Ons land

1275 0
29 oktober 1916
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1916, 29 Oktober. Ons land. Geraadpleegd op 25 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/7s7hq3sw4t/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

4de jaargang, Nummer 26. Prîjs : 5 Centiemen 29 Oktober 1916. # tisipmmssmma ' ONS LAND STAATKUNDE - WETENSCHAP — KUNST — TOONEEL — LETTERKUNDE ABONNEMENTSPRIJS : Per jaar . fr. 3.— Voor 6 maanden . . » 1.75 Voor 3 maanden ... ... .... » 1.— men schr1jft in ten bureel van het blad. Opstelraad en beheer : Markgravestraat, n-x3, Antwerpen AANKONDIGINGEN NAAR OVEREENKOMST. Ongeteekende stukken worden niet opgenomen. NATIONAAL EN TOCH INTERNATIONAAL Eene opwerping, dia ons dikwijls wordt gsmaikt en waarmed«-in-hun-den-ken-begrensde menschen andere lui, die-niet te-denken-wenschen tevreden stellen is, dat de Vlaamsche z ^ak eene zuivere nationale zaak is en dat ze daarom moet worden behandeld na den terugkeer van de Regeering en nà het herstel van België, d.i., nadat het weer in België zal mogelij k geworden zij n om te gaan doen aan de onverkwikkelijke, enghartigeenstomp-zinnige partij- en kliekjespolitiek, die vôôr den oorlog alhier zoo verbazend kwistig tierde, zelfs met de alleredelste miskenning van 's volks en 's lands aller-eerste belangen. Lui die zoo spreken, hebben noott het heilige van de Vlaamsche zaak gevoeld. Kleine menschen,met kleine en armderige begrippen,hebben zij aile zaak herleid tôt de miezerigheid van hunne verbeelding en van hun denkver-mogen en niets der moeite waard geacht om er iets voor ten offer te brengen. Onder hen vond men, — en dat is ken-schetsend, bedroevend en beschamend ieveus, - tôt Vlaarnscha dagbiadschrij vers... Ter hunner ontlasting zij gezegd dat men hen had zoolang al verphcht om in het khekjespolitiek-gareel te loopen, dat ze nooit of nooit niettegenstaande de bibliotheken-vol geschriften over den VI. strijd — dezenstrijdtot hetblijven vanwat men is — hadden gezien los van aile politieke bijgedachte, passend aan de kliek, die door hun dagblad werd verdedigd. Onze menschen, vrijwel in de volslagen onkunde gelaten van de vraagstukken van internationale politiek, — de meeste Vlaamsche bladen mis-ien, evenals kunstrecensenten, ook bui-landsche briefwisselaars en stelden meer belang in gebroken arman en schandaal-tjes dan in ernstige dingen.bijdragend tôt de algemeene ontwikkeling, - leefdea hier voort te midden van kieine gedach-ten, tevreden met hun dagelijksch brood, onbewust schier van hunne minderwaar-digheid, zonder ideé van wat er omging in het gevoels- en in het gedachten-levenvan hunne medemenschen in andere landen. De lui, die de staatsmacht in han-den hadden, wisten het, zij durfden ailes te doen... De Vlamingen waren gedwje... zij waren, bizondertijk, door de schuld van een plichtvergetene pers, menschen geworden, die hunne minderwaardigheid droegcn als een zondagskleed ; het uniform van het Belg-zijn ! Nevens de plichtvergeten persstond de vrije VI, pers, die oneindig minder in-vloed had en die er toch foe kwam het VI. bewustzijn her op te wekken... Zi] vermocht het dàt te doen niettegens'aan-de zij door de gewone dagbladpers heele-maal genegeerd werd. Door den oorlog is duideîijker onze be-weging vannationaalin haarwezen intein. door hare beteekenis geworden. Wij be-grijpen dat velen onder onze menschen, ongewend als ze zijn over internationale zaken na te denken, liefst vasthouden aan het oude : — Dat anderen, meer onder-legden.dat voor wij doen... Ik ken er toch niets af. . En misschien zonder het te willen,uit simpele onwetendheid.waarvan zij-zelf niet de grootste schuld dragen, gaan ze de rangen vergrooten van passie-ven, die niet dutven of peifieden, die tegen hun volk handelen. Misdadig zonder meer, wraakroepend-zondig zijn zij, du, in dezen tijd, durven in dennaam van God en den Godsdienst de Vlaamsche aktie af U keuren en tegen te werken met de verschrik-kelijke bijgedachte van door haat te prediken den godsdienst der vaderen adtpten te doen winnen. Zulke lui verloochenen den Meester van de reine Liefde, jfezus, en drukkm op zijne pure lippen den hatelijken zoen van Judas