Ons Vlaanderen

1611 0
29 september 1918
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1918, 29 September. Ons Vlaanderen. Geraadpleegd op 19 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/s17sn02f2q/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Vitrde Jaar. — Nr 200. Prijs : 10 Centiem par Nummer Zondag 29 September l918i abonnementsprijs Voor Frankrijk : Van nu tôt 31 Dec. 1918... 3.00 » 31 Mi art 1919. 6 00 » ONS VLAANDEREN abonnementsprijs Voor Belgie of den vreemde i Van nu tôt 31 Dec. 1918... 5.00 fr. TE GENT : 24, Wellinckstraat. 65, Holstraat. VERSCHIJNT DEN WOENSDAG EN DEN ZATERDAG TELEFOON : ROQUETTE 5 6.41 — POSTREKENING : PARIS n- 1159 TE PARUS : 22, Avenue de la République (XIe) TE LE HAVRE : 1, Avenue des Ursulines. ORGAAN Der Belgische Vluchtelingen in Frankrijk DOOR EENDRACHT STERK ORGAAN Der Belaische Christene Sociale Werken De Val van Antwerpen Bijna vier jaar zijn voorbij sinds de schrikkelijke gebeurtenis plaats greep, en gedurende de lange dagen van ons vluchtelingsleven hebben wij zoo dik-wijls met vert wij feling gesproken van de « onneembare legerplaats » die zoo plots in de handen van den vijand viel. Wij konden het ons maar niet voor-stellen dat de sterke vesting, de borstweer van ons land zou vallen ; na Luik en Haelen waren al onze wenschen, al onze hoop rond den Koning en zijn léger, in Antwerpen omsloten. Nochtans met de eerste Oktober-dagen, brak de eerste vrees uit bij de klaarzienden en, ontgoocheling der ontgoochelingen, wij moesten eerst op onze vlucht het nare nieuws vernemen dat onze vest overmand werd. De oorlogsverklaring, de staat van beleg te Antwerpen, gansch het leven der natie in de stad teruggetrokken, het beleg en zijne schrikkelijke episo-den, de laatste dagen en den val, dit ailes moest nog geboekt en opgeteekend en 't is een ware verdienste voor Jozef Muls dit gedaan te hebben in De Val van Antwerpen die heden van de pers komt (1). Mijn goede vriend Muls zal het mij niet ten kwade duiden, dat ik hier zegge, dat wij van hem, de fijne kun-stcriticus, de diepvoelende dichter, de aanbidder van Gezelle, geen oorlogs-beschrijving verwachtten ! Maar 't zijn juist die hoedanigheden die het boek zoo aangrijpend maken en boven die bloedige bladzijden een zachte wasem hangen van nietweer-staanbare innigheid. Als een roman, zoo is het boeiend, en wanneer gij het opengeslagen hebt moet gij verder. Het is de gesehiede-nis der groote dagen van ons land die wij op nieuw meeleven in de ziel van een vaderlandsminnend burger die weent over de kunstjuweelen en de alledaagst he van ons leven deel uit-makende dingen die niet meer zijn of zullen verdwijneîi. Het is de vert-wijfeling van den denker^ die huivert voor 't onmogelijke en toch voltrokken afschuwelijke overtreden van aile wet-ten die zijn heilig land beschermden. Het is het afgrijzen van den mensch en den Belg vôôr het slachten van de beeldschoone lichamen der jonge sol-daten. Het is de huivering voor het onnoemlijk leelijke van de oorlogs-woede die zich botviert op het harte van Vlaanderen, onze moeder. Jozef Muls ziet dit ailes en zegt het in zijne flinke originaliteit. Hij was geen hersenvuller en begeert het niet te zijn. Enkele hoofdstukken — zie : de Cel-gevangenis, De Verspieder, De Zelf-moord — evenaren de schoonste brok-ken uit Tolstoj en Dostojewski. De Kardinaal te Antwerpen — een meester-stuk — is een treffend geheel, waar vaderlandsliefde, godsdienstgevoel en waarheid zich ineensmelten in een subliem tafereel. Ik spreek niet van de taal, die zooals altijd bij Muls, zuiver en kor-rekt is — Velen die schrijven mogen daar een voorbeeld op nemen, —,noch van de oorspronkelijkheid der beelden ; in de beschieting der forten sprèekt hij van « het eendelijk gebons als van zware deuren toeslaande op het stee-ven gewelf van oude kelders ». I<ees dit innig, treurig en toch op-wekkend boek, gij zult er zuivere en diepe aandoeningen in opdoen en ons vaderland gevoeliger leeren lief hebben. Advokaat Ronse . % (1) De Val van Antwerpen, door J. Muls, bladz. uitgave der N. V. «Ons Vlaanderen», A"Yïmw d« la RipttWique, Paris. — 3 frank. Gaveant Consules Het handjevol menschen die in den dienst zijn van den vijand worden door aile Belgen veracht. De vertegenwoordigers der Vlaam-sche beweging, zoo in het buitenland als in het bezette gebied hebben op de meest uitdrukkelijke wijze hun mis-prijzen en hunne verontwaardiging te kennen gegeven voor het werk der acti-visten.Franck, Borgnion en Vliebsrgh stuur-den aan den duitschen rijkskanselier een heerlijk protest. Van Cauwelaert, Hoste, Huysmans en Buysse hebben meermalen met kracht hunne afkeuring en verontwaardiging doen kennen. Op initiatief van M. Heyman, hebben de sociale werkers eene dagorde gestemd die door aile vaderlanders wordt goedgekeurd. Waaiom worden er dan Belgen gevonden die op de grens van ons ongelukig land artikeis verspreiden die de meest loyale vlamingen als bondge-nooten uitmaken van de aktivisten, die zij afkeuren ? Aan welke drijfveren mag M. Leonce du Castiljon wel gehoorzamen en door wien wordt hij op*estookt wanneer hij tegen de ministers Poullet en Helleputte de meest venijnige en valsche insinuaties verspreidt en hij M. Heyman lastert ? Wij kunnen ten stelligste verzekeren dat telkens wanneer het « Belgisch Dagblad » zulke eerlooze aantijgingen : bevat, het met genoegen door den vijand wordt onthaald en de barreelen van pinnekensdraad voor zijn proza, i worden geopend. 1 Bij hunne propaganda staven de 1 aktivisten triomfantelijk hunne misda-dige beweringen met het proza van du Castillon, als ware dit een overtuigend bewijs. Wij weten dat het « Belgisch Dagblad » niet onderworpen is aan de belgische censuur even als de brieven die M. Vini laat verschijnen in het dagblad « Les Nouvelles » dat trou-wens onder hetzelfde dak huist als het « Belgisch Dagblad > Wij weten het maar al te wel. Maar wij weten 00k dat de regeering niet zonder wapens is noch tegen M. DucaStillon noch tegen het « Belgisch Dagblad » Indien de belasteraar door geen rechtvaardigesanctie wordt gedwongen tôt eene noodzakelijke herroeping zijner aantijgingen, zullen wij op bezadigde wijze klaren wijn schenken in deze zaken. Het schandaal van straffeloosheid van dezen onverlaat heeft maar al te lang geduurd. Laster tegen Van Cauwelaert M. Patris en de bladen te zijnen dienst gaan voort met lasteren in zake de Vlaamsche dagorde der Par-lementsvergadering. MM. Van Cauwelaert en Vandeperre zouden het akti-visme niet hebben willen afkeuren en daarom zich onthouden hebben bij de stemming. M. Van Cauwelaert vond den laster zoo grof dat hij er niet eens op ant-woorden wou. Dezer dagen ontmoetten we een volksvertegenwoordiger in Engeland, geenszins geestesgenoot van Van Cauwelaert, die 00k aan de steming deel-nam, en die zich met verontwaardiging uitliet over deze lasterpers. Dees is de waarheid: Van Cauwelaert wou in de dagorde den tekst zelve inbrengen uit het pro-test der Vlamingen in bezet België tegen von Hertling, tekst die uitdruk-kelijk het Vlaamsche vraagstuk daar-stelt. Dat Manifest is zooals men weet op tienduizende exemplaren verspreid geworden door de Belgische propaganda. Niettemin weerde de meerder-heid der Kamerleden dien tekst uit de dagorde. Daarop stemde Van Cauwelaert en trad uitdrukkelijk bij, elk der alinea's van hetgene gestemd is geworden maar onthield zich op het geheel, IN ONS HOEKJE Uit een brief van een soldaat : ...Ons Vlaanderen heeft toch reeds zoo menigmaal mij ne gedachten ver-anderd ; wanneer ik dacht liever dood té zijn dan levend kwam den briefdra-ger en gaf mij het blad ; toen zith die lezing in mijn geest ontwikkelde dacht ik aan mijn duurbare geboorte-grond en mijn familie, en ailes was wederom opgeklaard. Daarom, beste Heer, doet het blad veel deugd aan de soldaten . ... Maar veel Vlamingen die hier zijn hebben 00k liever Fransche en zeer dikwijls slechte dagbladen te koopen. Wat heeft dezen droevigen oorlog toch het karakter van vele onzer dappere Vlamingen doen veranderen ! Wat gaat er na den oorlog toch gebeuren met al die ongelukkigen die zich door hetvreemde ras hebben laten verleiden. Waarom blijven onze Vlamingen toch om. Godswil niet met hart en ziele veikleefd' aan eigen aard en ge-woonteç.Heeft hij geen gelijk !? * * * Zijn er nog liefhebbers bij onze jassen om naar Siberië te gaan ? Een Faansch-Belgisch dagblad drukt ergens den wensch uit dat de regeering 00k een expedietiekorps zou zenden naar Siberië. Nu dat de winter voor de deur staat vind ik dat juist e*en uitstekend gedacht Daarbij, zonder de kleine belgen zouden die mannen het ginder maar moeilijk kunnen klaarspe-len. Neen, ik doe nog een ander voor-stel dat veel beter is. De Belgen zijn nu toch gewoon ver van hunnen lieven t'huis te leven ;zou het dan geen goad gedacht zijn van den Yzer in den steek te laten en onze krijgsmacht te verplaatsen op de fronten van Mace-donië, van Arkangel, van Palestina, en van Siberie? Onze schavuiten zullen er allerhande nieuwe typische oorlogs-meters kunnen opdoen die hen in Palestina de heette en in Siberie de kou zullen doen vergeten. Geen goed gedacht^? D. * * * Het was eene heerlijke opvatting van « Ons Vlaanderen » van aan de vlaamsche vluchtelingen in Frankrijk eene bloemlezing te bezorgen uit het werk van Vlaanderens grootsten dichter : Guido Gezelle. Maar hoe weinig kennen Gezelle ? Nu ligt de gelegenheid aan de hand n Er moet immers van G. Gezelle iets meer overblijven dan een hoop boeken en gedichten » schreef Hugo Verriest. Nu is die wensch volbracht. Zoo even verscheen bij L. J. Veen uitgever te Amsterdam van de hand van Caesar Gezelle die in i9iG « de , Dood van Yper» uitgaf een lijvig bun-del van 233 bladz. Guido Gezelle 1830-1899. « Er scheen ons nu genoeg te zijn, , schrijft C. Gezelle in de inleiding, van hetgeen de Franschen noemen : recul, tusschen ons en Guido Gezelle's le-venstijd, om het te mogen wagen een kijk te nemen op dit belangrijk leven ' zonder te groot gevaar van partijdig-heid of verbijsterende geestdrift. En nu, geeft hij ons eene beschrij- I ving van zijn oom's leven * waarin veel : onbekends wordt aan 't licht gebracht ' veel duistere punten worden klaar getrokken en betwiste punten toege-licht ». Dr H. B. f zich scharende aan de zij de der trouwe \ Vlamingen in het bezette gebied. Buiten deze eerste leugen hierbij terecht gewezen, vergallen er nog een heele reeksanderede Fransch-Belgische ! pers. Mundus vult decipi, ergo... Zoo 1 b. v. is het onwaar dat het Belgisch 1 Dagblad geheel de nota van Van Cau 1 welaert over de Vlaamsche kwestie zou : gedrukt hebben. De censuur maakt het ons echter onmogelijk daar nader i de punten op de i's te zetten. (Stem uit België) « I ARBEIDERSKRONIJK Algemeen Christen Vakverbond van België Algêmeen Secretariaat : 1, Avenue des Urselines, Le Havre. Het A. C. V. inziende. de hoogstge-wichtige sociale beteekenis van het volks- en vakonderwijs voor de toe-komst van uns volk na den oorlog,. heeft in eene bijzondere commissie dit belangrijk vraagstuk grondig ingestu-deerd.Wij kunnen thans aan onze christene werklieden en bedienden den uitslag mede deelen van de vijjdubbele werking dezer commissie. 1° Het bestudeeren van het vraagstuk van het volks- tn vakonderwijs. Zestien vergaderiiïgen werden door de commissie gehouden Meikvvaardige verslagen werden uitgebracht die het vraagstuk langs aile zijden bestudeeren. Op onze sociale studiedagen van 7, 8 en 9 Juni laatst werd het vraagstuk grondig besproken. Het A. C. V. hoopt weldra de vrucht dezer grondige studie te kunnen uitgeven. 2° Het verschaffen van vakboeken. Wat onze werklieden vooral ont-breekt zijn practische vakboeken in eenvoudige taal geschrerven. Het A. C. V. stelt zich voor zulke vakboeken uit te geven, geschreven door bekwame werklieden, onder toe-z *ht van techniciens en opvoedkundi-gen • ' Een eerste vakboekje voor iDraaiers» is persklaar. Een tweede over «Freezers» en een derde over « Schoenmakertj » zijn in voorbereiding. * * * 3° Het inrichten eener vakbibliotheek . Deze bibliotheek begint reeds uit een zeker getal vlaamsche en ffansche vakboeken samengesteld. Deze boeken worden in lezing gege-ven aan de werklieden, de Biblioteek wordt in 't kort overgebiacht naar de « Belgische Nijverheidsschool in Le Havre ». 4°Het inriçhten van iijdelijke nijverheids-en vakscholen. Sedert ruim 3 maanden is het A. C. V. in betrekking met de voornaamste centrums der Belgische werklieden in Frankrijk verblijvende ten einde tij-delijke leergangen voor onze arbeiders in te richten. Een eerste Tijdelijke, hostelooze Belgische nijverheidsschool wordt ingericht te Le Havre, onder de bescherming van het A. C. V. Deze leergangen zijn dubbel : i° deze met vlaamsch als voortaal van al de leergangen (vlaamsche afdeeling) 20 deze met fransch als voortaal van al de leergangen (jransche afdeeling). De Vlaamsche en Fransche taal worden in beide afdeelingen door bekwame leeraars ondewezen. Er worden ingericht Algemeene en Bijzondere leergangen en openbare voor-drachten.A) Algemeene leergangen : Rekenkunde; practische meetkunde; grondbeginselen der stelkunde ; ge-zondheidsleer ; maatschappijleer ; de beide nationale talen ; Vlaamsch en Fransch. B) Bijzondere leergangen : Nijverheidsteekenen ; boekhouden ; electriciteit ; Leergangen voor draaiers ; freezers ; paswerkers ; smeden en hout-bewerkers.5° Openbare voordrachlen. Elke maand zal er op een Maandag-avond om de beurt een Vlaamsche en een Fransche openbare voordracht gehouden worden over een lelangrijk onderwerp (Wij zullen in ons blad het algemeen programma mededeelen). Voor aile inlichtingen en voor de inschrijvingen zich wenden tôt het Algemeen Secretariaat : 1 Avenue des Urselines, Le Havre. w UIT HOLLAND* De algemeene Krisien Vakvereeniging van België (afdeeling Holland) heeft aan Minister Cooreman, Kabinetshoofd, den volgenden brief toegezonden waar-van wij hier de bizonderste deelen geven. Utrecht, 8 Augusti J9I8. Mijnheer de Minister; Het bestuur van den Belgischen Christen Broederband in Nederland heeft met groote vreugde en voldoe-ning kerinis genomen van de verkla-ringen die gij, volgens de hier ver-schijnende bladen, aan de vereenigde parlementsleden in Le Havre hebt gedaan. Dit betreft vooral de verklaring omtrent de <( dringend noodzakelijke verbeteringen in den toestand der Belgische geinterneerden, die niet lang meer op zich zullen laten wachten. Wij kunnen de verbeteringen die aan het lot der geinterneerden te brengen zijn, verdeelen in twee soor-ten : 1) deze die aan de Nederland-sche Regeering kunnen gevraagd worden op grond van de menschelijkheid, de rechtvaardigheid of de internationale overeenkomsten ; 2-) deze die rechtstreeks door de Belgische Regeering zelf kunnen aangebracht worden. Onder de eerste soort komen in aanmerking de voorziening n voedsel, kleeding en verblijf. En waar het aan Nederland door heirkracht gedwongen, onmogelijk blijkt, deze verbintenissen na te leven ligt het in de roi der Belgische Regeering met aandrang te vragen, zelf te mogen zorgen voor de zending van voedsel, kleeding en verwarming. De inrichtingen der woonbarakken in de kampen en groepen, overeenkomstig de eischen der gezondheidsleer en zedelijkheid moet 00k het onderwerp uitmaken van diplomatieke bescheiden. Voor wat betreft de afhoudingen op het loon van de te werkgestelde geinterneerden, de beginselen der christe-lijke rechtvaardigheid over de vrije beschikking van zijn loon door den werkman, de tegenwoordige. levens-duurteen deadministratieve moeilijk-heden aan het beheer van die afhoudingen verbonden, vragen dringend een optreden van de Belgische bij de Nederlandsche Regeering. Wat de maatregelen betreft, door onze Regeering zelf te nemen, veroor-loven wij ons U te wijzen op de ver-langens der geinterueerden : x, Voor de verhooging der soldij (duurtecoeslag) : gelijkstellingvan te-werkgestelde geinterneerden met deze in de kampen; geen rekening houden met het inkomen voor de toekenning dezer verhooging, zooals dit evenmin gebeurt met de officieren. • 2. Benoeming van vertegenwoordigers der werkliedenorganisaties in de Commissie der woonstvergoeding; geen rekening houden met het inkomen voor de toekenning derzelve, zoodat de woonstvergoeding een recht worde en geen aalmoes. 3. Behandeling op denzelfden voet van de geinterneerde staats agenten van aile départ ementen. 4. Gelijkstelling voor wat militie-en woonstvergoeding betreft van de gendarmen met de andere geinterneerde militairen. 5. Toepassing der zelfde beginselen die toegepast worden bij de betaling der officieren en onder officieren van beroep. Daarenboven verlangen de geinterneerden aan de aandacht der Regeering te onderwejpen, de mogelijkheid van hunne tewerkstelling door het inrichten van werkplaatsen voor het ver-v.aardigen van karren, kruiwagens, klampen enz., kortom ailes wat, bij de herstelling en waarvoor de Belgische geinterneerden beter aangewezen zijn, dan de werklieden in Frankrijk en Engeland. En daar de Belgische Reg> ering het economisch herstel van België voorbe- UIT ONS VADERLAND In onze heroverde Dorpen [ Bij het vernemen van den aftocht der Duitsche troepen, op het Yserfront, ging den heer Berryer, minister van Binnenlandsche zaken, vergezeld van den heèr Biebuyck, arrondissements-kommissaris van Yper, het heroverd gebied bezoeken. Bij zijne terugkomst te Sainte-Adresse, mochten wij hem ontmoeten en hem vragen welke zijne indrukken waren. Hij heeft ons zeer vriendelijk ontvangen. a Oas eerste bezoek », verklaarde de heer minister, « was voor Westoutre ; vandaar trokken wij langs de Fransche grens tôt bij Locre en bezochten Re-ninghelst en De Clytte. Onderweg ontmoette ik eenige onzer ! soldaten met eene uitdrukking van ' kalmen moed. Ons leger is waarlijk prachtig en zijne houding is dezelfde, die wij kennen, sinds de eerste roem-volle dagen van den Yser. Onze soldaten zijn het oorlogvoeren ! gewoon ; zij ondergaan de hardheid er . van met heldenmoed, en hunne strijd-lust is zoo groot dat, zooals een overste het mij zegde, men ze soms hoeft terug te houden. — In welken staat hebt gij het • heroverd land gevonden, heer Minister? ; —Zie'nier : Reninghelst en Westoutre 1 kregen niet te veel te lijden gedurende ■ het bombardement der laatste weken. ! In dit eeistgenoemde dorp, kunnen een l groot aantal gebouwen gerestaureerd ! worden ; sommigen zijn zelfs bewoon-; baar. Te Westoutre is het veel erger ; gesteld en hebben de huizen veel geleden. 1 De kerken van Reninghelst en van > Westoutre, alhoewel ernstig beschadigd, kunnen hersteld worden. Dit geldt 00k voor de kapel van De Clytte, vvaarvan de Noorder- en Westergevels alsook het gedeelte achter 't koor, onge-schonden bleven. — En het mooie dorp Locre ? — Helaas, het is slechts een puinhoop. Het is droevig en pijnlijk het te zien. Hier en daar steken gevels uit, boven de puinen ; de kerktoren, langs aile kanten beschadigd, is vormloos. Het gesticht van den H.-Antonius-te-Locre, dat er vroeger zoo gezellig uitzag, is bijna heelemaal verdwenen ; de puinen liggen in eene verwarde ineenstorting. — Hoe zien de veldvruchten eruit ? — Wij bemerkten er belangrijke en schoone tarwestukken, welke de vijand den tijd niet had te verwoesten. Ik verhaastte mij de noodige stappen aan te wenden bij de militaire overheid, opdat de oogst moge gemaaid en ge-schuurd worden zonder tijdverlies ; te dien einde heb ik de hulp gevraagd der burgers, die in de streek zijn gebleven. Dank aan hunnen arbeid, zal de tarwe, die de velden van Reninghelst en van Westoutre, niettegenstaande de puinen, zoo schoon maakt, niet verloren gaan. De overige graangewassen kregen te veel te lijden en het is onmogelijk ze te redden. Krf4?.'j^VygMWgBg>[a8SKOffiPSa8WKWim!rtWaBaMHMB——B——BW^— reidt, durven wij u vragen, dat de werklieden organisaties in de verschil-lende studiecommissies zouden verte-genwoordigd zijn, 00k in Nederland, en dat de studie der sociale wetgeving 00k niet zou verwaarloosd wordan. Ziedaar Mijnheer de Minister, wat eene vaderlandsche vereeniging als onze B.C B.N., afdeeling van het Algemeen Christen Vakverbond van Belgie, in volje vrijheid en met den meest ver-schuldigden eerbied U onderwerpt. Wij bieden U Mijnheer de Minister, met de verzekering onzer algeheele toewijding aan het Vaderland, de uitdrukking aan onzer hoogachtings-volle gevoelens, (get.) E. Quaquebeke, Secretaris van het Algemeen Christen Vakverb. in Nederl.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Ons Vlaanderen behorende tot de categorie Katholieke pers. Uitgegeven in Parijs van 1915 tot 1919.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes