger zullen als volgt binnen geroepen worden : De klassen van 1914 en 1915 tegen 15 Janu-iri 1919. Die van 1916 tegen 1 Maart. Die van 1917 tegen 15 April. Die van 1918 tegen 1 Juai. En die van 1919 tegen 1 October. In de daturns dezer oproepingen kan nog perandering komen. X De voedselbevoorrading sch^nt bij den ?rijbandel in dit oogenblik geen voordeel te 3oea. De handel in boter namelijk is vrijgege-pen, en in plaats van in prijs te verminderen, ïij n er woekeraars en opkoopers ailes komen Dpjagen en bederven. De ambtelijke prijs der soter was slechts 12 fr. den kilo en nu is de prijs reeds 18 fr. Dit is in strijd niet alleen met le belangen der verbruikers, maar ook met die jer kleinhandplaars, wier bedrijf des te langer îal uitgeschakeld worden. DUITSCHLAND. — Dit land heeft thans aller-aande miseries. Volksopstanden breken hier en Jaar uit, tôt zelfs in Berlijn, zoodat er sprake s dat de Amerikanen de hoofdstad zullen bezet-:en. Dit jaar zal het dus kunnen bewaarheid worden, dat de Bondgenooten met Kerstmis in Berlijn zullen zijn, gelijk dit gewenscht en poorgespiegeld wierd in 1915. Maar deze Kerstmis of 't verlangde Vredefeest, heeft nog drij aren op zich doen wachten. Het voorloopige Siaatsbestuur van Duitsch-and heeft iniusschen doen kennen, dat het ^een bezwaar vindt in de uitlevering van den ïeizer en den Kroonprins aan de Bondgenooten, socdat Nederland niet langer meer hoeft te wachten om van die lastige gasten ontslagen e zijn. X Het Staatsbestuur van Duitschland is jeheel ontredderd. Er is geene eenheid meer )f ook geen erkend gezag. Liebknecht staat aan 't hoofd der straatbetoogingen en eischt het aftreden van den voorloopigen Staatsraad. Dus een warboel van eerste klas ! 0 FRANKRIJK. — Koning Albert is te Parijs geestdrittig ontvangen. Daar is door den voor-zitter der Republiek M. Poincàré. alsook door Minisler Clemenceau en anaeren de verklaring afgelegd, dat Frankrijk nooit het schoon en l helahattig gedrag van den Koning en het \ Belgisch volk zal vergeten. Het bestaan en de I grootheid van Prankrijk is te danken aan I België gelijk België destijds zijne vrijmaking in 1830 aan Frankrijk mocht danken. Die schuld van erkentelijkheid is thans dubbel en !! dik betaald. ENGELAND. — De wetgevende kiezingen zijn volop in gang. Verscheidene leden van 't Lagerhuis zijn zonder strijd gekozen of her-| kozen. Men denkt dat de partij van Lloyd I George eene groote meerderheid zal behalen. * * * AMERIKA. — Vooraleer naar Europa te vertrekken, heeft Wilson eene groote en merkwaardige redevoering uitgesproken, waarin hij zegde dat hij aan de Vredescon-ferentie ging deel nemen en zijnen invloed zou doen gelden, om vrijheid en recht te doen zegevieren. Hij zegde tevens dat ailes openbaar zou geschieden, zonder geheime diplomatie. Hij herinnerde ook dat door zijo toedoen de censuur in Frankrijk en Engeland was afge-schaft.Sprekende over België zegde hij, dat dit ongelukkige maar heldhaftige land niet uit-sluitelijk door geld kan geholpen worden, maar dat de Bondgenooten het ook moeten bijstaan door 't leveren van grondstofifen, machieneriën en arbeidskrachten. Dit laatste is het best te bereiken door de inkrimping of beperking van den krijgsdienst, om de noodige arbeidskrachten voor handel en nijverheid te bewaren. De Vrijheid der Schelde Er wordt thans veel gesproken over slinksche handelwijzen van Nederland tijdens den wereldoorlog ten opzichte I van België. Die beschouwingen zouden kunnen ingegeven zijn door misnoegd-heid over het een of ander twijfelachtig feit. Daarom is het denkelijk niet slecht i een artikel aan te halen, in 1914 ver-| schenen, vôôr den oorlog, waarin de handelwijze van Nederland betrekkelijk de vrijheid der Schelde, gehekeld wordt. Ziehier een deel van dit artikel : « Maar het is slelselmatig dat Holland zoekt Antwerpen en Gent van de zee te scheiden door alleen voor zich zelven te behouden het meesterschap over de Wester Scheldemoridin-gen en van 't kaoaal pan Terneuzen. » Rotterdam, om het traflek der groote overzeeërs naar Antwerpen te verminderen, zoekt van zijn Staatsbestuur te bekomen het bouwen eener reeks lorten, stevig gewapend, op de twee oevers der Neder-Schelde. » Tezelfder tijd dat de versterkingen van Vlissingen zijn ontworpen, bericht de Middel-burgsche Gourant van 25 April 1913, dat de krijgsoverheid van Terneuzen besloten heeft eene dubbele lijn mijnen te leggen in de nieuwe voorhaven. De verdedigingswerken zullen volledigd worden door twee rijen geblindeerde fortjes op de twee oevers van 't kanaal van Gent naar Terneuzen en door eene schikking, toelatende de onmiddellijke vernietiging der sluisdeuren en de verhindering van aile toe-gangswegen. Door deze verdedigingswerken, op Nederlandschen grond, is eene vloot die Antwerpen ter hulp zou willen komen, aan een kruisvuur blootgesteld van al de versterkingen. Maar dit schijnt niet voldoende aan onze goede Noorderburen, die, ongetwijfeld om het hunne bij te dragen in de openbare feestelijkheden, te Antwerpen ingericht om het vyftigjarig jubelfeest van de vrijmaking der Schelde te vieren, aile voorzorgen nemen en, volgens Brugge Wélzijn van 1 Mei 1913, eene vrien-delijhe betoogmg inrichten te Zeebrugge, om de verdedigingsmiddelen van de Belgische kust te bestudeeren. Groote betoogingen zyn ingericht te Brugge, Oostende, Blankenberghe, om de bemanningen eener vloot van torpilleurs en destroyeurs feestelijk te onthalen, gekomen om in de voorhaven van Zeebrugge oefeningen te doen. » Als gevolg dezer oefeningen en van het geestdriftig onthaal dat hen vergezelde, deelde de Belgische gezant bij den Haag, den 8 Mei 1913, aan zijne Regeering ambtelijk mede : « dat in geval van oorlog waarin Nederland zou betrokken zijn, de bevoorrading en de zeehaudel van België langs Oostende, langs Nieuwpoort en langs de nieuwe haven van de Panne zouden gebeuren ». » Opdat onze te goedgeh>ovige landg^noo^n goed zouden overtuigd zijn dat zij naar wensch mogen uitgebuit en uitgebaat worden door de Meesters van de doorvaarten of passen van de zee maar Terneuzen en Vlissingen, en dat hun groote nationale stroom wezentlijk bevrijd is van het Belgisch toezicht. ziehier wat de Staats Courant van 14 Maart 1914 afkondigt : « In aanzien van den gespaDnen toestand der » diplomatieke betrekkingen met Japan, als » gevolg van het tusschengeval van Sourabaya, » komt het Nederlandsch Staatsbestuur, door » de Hollandsch-Belgische overeenkomst van » 1891 toe te passen op de verlichting der >» Schelde, al de vuren en lichten op zandplaten » en boeien uit te dooven. » » De schepefî die van en naar Antwerpen komen, moeten zich dus maar uit den slag trekken ! » Wat al gevaarlijke toestanden, wat al vernederingen voor België deze laatste vijftig jaren ! » 1863. — Sluiting der Ooster-Schelde, onverschoonbare beleediging, kwaadwillig gewild door Holland en deemoedig door België ondergaan. » 1872. — Verlaging der loodsrechten voor Rotterdam ten nadeele van Antwerpen en in tegenstrijd met de formeele bepalingen der Hollandsch-Belgische overeenkomsten. » 1876. — Overeenkomst de haven van Terneuzen gelijkstellende met de Belgische havens onder oogpunt der uitvoertarieven voor de ijzerenwegen. » 1891. — Erkenning van België aan Holland van het recht de vuren en lichten uit te dooven in geval van oorlog of van oorlogs-gevaar.» 1906. — Erkenning van België aan Holland dat de onderhoud van de passen der Schelde, op Hollandsch grondgebied, ten laste van België zijn. » 1910. — Overeenkomst België b^lastende met eene jaarlijksctie rent van 100,000 fr. en met eene onmiddellijke uitgave van vier miljoen frank voor de lichten en vuren en boeien op Hollandsch grondgebied, (die de Bataven mogen uiidooven volgens de overeenkomst vai! 1891.) » 1913. — Versterking der Neder-Scbelde door Holland. » Stellen wij tegenover die gunstiije overeenkomsten voor onze Noordervrienden, de aan-houdende vervolgingen die zij i#spannen tegen de Belgische vissetiers van de Clinge en van Bouchoute, het stelselinatig indijken van den Braakmao en de voortdurende scbending van de overeenkomsten betrekkelijk «Je aflriding der waters ; het geval betrekkelijk de innca-ting van het loodswezen te ZeebruKge ; de instandhouding van onwettige ioodstarieven en de verplichting voor onze looiisen, voort te gaan met het gebruik van een verouJerd, gevaarlijk en on voldoende materiaal vooi de boordbestijgiog, en eindelijk de ernstige en nadeeliga hindernissen voor de Belgische scheepvaart, door de stremming van de vaart naar Hansweert en van de moedwilligheid in de opening der brug van Vlake !... » Het is te veel ! De Schelde is niet ontvoogd, zij moet geheel vry zijn ! >. J. S. Het Land der Yon 's en der Freiherren Het heeft relen verwonderd dat er bij de Duitschers en Pruisen zoovele nobelen (von 's), barons (freiherren) en andere getitelden waren. Dit kwam niet overeen met hun gedrag noch met hunnen persoon. Die groote hoeveelheid « Junkers », afstam-melingen van familiën die door oorlogsmoord en roof waren rijk geworden, komt voort uit de verschillende staten, prins- en hertogdom-menwaaruit het Duitsche rijk tôt heden 'oestond. Dat waren altemaal fabrieken ran von 's en freiherren. Wij geven hier een kort overzicht van de verschillende rorstenhuizen die vrijwillig of gedwongen afstand hebben gedaan of weldra zullen doen. Aan het hoofd van het Duitsche rijk stond de Keizer van Duitschland, die tevens Koning van Pruisen was. Hij was de voorziiter van den bondstaat Duitschland. Het keizerrijk bestond uit de bondstaten en 'trijksland Elzas-Lotbaringen. Naar hun grootte en belangrijkbeid, kunnen wij deze als volgt opsommen, zooals de toestand vôôr den oorlog was.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.