Is-Karioth. In onze rangen is plaats voor eenieder. Geene beweging, noch aktie als de VI be-weging en de Vlaamsche actie was ooit zoo heerlijk nationaal. Als broeders strij-dend voor hetzelfde ideaal, — de uit-ein-d lijke opstanding van het VI. volk — drukken mannèn van aile geziadheid mal-kander de hand, schouwen naar elkaar met in de oogeu het vuur van dezelfde overtuiging. Maar eene beweging zoo nationaal in haar wezen, dat zij heel een volk om-vatten kan, moet door hare beteekenis en hare gevolgen internationaal zijn. Het is niet zonder belang voor de Europeosche beschaving, dat het volk van onz# landen, van koeli's en siaven zich, door eigen middalen kunne opwerken tôt een kul-tuurvolk, bij wiens bloei Europa.de wereld, de Menschheid zeer zeker nut heeft. Van nog meer onmiddellijk belang is dat voor de landen, die liggen aan onze grenzen : Nederland,Engeland, Frank' ijk, Duitsch-land. Van twee dezer zijn de belangen gelijklijnig met het Vi. belang en een wil, ten spijt zijner verklarmgen over de kleine natiën, geen Vlaamsch be'ang zien. Ter wille van het hsilig eigenbelang kent het slechts het Belgisch staatsbelang en zal het maar zoolang dat Belgisch staatsbelang kennen als de Belgische gezagheb-bers zich de voorhands gehoorzame die-naren toonen van dat vreemde belang. Zoo staat het Belgisch staatsbelang in strijd met het VI. volksbslang. Maar het Belgisch staatsbelang zelf is dan ook geen zuivere Belgische kwestie meer. Door de internationale politiek van Engsland is dat staatsbelang eene internationale kwestie geworden en tevens door de toetreding van. België tôt de Parijzer ekonomische konferentie heeft de Be gische staat zich verbonden, ook nà den oorlog, tôt eene internationale ekonomische politiek, die in strijd is, weerom met het VI. volksbelang. Van iemand, die, in dézen tijd, durft te zeggen dat men aan geene VI. bewe-wegmg doen mo'et omdat zui ver-nationale zaken moeten worden binnen hetvredigde rijk behandeld worden, mag men in voile gemoedsrust veiklaren, dat hij het denken niet verleeren zal. Onze tegenstanders, de meer ontwik-keiden— natuurlijkzij niet,die meeloopen uit vrees en schrik en zoolhkken uit ge-woonte, — die morgen even slaafsch de nieuwe meesters dien6n zullen, — wie ze zijn mogen, — die heelemaal geen benul hebben van onafhankelijke zielen en vrijvoelende harten, — zien zeer goed in lioe niets in België van eenige beteekenis op nationaal gebied gebeuren mag of dat het zijn iaiernauonalen weerklank heeft. Verbazend is zelfs de schijnvrome boosheid van eenige penlakeien in het buitenland, die opstuiven telkens de vreemde pers over de VI. beweging spreekt. Veel meer intéressant is, van onder het opzicht, dat wij behandelen, het boek dat te Brussel in het geheim en zondsr schrijveisnaam gedrukt is, La Belgique au tournant de son histoire, groot 440 blz. en dat eene Belg. politiek voor-staat, betrekkelijk los van Frankujk, om-dat het in Frankrijk, grootmacht, den eeuwenouden vijand van België kent, maar aangeleund tegen Engeland, ge-steund door Engeland, afhankelijk van Engeland, bolwe. k van Engeland op het vast«land, oorlogsding gericht door het Engelsche egoïsme en merkantilisme tegen het Germaansch Europa, Vlaanderen en Holland in begrepen, en aaarom veigioot door land n goedschiks of kwaadschiks Holland, Duitschland en Luxemburg ontnomen. In andere woorden : voor die rtien be-driegen wil, namelijk ons volk : België eene Europeesche grootmacht met ten minsten één machtigen bondgenoot. Voor de anderen, de bedriegers en hunne handlangers : eene Britsche kolo-nie met name België. groot gemaakt door onrechtvaardiglijk verkregen goed, afhankelijk van het geldtchietende moederland, zwoegende onder den last voor den onder-houd van een machtig leger; — bestaande uit eigen landskmderen, die evenals in de koloniën, tevens in dienst zijn, laat het dan zijn langs geheime verdragen om, — verdragen waarvan het schat-plichtige volk geen kennis mag nemen ! — van de vreemde mogendheid. Maar aangezien het Bvitsch belang heelemaal het Vlaamsch belang moet ont-kennen, kan er tegencver die nefaste politiek, die den dood van ons volk voor gevolg hebben zou, geen meer