Vooruit: socialistisch dagblad

869 0
01 december 1915
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1915, 01 December. Vooruit: socialistisch dagblad. Geraadpleegd op 19 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/v11vd6qd61/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

un nii h i iim , - , , ^___^_i_i__-v3rr__r___ljlj_lli; '•* 3 * aar -» N. 334 Prijs per nummer : tooi Belgiè 3 eentiemen, roor d«n Vreemde 5 centiemea Tsîsîociî e Redactie 247 ■ Administratfe 2845 Woe-sdan 1 OECEMBER 1915 î ^gfT-—- Il M! I' J—MMMWBStMLLMmMMMMH—■BM——WMWWTOrawswwF?.ia**.»*BT>.^'nIIl ■■ ■« iiW'iJ wmi»r.i.LSTffmwgi»^A''Ui».»^ryÀTrr«yTwrrgren3K^p7fiag>aro^ Orukstcr-Uitgceïsîer gain; Maatschappij H ET LICHT besluurder » P. DE VISCH. Ledebsrg Oent . . REDACTSE . . ADMINISTRATES HOOGPOORT. 29, GENT VOORUIT Orgaan den Be/ffische WerkliedenparfiJ. -*» Verschjjnende aile dagen. >. * ABONN EMENTSPRIJS BELGIE Dfie maanden. , . , , fr. 3.2S Zes maanden % .... U. 6 50 Eenjaar. ...... fr. 12J»Û M«o abonneert zich op aile postbureele» DEN VREEMDE Orie maanden tâftgelijk» verzonden). • . • « . fr. 6.79 1© âardappsi-kwestle « De Brus s eh ciré dagbladen van Za-terdag kondr; -.j aan, dat het Nationaal Comiteit oniangs groote aankoopen van aardappelen hceft gedaan in den vreem-de aan voordeelige prijzen. Van zoo-haàst dat de verzendingen aangekon-digd zullen worden en op voorwaarde, dat men maatregelen neme om de op-kooperij te beletten, zal mon de inland-eeho aardappeïen tes-ug op de markt zsen versohijnen ca hunne prijzen zuUan da-j3n, ), (« Bien Public ».) Jj£ îjt & Is dit bericht nauwkeurig, dan heeft het Nationaal Comiteit een goed, heil-zaam werk gedaan. Maar er moet toch eene noodige en • pijnlijke vaststelling gedaan worden. _ Volgens deze mededeeling zijn er in-!landsche aardappelen, die op de markt niet verschijnen, die dus achtergehoulen worden, osn es1 op te speculeeren. En dat gebeurt in geenen tijd van voorspoed, van betrekkelijken welstand, ®aar in een a toestand van oorlog, dat het werk schaarsch is, de ellende groot en dat er, laat het ons maar bekennen, honger en koude wordt geleden. Om de boeren te verplichten hunne voedings ren ter markt te brengen, moet men ze het mes op de lceel zetten, door het doen van aankoopen in den vreemde, waar men koopt aan prijzen jbeneden deze van België. 't Is eene echte schande ! Wij staan nu nochtans voor eene be-volking die door en door christelijk is. En 't is een gezaghebbend katholiek orgaan dat ons die tijding brengt, maar die het onnoodig vindt er een woord van .kritiek op uit te oefenen. Dat de kerk machteîoos was om den oorlog te beletten en nu nog om hem te doen eindigen, was verstaanbaar. De strijdvoerende krachten, waarvan velen tôt de kerk niet behooren, zouden geen gehoor aan hare roepstem hebben ge-geven.Maar nu staat zij rechtstreeks te-genover hare aanhangers, hare dikwijls blinde volgelingen en zij wil, zij durft niet handelen. Nochtans telt de kleinste gemeente een priester en soins meer, er is overal minstens eene dorpskerk en op talrijke plaatsen is er geene enkele uitzondering die niet al zijne godsdienstige plichten vervult. VVelnu als de godsdienst eene leer is van zedelijkheid en naastenliefde, dan is het met de bekomen uitslagen toch maar allertreurigst gesteld. Het ergste is, volgens ons, dan nog dat de kerk geene pogingen aanwendt. De bisschc/pen geven geene bevelen, de priesters krijgen geen order of vragen uit eigen beweging geene toelating om met wilskracht en vuur tegen die wree-de, onchristelijke handelwijze hunner lieve « schaoen? s op te komen. 't Is eene zwakheid, eene lafheid die duur zal bekocht worden. Men zal on j misschien weeral be-schuldigen den godsdienst op te willen. 't Verkeerde is waar. De feiten die wij aanhalen worden gemeld door een katholiek blad en de kritiek, die wij uitoefe-nen, is gewettigd. Deed de kerk haren plicht, dan zou dit niet ten haren nadeele, maar eerder ten haren voordeele keeren, zelfs als zij niet gelukte de buitenlieden anders te doen handelen. Mislukken is geene schande als de inzichten goed zijn. Maar niemendalle doen in dergelijke omstandigheden is eene misdaad. F. H. Het gevsSkioisïïaaptuk De oorlog is nog niet ten einde, de massa-moord is nog geen voldongen feit, of reeds dagen stemmen van geleerden op om na den oorlog do onfcvolking, bij middel der wetgeving, te keer te gaan. Zoo oatleenen wij aan een verslag van Dr Linossier, verschenen in «Paris médical», het volgende: . Terwijl aile levende krachten der _ natie worden ingespannen om de overwinning te bevechten, denken enkele flinke geesten er-aan, om aan het Frankrijk van morgen de gunstigste omstandigheden te verschaffen tôt ontwikkeling van zijn voorspoed, na de gevaarlijkste beproeving, die hst in den loop der eeuwen heeft doorgemaakt. Wij hadden ernstige fouten begaan die ons be-Btaan in gevaar hebben gebracht. Deze fouten moeten worden hersteld, willen wij niet, dat ons land, slechts om door een langzamen zelîmoord om te komen, den 108 Kunst, in ton «est i !?afs uiidrukking, histsriscb verkiasrti Toordracht gehouden in Ons Huis, op Dim- dag 23 November 1915, door gezel J. DE GRAEVE. Vriendinnen en Vrienden, Alvorens het eigenlijke onderwerp mijner voordracht aan te vatten, dit is : trachten loo goed en zoo duidelijk mogelijk den geest «n de uitdrukking der kunst historisch te verklaren, moet ik vooraf te mijner veront-schiddiging zeggen, dat hier het woordje kunst wel een weinig te veel omvattend is, I v'jl daarmeê door mij veeleer : literatuur : bedoeld werd. Echter zal veel van wat ik j over de letterkunde te zeggen heb, wel in i zekerên zin ook op ander terrein der kunst toepasselijk zijn. Ik hadde tevens beter als titel kunnen nomen : Socialisme en literatuurt doch de ÇPgegeven titel leek wat geleorder en min-<ior afschrikwekliend. Socialisme en Kunst schijnen iuderdaad voor vele zeer fijn voelende, aubciel hoog-j denkende menschen twee absoluut. onveree-J'igbare dingen ; voor anderen, die welwil-| knder blijken te zijn, berust de opvatting onjtrent de verhouding tusschen hunst en | socialisme op een bepaald misverstand. Socialisme doet nog, bijna in den regel, — ; , yerkeerdelijk natuurlijk, — bij de meeste | ptellectueele lui, denken aan wat men srua-I jknd heet : «materialistisch gedoe». Kunst behoort, — naar dezelfde schik-: -*15ggmethoijia,^ mot, da aedfl. de afld»Iuk-„ I aanval van den vijand hebbe overmeesterd. ■ Onder deze fouten is er geen ernstiger dan de beperking der gezinnen. Het ha-d ■ weinig gescheeld of wij waren gestorven ' aan het tekort va<n kinderen. Wij zul- 1 len er ongetwijfeld aan sterven, want I het oude Europa zal in het vervolg te ! klein zijn, dan dat er in één zijner landen ' minder menschen zouden wonen dan het zal kunnen voeden. 1 Dat mag niet gebeuren ! ' Daar zijn wij, ouderen, het allen over ' eens, en aan de geneeskundigen komt de ! eer toe, dat zij sedert jaren luide noodkre- ' ten hebben doen hooren. Maar raadgevers | en uitvoerders zijn niet dezelfden, en het 1 zijn juist de jongeren, die wij moeten over- ' tuigen. c Ach, hoevelen zullen er op het appel ont- c breken van hen, die de toekomst hadden c moeten voortbrengen. En is het dan niet ( vreeselijk, te denken, dat de dapperen, de Ê onbezorgden, de geestdriftigen, allen, die 1 blijde hun plicht vervulden zonder bijge- l dachte, bij duizenden op het slagveld val- heid, de godsdienst en de wijsbegeeerte tôt de zoogenaamd hoogere gebieden van den geest. Deze gebieden schijnen ver boven al het stoffelijke te zweven. Het zouden deze machten zijn, die het stoffelijke overheerschen, en die het maat-schappelijk leven niet alleen kunnen beïn-vloeden, maar essentieele veranderingen daarin kurnen veroorzaken en het in be-paalde richting stuwen. { De schijn geeft de menschen die aldus denken gelijk; in werkelijkheid bedriegen zij zich grondig en het is uit die oorzaak dat zij komen tôt het misverstand waarop wij reeds zinspeelden : namelijk omtrent de verhouding tusschen hunst en socialisme, en op welks terechtwijzing onze voordracht logie-kerwijze zal uitloopen. Om nu meer bepaald over de kunst te spreken, komen wij t.lians tôt de verklaring: dat, in waarheid, niet de kunst het maat-schappelijk leven essentieel verandert of in bepaalde richting stuwt, maar gansch an-dersom : het is het wezen en de uitdrukhing der kunst welhe wijzigingen ondergaat of in eene bepaalde richting gestuwd wordt volgens de veranderingen in de verhoudingen der samenleving. Wij ontkennen echter geenszins dat er eenige wisselwerking bestaat, namelijk dat kunst en literatuur de vormen van het maatschappelijk leven eenigermate kunnen beïnvloeden. Ons standpunt is dus zeer duidelijk. Wij hebben den schijn hier de heilige Kunst te willen kleineeren. Niemand heeft integendeel meer eerbied voor kunst en literatuur dan wij met onze historisch-materialistische kunstbeschou-wing.Er is schijnbare tegenspraak die geene te-genspra^k is. Het moge uit ons verder be-toog blijken. . De wetenschap welks onv Igfitda-da^kangt. len, terwijl de zelfzuchtigen, de genotzoe-kers, de lafaards zonder gevaar, gedekt door hunne vrijstelling, de beroering zullen overleven 1 Wat zal er van ons worden, als de overlevenden, waarvan de besten zullen 5 ontbreken, aan hun welstand de voorkeur i zullen blijven geven boven de zorgen van 1 den huisvader, en onverschillig hun eenigen spruit zullen blijven verdedigen tegen de mogelijkheid van het vaderlijk erfdeel met een broeder of zuster te moeten deelen 1 Tegen dit benauwend gevaar brengt ons ' de afgevaardigde Breton als geneesmiddel een wetsontwerp ter tegemoetkoming aan de groote gezinnen. : De bedoeling is uitstekend, maar ik ge-l loof niet, dat het Parlement ooit zal beslui-: ten tôt. belastingmaatregeîen, krachtig ge-; noeg om verandering te brengen in de op-| vattingen der Fransche echtparen. Welke belastingontheffing, welke premie op de geboorten zal in de begrooting eener ' huishouding evenwicht kunnen maken met ' de uitgaven, die een kind veroorzaakt ? Ee-: nige jaren lang heb ik in de personeele be-lasting een ontheffing genoten van 4 frank ; voor ieder kind beneden de 15 jaar. Ik wil het niet doen voorkomen, aleof ik mijn ge-zin in overdadige weelde heb grootgebracht, maar toch moet ik zeggen, dat er nog geld bij moest. Inderdaad zullen belastingwetten alleen dan uitwerking hebben, als zij de lasten der grcote gezinnen z66zeer verminderen, dat zij lieht te dragen zijn, en — wat noodza-keli.jk daartegenover staat, want het noodige geld moet ergens vandaan komen — de ongehuwden en da kinderlooze huwelij-ken treffen met belastingen, even zwaar als de opvoeding van een paar kinderen. Het moest toch ook niot meer zijn, in onzen tijd,waarin de genotskoorts aile klas-sen der maatschappij heeft aangetast, dat een zelfzuchtig echtpaar er op mag rekenen voor zijn genoegen het geld te besteden dat het uitspaart door geen kinderen te hebben. Integendeel, het moest z66 zijn, dat het op hetzelfde neer zou komen, of men al of geen kinderen had, en dan zou misschien deze of gens leerling van Malthus het aardiger vinden, voor zijn geld het ge-lach van zoo'n paar kleuters te koopen, die de huiskanxer opvroolijken, don een reke-ning van den ontvanger. Dit is een vanzelfsprek&nda redeneering, al is er volstrekt geen kans, dat zij in een wet zal worden beïichaamcL Onze afgevaar-digden zouden verschrikt terugdeinzen voor het denkbeeld, een kinderlooze te berooven van twee derden of de helft van zijn inko-men ten behoeve van de groote gezinnen. Zij ontlasten thans de huisvaders te Parijs met fr. 4.80 per kind. Zij zouden deze mild-heid desnoods verdubbelen, verdrievoudi-gen en dan verbaasd staan, dat niets zou helpen. En toch... wij leven in een tijd, waarin men voor het heil van Frankrijk, voor geen enkele stoutheid mag terugdeinzen. Op dit oogenblik, nu aile volkeren van Europa bij armenvol hun geld en hun vleesch werp&n on de ontzaglijke kloof, waaruit de toekomst der wereid moet te voorschijn komen, lijkt, wat gisteren een heldendaad zou hebben geschenen, iets heel natuurlijks. Waar-om thans geen gebruik gemaakt van die aan-drift tôt zelfverloochening, tôt altruisme, die heden ten dage de meest zelfzuchtigen doet ontvlammen, om te breken met de sieur onzer oude wetten en een daad te ver-richten, in grootheid evenredig aan het te bereiken doel î • • * in haren geest en hare uitdrukking historisch te verklaren, is hoofdzakelijk het Historisch matérialisme Het spreekt van zelf dat ik u eerst een woordje over die wetenschap zelve, — die wij aan Karl Marx danken, — dien te zeggen. Eén woord maar, want het zou 't onderwerp eener aparté voordracht kunnen uitraaken. Wat is het historisch matérialisme? Het is dio leor die duidelijk maakt dat het maatschappelijk zijn den geest determineert, het denken dwingt in zekere banen te gaan, het willen en handelen van personen en klassen bepaalt. De geest heeft zeker in sommige omstandigheden ook weer eenigermate een invloed op dat maatschappelijk zijn. Er is wisselwerking, met dien verstande, — en er wordt op gedrukt, — dat het maatschappe- • lijk zijn overwegend determineert. Het historisch matérialisme is niet te ver-warren met andere materialismen, zooalg de wijsgeerige materialismen. De laatste spreken over den samenhang van lichaam en geest, stof en ziel, God en wereid. (Enkelen onder u zullen wellicht o. a. « Kracht en Stof » van Bûchner gelezen hebben.) Zij geven elementaire oplossingen als: hoe is het denken ontstaan? Zij komen onbehol-pen voor andere raadsels als: hoe komt het, dat er in een bepaalden tijd zoo en zoo ge-dacht wordt? of: welke zijn de drijfveren van de veranderingen in het denken? Voor de laatste vraagstukken, — die lang niet gemakkelijker en niet minder belang-wekkend zijn dan het eerste, — vindt het ge-schiedkundig matérialisme de oplossing. Zoo zien wij dat deze twee wetenschappen elkander volledigen. Wie, onder u, da voordracht van vriend Moritz over « Darwin of Marx » gehoord of in « Vooruit » gelezen heeft, zal eveneens . ppgmarkt Mfega 4a| . _ Het spreekt van zelf, dat deze zienswijze vatbaar is voor oneindige discussie, iets waar voor de tijd nog niet aangebroken is. Toch vonden wij het voor onze lezers een belangrijk iets, de gedachte hier onbewim-peld weer te geven van een fransche bur-ger, die spijtig genoeg in bovenstaand arti-kel niet eens gewaagt dat het ontvolkings-vraagstuk haar oorsprong te zoeken heeft in de kapitalistische wanverhoudingen onzer dagen, want als het als misdadig aange-rekend wordt tôt beperking van het kinder-tal over te gaan, dan rijst ook de vraag op : bij de aanhoudende crisissen door de te vele voortbrengst van produktie en staande met een leger van duizenden werkeloozen — wat «Marx» terecht het «industrieele reser-veleger noemt» en wat dagelijks ver-groot — tôt welk peil moest de samenleving komen als 't kapitalisch regiem niet zijnen edgen ondergang bewerkstelligde 1 i Gonferentis om de ■ mrksng tan besnittsliike zi&ktin bosmsîfilîjScs ziektin Van 4 tôt 9 October zijn te Christiania bijeengekomen acht vortegenwoordigers der drie Skandinavisehe landen, om maatregelen te beramen tegen besmettelijke ziekten. Den 7den is een protocol geteekend naar het Nederlandsche Tak van Geneesknnde mededeelt, het volgende behelzende : Een gebied van een der skandinavisehe landen kan alleen besmet worden verklaard ailes pest of choiera 6f in een gronsdistrict besmettelijk optreedt, 6f niet kan worden gelocaliseerd. De 3 landen zorgea voor het onderzoek der schepen, die vaste vaartroutes hebben, tusschen de drie landen, en waken ervoor, dat personen lijdende aan of verdacht van pest of choiera, kunnen worden ontscheept op vaste plaatsen, met zoo weinig mogelijk afwijkingen van de vaartroute. Aan kleine niet loodsplichtige raartuigen,die geen îjas-8agiers vervoeren, moet bij heerschend bè- ' smettingsgevaar zooveel mogelijk gemakke-lijke gelegenheid worden versenaft tôt on-derzoek en behandeling van zieke personen op de plaats van afvaart. ISToorwogen en Zweden zijn bevoegd, bij het hrerschen van pest of choiera, aan weerszijden van de grens, de passagiers-treinen te doen onderzoeken en, in geval van ziekte, met medewerking van het *be-dienend personeel da noodige maatregelen te nemen. De gedeelten der spoorwegen, waarop dit mag plaats hebben, zullen worden aangewezen in onderling overleg van de geneeskundige overheden van beide landen. In de treinen, die de grenzen passee-ren, moet gelegenheid zijn, tijdens de reis ziekencoupés in te richten. De benoodigdhe-den hierroor — o. a. geneesmiddelen en twee verplaatsbare closets — moeten in den trein aanwezig zijn. Passagiers, die op de bedoelde spoorweg-gedeelten ziek worden bevonden, moeten in de gelegenheid worden gesteld, desge-wenscht, als hun toestand het toelaat, -in hun eigen land te worden afgezonderd. Er moet worden getracht, tusschen de 3 landen overeenstemming te verkrijgen,wat betreft de voorschriften voor de ontsmet-tdng. Deze moet geschieden ter plaatse, en het historisch matérialisme van Marx el-kaar niet bevechten maar kompleteeren. Wij zouden mot hoopen voorbeelden en feiten op allerlei gebied, het praktische van hot histojiscli matérialisme kunnen aantoonen en bewijzen. Het zou ons te ver leiden. En overigens het onderwerp onz'er voordracht is daarvan een onderdeel. De poëzie eener klassenlooze maatsehappij Op bepaalde tijdstippen vinden wij gron-dige wijzigingen in den geest en da uiting der kunst en der literatuur. Zulks leert ons dat kunst en literatuur als abstrakt of afgetrokken begrip wel on-veranderlijk zijn, doch geenszins do geest noch de uiting ervan zelven. Deze bestatiging leidt ons natuurlijk tôt de vragen welke wij reeds zagen, namelijk: • Iloe komt het dat in een bepaalden tijd de literatuur zoo en zoo is? of: Welke zijn de drijfveren van de veranderingen der literatuur?Om deze vragen te beantwoorden, zullen wij zoo goed mogelijk, door de geschiedenis heen, en natuurlijk in groote lijnen, den geest en de uiting der literatuur nagaan. De wijzigingen in tien geest en de uiting der literatuur De poëzie eener klassenlooze maatschappij vinden wij in de oud-Grieksche Homerische gedichten en in de Edda of oud-Noorsche poëzie. In de twee toenmalige samenlevin-gen waren geen klassen; de belangen van den enkeling stemden ovoreen met de belangen der gemeenschap, en wij zien in de be-treffende poëzie, dat wat één spreekt, in allen weerklinkt. De doodsche eenvormigheid, het overheerschen van stoffelijke belangen, de traagheid, het gebrek aan edelen wed-ijver en hartstocht die zich onderscheiden wil, de dompigheid en matheid die onze _te-genstaaodeis bevreeBd maken yoor da eoci*- y waar de zieke of verdacht-e wordt in ont-vangst genomen. Aan de spoorwegdirectie in het land, van-waar de trein afkomstig is, moet bericht' worden gezonden van de ontsmetting. Toestellen tôt ontsmetting van reizigers en reisgoederen on de grensstations worden overbodig geacnt, eveneens bijzondere maatregelen op de landwegen, ten»ij peet of choiera epidemiscli optreden in een grensdistrict of dat het gevaar klaarblijke-lijk niet te localiseeren is. Verplichte of lijkschouwing naar wille-keur hoeft alleen plaats, aïs de bevoegde overheid meent dat daartoe bijzondere grond bestaat. Een invoerverbod van koopwaren wordt bij pest of choiera niet noodig geacht. Ge-bruikte lijf- of beddegoederen, die niet alsi bagage worden medegevoerd, afkomstig van1 een plaats, waar pest of choiera is, kunnen worden onderworpen aan ontsmetting, als de gezondheidsautoriteit ter plaatse van bestemming ze als besmettingsdragend be-schouwt.Met de beperking, voortvloeiende uit de Parijschp conventie cap. II en III wordt ontsmetting van lompeu alleen verplicht gesteld waar daartoe bijzondere aanleiding bestaat, ni. als zij in rechtstreeksche aanra-king zijn geweest met actieve smetstof. De conferentie geeft den wensch te ken-nen, dat quarantainebehandeling van vaar-tuigen, die in Skandinavië heeft plaats ge-had, worden erkend door de regeeringen van andere landen. Met het oog op het te- ' genwoordig gevaar, dat vlektyphus door on-gedierte wordt overgebracht, moet bij d9 ' reiniging van passagierswagons de grootste nflnwlptfprirlhpirî wnrrlôn in lycriAman LEEST EN VERSPIEIOT " W©@itUIT „ Rond don Oorlog •n Door zijn paurgfi il . De Engelsche scldaat W. Green, die in > 3. Januari 1.1. in een hospit-aal te York ver- n pleegd werd, verhaalt de volgende geschie- 1; dénis, waarvan hij persoonlijk getuige was : ,n « Er is een paard onder de Koninklijke Schotsche Lanciers dat het eerekruis ver j- dient, indien zulks ooit aan de dieren gege- [g ven werd. Op zekeren dag, tijdena een vree. >. selijk gevec-ht, werd zijn berijder door een1 U kogel getroffen, uit het zadel geworpen. De n troep was toen op marsch. Toen de ruiter op den grond viel, stend het paard stil, p. raapte deu man met zijne tanden bij de u kleeren op en begaf zich met zijn last naar .. een groep ruiters'toe. n De gevallene werd vandaar naar een ambulance onmiddellijk achter het front ge- 3 transporteerd, alwaar de dokter verklaar- ^ 'de dat, indien de gewonde eenige uren zon-' ï- der verzorging op den grond had gelegen, î, hij ongetwijfeld zou gestorven zijn. » listische samenleving, zijn hier: ja, in deze gedichten weerspiegelen zich het leven en de' gevoelens eener maatschappij van gelijken, — met dit verschil, let wel op ! dat dezo> maatschappij zeer beperkt is van omvang, 't leven,de geschiedenis en de gevoelens van erukel eenige verbonden stammen omvat, en dat zij wortelt in eene zeer groote afhanka-lijkheid der menschen van de natuur en eeiu* betrekkeiijk geringe ontplooiing der indivi dualiteiten, — ailes dingen die in de socia-listische maatschappij geheel omgekeerd i zullen zijn. In deze literatuur vivn de oude klassen-! looze maatschappij, verdeelen geen tegen-strijdige belangen, geen tegenstrijdige be-' schouwingen nog de gezellen des levons. Af-| gezien van meest lichamelijke persoonlijke: eigenschappen, waardoor do een boven den. ander ook in aller schatting uitmunt — zijn' zij gelijk. Allen hebben deel aan de som van kennis, moraliteit, rechtsbawustzijn en in-zicht van natuur en maatschappij, waar-over de gemeenschap beschikt. In de poëzie is dit geestelijk bezit der gemeenschap weer-spiegeld. De dichters der klassenlooze maatschappij vatten 't leven van 't geheele volk samen in eene verbeelding die tôt allen spreekt: poëzie en sehoonheid zijn geen za-ken buiten 't leven staand, bestemd om door een kleine groep verstaan en genoten t-e worden, wijl de massa er vreemd van blijfty zij zijn daar integendeel een bestanddeel van het volksleven. t Het dunkt ons dat zangers en hoordorâ der Homerische gedichten en der Edda niet alleen door hun schoonheidsgevoel, maai1 door moreele kracht, verstand, begrip van natuur en mensch, verre boven de zangertf en hoordera stonden der moderne voilant peëssie, » regt, Kautsky dan ook terecht. , i ïywjs&îk

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Vooruit: socialistisch dagblad behorende tot de categorie Socialistische pers. Uitgegeven in Gent van 1884 tot 1978.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Onderwerpen

Periodes