Vooruit: socialistisch dagblad

1639 0
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1915, 05 Juli. Vooruit: socialistisch dagblad. Geraadpleegd op 29 maart 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/jm23b5xh42/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

OrnksterUitgeeVster ^WËMÏS^ "W **^§1*'' ABONNEMENTOPRIJS §am: Maatschappij H ET UCHT Êjr ^ H lli W Él |f fÉg^ig belgie bestunrder; 1||& JM ÉÊÈf llili tWm vÊk HH JÈ$ ira 'J lÉI fÉli 0r,e •"««"den. ....»• 3.2S RoEv.sc«.u,«b,re.o,rt m# g ®M |g msqgr lïl | S,.T~°"d"; ; : ; :,S5S vŒfoÊj w^m Ë^W wM Jk*~¥ P:-i %ISk fevF. M tf*A 1111 Mm abonne»*» ails postbureeleo ..REDACTIE.. &Ê M m %**-<# M M denvreemde «UivtîN»Ss RATïE ttiÊêiÈjïî» dék'i&Èb \sH% na&udeo Idngelijk» HOOGPOORTj 29, GENT _ . _ . m - ... . - . - # , // / rsrtonden». « . . . . fr. tt.TJ urgaan œt* uelgische Wepkheaenpaptij. — Yerswynende affe aaqen. .. „...- ,. ,,, . ,.. ,.-. n ...M..,,,. ,,„ ,.,.11. ,11. ni. Il ,„ ■ tv, „,,., I.1-.JI, j-mi ■*»»:. —■ ...» —... I. .!»■ MI.—«■■m I i^nim'MWua' ti iw.gwHKWwaTWWH ■ mu.f rM.w.,11 ti.im»' l»JW».mtV/JM«gBMCWCI2gMUHI»aJMt.'TW'i'A iwue.çra'yyrw» ILLUSTRTIE Voor groot en klein, voor jeugd en vol-wassenen blijft het steeds een genot te bla-deren in boeken met prenten. Prentjes kijken ! Welk een bekoring lag hierin niet in den tijd van ons schoolgaan. En thans, nu wij de kinderkleeren zijn ont-groeid en den strijd om het bestaan reeds lang moeten meedoen, met welk welgeval-len kunnen we afbeeldingen naar 't leven, of geestrijke fantasieën door kunstenaars geteekend, aanschouwen. Rieeds de primitieve bewoner der spelon-ken en rotswoningen vond behagen in het illustreeren der naakte wanden zijner holen, waar hij de omtreklijnen van dieren en andere dingen inkraste, opdat zij er den zelfden indruk van leven zouden maken zooals de natuur hem die gaf. Eeuwen en eeuwen nochtans zouden voor-bijgaan voor men zou kunnen genieten van een boek, geschreven of gedrukt, en waarin door een kunstenaar den inhoud van het verhaal ook op plastische wijze zou zijn ten aanschouwen gebracht. Eerst moest de bouw-, dan de schilder- en later de beeldhouwkunst zich geleideli.jk ontwikkelen. De mensch moest beschaafder worden en met die beschaving den smaak verfijnen ; zoodat, toen hij in den loop der tijden stift en griffel had uitgevonden, hij zijne^kunst kon beproeven op steen, palm-blad, perkament of papier. Dan, nadat hij tempels voor zijn goden en paleizen voor zijn heerschers had ge-bouwd, kon hij beginnen aan het schrijven van verhalen op rollen of tafels, geillus-treerd en gesymboliseerd ; later zou hij het doen in fraai geschreven boeken, welke door hun prachtige, goudene en kleurige vefsie?ing, als rijke juweelen aan de kroon der kunst zouden fonkelen. Maar toen het zoo ver kwam had de plastische kunst, vooral de beeldhouw- en de bouwkunst, reeds een gulden bloeitijd ge-kend ; hadden tempels en paleizen, om zoo te zeggen een eigen illustratie gehad. Want wat zijn de in den muur ingesne-den, symbolische afbeeldingen en hierogly-phen der oud-Egyptische tempels en graf-kamers anders dan geillustreerde verhalen, gefantaseerd als het goden of pharao's be-trof, meer het afbeeldsel van 't natuurlijke leven voor prinsen of mindere edelen? En z66 ook de Assyrische, de Perzische, de Chaldeesche kunst met hunne wandbeklee-ding van geglazuurde baksteenen ; de Griek. sche met haar geschilderde vazen; de Romeinsche, maar vooral de Byzantynsche kunst met hunne — o ! zoo mooie — mozai-ken.De schilderkunst is de ware voorloopster der boekillustratie en enkel in de Byzan-tijnsche tijden, als het Christendom voor goed gevestigd is, zien wij haar zich eigen paden banen en eene merkwaardige roi beginnen vervullen. Uit de Byzantijnsche mozaikkunst groei-de den middeleeuwschen miniaturist, meestal een monnik die de van ouds ge-roemde perkamenten handschriften schreef en versierde, in onze muséums en archieven bewaard, en die dan ook als eerste uitingen kunnen beschouwd worden van echte boekillustratie.Esn onzer beste moderne kunstenaars — \ Walter Crâne — noemde bouw-, beeldhouw-en schilderkunst den grooten spiegel van den menschelijken ontwikkelingsgang, ter-wijl hij miniatuur en boekverluchting als bet kîeinood, als den handspiegel ervan aanduidde. Het illustreeren van geschreven boeken mocht zich tôt in het laatst der middel-eouwen in grooten blcei verheugen : immers voor den monnik was tijd geen geld, en na de uren van het gebed vond men tijd genoe^ om het te besteden aan wat men scboon en nuttig dacht: het schrijven van geschiede-nis- en gebeden boeken en het opluisteren dezer door rijke en mooie teekeningen. Vermaard is vooral het zoogenaamde Brevarium (getijdenboek) Grimani, waar 't : geheele jaar in afbeeldingen is voorgesteld. Als verluchters schijnen naast Lieven van Lathem, ook een Gentenaar, Gérard Horen- ( bout, te moeten worden genoemd. Iedere maand heeft een op haar r.r.ngepast tafereel dat sortis tôt een \oikomiin landschap ont-wikkeld is: en zijn de figuren door hun gedrongen lichaamsbouw wat ontsierd, het landschap zelf is steeds welgeslaagd. 't Waren ook Vlaamsche kunstenaars ; welke naar het hof van Frankrijk's koning, van den hertog van Borry, en zr.ovele andere I groot-en, werden geroepen, om er de pracht- 1 werken ta scheppen welke nog op onzen tijd ' getuigenis afleggen eener verstrekkende ' tecnnische bekwaamheid. ' Deze diepgevoelde efi kourig howerkte j kunstgewrochten schenon den cvergang te bereiden tôt een tijdvak waarin de schil- 1 derkunst, op ruimer yeld, de gewaarwor-dingen en opwellingen van het iunigste ge- ? moedsleven eene meer doeltreffende uit- < drukking zou leeren geven. j De geschreven boeken met hun kostbare ' verluchting waren echter te duur. { Er werd verandering pezocht en men vond het, wanneer men poogde de handtee- f keningen door houtsneden te vervangen, 1 rond het midden der 15e eeuw. Later begon £ Men ook een korten tekst bij de afbeelding te sniiden, hetgene door. afdruk dan ter- ' menigvuldigd werd en de zoogenaamde «blokboeken» deden ontstaan. Z66 was de eerste schrede gezet op den weg om boek en illustratie, cioor verbiei-ding, voor een grooter publiek ontvanglijk te maken. Al spoedig zou het drukken met losse let-ters worden uitgevonden, waardoor, te midden van den gloed van nieuwe idealen, van eene herleving in kunst en maatscûap-pelijk leven die hoofden en hartcn begees-terde, de drukkunst haar zegetocht kon beginnen.# # * Ieder plastisch kunstwerk is een unicum, een éénig iets. Eertijds was het weinigen gegeven ze te kennen; want men moest. in de gelegenheid zijn ze te zien; maar juist daardoor was de drukkunst, welke het mogelijk maakte scheppingen van kunstenaars in ruimeren kring te brengen, en al-dus mede te helpen aan den veredeleuden arbeid der kunst, van groote kultuur-histo-rische beteekenis. De schilderkunst zou daardoor ruimer veld voor zich zelf geboden zien. Langzamerhand waren g:meente en ste-den in bloei toegenomen: de gilden met hun koop- en hand-werklieden waren in aan zien, en het handwerk leidde steeds tôt kunst, (zie b.v.b. het smidswerk, sloten, sleutels, uit het Gentsche archeologisch muséum — een echte schat !) Met dien stoffelijken bloei ontwaakten ook een behoefte en belangstelling in gees-tesvoedsel. En daar de pers aile afbeeldingen in honderde exemplaren vermenigvul-digde, werd kunstarbeid ook bereikbaar voor minder met aardsche goederen geze-gende. De houtsnee bereikte in Duitsch-land in de 16e eeuw haar glorie toen mees-ters als Durer, Holbein en anderen haar in toepassing brachten. Holland en Vlaan-deren konden in de 17e eeuw groote mees-ters aanwijzen. Maar deze eeuw zou ook de houtsnee zien verdringen door de koper-gravure. De eerste had in de gedrukte boeken de miniat.uur verdrong.en; zij moest thans op hare beurt plaatg maken voor de zâchtere kopergravure, om bijna tôt het midden der 18e eeuw in vergetelheid te ge-raken of slechts nog voor minderwaardig werk gebruikt te worden. Het graveeren in metanl is e«n zeer oude kunst. Reeds in de oudheid wist men metaalvlakken met gegraveerde figuren te versieren. Homeros maakte gewaag van soortgelijken arbeid in zijn Ilias en zijn Odusseiis, als hij drinkschalen, urnen, hel-men en andere wapens beschrijft. In de middeleeuwen eveneens, had men metalen gebruiksvoorwezpen: schotels, kel-ken en dergelijke met gegravecvde versie-ringen geornamenteerd. En de vraag waar of wanneer men 't eerst op 't denkbeeld kwam gegraveerde platen af te drukken is niet met zekerheid te beantwoorden. Oorspronkelijk kwamen de koper-graveurs uit de goudsmeden voort, maar wcldra namen ook de schilders dit middel te baat om hunne scheppingen te vermenigvuldi-gen.Lucas van Leyden, Hendrik Goltzius, do beroemde etser Rembrandt, in Neder-land en Durer in Duitschland — om slechts een paar schitterende namen te noemen — graveerden zelf hun eigen fantasieën in koper ; anderen griften met voorliefde de werken van andere meesters. De groote Rubens teekende kopstukken, Dmlijstingen, versierde letters, drukmer-ken, enz. voor de Plantyn-drukkerij te Ant-ïverpen. En in Nederland en Vlaanderen rond hij voortreffelijk geschoolde mannen, waaruit hij de meesteTs koos wien hij de vermenigvuldiging zijner werken toever-;rouwde.Schelte à Bolswert, Pieter de Jode, Paul Pontiers, Lucas Vosterman, Christofel Jegher en Pieter Soutman behoorden tôt len. Zij zochten véôr ailes het schilderach-;ig effekt van Rubens ge^rochten te geven, ;erwijl hun voorgangers zich tevreden stel-ien hun modellen door een geschaduwde ieekening af te beelden. * ❖ * In kunst, evenals in het maatschappelijk even, zijn er tijdperken van bloei en verval. rot in 't laatst der 18e eeuw kon de koper- ! jravuren zich in bloei verheugen, doch toen 1 •ond dit tijdstip in Frankrijk en Engeland 1 le techniek van 't houtsnijden verbeterd verd en daardoor haar bruikbaarheid be-angrijk verhoogde, begon de invloed der netaalgravure te verminderen. De smaak >egon zich ten opzichte der illustratie te ! vijzigen. Had men de kopergravure do voorkeur ( jegeven om haar meerdere fijnheid, zâchtere >n weekere uitdrukking, toen begonnen ' :unstenaars de houtsnee weer in eere te ' lerstellen om haar krachtigere expressie en i ;rootere dekoratieve werking. i De houtsnee kwam dus weer op den voor- < ;rond en werd een gewichtig middel tôt llustratie aanwending, in boek en tijd- i chrift. ( Daarbij kwamen nog de belangrijke ver- i leteringen. welke de persen in de 19e eeuw 1 ondergingen on welke een geweldige omme-keer in den boekdruk teweegbrachten. Door het grootere produktievermogen werd de lektuur goedkooper. Tal van geillustreerde boeken en tijdschriften zagen het licht. Onze huidige maatschappij met hare scherp afge-teekende klasseverhoudingen vond een machtig strijdmiddel in het spotblad, dat door de illustratie krachtig geholpen werd. Men denke slechts aan de moderne Fran-sche (Steinlen, Wilette, Forain, enz., En-gelsche, Duitsche en Nederlandsche (Hahn) humoristen. Tôt hst gebied der illustratie-kunst moet ook het plakkaat worden gerekend, waar-van in de laatste jaren allerprachtigste voorbeelden zijn ontstaan. Maar als er een land ter wereld is waar de illustratie en de prentdrukkunst zich van ouds af heeft ontwikkeld en tôt een eigen nationale kunst is opgegroeid, dan is het wel Japan, wier, in magische kleuren-pracht uitgevoerde houtsneden, een wereld-vermaardheid verwierven. Europa ook bezit thans illustrateurs van ongemeene verdienste: Engeland, Frankrijk, Duitschland, Oostenrijk, Holland, België, de Noorsche landen, allen wedijve-ren om den meest kunstvollen arbeid te leveren en om tevens in hun arbeid hun eigen landaard, hun eigen levensopvatting te doen uitschijnen om, in andere woorden, hun eigen volksgemoed en volkskarakter als maatstaf te gebruiken. En dit is vooral het geval sedert uit de groote Engelsche school der houtsneekunst van de 18e eeuw, meesters van eerste kracht waren voortgckomen : Rosetti, Baerdsby, Morris Crâne, welken allen met hun fris-sche, krachtige teekeningen een machtigen invloed op de boek-illustratie maakten. Walter Crâne vooral heeft veel èn belang-rijk illustratief werk geleverd. Hij schijnt een der eerston te zijn welke kinderprent-boeken op eene meer jongere kunstvolle wijze hebben gedacht en uitgevoerd. & % & En thans, nu de mekanische uitvindingen en de wetenschap ons in het bezit van werk-tuigen en stoffen hebben gesteld waarmedo aan aile eischen kan worden voldaan, thans zien wij den kunstenaar zijno beste krachten aanwenden om hoogei genot bij het door-bladeren van boeken te verwekken. Want het blijft een onbetwistbaar feit dat de illustratie-teekenaar de machtige helper van den letterkundige is en dat dezer samen-werking ailes kan bijdragen tôt moreele en verstandelijke opvoeding des volks. A-N-S. H§! taonee! in de lidÉn-eeowen Voordraelit gehoiiileii in « Oas Huis», op diusdag 29 Juci, door den lleer ARIii VAKDEKJIEU VEL Langen tijd heeft men strijd gevoerd over de vraag, o. het drama der Grieken en Ro-meinen gedurende de Middeneeuwen nog onder het zij welken vorm ook heeft voort-geleefd, of wel dat het geheel Is verdwenen. Die de eerste stelling verdedigen, bewe-ren dat er een schakel is tusschen het klas-sieke en het geestelijke drama, dat in de latere middeneeuwen is ontstaan. Tijdens de middeneeuwen spreekt men van mimische spelen. Het drama der Romeinen was in den la-teren Keizertijd geheel verbasterd; .voos treur- en blijspelen waren ruwe spektakel-stukken en gemeene kluchten in de plaata getreden en het is niet te verwonderen dat de Kerkvaders ijverden tegen dramatische voorsisllingen, waarbij eehtbreuk en on-tucht schering en inslag waren, en dat de Kerk verbood, die voorstellingen bij te wo-nen. Die vertooningen hadden altijd met plaats in den schouwburg. Goochelaars en potsenmakers vermaak-ten het volk op straat en de rijken in hua huis. Voorname Romeinen luisterden hun feesten op door dramas te laten vertoonen en hadden somtijds tooneelspelers in hun dienst, die zij op hun reizen meênamen. Daardoor laat het zich verklaren, dat do Italiaansche « Commedia dell'arte » mis-schien afstamt van het Romeinsche mimische kluchtspel (Mimus) en dat de vaste types dier Commedia reehtstreeks in ver-band staan met die van haar Latijnsche voorbeeld. En daï de val van het West Romeinsche rijk geen einde maakte aan de vertooningen blijkt uit de verbodsbepalingen van vele Concilies, o. a. die te Constantinopei (680), te Tours, (813) en te Aken (816). ' Sedert de lie eeuw wordt verder telkeng melding gemaakt van het optreden van bistrionès, miiui en jôculatôres (kluchtspe-lers, pantomimisten en potsenmakers) vooral in Italië, maar toch ook in andere landen.Thomas van Aquina — de grootste God-geleerde en grootste wijsgeer uit de Middeneeuwen — die in de 13° eeuw leefde, noemt « het werfe van tooneelspelers onder bepaalde voorwaarden niet oogeoorloofd en vîndt het niet zondig dat men hen voor hun moieite beloont. » Zeker was het zang en dans, dat deze lie-den op straat en in de paleizen van vorsten en edelen ten beste gavon, afgewisseld door het vertoonen van kleine kluchten. En hun spelen en kluchten, de uitloopers van den Romeinschen mimus en pantomimus, vor-men de verbinding tusschen het tooneel .der Romeinen en dat van den nieuweren tijd. Maar ook werden er gedurende de middeneeuwen dramas geschreven, die in ver-band staan met de klassieke letterkunde. Van de 4° eeuw dateert een Grieksch drama, de Cliristus p;itiens » dat aan Grcgô-rius îs'àziauzènus wordt toegeschreven en geheel bestaat uit versregels van Euripes en •Lyeôpkron. De kerkvaders noemen een, paar Grieksche dramas uit de 6e eeuw, die echter verloren zijn geraakt. De Querolus, een pendant van de Aùlu-lurià van Plautus is nog cvergebleven. Er is dus voldoende reden om aan te ne-men, dat het klassieke drama in de Middeneeuwen niet geheel is verdwenen, maar in misschien zeer gewijzigden vorm heeft voortgeleefd en invloed heeft gehad op het geestelijk drama, dat later is ontstaan. De gronden voor de stelling dat het Latijnsche . drama in de Middeneeuwen heeft voortgeleefd blijken niet stevig. Nieuwere onder-zoekingen over de Latijnsche letterkunde van dien tijd hebben aan 't licht gebracht dat dit inderdaad nièt het geval is geweest. Van de dramatische schrijvers der Romeinen is alleen Tcrcntiùs gedurende de Middeneeuwen bekend gebleven ; zijne come-dies werden in do school gelezen. Men kènde de woorden tragédie en come-die, maar wist alleen dat de tragiedie in een verlieven stijl moest zijn geschreven zijn en de lotgevallen van koningen en vorsten moest behelzen, dat de comedie daarente-gen de taal van het dagelijks leven ver-eischte en het lot van gewone stervelingen tôt onderwerp had. Ook geloofde Euànthiùs een grammaticus uit de 4e eeuw, die een verhandeling over de Comedie heeft geschreven, dat van de tragedie het begin rustig, hst slot onrustig en bewogen moest zijn, van de comedie juist het tegenoverge-steldc. Elk hsgrip van dramatische hande-ling was volkomen verdwenen. liante gaf aan zijn werk den fcitel « Di-viù:i eJiumèdià ». omdat hij zijne lezers uit de hel door het vagevuur naar den hemel voerde, het werk dus een treuri^ begin en een gelukkig einde heeft, en ook omdat hij het niet in het deftige Latijn, maar in het eenvoudige, voor iodereen verstaanbare Italiaansch schreef. Latijnsche dramas, bestemd voor de op-voering, zijn in de Middeneeuwen niet geschreven ; het is daarom geen wonder dat het vertoonen der blijspelen van Plautus en Terciitius aan de Italiaansche hoven ten tijde der Renaissance een openbaring was. Maar vôôr dien tijd zou het drama herbo-ren worden, niet in de stille studeerkamer van ijverige geleerden, maar in de kerk, het middenpunt van het geheele midden-eeuwsche leven, en wel raeer in het bijzon-der : Het geestelijk drama. De macht en invloed der Katholieke Kerk was in de latere middeneeuwen bijna on-beperkt de pracht en de groots^hheid un haar eeredienst ontzagwekkend. Het aantal geestelijken die de wereld hadden afgezwo-ren, was zeer groot. Een priesterstand tôt welken adellijke vermogende en geleerde mannen behoorden, nam in de kerken den dienst waar. En de velen die sloofden voor het dage-lijksch brood, gevoelden nirtt alleen behoefte zich vol vertrouwen over te geven aan en onwrikbaar geloof, zij waardeerden ook ailes wat afwisseling ">racht Jn hun een-tonig leven. Ook aan dat ■' erlangen wist do Kerk te voldoen. Openbare vermakelijkhe-den en feesten waren er Liet. maar de Kerk gaf gelegenheid veel te zien. De grootstei ker'.i-lijke feesten werden op schitterends wijze gevierd. Die diensten, uit symbolische ceremoniëen bestaande, hadden altijd een eenigzins dramatisch karakter ; dat nog meer uitkwam door verschillende litur-gische gebruiken, die langzamerhand, in vele kerken, in zwang waren gekomen. Op aile groote feestdagen was de een of andere dramatische handeling aan den dienst verbonden ; zij was echter niet op aile plaatsen en zelt's met in aile kerken van dazelfde stad dezelfde. D^ kerkelijke eeredienst heeft op zichzelf reeds een dramatisch karakter. De mis met haar actie en haar dialoog is een drama. De responsorià, beurtzangen tusschen priester en koor, en de antipho-' nen, beurtzangen door twee kooren, de inleîdende gezangen, meestal uit bijbelver-zen bestaande, werden uitgiebreid door het» aanvullen van den tekst der bijbelsche verhalen.Dit geschiedde vooral bij de groote fees-i ten der Kerk en zoo ontstonden korte litur-gische drama's. Voorts ontwikkelde zich in het liturgiscb drama de actie en de mise-en-ecène. O. a. was het de taak van den Curator der Kapit-telschool te Utreeht, om op Paaschmorgen' « de vertooningen van 'e opsta^ding des Heeren gielijk ook aile andere vertooningen te regelen ï>. Daartoe behoorde een gesprek1 tusschen de Engelen en de vrouwen bij hefc graf. _ / Die vertooningen waren soms zeer uitge-breid. (Spreker haalt voorbeelden aan van Amsterdam, Dendermonde en Delft.) Op die wijze heeft het liturgische drama zich ontwikkeld en is langzamerhand over-gegaan in het mysterie. Terwiii het zich. eerst nauw aansloot aan den tekst der bij-belboeken, heeft het later allerlei bijwerk1 en legendarische bestanddeelen in zich op-genomen. De taal der kerk heeft meer en meer plaats gemaakt voor de landstaal, omdat de groote massa, die men wilde boeien en stichten, het Latijn niet begreep. Het waren niet langer de geestelijken die godsdienstige dramas schiepen en uitvoer-den, ook de leeken beoefenden de dramatische kunst. De muziek en het gezang verdwenen voor een groot deel uit het. drama en maakten pla .ts voor het gesproken woord. Zelfs de plaats der vertooning veranderde en de kerk werd meestal verwisseld voor het open. plein. Ook na het ontstaan van het mysterip is echter het liturgisch drama niet verdwenen ; het is blijven bestaan en heeft langer geleefd dan het populaire schouwspel, datî er uit is voortgekomen. (Vervolgt) , Zondagsbled vao "Vocrui!,, Vraajjt hst aan de verkoopers en be« waart het zorgvuldlg na hst gelezen te> hebben. De opvolgentiijke wekelijkscha nummers zuiion op het einde des jaars een msoien ietterkundigen bundel vor-men, een schat vooi* de huiskamer. Prijs van het Bijbiad : VIJF GL&TIE. MEN, VOOR ACHT BLADZIJOEN, compacter) druk op 2 kolommen. # * ❖ ^ $ J? t ^ ^ ^ # * ajt 4 Ëuropeesche Oorlog In Wesî-VIaandereo m Sis 't Noordon van Frankrijk Gfficieeis telsgrammen : Uit SSuifsche fersss Groot Hoofdkwartier, 3 Juli 1915. Westelijk oorlogsterrcla : De Franschen vielen in den nacht onze stel-lixigen noord-westelijk van Souchez aan. De aanval werd afgewezen. Bij Les Eparges mislukte een door hand» granatenvuur en stinkbommen voorbereide Fransche aanval. De eergisteren op den Hilsenfirst veroverde werken gingen gisteren weer aan den vijand verloren, | Oostelijk oorlogstcrrcin : Niets van beduiding. Suidoostciyk oorlogstcrrein s Noordelijk van den Dniester dringen onze troepen onder vervolgingsgevechten over de linie Mariampol - Narajow-Miasto tegen het Zlota-Lipa-gebied vooruit. Zij hebben den Bug afwaarts van Kamionka-Strumilowa tôt onderhalf Krylow op vele pun-ten bereikt en zijn ook in noordelijk e richting tusschen Bug en VVeichsel in vooruitgang. De valleien van Lubanka en van den Por sijn, trots de vijand op enkele punten nog hardnekkig weerstand poogde te bieden, ook in onze handen. Ook aan het Wyznica-gebied tusschen Krasnik èn de monding vatten Duitsche troepea op den noordelijken vleugel voet. Tusschen den linker Weichsel-oever en de Pilica is de toestand over 't algemeen onver-anderd.Een Russische tegenaanval zuid-we»telijk van Radom werd afgewezen. 9pperste Legerbcstuur, * * % 81' çaar -- N. 185 Prijs pi Prijs por nommer : voor België 3 eentiemen, voor den reemde 5 centiem* Talefoon : Bedactss 247 - Ad mirais Vraies a mis

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Vooruit: socialistisch dagblad behorende tot de categorie Socialistische pers. Uitgegeven in Gent van 1884 tot 1978.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Onderwerpen

Periodes