on-verbiddelijke vijand staan ran de huidige aktivist. Aan het keerpunt van de geschie-denis — ook voor Vlaanderen ! — is het noodzakelijk dat Vlaanderen waarborgen vinde om zijn eigen leven te redden ! — daar geen volk als volk het recht heeft zich zonder verzet te laten verdelgen ! Dat wetr e«ns niaakt ;> zp beweging internationaal, wijl het vinden van waarborgen wederzijdsche verplichtingen met zich voert. George P. M. Roose. Goblet d'Àiviella verklaart... Wij lezen, dato 17 Oktober 4916, in liet Parijsche blâd Le Temps, waarvan de be-trekkingen met het Fransche ministerie van Buitenlandschezaken zeer goed gekend zijn, nopens een schrijven van de lih. Poulet en baron Beyens : ... que le gouvernement belge dè3 son retour à Bruxelles proposera au Parlement de résoudre la question de la transformation de l'université de Gand. La nouvelle ainsi présentée, ou pourrait comprendre que le gouvernement belge a pris la décision de principe de transformer l'univsrsité de Gand en université flamande. Cette interprétation du rapport au roi est inexacte. Nous avons rencontré le comte Goblet d'Aiviella, membre du conseil des ministres de Belgique, qui nous a déclaré formellement que le conseil des ministre» n'a pris ni directement, ni indirectement aucune décision en ce qui concerne le principe de la flamandisation de l'université de Gand, où l'enseignement était donné jusqu'ici en langue française. Wij vertalen : ...dat het Belgisch landsbestuur, van af zijn weerkomst te Brussel, aan het Parlement zal voorstellen de vrage van de ver-andering der Gentsche universiteit op te lossen. Dat nieuws zoo voorgesteld, zou men kunnen denken hoe het Belgisch landsbestuur da/ princ.iepbeslissing genomen heeft om de Gentsche hoogeschool in eene Vlaamsche hoogeschool te veranderen. Die ver-klaring van het verslag aan den koning is onjuist. Wij hebben den graaf Goblet d'Aiviella, lid van den ministerraad van België ontmoet, die ons op afdoende voijze ver-klaard heeft hoe de ministerraad recht-streeks noch onrechtstreeks eenige beslissing genomen heeft voor wat betreft het grondbeginsel van de ver-vlaamsching van de hoogeschool van Gent, waar net onderwijs tôt heden werd gegeven door de fransche taal. Waaruit wij afleiden : De regeering, wat men ook zegde, heeft dus bij monde een harer ministers ver-klaard, dat GEENE beslissing genomen werd. De regeering WEIGERT den Vlamingen hun recht en dat niettegenstaande het offer van de Vlamingen. De regeering zal er NOOIT toe besluiten goedschiks de hoogeschool van Gent te ver-vlaamschen.D3 regeering zal ten hoogste een VI. hoogeschool stichten in eene andere "s'tad. Frankrijk, Quai d'Orsay, (Ministerie van Buitenl. Zaken) vreest het verlies der Fransche veste Gent. Wij, Vlamingen, willen geen vreemd kultuurmidden in Vlaanderen. Wij hebben thansGentl Wij houden het! Wij zijn benieuwd te weten of de regeering van Havere, of Frankrijk of beide samen den droeven moed zullen hebben om vôôr het aanschijn van de wereld een nationaal ku'tuurmidden t? vernietigen... na te hebben verklaard dat zij streden voor het recht... der kleine natiën. , ONS LAND. Onze Economische Strijd DE HAVEN VAN ANTWERPEN I. 'N INLEIDEND WOORD. « Antwerpen dood, Vlaandren be-graven ! » zong René De Clercq in z'n cve-h ierlijk Hed « A.ap (lie van Antwerpen ». Voorzag hij toen reeds dat zoo spoedig het gioote gevaar, dat Antwerpen als havenstad dreigde. zou aangroeien ? Immers de besluiten die genomen wer-den door de Economische Conferentie te Parijs waren met van aard om ons, Vlamingen, gerust te stellen. Toen reeds konden we vermoedsn dat vroeg of laat onze haven, 't zij rechtstreeks 't zij onrechtstreeks een gevoeligen slag zou toe-gebracht worden. Want, die besluiten waren voor ons niet voordeelig ; we zagen onze eigen belangen opgeofferd aan vreemde, ons economisch leven duur-za im verbonden aan het economisch streven der Ententepartij, 'n groot deel van hetgeen vroeger onze welvaart mee hielp bewerken, lam geslagen door be-perkende maatregelen. En toch, hoe miniem de kansen ook waren, toch konden wij nog hopen, nog altijd verwachten, dat onze eigen levens-belangen het zwaarst zouden doorwegen en dat de Belgische Regeering uit Havere, de onze dus, ailes in't werk zou stellen om eigen welvaart en eigen voorspoed te bevorderen en met op te offeren aan de belangen van tijdelijke bondgenoot-schappen.En onze hoop groeide nog aan toen we vernamen, dat overal, in aile kampen, bezadigde stemmen opgingen, waarschu-wend voor het groote gevaar dat oqs dreigde. Sprak niet de «Westminster Gazette» over handelsaansluiting werkend naar de twee kanten en nadeel berokkend aan eigen vo'k ? Veronderstelde de «Daily Chronicle niet, dat de maatregelen som-mige bondgenoolen meer zou treffen dan andere en België vooral wel het meesr. Lazen we niet het verzet tegen de voor-genomen besluiten door Engelsche bladen als «The Nation » en « The Labour Leader». Hoorden wij niet dat è* te Petrograde 'n vereeniging ontstond, die hevig gekant was tegen het der kbeeld van vooiizetting van den economischen oorlog na den vrede. Sprak de « Indépendance Belge » zich niet in dien zin uit ? En, dit was vooral aanmoedigend, we vernamen niets over 'n ofïïcieele bekrach-tiging noch door Eîigeland. noch door Rusland. En we bleven m bar.g veiwachten uit-zien, onze hoop voelende gioeien. Tôt plots ons bereikte het bericht dat in het Belgisch Staatsblad v&n 27 Oogst tôt 2 Septemper 1916 het volgende offici-eel stuk voorkwam, onder den titel : « Conférence économique des Gouvernements alliés, tenue à Paris le 14, i5, 16 et 17 Juin 1916 ». « Bij brief, gedagteekend van i5 Jul 1916 heeft de Belgische Regeering aar de Regeering der Fransche Republiels hare instemming betuigd mot de beslui ten, die genomen werden door de Conférence économique des Gouvernement! allies, gehouden te Parijs, van 14 tôt 15 Juni 1916 ». Het kleine België, de Belgische Regeering althans, nam het aldus op zicl mee te helpen aan den oorlog na der oorlog, want dat toch beoogen de ver-schillende bepalingen genomen door de Conferentie. Deze zijn echter genoeg-zaam bekend opdat het nog noodig zijr zou er hier op terug te komen. De ofïïcieele toetreding van België beteekent niets meer, maar ook niet minder dan 'n Fransch-Belgisch verbond om ook na den oorlog de breuk der economische be-trekkingen, die België met Duitschland en de andere landen van Midden-Europa had, te bestendigen. Een gapende ktooi wordt dus aan onze Belgisch-Duitsche grens gedolven. aile verkeer afgesnedep, elke poging om na den vrede het handels-leven met Duitschland te doen herleven, in de kiem verstikt. Op papier is zoo iets spoedig genoeg verwezenlijkt ; met deklamatorische volzinnen kunt ge dat, behendig-om-den tuin-leidend, trachten goed te praten ; maar zulke zaken dienen eerst goed bestudeerd en daarna in kalm be-redeneeren besproken te wo d^n. 'n Oogenblik moet ge daarvoor al Uw sympathie en antipathie, gegroeid uit het oor'ogsgebeuren, kunnen ter zijde leggen en vrij van vooroordeelen al de gevolgen nagaan, aan de hand van ofïïcieele statis-tische gegevens, om te kunnen oordeelen wat 'n stap beteekenen wil, als dien genomen door de Belgische Regeering. Kenschttsend is het, te kunnen vast-stellen dat het overal 'n beroering ver-wekt heeft, die in verre na, nog niet aan 't bedaren is, integendeel eerst nu in het stadium van intense ontwikkeling ge-komen is, omdat nu meer en meer, de oogen open gaan en beseft wo-dt dat onze eerste belangen op het spel staan. En niet alteen hier, maar tôt in het buitenland toe gaan er stemmen op, die wijzen op de eevolgen, die er zullen uit voorispruiten. Zoo schreef het Engelsch blad « Manchester Guardian » in het 17 Oogstnummer. « Een ijzeren muur langsheen zijn » Oostergrens (van België) zou een groot » deel dei Belgische nijverheid ten on-» dergarg leiden en Antwerpen ernstige » schade toebrengen. » Antwerpen, onze haven, die geroepen scheen de machtigste te worden van het vasteland, wordt bedreigd in hare vrije ontwikkeling. In het economische hejwordingsproces van Vlaanderen en dus ook van België, zal Antwerpen 'n belangiijke roi spelen, omdat onze 9

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Ons land behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Antwerpen van 1915 tot 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes